B b B b 1(a5) |
Baardgrasmus |
Beschreven door Peter Simon Pallas in 1764(Pruisisch zoöloog en botanicus.) De baardgrasmus (Sylvia cantillans) is een vogel uit de familie van de Zangers van de Oude Wereld (Sylviidae) die broedt in Zuid-Europa, de eilanden in de Middellandse Zee en Noord-Afrika. Hij trekt ten zuiden van de Sahara. De baardgrasmus wordt in België en Nederland zeer zelden waargenomen.
|
baardgrasmus |
afb.baardgrasmussen |
Het volwassen mannetje heeft een oranjerode borst en keel, een blauwgrijze kop en mantel, een rode oogring en witte baardstreep. De poten zijn bruinroze. Het vrouwtje lijkt op het mannetje, maar heeft een bruinere bovenzijde, een grijze in plaats van blauwgrijze kop, een wittige oogring en een beigeroze borst. De baardgrasmus wordt zo'n 12 à 13 centimeter groot. De baardgrasmus broedt in droge, zandige gebieden in mediterrane struikvegetaties, in open steeneikenbossen of in dicht struikgewas in de buurt van water. Het vrouwtje bouwt een nest van gras en twijgjes. |
Baardmankruik |
Een Baardmankruik is een kruik die gemaakt is in het Rijnlands "Steengoed"-gebied rondom de stad Keulen in de 15e tot en met de 18e eeuw. Volgens de overlevering zou de baardige manskop op de hals van de kruik God moeten voorstellen. Volgens een andere verklaring zouden Keulse pottenbakkers, die in de 16e eeuw werden verjaagd uit de stad Keulen uit kwaadheid de gezichten van de Keulse stadsbestuurders hebben aangebracht op de hals van de baardmankruiken. De pottenbakkers zouden verjaagd zijn vanwege het gifgas dat vrijkwam bij hun bakproces. Dit leidde tot een rel en veel pottenbakkers vestigden zich in Frechen (Duitse deelstaat Noord-Rijnland-Westfalen). De hele vroege vormen uit de 15e en 16e eeuw (Spitsneuzen) lijken hun oorsprong te hebben in kruiken uit de Romeinse tijd. |
spitsneus (1500 - 1550) |
baardmankruik (ca 1550) |
De zogenaamde baardmankruiken waren in de zestiende en zeventiende eeuw in Europa heel gangbaar als voorraadpotten. Gevuld met brandewijn kwamen ze met de Hollandse schepen mee naar Japan. Bij opgravingen op de plek waar vroeger het eiland Deshima lag, zijn heel wat van die kruiken teruggevonden. In Japan golden de kruiken aanvankelijk als exotisch importgoed. Maar aan het eind van de zeventiende eeuw ging men ze imiteren. In Bizen, waar een uitgebreide aardewerkindustrie was - en is - werden de baardmankruiken op grote schaal geproduceerd, zodat ze ook binnen het bereik van de gewone man kwamen. |
Bron : Wikipedia Museum Boijmans Van Beuningen Museumkennis |