B b B b 5 n |
Benamingen van de Lage Landen |
Er zijn vele benamingen van de Lage Landen. Deze veelheid van namen kon ontstaan door het ontbreken van duidelijke aardrijkskundige en etnografische grenzen en kenmerken.
Vlaanderen
Door Spanjaarden, Italianen en Engelsen werden de Nederlanden veelal aangeduid met "Vlaanderen". In de omgang met hen noemde men zich dan ook wel Vlaming, ook al was men buiten dit graafschap geboren. Met het toenemende belang van Brabant heeft dit hertogdom deze rol ook wel gespeeld, maar nooit in dezelfde mate. Tot in de achttiende eeuw was dit een veel gebruikte benaming voor de Nederlanden als geheel. |
Bourgondisch-Habsburgse huis
Onder het Bourgondische huis en de Habsburgse opvolgers wisselde de samenstelling van de onder hen vallende vorstendommen sterk en ontbrak een nationaal bewustzijn, zoals dat al wel bestond in Frankrijk, Engeland en in mindere mate Duitsland. In Frankrijk werd dit bewustzijn versterkt door het oude Gallië als voorganger af te schilderen. In reactie hierop werd het Heilige Roomse Rijk gelijkgesteld met Duitsland en daarmee Germanië. De Rijn was de scheidslijn geweest tussen deze twee, terwijl de Schelde dit was geweest tussen Lotharingen en West-Francië. Tot 1529 bestond een deel van dit gebied uit Franse lenen. De Lage Landen werden dan ook afhankelijk van de toeschouwer beschouwd als Germaans of Gallisch. Het naast elkaar bestaan van zowel de Franse als een Germaanse taal was ook niet bevorderlijk voor de ontwikkeling van een nationaal besef. |
Pays de par delà
De Bourgondische hertogen refereerden aan hun landen afhankelijk van waar zij verbleven. Deze werden daarbij pays de par deçà (landen van herwaarts over), terwijl de andere dan aangeduid werden met pays de par delà (landen van derwaarts over). Het waren daarmee geen eigennamen, en zo konden met pays de par deçà de Bourgondische erflanden bedoeld worden, maar ook Aragon, Napels of Engeland. Pas later werd de term synoniem voor "de Nederlanden". Buiten de kring van de hertog werd hij echter niet vaak gebruikt. Maria van Hongarije (1530-1555) gebruikte als landvoogdes zowel pays de par deçà als pays d'embas.
"Bourgondië" werd ook buiten deze kring wel gebruikt als aanduiding voor het geheel van landen van de hertog, vooral door militairen. Dit gebruik nam af na het verlies van het hertogdom in 1477, maar vooral nadat keizer Karel V in 1544 afstand deed van zijn aanspraken op het hertogdom. |
Friesland
Bij onderhandelingen over het verkrijgen van de koningstitel refereerde Filips de Goede (1419-1467) in 1447 aan het oude Midden-Rijk. De naam hiervan, "Lotharingen", was echter al te zeer verbonden aan een bepaald gebied om gebruikt te kunnen worden voor de landen van de hertog. Deze schijnt daarna de voorkeur te hebben gegeven aan de titel van koning van Friesland, een van de zeventien christelijke koninkrijken. Kanselier Kaspar Schlick stelde daarop de naam Brabant voor, zodat de aanspraken van koning Frederik III op Friesland niet in gevaar kwamen. De onderhandelingen leverden uiteindelijk niets op.
Onder Karel de Stoute (1467-1477) herleefde het plan om het rijk van Lotharius I te herstellen. In 1467 was hem door Frederik III, ondertussen keizer, en paus Paulus II de titel van Rooms-koning in het vooruitzicht gesteld. De keizer was daar later op teruggekomen en bij de onderhandelingen in 1473 schijnt Karel ingestemd te hebben met een lagere koningstitel. Dit zou dan wel een dubbele titel moeten zijn; koning van Bourgondië en koning van Friesland. Uiteindelijk bleef ook dit zonder resultaat. |
Belgica of Germania inferior
In het Latijn werd het gebied wel aangeduid als Gallia Belgica. Dit was een echo van het Gallia Belgica van Caesar, hoewel dat ook een groot deel van Noord-Frankrijk had beslagen. Rechtsgeleerde Jean d'Auffay definieerde het daarom als het deel van Gallië dat buiten het koninkrijk van Frankrijk lag, waarbij het ook Lotharingen en het Nederrijngebied omvatte.
Tijdens de Middeleeuwen had het gebied voor de Kerk echter de naam Germania inferior gehad, met Keulen als hoofdstad van de provincie. De antwoorden op de vraag of de Nederlanden bij Germanië of Gallië behoorden, verschilden dan ook. Halverwege de zestiende eeuw kwam onder invloed van de humanisten Belgium of Belgica in gebruik zonder toevoeging van "Gallia". |
Nederlanden
In de vijftiende eeuw kwam de naam "Nederlanden" in gebruik. In tegenstelling tot Frankrijk en Engeland had dit geen etnische oorsprong, maar was het aanvankelijk een aardrijkskundige term, die slechts het onderscheid aangaf met een hoger gelegen gebied. Als zodanig was deze term door het gehele Duitssprekende gebied in gebruik. Dit was ook het geval voor het stroomgebied van de Schelde, Maas en Rijn, inclusief het beneden-Rijngebied. Door het grote belang van deze regio werd de benaming steeds meer specifiek voor dit gebied gebruikt. Vanaf ongeveer 1490 werden hiermee ook specifiek de Bourgondisch-Habsburgse gewesten aangeduid.
Met "Vlaanderen" was "de Nederlanden" vanaf halverwege de zestiende eeuw waarschijnlijk de meest gebruikte naam. In het Frans was dit Pays-Bas, in het Italiaans Paesi Bassi en in het Duits Niderlanden (de toen gebruikelijke spelling). In het Nederlands en het Duits werd zowel het enkel- als het meervoud gebruikt, terwijl er in het Frans en Engels (Low Countries) een voorkeur voor het meervoud was.
Zeventien Nederlanden
Rond 1565 kwam in Antwerpen de naam "Zeventien Nederlanden" in gebruik. Onduidelijk is het verband met het gebruik van 'zeventien landen' onder de Bourgondische hertogen tot rond 1490. Het getal zeventien was hierbij symbolisch, hoewel er pogingen zijn geweest om de zeventien provinciën te benoemen. De naam bleef zelfs na de Opstand in gebruik. |
Opstand
Na de Opstand bleven de benamingen Belgium en 't Nederlandt in gebruik voor zowel de Nederlanden als geheel als voor de beide afzonderlijke staten. Voor de Spaanse en later de Oostenrijkse Nederlanden werd ook wel Belgium Regium gebruikt, terwijl met Belgium Foederatum wel de Republiek der Verenigde Provinciën werd aangeduid. Voor de Republiek werd steeds meer "Holland" als pars pro toto gebruikt, zoals eerder "Vlaanderen". Nederland werd nog in de Franse tijd en ook onder koning Willem I vertaald in het Frans als Belgique.
Na het vertrek van de Fransen werden het noorden en zuiden verenigd. De naam van het nieuwe land werd "het Koninkrijk der Nederlanden", in het Frans le Royaume des Belgiques. Pas na de Belgische omwenteling van 1830 werd België verengd tot het huidige begrip van de moderne staat. |
Bron : Wikipedia CC 3.0 |
|