|
A a A a (18e2) |
|
De arengpalm of suikerpalm (Arenga pinnata) (syn. Arenga saccharifera) is een economisch belangrijke palm, die van nature voorkomt in tropisch Azië van Oost-India tot Maleisië, Indonesië en de Filipijnen. Het is een tot 20 m hoge palm, waarvan de stam bedekt blijft met de oude bladvoeten. Het sap wordt voor commerciëel gebruik gewonnen in Oost-Azië en wordt in India gur genoemd. Uit het sap wordt suiker gewonnen. Het sap wordt ook gefermenteerd in azijn en palmwijn. De vrucht wordt ook gegeten, maar moet wel worden bereid omdat het sap en het vruchtvlees vers bijtend zijn. |
Arenga pinnata |
|
Een arenlezer is iemand die achter de korenmaaiers, in de tijd dat er nog met de zeis werd geoogst, aanliep en de aren (halmen) die waren gevallen alsnog meenam. Lezen is een verouderd woord voor verzamelen, zoeken. Het arenlezen werd nog gedaan tot in de jaren 50. |
Jean François Millet, Les Glaneuses (de arenleessters), 1857 |
|
Het Arentshuis is een museum in Brugge. Samen met het Groeningemuseum worden hier de Schone Kunsten van de 15e tot de 21e eeuw ondergebracht. |
het Arentshuis |
|
De Areolenlandschildpad (Homopus areolatus) is een schildpad uit de familie landschildpadden (Testudinidae). Deze soort wordt ook wel gewone padloper of papegaaibekschildpad genoemd. Opmerkelijk is dat de Engelse benaming ook (common) padloper is. De hoornplaten aan de rand van het schild zijn klein, bruin en dun, maar de hoornplaten in het midden zijn groot en vierkant, en iedere hoornplaat heeft in het midden een vierkante 'kuil'. De carapaxlengte (schild) varieert van ongeveer 10 tot 12 centimeter, mannetjes blijven kleiner. De bek doet sterk denken aan die van een papegaai. |
padloper |
|