Ik ben Helga
Ik ben een vrouw en woon in Denderleeuw (Belgie/Vlaanderen) en mijn beroep is secretaresse (tegenwoordig heet dat assistant...).
Ik ben geboren op 24/07/1960 en ben nu dus 64 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Wandelen, reizen, lezen, computeren, en ik volg graag voetbal- en wielerwedstrijden.
Deze profielfoto is genomen in Chileens Patagoniƫ.
Urbanustochten, georganiseerd door Wandelclub De Marktrotters Herne vzw
20.07.2014: Ik parkeerde de auto in de Hernestraat, een eind van Zaal Willem-Tell en schreef me daar in voor 10 km. Eerst nam ik een paar foto's van het beeldje van Urbanus en zijn medestripfiguren want de verharde versie van die korte omloop ging niet langs daar, doch in oostelijke richting, waar een paardenmenner last had met een van zijn dieren, die niet in de trailer wou. De omloop was inderdaad verhard, zoals ik het wou, maar onderweg naar de rustpost (De Hernekouter) bood de omloopcommissaris toch nog de keuze om een natuurlijk pad te volgen: duim omhoog hiervoor! Terugkerend van De Hernekouter blokkeerde ik even de sporen (er kwam toch geen trein, 't is zondag ) om te zien of de bovenleidingen nog intact zijn, met dit warme onweersweder.
Het weer begon met een regenbui zodat mijn cape mij kon behoeden mar na nog geen uur hield het alweer op en brak de zon door om alle wandelaars duchtig te verwarmen. Mijn foto's staan hier: https://picasaweb.google.com/9470hvds/Urbanustochten14
Haervejsvandring 2014, georganiseerd door Fodslaw (DK)
05.07.2014: Proloog
Ik vertrek van huis om zowat 6 uur met een volle dieseltank en stop drie keer onderweg, twee keer enkel voor een sanitaire stop en de derde keer ook om een hap te eten. Om zowat twee uur ben ik in Schleswig (D) en parkeer mijn auto op de koer van de Hiort Lorenzen School. Daar tref ik al bekenden, zoals Paul, Jean-Marie, Pierre, Henri en Willy. Ik installeer me in een klas voor de nacht en ga dan bij die mannen wachten op 3 uur, wanneer we ons kunnen aanmelden en onze ketting afgeven zodat ze er een stukje kunnen bijzetten. Nadat dit ook gebeurd is, we ons omslagje krijgen (waar we onze ketting in proppen en terug geven…) met daarin een plastiek houder met lint voor de startkaart, bewijs voor de bus terug naar Schleswig, adreslabels en maaltijdbonnen, erbij een plastiek koffiekop (zwart - past goed bij de blauwe en witte die ik al heb ) en lepel, en er nog volk aangekomen is, gaan we in het centrum naar een café waar de TV op ARD afgestemd staat voor de wedstrijd van België tegen Argentinië, dat vanaf 18 uur uitgezonden wordt. Tegen 20 uur is duidelijk dat de Rode Duivels terug naar huis mogen, ze verloren met het kleinste verschil, doelpunt gemaakt door Higuain in de 8ste minuut (’t moet niet altijd Messi zijn ). Nadien gaan ex-Sportvriend Paul en ik nog een avondmaal nuttigen en vervolgens terug naar de school, waar we ’s avonds de slaapzak in duiken.
06.07.2014: Etappe 1, Schleswig – Kruså, 49 km
Na het ochtendtoilet en het opruimen van de bagage, zodat de grote reistas afgegeven wordt, rijd ik, net als Paul, achter de bus naar de SIF-Hallen een eind verder, om daar te ontbijten. Zoals bij mijn eerste deelname, tien jaar geleden, voeg ik me bij de tamboerijntjes, dat is zuiver tactisch bekeken, want zo start ik in de kop van de groep. Wanneer even later, na het afgeven van het percussie-instrument, 130 wandelaars mij voorbij gaan, trek ik me dit niet aan. Maar eerst pleegt wandelleider Leif zijn gebruikelijke speech, nog altijd enkel in het Deens, het wordt dan in het Engels en het Duits herhaald door Vibeke (niet langer door Else Marie, dus). Een deelneemster, die vorig jaar (bij mijn afwezigheid) haar debuut vierde, mocht ook in drie talen speechen en vervolgens het lint doorknippen. En dan zijn we weg, achter de vrachtwagen van Niels, een kilometer of zo verder geven we ons speelgoed af en starten de werkelijke tocht. Deze verloopt over verharde en natuurlijke wegen, deze laatste meestal rijkelijk bezaaid met keitjes, wat niet zo lekker aanvoelt wanneer men wandelsandalen draagt, die zolen zijn niet zo dik als van hoge wandelschoenen. Tegenover twee jaar geleden is er een wijziging in het parcours, ik ga zo te zien door een ander bos. Zoals twee jaar geleden krijgen de wandelaars na enkele kilometers een knip in de startkaart en een flesje water van een halve liter. Ik passeer ergens nabij de eerste rustpost (“Rast”) het meer van Idstedt, al zie ik daar niets van. Dat meer is ongeveer 38 hectare groot en zijn maximale diepte is ongeveer 2.50 m. Het wordt door meerdere stromen gevoed, vooral door de Au. 11 km verder is de tweede rustpost waar ik soep drink en er een stuk brood bij eet. Van daar af wandel ik samen met Paul.
Zo bereiken wij de stad Flensburg (in ’t Deens Flensborg) langs enkele bedrijven, de kerk en van daar de winkelstraat. Daar nemen we plaats op een terras om een lekker ijsje te verorberen, ik verkies een coupe advocaat. We gaan dan verder naar de haven en daar is de andere traditionele stop aan Hanssens Brouwerij. We zitten pas neer en hebben nog niets besteld wanneer we een donker bier aangeboden krijgen van twee deelnemers die een plateau vol donkere pinten tussen zich staan hebben. Met dat ene glas komen wij wel toe dus gaan we verder langs de Flensburgse Fjord. Voor de Duitsers is dit de meest noordelijke fjord, voor de Denen de meest zuidelijke, maar de grens hebben wij hier nog niet overschreden. Het is mooi - zonnig en warm - weer en dus is er behoorlijk veel volk op het strand, erg aanlokkelijk maar wij weerstaan aan de lokroep en stappen verder over het fietspad. We passeren zo het grensgebouwtje, Skomagerhus, hier verlaten wij dus Duitsland en betreden Deens grondgebied. Ver is het dan niet meer tot de Grenshal van Kruså, waar wij ons installeren, onze startkaart inwisselen voor die van morgen, een verfrissende douche nemen en gaan eten. Net als vorige jaren drink ik hier een wit wijntje, getrakteerd door Fodslaw, skål!
07.07.2014: Etappe 2, Kruså – Røde Kro, 39 km
Na het ontbijt en de speech vertrekken we weer voor een iets kortere afstand, we krijgen dan ook ineens 3 uur minder tijd, want we vertrekken een uur later en hebben slechts tot 19 uur tijd. Af en toe is een stuk niet uitgepijld als gebruikelijk maar volgen we de permanente route of de veldwachterspaadjes, dat wordt dan ook ter plekke aangekondigd. Dat Gendarmenpad is in totaal 74 km lang en verbindt Padborg met Høruphav, waar Deense veldwachters patrouilleerden langs de Deens-Duitse grens van 1920 tot 1958. Doorheen de Bommerlund Plantage bereiken we de winkel van Gejlå wat een traditionele stop is. Ik heb echter nergens zin in en vervolg na wat zittende rust mijn weg naar de rustpost die er niet zo ver vandaan is, nog geen 4 km. Doordat het de afgelopen nacht hevig geregend (en volgens Paul geonweerd met hagel) heeft, gaat de omloop niet door het Borderslevbos en ook nu regent het tijdens de voormiddag, en nog eens in de namiddag, daarmee weet ik dat ik onlangs een uitstekende regencape gekocht heb. Over Povl’s brug en langs Urnehoved kom ik in Røde Kro aan, maar ik moet zo dringend naar ’t toilet dat ik niet meer kan wachten tot mijn aankomst in ’t school, gelukkig zie ik een biljartclub, ik ga er binnen en mag naar ’t WC, ik moet niet eens een kleine bijdrage leveren. Na de douche en het uitrollen van de matras ga ik avondmalen in de herberg die zijn naam aan de gemeente gaf. Twee jaar geleden was het buffet niet veel zaaks, nu is het weer beter, al is er geen vis (en dat in Denemarken). Maar we hebben geluk, er was een feest en er is nog chocoladetaart over, dus mogen we daar ook een stuk van verorberen. Terug in de school is Benny daar komen goeiedag zeggen, het trio vrienden van destijds is uit elkaar gevallen, want Allan heeft een nieuwe vriendin, Kristin (van uiterlijk een beetje hetzelfde type als Annett: blond, haar in een staart, vriendelijke uitstraling).
08.07.2014: Etappe 3, Røde Kro - Jels, 49 km
Zoals gebruikelijk wordt aan de herberg gestart, en het weer moet goed genoeg zijn om door het bos van Jels te wandelen, een afstand van wel enkele kilometers over een breed pad vol keitjes. Onderweg naar de Immervadbrug begint het weer te regenen, ik ben in het gezelschap van Paul, Charles en Dirk (“broer”). Een der medewerkers van de club verkoopt regencapes, zowel aan het pad naar de brug, als even later op de Rast, aan 10 DKK (ongeveer anderhalve EUR). Ter hoogte van die brug waar eerstelingen onderdoor stappen, heb ik Stefaan ingehaald, ik neem dan een paar foto’s van hem, want hij loopt er alleen bij. Niet veel verder is dus de rustpost en daar koopt Charles zich zo’n regencape, al heeft hij er al ene (hij dacht misschien dat die gele capes langer zijn, maar dat is niet waar).
Wat verder ligt het meer van Vedsted waar een stuk voorbehouden is voor zwemmers, maar er plonst niemand en het weer is er nog niet aanlokkelijk genoeg voor, dus ik wandel verder. Dat meer is 12 hectare groot, men kan er ook vissen, maar mag er niet zeilen en als het al dichtgevroren is, het ijs is niet veilig (dat staat op een bordje aan de oever). Op weg naar de derde rustpost ga ik doorheen Vojens waar ik gebruik maak van een openbare toilet, wat mij pas opvalt doordat er wandelaarsters hun beurt afwachten. Voorbij de vierde Rast laat ik Paul op eigen verzoek achter en geniet ten volle van de natuur van het Trollenbos. Trollen heb ik niet gezien maar wel een kabouter. Veel bomen in die Stursbøl Plantage en Trollenbos vielen in 1999 om tijdens een storm, de nieuwe aanplantingen zijn meer gevarieerd. Niet ver uit het Trollenbos is de aankomst van deze etappe, waar we ons een slaapplaats vinden en, een eindje verder, gaan avondmalen. ’s Avonds blijven er enkele naar de voetbalwedstrijd tussen Brazilië en Duitsland kijken, maar zelfs zonder verlengingen duurt die toch tot ongeveer middernacht, ik besluit dus te gaan slapen.
09.07.2014: Etappe 4, Jels – Randbøl Kirke, 49 km
’s Morgens weet Kobe me te zeggen dat Duitsland met 7-1 gewonnen heeft van Brazilië, en nee, ’t is geen late aprilvis… Ik zie na ’t ontbijt een van de dochters van Niels schommelen en er is nog een schommel over dus ik amuseer me gauw ook nog wat eer het tijd is om de tamboer te slaan (maar eigenlijk is die schommel iets te smal voor mij). Kort nadat de percussie-instrumenten en de vlaggen afgegeven worden, wandel ik door het Haraldsholmwoud, dat het centrale deel is van een groter woudcomplex welk behoorde tot de boerderij Haraldsholm. Het woud werd flink beschadigd door de orkaan van het jaar 1999. In Vejen zit de HVV er voor de helft op, het regent eens niet (allez: het is intussen opgehouden met regenen) wanneer ik aan het halfwegbord ben. Henri, die is de dag ervoor moeten stoppen wegens gezondheidsredenen, heeft zich ontpopt tot helper (heeft er een polo voor gekregen zodat hij als dusdanig herkenbaar is) en neemt foto’s voor de wandelaars die dat graag hebben. Die wandelaars worden getrakteerd door Fodslaw op een drankje (witte wijn) en een stukje cake. Ik ga dan verder naar Bække en onderweg aan het fietspad staat een oudere man die me wijs maakt dat het nog 2 km zijn tot de rustpost met de soep. Maar het zijn wel erg elastische kilometers... Ik geniet daar van de schaduw want de zon jaagt de temperatuur de hoogte in, en wanneer ik werkelijk in Bække ben (de straat is afgezoomd met Deense vlaggen), koop ik eerst zonnemelk met factor 30 in de supermarkt rechtover de toeristische dienst. Daar geniet ik van een fris fruitsapje, krijg zoals gebruikelijk een klein aandenken en schrijf mijn weinige gegevens in het gastenboek. Na de derde rustpost begint het bekende saaie stuk naar de witte kerk, maar de vierde rustpost is wel gelegen in het Randbøl heideparkje (“Randbøl Hede”), kort na de controlepost, Randbøl Hede is een 706 are groot staatsgebied met enkele private percelen, een groot deel ervan is beschermd gebied en opgetekend als EU-Natura-2000-gebied. Daar word ik voorbij gesjeesd door een groep wandelaars die 1 dag mee wandelen en geen geduld heeft met wandelaars die al bijna 190 km in de benen hebben. Voor het laatste stuk van bijna 7 km zet ik wat muziek op, dat leidt de gedachten af en geeft soms zelfs een goed wandeltempo aan. De aankomst aan de kerk van Randbøl is iets gewijzigd, in plaats van recht op de kerk af te gaan, duikt die ineens aan de rechter zijde op. Er is al een bus, dus ik stap gauw in, naast Paul, die er even voor mij aankwam.
In Billund neem ik me enkel tijd om mijn “bed” op te maken, te douchen en te eten, ik koop nog gauw een flesje plat water en drink dat meteen uit, bij zo’n warm weer heb ik helemaal geen zin in bier. Bij het omwisselen van de startkaart neem ik, zoals elke dag, een Haervejstidende (’t krantje) en het parcoursblad mee, vandaag staat in het krantje met hoeveel wandelaars we zijn. We zijn gestart met 151 wandelaars, daarvan 84 Denen en 22 Belgen, dat zijn er 3 meer dan Duitsers, en hiermee het best vertegenwoordigd buitenland. Frankrijk (Nathalie, de vriendin van neofiet Gunther) en Italië (ik ken zijn naam niet maar hij is een habitué) zijn ’t minst vertegenwoordigd met 1 deelnemer.
10.07.2014: Etappe 5, Randbøl Kirke – Nørre Snede, 46 km
Deze keer was de uitslag van de voetbalwedstrijd iets gematigder: Nederland verloor van Argentinië, maar 1 Nederlandse zal toch blij geweest zijn, Koningin Máxima. Voor deze morgen zijn maar 3 bussen voorzien, het (enige) nadeel van zo’n kleine groep deelnemers (nog geen 150, want er zijn opgaves opgetekend): 07.00, 07.05 en … 07.30 uur. Ik sta te ver achteraan de groep om met een van de eerste twee mee te kunnen, dus wordt het de derde en laatste, maar daar is dan ook plaats genoeg in. Aan de kerk van Randbøl vertrek ik op ’t gemak want binnenkort gaat het bergop en ik reken er toch op om tijdig aan de aankomst te zijn.
Halverwege het stuk naar de eerste rustpost kom ik voorbij het kasteel Engelsholm aan het gelijknamige meer, dat 4 ha groot is, maximaal 6 meter diep, gevoed door een bron en erg helder. De Vejle rivier heeft hier zijn bron. Ineens komt Stefaan van een ander pad, hij was wat uitgeweken voor een sanitaire stop en toen hij het parcours opnieuw bereikte was Uffe (de echtgenoot van Jette) al aan ’t afpijlen… Kort na de eerste rustpost kom ik voorbij Fårup boerderij, maar da’s meer een kasteel, daterend uit de 15de eeuw, vroeger verdeeld onder kleine landbouwers, maar nu tehuis voor jongeren met bijzondere behoeften. Wat verder kom ik in Jelling aan, door een bos en dan met de kerk en de "beginnelingenheuvel" in zicht, het museum rechts. In het museum zie ik geen wandelaars drinken, daar is zelfs geen plaats meer voor, dus ik ga verder, want ik heb toch geen zin in bier (tien jaar geleden was dat nog van een goed merk, Fuglsang is niet echt mijn merk) en ik stap verder naar de soeprust, voorbij een openlucht zwembad… Wat zou ik liever daar in plonsen dan hier mijn sandalen te verslijten! Ook in de oudste herberg van ’t land, Harresø Kro, stop ik niet (anderen wel, om eens lekker te eten), wel een eindje verder voor een sanitaire stop. Man, wat is dat kraantjeswater fris om de handen mee te wassen!!! Ongeveer halverwege tussen rustpost 3 en 4 kom ik door Kollemorten, ook een traditionele stop. Gelukkig vind ik in een van de twee supermarkten een fles drank om mee te trakteren. Enkele kilometers verder zie ik de kerk van Øster Nykirke, waar ik rond ga maar ook weer met een sanitaire stop (dat is gebruikelijk in Denemarken, een gebouwtje met o.a. WC bij elke kerk, alleen spijtig dat de Randbøl Kirke altijd gesloten is bij mijn aankomst). Die “oostelijke nieuwkerk” ligt 127 m boven zeespiegel en werd gebouwd als pelgrimskerek in de 12de eeuw als Sint-Pieter van de Heilige Bron.
Daarna kom ik door een prachtig natuurgebied, prachtig in zijn verscheidenheid met heide, een aanlokkelijk meer (twee jaar geleden gingen twee deelnemers even zwemmen) en het Nedergårdbos, alleen spijtig van de keitjes en de vele vliegen. In de bocht van de laatste rechte lijn, alweer op asfalt, zie ik een samenscholing: Finn en Jytte bieden de wandelaars een frisdrank (of bier), wat snoep en een zitplaats. Ik neem daar dankbaar gebruik van en stap na een 5-tal minuten op wanneer een andere wandelaar hetzelfde aangeboden wordt. Ik zou, zoals gebruikelijk, aan het kruispunt bij de school geld uit de muur halen, maar die bankautomaat is weg! De crisis, zeker?
Dus ga ik maar mijn startkaart omwisselen, ook het witte busbonnetje voor een geel met mijn naam en deelnemersnummer, en vind dan een slaapplaats in een klas naast de EHBO-post (Paul had wel plaats op de eerste verdieping, maar ik had geen zin om mijn bagage de trap op te dragen). En na het avondmaal moet ik toch eens bij het EHBO-team langs om een zalf aan mijn zongebakken kuiten te smeren. Daarna ga ik lekker slapen want ik ben echt wel vermoeid.
11.07.2014: Etappe 6, Nørre Snede - Thorning, 47 km
Bij het ontbijt en de verzameling voor de start wens ik mijn gewestgenoten een prettige feestdag (maar mijn vlaggetje ligt wel nog thuis…). Ter gelegenheid van de speech, laat Leif ook twee (jawel, twee) kaarten trekken, de gebruikelijke (voor een Deen) en voor een nieuweling (ook een Deen, denk ik). Aan het meer van Torup krijgen we onze eerste controle en het flesje water, dat is wel flink over halfweg tot de eerste rustpost maar misschien hebben ze gekozen voor een mooie locatie, eerder dan voor ongeveer halfweg. Het meer van Torup is 18 ha groot en tot 10 m diep, helaas is het bezoedeld door nitraten, al doet men zijn best om dit te verhelpen. De eerste rustpost is ook fraai met de mooi beschilderde gevel en het ligt in Vrads. De kerk daar is gebouwd in Romaanse stijl in (ongeveer) 1200 in bijzondere stenen en ook gewone bakstenen. Wat verder volg ik een nieuw stuk over een fietspad waar vroeger een spoorlijn lag (die ligt er recht tegenover) door Vrads Sande en Snabegård Plantage. Op weg van rustpost 2 ga ik langs de kerk van Brande, eens geen witte gevels maar een bakstenen gebouw zoals we bij ons gewend zijn. In Funder aan de school zie ik opnieuw een samenscholing met o.a. Paul en Dorte, ditmaal zijn het Karsten (de langharige vader van de 3 langharige jongens) en Lone die een zitje en een frisdrank aanbieden. Ik knabbel ook zoute stokjes want het is nog altijd dorstig weer en dan moet het zoutgehalte op pijl gehouden worden.
In Kragelund ga ik eens kijken of ik er Paul zie, maar ik moet niet goed gekeken hebben, ik vind hem niet en ga dus verder. Onderweg naar Thorning valt de batterij van mijn GSM (tevens muziekspeler) plat, dus moet ik zelf mijn tempo zoeken, ik ben dus erg blij dat ik het F1 bord zie, en even later het welkomstbord. Bij het zien van een wandelaar (m/v) komt een vrouw met een ijsje en ik dank haar hartelijk hiervoor. Dat ijsje ga ik binnen in de school rustig oplikken in het gezelschap van Roland, zijn broer Bernard en hun makker Jean-Jacques. Jean-Paul leidt mij naar de klas waar hij en zijn gezelschap hun matten uitgerold hebben, Luc ligt er uit te rusten en ik ga de bagage (die ik eerst in een sportzaaltje gelaten had) naar daar brengen. Ik ga dan lekker douchen (niet in de koude maar in de warme douche) en dan avondmalen in het gezelschap van Marie-Paule, Frans, Jean-Paul en Danny, daar komt wat later Basse ook bij zitten. De huldiging van de medewerkers begint om 22.45 en nadien duurt het niet lang of we gaan terug naar het klasje.
12.07.2014: Etappe 7, Thorning - Viborg, 25 km
Het is half zes als ik mijn ogen open doe, enkele wandelaars in de klas zijn al wakker, anderen slapen nog, ik ga mijn toilet maken, dan mijn bagage verzamelen om dan af te geven en te gaan ontbijten. Tijdens zijn ochtendspeech zei Leif, als ik hem en Vibekes vertaling goed begrepen heb, dat het zijn laatste keer was dat hij ons ’s ochtends toespreekt, hij is duidelijk niet 100% gezond. Aanvankelijk is het parcours zoals ik het altijd geweten heb – zoals door Stendhal Plantage, maar Uffe (ik veronderstel dat hij ook verantwoordelijk is voor de wijzigingen in de tocht) heeft toch weer enkele verrassingen in petto. Zo laat hij ons niet de tamelijk drukke weg naar de traditionele halte, een restaurant met terras, volgen, maar stuurt hij ons de heuvels van Dollerup op. De hoogste heuvel geraakt tot 80m hoog, het is een propere omgeving met behoorlijk diverse fauna en flora, zowat 1.600 hectare is een natuurreservaat. Eens terug op straat trakteren Finn en Jytte met frisdranken en bier en net na dat restaurant, waar o.a. Hilde en Jan een lekkere maal verorberen, bezien we het Hald meer van wat dichterbij want ook nu verlaten we de straat. Zo snijden we ook een stuk af van de weg naar Viborg, maar de winkel waar zowat iedereen stopt, ligt gelukkig nog langs de omloop. Ik bied hier mijn gezelschap, Charles en Dirk, wat aan (frisdrank en bier) en geniet zelf van een lekker ijsje. Dan volgen we het fietspad naar de stad, het F1-bord lacht ons tegemoet en daar passen natuurlijk foto’s bij. We draaien de flauwe bocht om en zien in de verte de brug waar we onderdoor gaan en dan zo goed als meteen linksaf naar de koer van de school, onder luid applaus van enkele medewerkers en andere supporters. Op weg naar ’t toilet wissel ik felicitaties uit en tot mijn groot plezier en gemak is Paul inderdaad vroeg genoeg voor mij aangekomen om mijn T-shirt voor de parade uit mijn bagage te halen, ik haal er nog mijn gewone sandalen uit en wissel die kledingstukken om in de bus. Ik geniet dan nog van een frisdrank want dat water komt bij manier van spreken mijn oren uit, te meer daar het niet lang fris blijft bij deze hoogzomertemperaturen. Het is dan tijd om positie in te nemen en om half twee start de stoet, met Allan op kop, de fanfare, dan de twee Denen met het spandoek, en dan de wandelaars per land. Zo komen we aan het stadhuis waar Leif zijn toespraak houdt, Vibeke deze vertaalt en er een Deen zijn speech zelf vertaald heeft. De medewerkers en de jubilarissen worden gehuldigd, en dan mogen de nieuwelingen hun eerste ketting komen halen. De anderen halen hun ketting gewoon in ’t zakje af en krijgen een frisdrank of bier (Royal Classic, ook niets speciaals van smaak). We moeten dan een heel eind naar de bus want die staat niet op zijn gewone plaats, en om zes uur zijn we terug op de parking van de SIF-Hallen in Schleswig. Elk laadt zijn bagage in, neemt afscheid en ik rij achter Paul naar het tankstation, waar ik de tank vol diesel giet en er een broodje met Bockwurst koop, die ik in mijn auto op eet. Ik kom vlot in Hannover aan waar ik me aanmeld in ’t hotel. Een frisse douche en de troostfinale op TV zien zijn mijn laatste prestaties van de dag.
Op die paar regenbuien na was het weer zeer zomers en de temperaturen hoog. Het eten is er nog altijd hetzelfde (behalve in Røde Kro, waar het buffet is) en er moet nog altijd voor alles betaald worden behalve voor plat water onderweg en voor de soep ’s middags. Daarover had Frans op een avond een discussie met een medewerker met enige verantwoordelijkheid, omdat tijdens de edities van Vichte-Dhron (die hij met zijn comité organiseerde) er enkel voor bier moest betaald worden, ’s middags werd er meer aangeboden dan enkel soep met een homp brood, en de inschrijving was zowat 100 EUR minder voor een wandeldag meer. Misschien is het daarom dat in een der krantjes opgeroepen wordt om suggesties te sturen naar Jette van ’t secretariaat. Ik zal dat een dezer dagen eens doen, zie.