Aidsvaccin werkt bij apen
Amerikaanse wetenschappers hebben een vaccin ontwikkeld dat apen
beschermt tegen het apenequivalent van het aidsvirus. Het vaccin
beschermde 13 van de 24 resusmakaken in het experiment, en 12 maanden
later waren 12 aapjes nog altijd beschermd. Het onderzoek, dat
gepubliceerd werd in Nature, is zeer hoopvol voor de ontwikkeling van
een aidsvaccin bij mensen.
De onderzoekers dienden 24 gezonde apen een gewijzigde versie van het
resus cytomegalovirus (CMV, een herpesvirus) toe. Het vaccin was
genetisch gewijzigd om antilichamen aan te maken tegen het simian
immunodeficiency virus (SIV), het apenequivalent van hiv. Het stimuleert
de aanmaak van een bepaald type van bloedcellen, beschermende T-cellen
die lang waakzaam blijven in het lichaam.
Hoofdonderzoeker
professor Louis J Picker van het Vaccine and Gene Therapy Institute in
Oregon vergelijkt de cellen met parate gewapende soldaten. Hij zegt aan
BBC News ook dat er bewijzen zijn dat het virus alle sporen van SIV in
de aapjes uitroeide, iets dat nooit eerder gezien was bij het onderzoek
naar een hiv-vaccin.
Het onderzoek
is dus veelbelovend, maar er moeten nog veel obstakels worden overwonnen
vooraleer dergelijke vaccins kunnen worden getest op mensen. Het gaat
dan vooral om de mogelijke gezondheidsrisico's die de toediening van het
gewijzigde virus kan veroorzaken. "Als je mensen iets gaat geven dat je
niet meer wegkrijgt indien het problemen veroorzaakt, dan is dat nogal
een groot risico om te nemen," zegt professor Andrew McMichael van de
universiteit van Oxford.
Professor Picker zegt dat dergelijke
problemen aangepakt worden in toekomstig werk. "De eerste vaccins tegen
pokken brachten ook gezondheidsrisico's mee voor mensen," zegt hij. "99
procent van de mensen in sub-Sahara Afrika zijn drager van het
CMV-virus, en de helft van de mensen in de ontwikkelde wereld. We weten
er dus veel over, en het is meestal niet-pathogeen, behalve in kwetsbare
groepen zoals zwangere vrouwen," zegt hij.
De
volgende stap is nu ervoor te zorgen dat de T-cellen langer actief
blijven, en dat het gewijzigde virus de kwetsbare mensen in de bevolking
niet kan besmetten.
|