Overweg13
Trein en bus, wandelen en weer, en van die hobby's meer
05-02-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.5 februari 2019 Bossuit

De wandeling.
Ik ben behept met een vroeger-was-alles-beter-syndroom en af en toe probeer ik daar iets aan te doen door diep in de kast met routebeschrijvingen te duiken, in de hoop dat de confrontatie met het verleden wat realistischer naar de eigen tijd doet kijken. We stappen vandaag dan ook een tocht die verscheen in het tijdschrift van Vakantiegenoegens van 07.10.1981! Het artikel heet Langs de West-Vlaamse Schelde (toen nog zonder koppelteken) en is van de hand van Ludo van Lint. En op het koppelteken na is er inderdaad niet echt zo heel veel veranderd. Natuurlijk zijn er wat huizen bijgekomen maar ogenschijnlijk niet tegen het tempo dat we van elders kennen, de oude treinbedding is nu wel perfect begaan- en befietsbaar en het jaagpad langs de Schelde is verhard. Maar voor de rest is er niet zo veel nieuws: de kastelen en de grote hoeven staan nog altijd overeind, de voetwegen (toen nog kerkwegels genoemd, maar hoe moet je die noemen als niemand nog naar de kerk gaat?) blijven perfect bruikbaar en wat toen verhard was, is het nu nog altijd. Ik ben wel bijna zeker dat de TWQ toen net zoals vandaag 37% bedroeg. De 11 km lange tocht is geen hoogvlieger, maar hem nu meteen waardeloos noemen, zou ik ook niet doen. Hij stelt je in de gelegenheid een onder wandelaars weinig gekende Scheldevlakte te ontdekken en bepaalde delen mogen er ook best zijn. Zeker in de buurt van Sint-Denijs zullen liefhebbers van aloude voetwegen in vervoering geraken. Kaartje en foto's.


Het kasteel van Bossuit, of van de Beaufort. In 1981 al onbewoond.


Tegen het einde aan kun je niet meer onder de Schelde uit, als je dat al zou willen.

Het weer.
Somber, grijs, maar droog.


De stafkaarten.
29/7 S Amougies - 29/6Z Sint-Denijs (of 29/5-6 Moeskroen-Zwevegem en 29/7-8 Kluisbergen)

Hoe we er geraakten.
Bossuit wordt bediend door buslijn 85 Waregem - Spiere. Overstappen is mogelijk in Waregem en Anzegem (treinstations) en in Avelgem waar verscheidene buslijnen (zowel van De Lijn als van de TEC) samenkomen, tenminste als het busstation niet onbereikbaar is door werken. Het snelst en het gemakkelijkst gaat het voor ons uit Waregem, al bestaat er ook in Anzegem een vrij goede aansluiting uit Zottegem en Oudenaarde. De tijd dat hier ook nog semi-directe treinen uit Brussel stopten, ligt ver achter ons.

Een beetje geschiedenis.
We kruisen vandaag even buiten Bossuit de vroegere spoorlijn 85 Leupegem - Herseaux - Roubaix. In de tekst die bij de wandeling hoort, lees ik nog: Even verder dwarsen we een oude spoorbedding. Als wandelpad is het (sic!) niet meer bruikbaar. Grote delen zijn nu akkers. Vandaag is dat wel anders: de bedding vormt nu de Trimaarszate. Die trimaars waren West-Vlaamse seizoenarbeiders die in het rijkere noorden van Frankrijk aan het oogsten gingen. (Dat weten we dankzij Willem Vermandere.) Maar in 1981 kon ze dus niet worden opgenomen in een wandeling. Over die lijn 85 valt wel wat te lezen op de website van Paul Kevers- zie onderaan. Ze werd geopend op 1 augustus 1881 en ging dicht op 2 september 1959. In het spoorboekje ging het om een tabel Oudenaarde - Herseaux - Moeskroen. Het grootste deel van deze verbinding liep inderdaad over de lijn met het nummer 85, maar Oudenaarde en Moeskroen waren nu eenmaal interessanter als begin- en eindpunt dan Leupegem en Herseaux. Die laatste twee werden consequent wel als overstapstations beschouwd - vandaar dat ze vetjes afgedrukt stonden in het spoorboekje. Op een zaterdagmiddagtrein en een laatavondtrein op zondag na, werden op het einde alle ritten uitgevoerd met kleine autorails. Die laatste trein op zondag vertrok in Kortrijk om 23:07 en eindigde in Oudenaarde om 0:37, na een omzwerving door de Scheldevlakte.


De oude lijn 85.

In het spoorboekje van 04.10.1959 treffen we voor het eerst de buslijn 85 aan: die verbindt Herseaux met Oudenaarde via Avelgem. Ze volgt dus vrij getrouw de loop van de spoorlijn. Vanaf 28.05.1972 krijgt de lijn een bijkomende kenletter en wordt 85a. Voordien reden alle vervangingslijnen zonder bijkomende kenletter als ze de spoordienst volledig vervingen; de kenletter werd slechts toegevoegd als er naast de busdienst ook nog een treindienst overbleef. In 1972 veralgemeende men de kenletter voor de vervangingsbussen, ongeacht of er een parallelle spoorlijn was of niet.

Op 27.05.1979 verschenen de lijnen 85a/1 Avelgem - Moeskroen en 85a/2 Oudenaarde - Avelgem ten tonele. Met de invoering van de IC-IR-bediening op 03.06.1984 werd ook dit gewijzigd: 85a zou voortaan slaan op Avelgem - Spiere, 85b op Oudenaarde - Avelgem. Uit de haltelijst kon ik opmaken dat de buslijn in Bossuit een noordelijker tracé volgde dan vandaag, nl. via Bossuit Station en via Sint-Denijs. Ondertussen was er ook al een herstructurering van lijn 83 (deels een voorstadslijn in Kortrijk) doorgevoerd die tot Spiere doordrong.

Op 01.06.1997 werd de weekenddienst op lijn 85a opgeheven; de weekdienst werd uitgedund.

Nog twee te vermelden momenten: op 10.01.2005 wordt de lijn 85a opnieuw lijn 85. En op 07.01.2008 verscheen in het busboekje voor het eerst een buslijn 85 Waregem - Anzegem - Avelgem - Spiere, met een uurdienst van maandag tot zaterdag en een twee-uurdienst op zondag. Op de weekenddiensten werd sindsdien danig bespaard; vooral op zondag beginnen de bussen laat te rijden en houden ze er ook vroeg mee op. Dat kadert in de besparingen die De Lijn moest doorvoeren omdat het huidige kabinet Weyts De Lijn tot verregaande besparingen dwong. Wordt trouwens ongetwijfeld vervolgd.

En wat gebeurde er met het deel voorbij Spiere? De TEC ving de bediening van Spiere (Espierre) en Warcoing op met lijn 2 Tournai - Moeskroen.



De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 3207 09:03 09:15 stipt 359 mr80 Break controle: J
Brussel-Zuid - Waregem 430 09:36 10:30 stipt 1890 -  61074 M6 controle: J
Waregem - Bossuit [85] 10:37 11:20 +3 ab5505-18 Mercedes Citaro
Demuynck & Vansteelandt
-
Bossuit - Waregem 85] 14:39 15:22 +2 ab5505-19 Mercedes Citaro
Demuynck & Vansteelandt
Waregem - Brussel-Zuid 415 15:30 16:24 +1 1812 -  61076 M6 controle: J
Brussel-Zuid - Halle 8574 16:42 16:53 +1 2142 -  58027 M4 controle: N

 

En wat we beleefden.
Onze treinen rijden tegenwoordig zo goed dat er nauwelijks wat over te vertellen valt. Gelukkig is er nog die treinbegeleider die we in deze trein 3207 ook al zagen op 18 januari en die ook door de wandelmicrobe is aangestoken. Toen konden we dat alleen maar afleiden al luistervinkend: de collega die hij net had afgelost luisterde geduldig naar het verslag van zijn wandelprestaties en wij luisterden nieuwsgierig en bewonderend mee. Vandaag doet hij zelf dienst tot Brussel-Zuid (de vorige keer draaide hij pas mee vanaf Brussel-Zuid) en aangetrokken door onze wandelstokken steekt hij meteen van wal: of er wat te beleven valt op wandelgebied in Waregem - zie biljetten! - of we nog een bus moeten nemen, hoeveel kilometers er op het programma staan, of we dat regelmatig doen en altijd per trein en bus? Tussendoor vertelt hij over zichzelf: hij woont in Ath, stapt graag en veel in de Vlaamse Ardennen en het Pajottenland, stapt meestal georganiseerde tochten - vroeg op de dag, anders is het te druk. Kortom, in het korte tijdsbestek tot Brussel-Zuid wisselen we een resem wandelwederwaardigheden zonder weerga uit en toch denkt hij er aan om voor Brussel-Zuid zijn aankondiging te doen. Dit is een gesprek van zielsgenoten en we gaan er graag op in, al zie ik aan de neus van een medereiziger dat die er vooral ongepaste opdringerigheid in ziet. Verkeerd inschatten is even menselijk als vergissen. De tbg wenst ons nog een goede "wandelen", maar vraagt meteen hoe je dat in het Nederlands zegt. "Wandeling" zal hij wel nooit meer vergeten.

Ook de aansluitende trein rijdt perfect. Het groepje tbg's van de ochtendspits zit gelukkig ver genoeg om niet echt te storen.

Ik denk dat het de eerste keer is dat we in Waregem een bus nemen. In 2001 stapten we ook al in Bossuit, maar toen namen we nog de bus van Kortrijk naar Avelgem, waar we overstapten op de bus naar Bossuit. Aribus is buiten dienst, zoals zo vaak. Het zou een ideaal voorbeeld van samenwerking tussen de federale NMBS en de regionale De Lijn kunnen zijn die ook nog eens de reiziger ten goede komt, maar het systeem is meer dan eens vleugellam. Weyts wil de NMBS regionaliseren, ik zie meer heil in het opnemen van alle vervoersmaatschappijen in één grote federale mastodont. Al ligt de reden voor het frequent uitvallen van Aribus waarschijnlijk elders. De bus staat klaar, de chauffeur rookt half buiten de bus een zelfgerolde sigaret. Zo voed je de hoest die soms pijnlijk hinderlijk klinkt. Pijnlijk hinderend voor hem dan. De bussen van beide richtingen kruisen elkaar aan het station van Anzegem. Dat is meteen het moment voor een babbeltje onder chauffeurs. Eigenaardig genoeg trekt de bus pas vanaf Avelgem andere reizigers aan, al zal bij de terugrit blijken dat dit eerder toeval is.

De bus van de terugrit rijdt met de verkeerde film. Ik maak de chauffeur daar opmerkzaam op; de man is me dankbaar en corrigeert meteen zijn fout. We komen relatief vlot door Waregem, alleszins zonder vertraging te maken.

Ook de terugreis per trein verloopt prachtig. En ook nu prefereren we de aangename P naar Geraardsbergen boven de snellere maar drukkere IC's naar Quiévrain en Binche of de S naar Braine-le-Comte. We volgen wel een fantasievolle reisweg, vanaf Y. Ruisbroek gaat het over lijn 96N, op tegenspoor. Zo halen we onderweg de S-trein naar Braine-le-Comte in die in het verleden al te vaak voor de P-trein zat. Nu komen we net niet stipt in Halle aan, na een aangename rit. Die wordt de klanten van IC 2037 van Antwerpen naar Charleroi vandaag door de neus geboord. Personen op het spoor in het Antwerpse heeft voor vertraging gezorgd en de reizigers van de IC zitten nu allemaal op de propvolle P 8721 naar Châtelet. Hopelijk zijn ze trouwens niet allemaal weer uitgestapt toen bleek dat de IC toch voor de P zou rijden. En even hopelijk zijn al de reizigers van de P-trein op dat moment niet op de IC gestapt, want dan konden ze twee keer hetzelfde tafereel van overvolle treinen beleven.

De treinlectuur.
Adriaan van Dis, Ik kom terug.
A.F.Th. van der Heijden, De helleveeg.


Een scheutje oprisping.
Je leest wel eens dat de vele pakjesdiensten en hun bestelwagens de files extra aandikken. Ik begrijp niet goed hoe één bestelwagen die de pakjes voor 30-40 gezinnen vervoert meer file kan veroorzaken dan 30-40 personenwagens die allemaal afzonderlijk naar winkelcentra en grootwarenhuizen rijden.


Een verkneukelinkske.
Volgens minister Bellot zijn er aanwijzingen dat Infrabel en NMBS regelmatig zelf kabels stelen en personen over het spoor doen lopen om op die manier de vele vertragingen te verantwoorden. De Staatsveiligheid zou hiervan op de hoogte zijn.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

05-02-2019 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
29-01-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.29 januari 2019 - Poederlee

De wandeling.
Van het internet haalde ik een plannetje van Natuurpunt in de Grote Heide. Ik hou het maar op Poederlee, maar onze begin- en eindhalte ligt volgens De Lijn op Lichtaart en heet Snepkenshof. We smolten de oranje en de groene wandeling samen en kwamen zo net niet aan 7 km. De TWQ bedraagt 84%: alleen bij het begin en het einde moet het even over verharding. Het is een vrij persoonlijke interpratie geworden van de gegevens op het kaartje, bovendien heeft Natuurpunt traditiegetrouw de wandelingen op een aantal plaatsen aangepast en hebben we de wandeling in de tegenrichting van de bewegwijzering gemaakt. Maak het jezelf gemakkelijk en volg op dit kaartje. Zo kom je ook langs het Zwart Water en eindig je in de buurt van de Snepkensvijver, met kijkhut. Klik hier voor de foto's.

Het weer.
Licht bewolkt en fris. Bijzonder aangenaam weer na toch wel enkele sombere, natte dagen.


De stafkaarten.
16/3 Z Vorselaar (of 16/3-4 Kasterlee)


Hoe we er geraakten.
Een goede vertrekhalte leek ons Lichtaart Snepkenshof te zijn, op de lijnen 305 en 212. De 212 rijdt eerder sporadisch, de 305 is de lijn Leuven - Turnhout die elk uur rijdt. Het was wel even opletten met de halte net voor Snepkenshof: die heet Herentals Snepkenshoeve, kwestie van het allemaal wat eenduidig te maken.


Een beetje geschiedenis.
Eerder had ik het al over buslijn 305 die ons vandaag naar de voor ons erg interessante halte Snepkenshof brengt. Laat ons even 50 jaar teruggaan in de tijd: de spoorlijn 29 is zo goed als opgedoekt en de buslijn 29a heeft de bediening van de tussenliggende halten bijna volledig overgenomen. Tegelijk rijdt er ook een snelle buslijn 304 tussen Leuven en Turnhout, die als een soort expressbus Leuven via Aarschot, Olen, Kasterlee met Turnhout verbindt. De bus stopt weinig: dat heb ik indertijd zelf mogen ervaren toen ik met deze bus naar Ourodenberg wilde, een gehucht van Aarschot, waar de Cerkel (Halle) toen moest gaan spelen. Ik ben niet verder geraakt dan Leuven: de chauffeur was (terecht) onverbiddelijk. Daar (of ergens in de buurt) stopte hij niet. Overigens waren er op dat moment wel meer van die snelle bussen: lijn 299, Antwerpen - Hasselt, lijn 302 Bree - Hechtel - Antwerpen, lijn 307 Hamont - Brussel en uiteraard de 304.

Deze lijnen werden destijds door pachters voor de NMBS gereden, als aanvullende autobusdiensten. Die hadden allemaal een lijnnummer tussen 201 en 499. De biljetten die door de NMBS uitgegeven werden, waren niet geldig op deze buslijnen, wat wel het geval was op de vervangende autobusdiensten.
Onder besparingsdruk verloren de lijnen 299, 302, 304 en 307 gaandeweg hun expresskarakter, als ze al niet helemaal werden opgedoekt. Zo werd de 304 de huidige trage buslijn 305, die onderweg aan alle gepasseerde halten stopt. Ik heb voor de aardigheid de tabel uit 30.05.1976 afgedrukt. De bus legde het volledige traject destijds 30 minuten sneller af dan nu…


Let op de gebruiksbeperkingen om de busdiensten van de NMVB niet te benadelen.


De verbinding.

Halle - Herentals 3408 09:20 10:36 stipt 838 mr75 vierledig controle: J
Herentals - Lichtaart [305] 11:20 11:28 stipt ab1102-85 Van Hool New A360 De Duinen
-
Lichtaart - Herentals [305] 13:31 13:43 stipt ab1063-03 Scania Citywide LE De Duinen
Herentals - Halle 3436 14:23 15:39 stipt 0838 mr75 vierledig controle: J

En wat we beleefden.
Het is alweer een tijdje geleden dat we nog eens in een niet-gemoderniseerd stel zaten, maar vandaag kunnen we ons hartje nog eens ophalen aan de seventies-stijl. De rit verloopt vlot: de ingeschoven extra minuut in de NZV maakt dat het hier nu stipter kan - hoewel, tijdens de spits? - alleen vanaf Weerde tot voorbij Mechelen gaat het niet echt vlot; we staan ook te lang stil in Mechelen. Maar uiteindelijk bereiken we Herentals stipt.

Optimaal is de aansluiting met de 305 allerminst. We zoeken een theehuis op in de Zandstraat dat we nog kennen van vorige gelegenheden. Toen was de zaak nog maar net open, ondertussen heeft de tijd niet stilgestaan. Ik hou er wel een monsterhit aan over: een 5-euro-biljet dat op 07.03.2015 in Larnaka (Cyprus) door een collega eurobilltracker is ingegeven komt hier 2920 km verder en 1424 dagen later in mijn handen terecht. Wie er meer over wil weten: www. eurobilltracker.com. Let op: aanstekelijk en verslavend. De bus komt met 5 minuten vertraging aan, maar aangezien hij daar 5 minuten haltetijd heeft, kan hij toch stipt vertrekken, ook al omdat de chauffeur ons (en anderen) nauwelijks bekijkt en er meteen de beuk in zet. Wat kunnen sommige chauffeurs toch goed een doelgericht dedain voor hun klanten etaleren.

De chauffeur van de terugrit kijkt gelukkig zijn klanten wel aan. De chauffeur van de inhalende wagen weet blijkbaar niet dat bussen af en toe op de rijweg stoppen om passagiers in te laten stappen en laat toeterend zijn ongenoegen horen. Veel automobilisten zijn nu eenmaal egoïstische krengen.

Deze keer wordt het de Illy in dezelfde Zandstraat, want de aansluiting met de rechtstreekse IC naar Halle is erg ruim. Het moet gezegd dat we ook via Antwerpen-Berchem hadden kunnen reizen.

We zitten voor de terugreis in hetzelfde vierledige stel. Het wordt een treinrit zonder het minste zweempje van vertraging. Net voor Mechelen komt een zuur kijkende man met NMBS-badge door onze afdeling. Het lijkt er wat op dat hij de staat van de zonneschermen controleert en noteert. Even dacht ik dat het weer een zure Kempenaar was die nog eens een rapportje over de Turnhout - Binche aan het voorbereiden was.

De treinlectuur.
Evelyn Waugh, A handful of dust.
A.F.Th. van der HEIJDEN, De helleveeg.

Een scheutje oprisping.
Vermeersch is dood. Joepie! Weer een halve krant gevuld. (Moeten ze op de krantenredacties gedacht hebben…)

Een verkneukelinkske.
In Halle speelt Komt vrienden in de ronde tegenwoordig op de beiaard. Het is het liedje van de scharesliep, destijds een hit toen ik in de lagere school zat, naast Des winters als het regent, het lied van het loze vissertje, onlangs nog eens opgevist in Blokken door Ben Crabbé. Liedjes die onze jeugd blijde maakten…

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.


We liepen ook een tijdje langs lijn 29. Ter hoogte van km 29.2 kon ik nog net IC 3434 Turnhout - Binche fotograferen. Loc 1844 duwt een stel M6-rijtuigen.


In Herentals kon ik motorwagen 4122 vastleggen met IC 4344 Hamont - Antwerpen-Centraal. Ik heb de foto flink bijgesneden om te vermijden dat de door graffiti beschadigde desiro 08100 al te uitdrukkelijk op de foto aanwezig zou blijven.

29-01-2019 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
21-01-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.21 januari 2019 Zegelsem

De wandeling.
We hebben ons vandaag laten inspireren door een wandeling uit Onvergetelijke natuurwandelingen in Vlaanderen van Jan Heyvaert, in 2001 (?) uitgegeven door Deltas. Het boekje stelt 19 wandelingen voor die elk een bepaald aspect van de natuur belichten. In wandeling 12 is dat het reliëf, wat zich ook enigszins opdringt in de Vlaamse Ardennen. De wandeling ligt op Maarkedal en kreeg de naam Burreken mee, naar het natuurgebied waar ze rond en door loopt. Minder dan anders hebben we de wandeling zoals voorgesteld gevolgd en daar hadden we goede redenen voor: om te beginnen hadden we een lange aanloop naar het beginpunt nodig, de eigenlijke wandeling is nauwelijks 4 km lang, tot overmaat van ramp is de tekst op een bepaald moment niet zo duidelijk - een wandelboek zonder kaartjes, wie bedenkt zo iets? - en onderweg werden we ook nog geconfronteerd met een afgesloten toegang tot een weide. Maar kom, het eindresultaat mag er zijn, vinden we: in totaal stappen we bijna 7 km door een inderdaad stil en aangenaam gebied en alleen de eerste 1.5 km is zwak. De TWQ is wel verrassend laag voor een natuurwandeling (26%) maar de oorspronkelijke tocht zou ongetwijfeld veel hoger scoren. Het Burreken zelf is een waterrijk gebied dat veel wandelmogelijkheden biedt: t.o.v. de stafkaart uit 1999 zijn er trouwens nogal wat nieuwe wegen aangelegd en andere opgefrist.

Kaartje en foto's.

 

De Vlaamse Ardennen lijken soms erg sterk op de echte Ardennen.

De Sint-Ursmaruskerk van Zegelsem.



Het weer.
Helder en koud. Wel zo goed als windstil en dus aangenaam.


De stafkaarten.
30/5N Schorisse


Hoe we er geraakten.
Schorisse en Zegelsem kwamen eigenlijk allebei in aanmerking als begin- en eindpunt, maar van Zegelsem vermoedde ik dat het eenvoudig te bereiken zou zijn vanuit Geraardsbergen, op zijn beurt gemakkelijk bereikbaar uit Halle. Tot ik de situatie van dichterbij begon te bekijken: de aansluiting van een klein uur (of hoe noem je 59 minuten anders?) was er echt te veel aan en de voorgestelde alternatieve reisweg via Ath kon dan wel de overstaptijd beperken, maar niet de totale reisduur. Dus kozen we maar voor Oudenaarde, waar de lijnen 16/17 wel goede aansluitingen geven op de treinen die daar rond het half uur geconcentreerd zitten. Het is het eeuwige onoplosbare probleem van buslijnen tussen 2 stations: goede aansluitingen in het ene veroorzaken slechte aansluitingen in het andere station, tenzij je de frequentie van de bussen verdubbelt… Of onrealistisch snelle ritten programmeert.


Een beetje geschiedenis.
Zegelsem werd vanaf 1905 door de tramlijn Geraardsbergen - Oudenaarde bediend. Wie werkelijk alles te weten wil komen over deze tramlijn, die in 1943 sneuvelde, kan terecht op de uitmuntende website van Steven De Schuiteneer. Wie houdt van oude documenten komt daar ook volledig aan zijn trekken.

Deze tramlijn volgde meestal de huidige N8, maar net in Zegelsem werd deze steenweg twee keer verlaten om een al te stevige niveauverschil te verzachten. De tram reed hier iets meer naar het noorden, zoals duidelijk te zien is op afb. 46 van Steven. Op de huidige stafkaarten is de loop van de tram nog gedeeltelijk te herkennen.
Voor WO II werd Zegelsem al tijdelijk zeer weinig frequent bediend door een bus Nederbrakel - Gent, maar het was wachten op de vervangingsbus die in de jaren 1950 begon te rijden. In het spoorboekje van 08.10.1950 vond ik de tabellen 740 en 741. De variant, want veel meer dan dat was het niet, verdween blijkbaar al vrij snel, nog in de loop van de jaren 1950.


De huidige buslijnen 16 en de variant 17 via Lierde zijn de verre nazaten van die eerste bussen. Voor Elsegem zal er in de loop van 70 jaar nauwelijks iets veranderd zijn op het vlak van de busbediening, toch wat de gevolgde reisweg betreft. De zondagdienst heeft evenwel bijna constant onder druk gestaan. Op zondag 13.01.1991 stond ik met een twintigtal wandelaars aan het station van Geraardsbergen te wachten op een bus naar Brakel (en Oudenaarde). Bleek dat de zondagsdienst de week voordien afgeschaft was. We waren van plan om van Brakel naar Geraardsbergen te stappen. Als enkele stappers niet toevallig per wagen naar Geraardsbergen gekomen waren, zou ons hele plan in duigen gevallen zijn. Een echte blamage voor het openbaar vervoer en voor zijn verdediger kon dus nipt vermeden worden, al was het onvermijdelijke gebruik van privéwagens toch ook moeilijk te slikken.
Vandaar dat ik nog altijd een gloeiende hekel heb aan al die wijzigingen die te pas en te onpas doorgevoerd worden. Met de uitbouw van de OV-websites zijn we dan (meestal) wel op tijd op de hoogte van de wijzigingen, maar het laat een amateuristische indruk na en getuigt van weinig respect voor de reiziger.

De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 1559 10:57 11:07 stipt 08007 mr08 Desiro controle:N
Brussel-Zuid - Oudenaarde 2334 11:39 12:27 stipt 434 mr80 Break controle: J
Oudenaarde - Zegelsem [16] 12:38 12:59 +9 ab3896 Jonckheere Transit 2000 Oudenaarde??
-
Zegelsem - Oudenaarde [16] 15:01 15:23 stipt ab2047 VDL Bus&Coach Citea Oudenaarde??
Oudenaarde - Brussel-Zuid 2313 15:32 16:20 +1 1840 -  61048 M6 controle: J
Brussel-Zuid - Halle 8574 16:42 16:53 stipt 2156 -  58023 M4 controle: N

 Mocht iemand kunnen bevestigen dat beide busritten door Oudenaarde uitgevoerd worden: graag!

En wat we beleefden.
Er valt echt weinig te zeggen over de treinritten van de heenreis: ze rijden allebei stipt. Tussendoor merken we wel dat het aloude Sam's Café blijkbaar overgenomen is door de firma SSP. Voorlopig haalt de bediening het niet van de vroegere.

In Oudenaarde staan na een tijdje zowat alle bussen in alle mogelijke richtingen te wachten. Enkele chauffeurs slaan een babbeltje in afwachting van het vertrek. Eén bus vertrekt met bestemming Oudenaarde Station; de enkele reizigers moeten dat wel gemerkt hebben, maar de gepaste opmerking is achterwege gebleven. Je vraagt je af hoe sommige chauffeurs je durven afsnauwen als je vraagt of hun bus naar X rijdt: de snauw gaat dan meestal vergezeld van een opgestoken (wijsvinger) in de richting van de filmkast. Ze zouden toch ook moeten weten dat niet al hun collega's geconcentreerd genoeg blijven om met de juiste film rond te rijden. Voor alle duidelijkheid: ik maak er altijd een opmerking over en in zo goed als alle gevallen krijg je een bedankje. Eén bus ontbreekt: de onze. Er is geen spoor van bus 16 te bekennen en na het academisch kwartiertje bel ik De Lijn op. Ik krijg te horen dat die bus niet lijkt te rijden als de 16 toch komt aangereden. Haltelink (wat is dat toch een zalige app) had de 3901 voorspeld, maar het blijkt om de 3896 te gaan. Even later horen we hoe de chauffeur zich verontschuldigd bij een medereizigster: de voorziene bus was defect. Zij maakt zich vooral zorgen om haar aansluiting onderweg. Overigens sluit een van de deuren van deze bus ook pas na manuele tussenkomst van de chauffeur. Waar is de tijd dat klassieke treinstellen hier ook last van hadden bij lage temperaturen? Uiteindelijk vertrekken we met 14 minuten vertraging; die krimpt tot 9 in Zegelsem.

De bus van de terugreis is een stuk jonger (de chauffeur ook). Geen problemen deze keer.

En geloof het of niet: ook onze terugreis met 2 treinen verloopt volgens het boekje, al wachten we in Brussel-Zuid liever op de rustige P 8574 dan op de drukke IC naar Binche. Erg veel later komen we daarmee niet aan in Halle.

De treinlectuur.
Lize SPIT, Het smelt.
Hugo CLAUS, Het verdriet van België.


Een scheutje oprisping.
Op donderdag betogen, op vrijdag 100 dagen vieren. En dan lees ik ook nog het verrassende nieuws dat de pedagogische studiedag dood is. Dat verrast me niet: ik kan het aantal interessante studiedagen in meer dan 30 jaar onderwijs op één hand tellen en voel nog enig medeleven met de directeurs en onderdirecteurs die elk jaar opnieuw moesten proberen te ontveinzen dat het hen ook niet interesseerde en die onze medeplichtigheid dan maar kochten met een gratis middagmaal, meestal ook het einde van de dag.

Een verkneukelinkske.
Het woord burreke (uitgesproken met wat nog het best op een erg korte eu lijkt) ken ik al sinds mijn kinderjaren. Mijn grootouders (be)trokken hun drinkwater uit een burre(ke), een bron in het wat lager gelegen bos waarnaast ze hun nederige woonst hadden opgetrokken. Ik weet er nog van dat we als kinderen absoluut uit de buurt ervan moesten blijven om niet te verdrinken en dat de bron zelfs in de droogste zomers haar water overvloedig liet stromen. Lange tijd werd het glasheldere en koele water met emmers naar boven gedragen, langs een stijgend bospad. Later werd een manuele pomp geïnstalleerd en met de aanleg van wat hier "stadswater" heet, verloor de bron haar functie.

Het Burreke(n) dankt zij naam dus aan dergelijke bron: metathesis (het verspringen van medeklinkers binnen het woord) verklaart de vorm burreke(n) naast bron.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

21-01-2019 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
18-01-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.18 januari 2019 - Lokeren, Daknam

De wandeling.
Nieuw groot wandelboek Vlaanderen heet het boek waaruit we deze keer onze inspiratie puren, maar nieuw is het niet echt: de uitgave dateert van 2001, maar het is inderdaad een heruitgave van de eerste editie die gewoon Groot Wandelboek Vlaanderen heette. Auteur is Margit Sarbogardi, blijkbaar in samenwerking met Vakantiegenoegens. We stappen een wandeling die vertrekt en eindigt aan het NMBS-station van Lokeren en die ons naar Daknam brengt, getuige de naam van de wandeling een vergeten dorp. De TWQ bedraagt 59% en daar draagt de vroegere bedding van lijn 77A Lokeren - Moerbeke-Waas haar steentje toe bij. Eigenlijk is het eerder een fiets- dan een wandelpad, maar het valt op dat utilitair gebruik blijkbaar minder tot agressief rijden aanleiding geeft dan het toeristische of sportieve gebruik. Feit is dat de jonge fietsers die het pad met ons delen niet opdringerig zijn en dat is met orka's en andere sportievelingen wel eens anders. De tocht brengt ons naar Daknam, een bijzonder rustig dorp met een nog rustiger centrummetje. De Durme zorgt voor de rest. Alleen spijtig dat je zowel bij het begin als bij het einde even door weinig interessant woongebied moet. Je stapt in het totaal iets meer dan 9 km.


Laag gelegen in de Daknamse Broeken - erg winstgevend zal zo een boerderijtje wel nooit geweest zijn.

Meer foto's. En de kaart.

Het weer.
Fris en zwaar bewolkt, maar bijna uitsluitend cirrus, wat natuurlijk toch voor kansen voor de winterzon zorgt.


De stafkaarten.
14/8Z Lokeren


Hoe we er geraakten.
De ontwerpers zijn deze keer wel erg vriendelijk geweest voor de OV-gebruikers: begin- en eindpunt liggen bij het station van Lokeren, dat bovendien rechtstreeks verbonden is met Halle via de IC-verbinding Kortrijk - Tournai - Brussel - Sint-Niklaas. Dergelijke onwaarschijnlijke verbindingen komen vroeg of laat toch eens van pas.


Een beetje geschiedenis.
De bediening van Daknam is in de loop van de voorbije 50 jaar zo vaak gewijzigd dat het niet haalbaar is om in dit korte bestek een duidelijk en volledig overzicht te geven. Toen de treinhalte Daknam nog bediend werd door de treinen van lijn 77A was het allemaal nog eenvoudig, maar daar kwam in mei 1960 een eind aan, toen de spoorlijn opgedoekt werd. De vervangingsbus werd 57b "genummerd", met een aantal ritten langs Daknam, 9 op weekdagen, 7 op zaterdag en 10 op zondag. Ik heb me beperkt tot de ritten van Lokeren naar Daknam. Die lijn 57b verbond Lokeren met Zelzate via Moerbeke.

Vanaf 31.05.1970 wordt de bediening van Daknam opgenomen in een afzonderlijke tabel die ook 57 b genoemd wordt: de bediening wordt dan op weekdagen beperkt tot 7 ritten. Op zaterdag blijven er 2 over, de zondagritten verdwijnen helemaal.

Op 01.06.1975 wordt het aantal ritten verder beperkt tot 4, alleen op weekdagen, maar een variant van lijn 59b bedient nu Daknam. Die lijn 59b loopt van Sint-Niklaas naar Belsele, Sinaai, Eksaarde en dan via Daknam naar Lokeren.

Lijn 59 wordt vanaf 27.05.1979 opgesplitst in 2 tabellen: 59b1 en 59b2. Het is de 59b1 die Daknam bedient: uit Lokeren 11 keer op weekdagen, 6 keer op zaterdagen en 5 keer op zondagen.

Op 23.05.1982 worden overal in het land drastische inkrimpingen van de weekenddiensten ingevoerd: van de 6 ritten op zaterdag blijven er maar 4 over, 3 op zondag.

Dat is een erg tijdelijke toestand, want op 01.09.1982 worden de stadslijnen van Sint-Niklaas geïntegreerd in het interstedelijk busnet van het Waasland. Op dat moment ontstaat lijn 71 Lokeren - Daknam - Eksaarde - Sinaai - Belsele - Puivelde - Sint-Niklaas. Lijn 79 bedient dan wel de halte Daknam Ganzendries, maar van de bediening van de kleine dorpskom blijft op dat ogenblik niet zo veel meer over.

Halfweg het eerste decennium van de XXIste eeuw komt er een vrij belangrijke omwenteling, in het kader van de basismobiliteit, nog altijd de enige valabele manier om openbaar vervoer te organiseren. In het busboekje van 24.12.2006 verschijnen de lijnen 27, 28, 49 (=79 van voordien) en de belbus 70. Zoals dat eigenlijk hoort, neemt de belbus de bediening van de kleine dorpskern zo goed als volledig over. De reguliere lijnen staan alleen nog in voor enkele schoolritten.

Ondertussen zijn we weer al meer dan tien jaar verder, maar veel is er niet meer gewijzigd. Waarom zou je veel wijzigen aan iets wat eigenlijk vrij goed functioneert? Lijn 27 staat nog altijd in voor een beperkt aantal schoolritten, lijn 79 bedient nog altijd een halte in Daknam en dat frequent, maar die halte Ganzendries ligt nog altijd behoorlijk ver van de kern. Belbus 70 is men ondertussen 270 gaan noemen: die bedient nog altijd een erg uitgestrekt gebied.

De verbinding.

Halle - Lokeren 3208 10:02 11:21 stipt 359 mr80 Break controle: J
-
Lokeren - Halle 3237 14:39 15:57 +3 408 mr80 Break controle: J

 

En wat we beleefden.
De trein van de heenrit loopt alleen in de NZV een zeer lichte vertraging op, maar vanaf Brussel-Noord verloopt alles volgens het boekje. In Brussel is de Vlaamse treinchef afgelost door een Waalse. Uit hun gesprek vernemen we dat de Waal elke week 50 km stapt, twee keer 20 kilometer en nog één keer 10 km voor of na zijn dienst. Dat roept natuurlijk het beeld op van een atletische jongeman, maar dat klopt allerminst: ver van zijn pensioen kan deze man met wat kromgebogen rug en sloffende voeten niet meer zijn, maar we nemen toch heel eerbiedig onze pet af voor dergelijke wandelprestaties, ook al zijn zulke uitspattingen nu niet meteen onze ultieme bedoeling.

De terugreis gebeurt weer in breaks. Tot Brussel-Zuid verloopt alles perfect, maar daar staan we 3 minuten langer dan voorzien stil. De trein zit bomvol: het zijn dergelijke toestanden die de briefschrijvers van Het Laatste Nieuws inspireren en die de indruk wekken dat álle treinen van de NMBS bomvol zitten. Tegelijk stroomt eerste klasse vol, al zal die vermoedelijk niet helemaal vol tweedeklasreizigers zitten: toch is dit ook zo een toestand die maakt dat reizigers zich de vraag stellen of eerste klas nog wel de moeite loont. Het is duidelijk dat deze 2 breaks niet tegen hun taak opgewassen zijn, al kan de vrijdagnamiddag daar een belangrijke rol in spelen. Maar het is de taak van de NMBS om daarop in te spelen - wat ze trouwens erg vaak ook doen met verlengde treinen op vrijdag.


De treinlectuur.
Lize Spit, Het smelt.
Hugo Claus, Het verdriet van België.


Een scheutje oprisping.
Als je je Nederlands doorspekt met Engelse termen - zoals o.a. in het bedrijfsleven gebruikelijk - bewijs je niet dat je Engels kent, wel dat je Nederlands erg zwak is.

Een verkneukelingske.
Vinken zijn echt bij de pinken: tot voor een jaar of twee moesten ze zich nog tevreden stellen met wat door kieskeurige mezen uit de voedersilo's gekieperd werd, tegenwoordig gebruiken ze ook al de opstapjes zodat ze direct bij de graantjes van hun voorkeur kunnen. Niet allemaal, weliswaar, het M-decreet is nog niet van toepassing in de vogelwereld.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.


Voor het station van Lokeren.

Vaak doe ik er niet eens veel moeite voor omdat die foto's in stations toch vaak niet echt goed zijn: laat dit maar een uitzondering zijn. MR 386 met IC 3035 De Panne - Antwerpen-Centraal en MR 931 met L2685 Lokeren - Antwerpen-Centraal.

18-01-2019 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (4)
15-01-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.15 januari 2019 - Strombeek-Bever

De wandeling.
Een van de oudste wandelbeschrijvingen die ik hier liggen heb, vond ik in het oktober-novembernummer 236-237 van de Vlaamse Toeristische Bibliotheek uit 1978, dat helemaal gewijd was aan de gemeente Grimbergen, met in totaal 9 beschreven wandelingen. In de voorbije 40 jaar hebben we al wat tochten uit dit boekje op ons palmares geschreven en vandaag stappen we de 9de wandeling: de Beverwandeling, zo een 9 km lang en destijds rood bewegwijzerd. Uiteraard is het risico op ontgoocheling groot, zeker als je weet dat de zwart-witafdruk van de topografische kaart waarop de tocht is uitgetekend, nog geen melding maakt van de Brusselse Ring. In de eigenlijke beschrijving komt die wel al voor, maar de omgeving is ook daarna nog gretig opgeofferd aan de god Auto. Toch viel het al bij al nogal mee om het oorspronkelijke parcours zo goed mogelijk te volgen. Niet dat dit nu meteen een absolute aanrader is: je moet te lang lopen voor je uit het centrum van Strombeek bent en tot overmaat van ramp moet je op het einde nog eens langs dezelfde weg terug naar je beginpunt. Ook de twee uitwasjes (zie kaart) zijn wat overbodig, want meer van hetzelfde. Toch is de tocht niet helemaal waardeloos: hoewel Brussel eigenlijk op stapafstand ligt loop je een hele tijd door een vrij gaaf gebleven bos en door de rustige vallei van de Maalbeek. Dat levert alles bij elkaar nog een TWQ van 37% op, wat je nu niet meteen van Strombeek-Bever zou verwachten. Het heeft de vorige dagen trouwens flink geregend - eindelijk - en de paadjes liggen er bepaald diep bij.
Foto's vind je hier.


Des winters als het regent, dan zijn de paadjes diep, ja diep…

Het weer.
Eerst nog enigszins opklarend, maar al snel volledig bewolkt. De wind rukte af en toe nijdig aan de map met de stafkaarten.


De stafkaarten.
31/3N Brussel - 23/7Z Vilvoorde (West)


Hoe we er geraakten.
Automatisch denken we bij Strombeek aan een verbinding met overstap in Brussel-Noord, maar veruit de eenvoudigste verbinding loopt over Vilvoorde (waar we 3 keer per uur zonder overstap geraken) en waar we overstappen op buslijn 820 Zaventem - Dilbeek die om het kwartier rijdt. Dat is een hele luxe. En toch willen de planners ons allerlei andere mogelijkheden suggereren waarvan de haalbaarheid onzeker is, met als meest onwaarschijnlijke voorbeeld een overstap in Brussel-Zuid op metrolijn 6, tot Bockstael, waar overgestapt kan worden op lijn 230 tot Strombeek-Kerk, vanwaar we met bus 820 tot het Gemeenteplein geraken.


Een beetje geschiedenis.
Strombeek had al heel snel een goede tramverbinding met Brussel (in 1889!) en twintig jaar later werd de lijn geëlektrificeerd. In 1952 werd nog een bijkomende tramverbinding aangelegd tussen Strombeek en de wijk Het Voor. In 1978 zouden de trams hier ophouden te bestaan.

De halte Gemeenteplein die we vandaag gebruiken omdat ze vlak bij ons vertrekpunt ligt, werd zo een vijftig jaar geleden bediend door buslijn VJ, waarin V staat voor Vilvoorde en J voor Jette.
In de huidige situatie wordt Strombeek bediend door buslijnen 230 (naar Humbeek), 231 (naar Kapelle-op-den-Bos) en 232 (Verbrande Brug) die eigenlijk de opvolgers zijn van de vroegere tramverbindingen met uitbreidingen.
De vroegere VJ is in het begin van deze eeuw aan beide zijde verlengd naar Dilbeek en Vilvoorde en Zaventem en bedient ook de eerder vermelde wijk Het Voor: dat is de huidige buslijn 820. In een niet eens zo verre toekomst zou hier een trambus moeten rijden, in afwachting van de aanleg van de tramlijn die als Ringtrambus gekend zal zijn. Voor alle duidelijkheid: deze trambus zal slechts gedeeltelijk het tracé van de huidige 820 volgen en bijvoorbeeld de halte Gemeenteplein niet bedienen.

De verbinding.

Halle - Vilvoorde 3409 10:20 10:51 +12 2722 -  51036 M4 controle: N
Vilvoorde - Strombeek [820] 11:08 11:29 -3 ab5097 Jonckheere Transit 2000 Dilbeek??
-
Strombeek - Vilvoorde [820] 14:33 14:55 -2 ab5103 Jonckheere Transit 2000 Dilbeek??
Vilvoorde - Halle 3436 15:08 15:39 stipt 806 mr75 (vierledig stel) controle: N

 

En wat we beleefden.
Het is nog niet zo dikwijls gebeurd dat onze eerste treinrit van het jaar pas halfweg de maand januari op het programma stond. We hebben nog net geen ontwenningsverschijnselen. IC 3409 naar Turnhout bestaat uit een van die lange M4-stellen die voor een keer niet onder de graffiti verborgen gaat. Onze eerste rit vertrekt krek op tijd in Halle, maar lang duurt het sprookje niet. Sein BY72 heeft de denkbeeldige eer in 2019 het eerste sein te zijn waarvoor we volledig tot stilstand komen: we staan dan tussen Lot en Ruisbroek. Overigens volgt er nog een klassieke hapering bij het binnenrijden van Brussel-Zuid. Het resultaat laat zich raden: 6 minuten bij aankomst. Dat is blijkbaar genoeg om de S-trein 1959 te laten vertrekken voor de IC: dat leidt tot 8 minuten vertraging bij vertrek; in Vilvoorde is die al opgelopen tot 12 minuten. Niet slecht voor onze eerste rit van het jaar. En voor de rest valt er niet veel te vertellen: een reiziger is een filmpje aan het bekijken en heeft de helft van het M4-rijtuig verduisterd. Ik open maar één gordijntje, maar zelfs dat blijkt storend te zijn, want de cinefiel verhuist naar een andere verduisterde zone.

Op perron 5 van het een dik jaar vernieuwde busstation staat al een 820 te wachten. De chauffeur keurt ons geen blik waardig als we instappen, laat staan dat hij terug zou groeten. Dergelijke exemplaren heb je vermoedelijk in elke stelplaats. Hij vertrekt 2 minuten te vroeg - ook hier is Aribus een nutteloze inrichting. Onderweg doet hij het wel rustig aan. We komen dan ook 2 à 3 minuten te vroeg aan bij de vervangingshalte. De affiche ligt vuil en half bedekt op de grond. Ze heeft het trieste lot ondergaan van al die aanduidingen aan vervangingshalten als de omleiding te lang duurt. Deze zal onderhand haar eerste verjaardag vieren.

Voor de terugreis hebben we een chauffeur die wel teruggroet, al lijkt hij wel te schrikken. Misschien is elkaar een goeie dag wensen aan deze zijde van Brussel niet echt een gewoonte. Maar ook deze rit verloopt vlot en aangenaam.

De IC 3436 zorgt voor een wel vaker voorkomend probleem: kiezen tussen het klassieke tweeledige stel vooraan en het vernieuwde vierledige stel achteraan. Het wordt een geschiedenisloze rit die stipt in Halle eindigt.


De treinlectuur.
Lize SPIT, Het smelt. Mijn principe getrouw lees ik zo een boek waar veel om te doen is geweest, enkele jaren nadat het stof weer gaan liggen is…
Hugo CLAUS, Het verdriet van België.


Een scheutje oprisping.
De Morgen van 17.01. Letterlijk:

Omdat er niet genoeg dienstvoertuigen waren, moesten dinsdag nog veertien rechercheurs in het kader van een groot onderzoek naar schijnhuwelijken en mensenhandel zich behelpen met het openbaar vervoer naar Brussel.

Verder zonder commentaar…

En een verkneukelinkske.
In mijn dialect hagelt het nooit. Als het onweert, kan het wel eens gebeuren dat het nagelt, maar hagelen, ho maar. Het afgeleide substantief is dan ook consequent den noagel en noagelbollen. Maar in de jaren 1960 dacht men nog dat de dialecten een desastreuze invloed hadden op het AN, terwijl we nu wel beter weten: precies het omgekeerde gebeurde. Je hoort het nog zelden noageln, wel oageln, naar analogie met de hagel, voorlopig (?) wel nog zonder begin-h, want die spreken we nooit uit.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

15-01-2019 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (2)
25-12-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ttb map 47 (deel 1)


01. Op 30.04.1986 stond ik lange tijd langs lijn 50, in de omgeving van Kwatrecht. Dat leverde een flinke oogst aan treinfoto's op, veel tweeledige stelletjes, maar die waren destijds even alomtegenwoordig als de desiro's vandaag en ze werden evenzeer voor alle mogelijke diensten ingezet. Mr693 passeert als E5259 Gent-Sint-Pieters - Mechelen, kp 47.8.


02. Tot en met foto 26 bevinden we ons in dezelfde buurt en uiteraard ook op diezelfde 30.04.1986. Vierledig stel 831 maakt de dienst uit als E1884 Gent-Sint-Pieters - Lokeren. En nee, dit is geen foutje: vergelijk deze treinen maar met de huidige weekenddienst: de trein reed uiteraard niet rechtstreeks van Gent naar Lokeren (dan zou hij nogal misgestuurd geweest zijn) maar reed als IR van Gent naar Wetteren, Lede, Aalst, Denderleeuw, Liedekerke, NZV, Dendermonde, Zele en Lokeren. (Kp 47.9)


03.Mr654 komt dan weer voorbij als E1783 Kortrijk - Turnhout. (kp. 48.4)


04. De 7378 sleept een korte goederentrein, tussen al de reizigerstreinen door. (kp 47.9)


05. Wat later is het de beurt aan de losse 5936. Wie aandachtig kijkt ziet links de bovenleidingspalen van lijn 50A/4 Y. Melle - Y. Meulewijk.


06.Nog een klassieke foto van een tweeledig stel - de 165 - als E5334 Gent-Sint-Pieters - Aalst.


07. De bekende breaks waren oorspronkelijk tweeledig en in een stemmig bordeauxrood geschilderd. Stel 427 is E1811 Gent-Sint-Pieters - Namur. Deze treinreeks stopte alleen in Aalst en Denderleeuw en reed na de NZV over lijn 161 als tweede snelle trein naar Namur. (kp 48.6)


08.Nog een losse rit van HLD 6214. (kp 48.6)


09. En nog een klassiek tweeledig stel: 188 als E5260 Gent-Sint-Pieters - Mechelen.


10. En dit is ze dan: lijn 50A/4, het verbindingsspoor tussen de lijnen 50 en 50A.


11. Nog een vierledig stel en dan kun je wel raden dat het hier om E1885 gaat: we zijn een uur later dan de E1884 (zie foto 2) - kp 48.7.


12. 6256 sleept een goederentrein - deze foto illustreert mooi de veelzijdige inzet van deze elegante locomotieven. (kp 48.7)

25-12-2018 om 18:49 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
24-12-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ttb map 47 (deel 2)


13. MR646 rijdt als E1784 Kortrijk - Turnhout. (kp 48.7)


14. MR167 als E5335 Gent-Sint-Pieters - Aalst. (kp 48.7)


15. MR381 met E1812 Gent-Sint-Pieters - Namur (kp 48.8). Mooi detail: de telefoon langs de spoorlijn.


16. MR624 - vermoedelijk als losse rit. Ik kon hem destijds alleszins niet thuisbrengen.


17. De goederentreinen zorgen voor de afwisseling waar de reizigerstreinen niet meteen voor instaan: 2631sleept er zo één, waar ik verder geen gegevens over heb. (kp 48.3)


18. De 165 met E5261 Gent-Sint-Pieters - Mechelen. Kp 48.1.


19. Opnieuw een vierledig stel dan: de 824 met E1886 Gent-Sint-Pieters - Lokeren. (Kp 47.8)


20. Nog een losse loc: de 5188 bij kp 47.8. De kadrering is niet echt optimaal, vermoedelijk werd ik door deze trein verrast. (kp 47.8)


21. Terug naar Kwatrecht dan: een mislukte poging voor wat variatie. De dreef en het brugje mogen er wel zijn, maar van de trein is niet veel te zien. Vermits het hier om een break gaat, is de kans erg groot dat het een trein is van de relatie Gent - Namur.


22. Dan lijkt het plaatje van de 183 (E5336 Gent-Sint-Pieters - Aalst) me beter gelukt.


23. MR 399 rijdt als E1813 Gent-Sint-Pieters - Namur door Kwatrecht.


24. MR187 is E5262 Gent-Sint-Pieters - Mechelen. Kp 47.5.

24-12-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (1)
23-12-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ttb map 47 (deel 3)


25. In Kwatrecht kon ik dan ook nog het poststel 955 fotograferen.


26. En nog een laatste in Kwatrecht met een speciale samenstelling: de 2126 sleept o.a. enkele internationale rijtuigen. Het eerste lijkt me een I1-rijtuig te zijn, de twee volgende vermoedelijk I3-couchetterijtuigen.


27. Ik combineerde deze fotosafari met een bezoek aan de WDT van Merelbeke; vermoedelijk ging de organisatie hiervan uit van ARBAC/KBVVS. Daar stond rijtuig 13018, een AB I1-rijtuig. Het rijtuig kwam in dienst in 1939 als 10072, had 8 coupés, waarvan oorspronkelijk 1 eerste klas, 3 tweede klas en 4 derde klas. Het werd hernummerd als 16018 in 1952, tot 18018 in 1954 en tenslotte tot 13018 in 1957. De derde klas verdween toen en de coupés werden evenredig verdeeld over eerste en tweede klas. In 1988 zou dit rijtuig uit de omloop verdwijnen.



28. 29. En dan nog twee foto's van de 5139 in de trainwash. Spectaculair, dat wel, maar goede foto's levert zoiets niet op.


30. Achteraf bekeken een op het eerste gezicht ongewone inzet van deze 1186 met E590 Moeskroen - Antwerpen-Centraal op 08.05.1986 in Sint-Niklaas. Toch was deze inzet voorzien.


31. Op 18.06.1986 trok ik dan naar lijn 94, tussen Halle en Beert-Bellingen. MR 534 zit aan de kop van E1563 Antwerpen-Centraal - Tournai.


32. Wat later is het de beurt aan HLE2210 met E4508 Schaarbeek - Ath. Overweg 14 is inderdaad die na overweg 13 waar ik van 1955 tot 1967 heb gewoond. Rechts vallen de bloemtrossen op van wat lupinen, die op een bepaald moment frequent voorkwamen op het spoorwegdomein: dit is inderdaad de plaats waar het vroegere emplacement van Beert-Bellingen lag. (kp. 18.4)


33. Ik schuif even op in de richting van Halle en dus ook van overweg 13. HLD5132 trekt E4965 Schaarbeek - Geraardsbergen de lange helling tussen Halle en Beert-Bellingen op. De dieseltractie houdt hier nog even stand, in afwachting van de elektrificatie van de lijn 123.


34. Tja, waarom fotografeer je een kilometerpaal? Misschien omdat dit zware, gietijzeren model geleidelijk zal verdwijnen? En de foto ondertussen een tijdsdocument geworden is?

35. HLD 2226 sleept E4501 Schaarbeek - Moeskroen. (kp 17.9). Op de plaats links van de trein zie je de vlier bloeien: daar stond tot enkele jaren voordien "ons" routehuis. De overweg is er trouwens nog - voorlopig. Het sein staat er sinds 1963, het jaar waarin de lijn gemoderniseerd werd, het jaar ook waarin mijn moeder haar job als bareelwachtster verloor.


36. En nog een laatste in deze map: HLD 5115 met Z4502 Schaarbeek - Lessen. Lijn 90 is net als lijn 123 nog niet geëlektrificeerd en dus was ook hier, voor het deel Ath - Lessines, dieseltractie noodzakelijk. Ik denk niet dat ik daar om treurde.

23-12-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
16-12-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ttb map 46 (deel 1)

01. Een ondergesneeuwde lijn 166 kruist hier de Lesse - 05.02.1986 - kp 11.1

02. HLD5308 en een zusterloc slepen een lange goederentrein - 05.02.1986 - kp 10.8, dat wil zeggen, aan de andere kant van de tunnel die op foto 1 als standplaats diende.

03. Het stationnetje van Gendron-Celles in zijn nadagen. (05.02.1986)

04. MW 4508, met tussenrijtuig en tweede mw in Gendron-Celles op 05.02.1986 - TT7635 Libramont - Dinant.

05. Op 12.02.1986 is de 6218 in Couvin aangekomen als 8107 - hij zal naar Charleroi-Sud terugrijden als 8136. Interessant vergelijkingspunt tussen beide rijtuigen meteen voor de locs, afgezien van de kleur dan: de gele banden duiden op een rijtuig voor trek-en-duw met diesel, de blauwe band op het groene M2-rijtuig wijst erop dat het rijtuig ook kan worden ingezet in elektrische trek-en-duwstellen.

06.HLE 2208 sleept een stel K-rijtuigen: E 4561 Tournai - Saint-Ghislain in Callenelle op 14.02.1986.

07.MR 348 als E 890 Herstal - Moeskroen - 14.02.1986 - Callenelle

08. MR 351 als E864 Moeskroen - Herstal. Als deze "breaks" rijden nog in hun oorspronkelijke tweeledige en wijnrode versie.

09. MR 311 als E 691 Maastricht - Knokke in Maastricht op 04.04.1986. De oorspronkelijke 311 werd voor de helft vernield bij het zware treinongeval van Aalter (13.07.1982). Het ABD-gedeelte is nog het oorspronkelijke, het B-deel is compleet vervangen.

10. En dan volgde weer een GTF-uitstap, zoals wel vaker in het zuiden des lands. 05.04.1986 was een vrij sombere dag en leverde dito foto's op. Het stationsgebouw van Straimont in zijn nadagen. Bemerk de rode postbus die je vroeger aan elk station vond, ook als dat - zoals Straimont - ver van gehuchten of dorpscentra lag. Straimont is ondertussen 2 jaar als halte geschrapt.

%

11. Op naar Florenville dan met "onze" 4407. Florenville wordt wel nog bediend en onderhouden. Je merkt het hier niet op deze foto, maar de GTF-trein bestond uit twee autorails met tussenrijtuig.

12. Het is nog jaren wachten op de modernisering van de Athus - Meuse . Of je dit een seinhuis mag noemen is twijfelachtig, van enige concentratie is nog lang geen sprake.

16-12-2018 om 14:51 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
15-12-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ttb map 46 (deel 2)

13. Mw 4504 komt aan in Florenville als TT7680 Bastogne - Virton. De operator in de ontwikkelcentrale heeft een flink stuk van het negatief "afgeknipt". En nee, er groeien geen takken op het dak van de 4504.

14-15. Wat later komt onze speciale trein aan in Saint-Vincent-Bellefontaine.

16. Meix-devant-Virton - ook hier is het seinhuis nog in dienst, al is de reizigershalte geschrapt.

17. Waar veel halten op lijn 166 inderdaad ver van bewoning af lagen, kun je je (nog altijd) de vraag stellen waarom Meix zo nodig dicht moest: de vrij grote dorpskern ligt vlak bij de spoorlijn - als men de halte enkele honderden meters had opgeschoven, zou ze in het centrum gelegen hebben.

18.Mw 4408 staat in Virton klaar als TT7662 Virton - Bastogne.

19. Nog altijd op dezelfde 05.04.1986 staat deze 9135 opzij in Virton.

20. Het voordeel van die gtf-ritten was dat je altijd weer opplaatsen terechtkwam die door het dagelijkse reizigersverkeer links gelaten werden. Hier zien we onze trein bij het inritsein van Virton, kant Athus. Sinds mei 1984 reden er geen reizigerstreinen meer tussen Virton en Athus.

21. Zelfde plaats. Ik vermoed dat uitstappen als deze tegenwoordig ondenkbaar zouden zijn: kijk maar eens waar de fotograaf (samen met enkele tientallen anderen) zich op dat moment bevindt. Personen op het spoor was toen nog een onbekend begrip.

22. Het stationnetje van Signeulx, dat ooit kon bogen op een grensoverschrijdende verbinding naar Gorcy.

23. Tijd voor wat bussen. De NMVB heeft haar honderdjarig jubileum gevierd (getuige de prachtige herdenkingssticker) - in Sankt-Vith was An den Linden toen ook al een belangrijk busknooppunt. Ab7561-05 op lijn 400.

24. Op dezelfde plaats ab 7561-01 op lijn 401.

15-12-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
12-12-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ttb map 46 (deel 3)

25. Wie deze uitstap op 09.04.1986 organiseerde, vind ik niet meer terug. Het zou wel eens ARBAC/KBVVS kunnen geweest zijn, vermoedelijk de oudste en op een bepaald moment prestigieuze vereniging van spoorwegliefhebbers, met een gewaardeerd tijdschrift en een jaarlijkse expo in Brussel-Centraal.
Het nadeel aan het bezoek van werkplaatsen is dat je zelden deftige foto's kunt maken. Maar het theoretische deel waarop de werkplaats werd voorgesteld was dan weer erg interessant.
HLE 2120 in de WDT Schaarbeek.

26. Op dezelfde plaats de 2715 - let ook op het tweedelige motorstel op het achterplan.

27. Ook hier heeft de operator weer iets te ijverig geknipt; de stoere 2008 mist dan ook een flink deel van de achtersteven.

28. Van de WDT Schaarbeek trokken we naar de WET Vorst-Zuid, waar deze 1192 stond.

29. De I3-rijtuigen waren de eerste couchetterijtuigen van de NMBS. Net ervoor staat een I2-rijtuig.

30. Dit is dan weer een I5-rijtuig, een couchetterijtuig van de 2de generatie (na de I3). Railtour regeerde het internationale toeristenvervoer per trein, in die mate dat de rijtuigen zelfs hun kleurtjes kregen.

31. In de buurt van HV 14103 staat deze rangeerloc 8012.

32. De 2232 met een stel M2-rijtuigen bracht me van Vorst-Zuid terug naar Halle. Het rijtuig rechts is een I4-rijtuig AB in blauw-gele Beneluxversie.

33. Tijd voor een echte fotosafari, op 30.04.1986 in de buurt van Kwatrecht. Mw 651 is E1782 Kortrijk - Turnhout.

34. Even later passeert mw 198 als E5333 Gent-int-Pieters - Aalst.

35. Tijd voor wat experimenteerwerk, weg van de perrons van Kwatrecht: een onbekend duo breaks passeert hier als E 1810 Gent-Sint-Pieters - Namur.

36. HLE 2509 trekt een goederentrein over lijn 50 (kp 47.5). Ik ben dus wat opgeschoven richting Merelbeke. Het resultaat daarvan verwerk ik in ttb47.

12-12-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
27-11-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.27 november 2018 Vladslo

De wandeling.
We stappen vandaag de Käthe Kollwitz-wandeling in Vladslo. Die is (nu) iets meer dan 9 km lang en voert ons (nu) o.a. langs het Duitse militaire Kerkhof, waar zich de beeldengroep van het Treurende Ouderpaar van de hand van Käthe Kollwitz bevindt. Ik schrijf in de vorige zin tweemaal (nu) omdat de wandeling gewijzigd is t.o.v. de folder die ik hier heb en zelfs t.o.v. het plannetje op de website van de stad Diksmuide. In de folder is nog sprake van een project dat gerealiseerd zou worden in 2012-2013 - niet dus -, tegenwoordig is de wandeling zwaar geamputeerd. Waarschijnlijk werd bij het ontwerp geen rekening gehouden met een privéweg, en zeg nu zelf, als enkele honderden wandelaars per jaar gedurende tienduizenden jaren gebruik maken van jouw weg, dan is die weg weg, zeker doordat ze ook nog eens uitgerust zijn met bottines met agressieve Vibramzolen. Daardoor komt het heen-en-weertje in het Welfvenestbos te vervallen, maar wat erger is: we lopen nu een tijd langs de toch niet zo aangename N363. De TWQ scoort dan ook laag (23%) en de wandeling heeft een wat eigenaardige achtvorm gekregen, zoals je op het kaartje kunt merken.. Voor de rest is vooral het Praatbos (of Praetbos) een aangename omgeving, die je helpt om al de miserie die je net ervoor op het soldatenkerkhof hebt ervaren, door te slikken.

Het Duitse Soldatenkerkhof

in het Praetbos

 

Meer foto's.

Het weer.
Eerst ronduit somber en nevelig, later gewoon betrokken en fris. Wel droog!


De stafkaarten.
20/2N Beerst - 20/3N Bovekerke


Hoe we er geraakten.
De halte Vladslo Houtland van belbus 49 ligt op de wandeling. Dus is onze keuze snel gemaakt. Die belbus vertrekt uit Diksmuide, dat we met 3 treinen vrij gemakkelijk kunnen bereiken, met overstap in Brussel-Zuid en Gent-Sint-Pieters. De terugrit verloopt analoog, al bouwen we dan geen reserve in.


Een beetje geschiedenis.
Het hoekje van Vladslo waar we vandaag stappen heeft lange tijd de boot - de bus, de tram - gemist: de tramlijn Diksmuide - Oostende/Brugge liep ten westen ervan, de buslijn Diksmuide - Aartrijke bediende wel het dorp van Vladslo, maar liep voor de rest ver ten zuiden van de huidige halte Houtland. Een ontworpen tramlijn Diksmuide - Esen - Vladslo - Koekelare is nooit gerealiseerd.

Vandaag rijden hier erg beperkte schooldiensten (van en naar Beerst - zie haltebord) van lijn 64 Diksmuide - Aartrijke; gelukkig is er een belbus die dit deel van Vladslo bereikbaar maakt voor OV-gebruikers. Oorspronkelijk was dit belbus 59, maar met de reorganisatie van de belbusgebieden is dat nu 49 geworden. Blijkbaar acht men het niet meer de moeite om dit nog aan te passen op de halteborden (zie alweer foto haltebord). Eerlijk gezegd, die belbusnummers zijn niet echt relevant (meer) en misschien gaat men er zelfs van uit dat ze op korte termijn toch verdwijnen. Waarom dus nu nog een inspanning doen om die aanpassingen te doen?

De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 3657 8:08 8:25 +2 08106 mr08 Desiro controle: N
Brussel-Zuid - Gent-Sint-Pieters 429 8:36 9:06 +16 1885 -  11824 I11 controle: J
Gent-Sint-Pieters - Diksmuide 3008 9:53 10:47 +1 376 mr80 Break controle: J
Diksmuide - Vladslo [49] 11:05 n.v.t. 5838 VDL Bus&Coach MidCity Diksmuide
-
Vladslo - Diksmuide [49] 14:45 n.v.t. 5846 VDL Bus&Coach MidCity Diksmuide
Diksmuide - Gent-Sint-Pieters 3037 15:13 16:07 +6 346 mr80 Break controle: J
Gent-Sint-Pieters - Brussel-Zuid 515 16:23 16:53 stipt 1837 -  11810 I11 controle: J
Brussel-Zuid - Halle 3787 17:02 17:18 +4 08206 mr08 Desiro controle: N

Eventjes vermelden dat die 3657 de 20.000ste trein is waarvan ik gegevens heb. Op 02.07.1975 begon ik namelijk systematisch allerlei gegevens over mijn genomen treinen te noteren. Z1823 bracht me toen van Halle naar Brussel-Zuid. Vanaf 07.09.1977 noteerde ik ook nummers van locomotieven en treinstellen: de eerste was toen E6905, alweer van Halle naar Brussel-Zuid, aan boord van tweeledig elektrisch motorstel 695. En vanaf 16.07.1978 noteerde ik ook nog eens het nummer van het rijtuig waarin ik de reis maakte: de eerste was Z 8358 van Brussel-Zuid naar Dendermonde, gesleept door HLD 5940. Het rijtuig droeg het nummer 43216, een gemengd rijtuig eerste/tweede klasse van FTY. Een ex-treinwachter die ondertussen onderstationschef in Halle was geworden, bracht me op het idee om ook rijtuignummers te noteren. En ja, dat heb ik tot vandaag volgehouden. Twintigduizend lijkt me toch wel een mijlpaaltje.

 

En wat we beleefden.
Als we als kippen zonder kop op de planner vertrouwd hadden, waren we vandaag niet op tijd in Diksmuide geraakt. IC 530 rijdt nl. met zo veel vertraging dat we onze aansluiting in Gent-Sint-Pieters (nochtans 17 minuten) gemist zouden hebben, wat voor problemen met de belbus gezorgd zou hebben. Oorzaak van de vertraging: problemen met de samenstelling van deze trein in Liège-Guillemins. Wie kan hier zijn licht over laten schijnen? Mij lijkt er nooit iets gewijzigd te worden aan de samenstelling van deze treinreeks. Gelukkig hebben we dus het zekere voor het onzekere genomen, ook al kost dat in ons geval een stuk meer: in plaats van een rit Halle - Brussel-Zuid op de KeyCard in combinatie met een seniorenbiljet, moeten we nu een rit op de Railpass invullen. Niks dan winst dus voor de NMBS door de slechte betrouwbaarheid: duurdere biljetten verkopen en bovendien ontsnappen aan de terugbetaling van de biljetten Halle - Brussel-Zuid en Brussel-Zuid-Diksmuide, tel uit hun winst! Voor alle duidelijkheid: ik weet ook wel dat dit nergens op slaat…

Maar tegenwoordig vertrekken we vroeg genoeg en nemen we gewoon wat zich eerst aanbiedt. Eigenaardig genoeg is dat vaak een S-trein, al zijn die nu ook niet bepaald een toonbeeld van betrouwbaarheid. Maar deze 3657 slaagt er zelfs in 2 minuutjes af te pulken van de 4 die hij laat optekenen bij vertrek in Halle. (De IC 3407 die oorspronkelijk in onze planning zat, rijdt met 16 minuten vertraging Brussel-Zuid binnen. Dat zou nog op tijd geweest zijn voor de IC 1530 naar Blankenberge, die zelf met 9 minuten vertraging vertrekt.) Maar dankzij de redelijke prestatie van de 3657 kunnen we nog mee met IC 429 naar Kortrijk, je raadt het al: in vertraging. Deze trein werd oorspronkelijk aangekondigd met 7 minuten vertraging, maar zal buitensporig lang stilstaan in Brussel-Zuid, zodat we uiteindelijk met 19 minuten vertraging vertrekken. Binnenkort zullen dat er dus maar 18 meer zijn, want dit is een gesleepte trein en die krijgt een minuut meer om door de NZV te sukkelen. Vergeef me, NMBS, ikben en blijf een trouw supporter, maar zelfs die kunnen dit niet langer aanzien. In de 429 begint de tbg meteen aan zijn controle: zo een vijf reizigers zitten met een tweedeklasbiljet in eerste. Eén jongedame verhuist spontaan als ze de tbg ziet verschijnen: als schuldbekentenis kan dat tellen. Ondanks een vertragingszone onderweg, komen we met 16 minuten vertraging aan, tijd genoeg voor een koffie…
Gelukkig zijn er ook nog treinritten die zonder veel ongemak verlopen. De twee breaks van IC 3008 brengen ons zonder al te veel problemen ongeveer op tijd in Diksmuide, ook al rijden we tussen Deinze en Tielt op tegenspoor.

Onze belbus is blijkbaar een migrant uit het verre Limburg. Het is alleszins zo dat het reserveringsnummer op de bus dat van de Limburgse belbuscentrale is. Maar we rijden rustig en dus aangenaam naar onze halte. De terugreis kunnen we zelfs nog wat vroeger dan voorzien beginnen; alweer een (klant)vriendelijke chauffeur brengt ons terug naar het station van Diksmuide. Overigens is de reservering vrij vlot verlopen, ook al was er geen plaats meer op de belbus die we eerst op het oog hadden, van een uurtje vroeger. Dan is het bij de reservering van de bus van de heenrit altijd uitkijken hoeveel wandeltijd we nodig hebben voor de terugrit. Die kwam ideaal te liggen, met een goede aansluiting op de trein naar Gent en Antwerpen. Ook hier geldt dat je wat geluk moet hebben met de operator aan de andere kant van de (denkbeeldig geworden) lijn.

Als de IC naar De Panne met zes minuten vertraging aangekondigd wordt, dan weet je dat de trein in de andere richting onvermijdelijk ook met enige vertraging zal rijden; ze kruisen elkaar nl. in Veurne en tussenin ligt één enkel spoor. Met vier minuten bij vertrek en zelfs maar 2 in Kortemark lijkt het allemaal wel los te lopen. Maar dan loopt het weer verkeerd bij het naderen van Lichtervelde: we staan lang stil bij het inrijsein van dat station met 9 minuten vertraging tot gevolg - we staan trouwens op spoor 4 i.p.v. het voorziene spoor 1. Ik vraag me soms af hoe frustrerend dit allemaal moet zijn voor goedmenend treinpersoneel, dat zijn best doet om stipt te rijden en dan altijd weer met nieuwe problemen geconfronteerd wordt. Enfin, bij aankomst in Gent-Sint-Pieters is de vertraging verminderd tot 6 minuten.
Dan volgt nog eens een rit die volgens het boekje verloopt: IC 515 zet ons zelfs nog een tikkeltje te vroeg in Brussel-Zuid af. Onderweg zien we dat de inhuldiging van lijn 50A morgen symbolisch zal zijn: her en der staat nog zwaar materieel op de nieuwe sporen. S 3787 naar Braine-le-Comte is zwaar bezet tot Ruisbroek, maar dan normaliseert de toestand zich. Ook nu hebben we voor de stoptrein gekozen i.p.v. de meer voor de hand liggende IC.


In Diksmuide komt de IC naar De Panne met zes minuten vertraging aan.


De treinlectuur.
Tom WOLFE, The bonfire of the vanities.
Hugo CLAUS, Het verdriet van België.


Een scheutje oprisping.

Beerst was die gemeente waar onze brieven (voor Beert) destijds, voor de invoering van de postcodes, wel eens verdwaald raakten. Poststempels lieten daar toen weinig twijfel over bestaan. Anderzijds kwamen bij ons in Beert toch brieven op het juiste adres terecht als er gewoon Jefke - statie - Beert op stond, terwijl we toch wel een eind van het station van Beert-Bellingen woonden, weliswaar in een routehuis. Vandaag mag je al tevreden zijn áls de postbode langskomt. En een verkeerd huisnummer is voldoende voor foutieve aflevering. Wie was er in de jaren 1960 eigenlijk CEO van de Posterijen?

 

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPECK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

27-11-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (4)
22-11-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.22 november 2018 Lanaken (Pietersheim)

De wandeling.
Limburg slaagt er telkens weer in om zijn wandelingen te bundelen tot een overzichtelijk en indrukwekkend geheel. De map - het is eerder een doos - Wandelen in Limburg bevat 8 streekkaarten met naar verluidt 2000 km wandelplezier. Wij stappen vandaag gewapend met de map Hoge Kempen en volgen de blauwe ruit die ons vanaf het Kasteel Pietersheim door het Pietersembos loodst. De eigenlijke wandeling heeft een TWQ van… 100%, maar je moet er wel twee keer 600 m langs de N78a voor over hebben om aan het beginpunt te geraken. De wandeling zelf is 7.5 km lang. Ze voert de wandelaar over boswegen in alle formaten. Veel van de gevolgde paadjes zijn blijkbaar recent: ze komen niet voor op de geraadpleegde kaarten, maar wees gerust, ze bestaan echt! Foto's en kaartje.

We zijn duidelijk niet alleen in het bos…

 

 

Het weer.
Helder en heiig. Opnieuw uitmuntend stapweer.


De stafkaarten.
34/2N Lanaken - 26/6Z Zutendaal


Hoe we er geraakten.
Eigenlijk ligt de halte Lanaken Pietersheim van lijn 63 het dichtst bij ons beginpunt, maar we opteren voor een eenvoudiger oplossing, al betekent dat een dikke kilometer extra stappen. De aansluitingen met lijn 20a lijken ons nl. weinig betrouwbaar, en zoals je weet siert eenvoud. Dus komen we per trein naar Bilzen, waar we overstappen op lijn 20a naar Lanaken.


Een beetje geschiedenis.
We maken voor zowel de heen- als de terugreis gebruik van buslijn 20a, met overstap in Bilzen. In 1954 werd de spoorlijn Y. Beverst (eigenlijk Hasselt) - Maastricht gesloten voor het reizigersverkeer. Meteen verdwenen stations en halten als Beverst, Munsterbilzen, Eigenbilzen, Gellik en Lanaken uit de tabellen van de reizigerstreinen. Maastricht was niet langer rechtstreeks bereikbaar per trein uit Limburg.

De bus van lijn 20a verving de bestaande treindienst. De splitsing in 2 varianten herkennen we vandaag nog, tenminste als je erin slaagt de zo goed als onbruikbare pdf-bestanden van De Lijn te lezen. Bilzen werd opgenomen in de bediening (wat voordien door de ligging van de spoorlijn moeilijk was); de meeste bussen vertrokken uit Hasselt. Vaak werd de halte Bilzen Station niet eens aangedaan, wel Bilzen Markt. De karakteristieke opsplitsing van een lijn 20a naar Maastricht en een andere naar Lanaken (en verder) stamt uit die tijd. (Het aantal varianten is ondertussen wel toegenomen.) In Mopertingen splitste één tak zich af naar Eigenbilzen, Gellik en Lanaken, de andere bereikte via Veldwezelt Maastricht. (Het is bijna niet te geloven dat De Lijn Limburg er na al die jaren nog altijd niet in geslaagd is orde op zaken te stellen in de nummering van de buslijnen. De a in 20a verwijst naar een bijna 60 jaar oude toestand! En ook al lopen beide lijnvarianten een hele tijd samen, een vernummering dringt zich al lang op.) Een belangrijk verschil met de oorspronkelijke lijn 20a is uiteraard de bediening van de Diepenbeekse Universiteit.


Ik ga bewust voorbij aan Lanaken als vroegere tramstad, ook al liepen we een tijdje op het traject van de tram. Begin jaren 1950 werd Lanaken nog bediend door tramlijnen uit Genk en Tongeren. De halte Vertakking, langs de huidige N78a, verwijst nog naar het punt waar beide lijnen uit elkaar gingen.


De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 3658 09:11 09:27 +6 08072 mr08 Desiro controle: J
Brussel-Zuid - Bilzen 2208 09:45 11:11 stipt 1910 -  61065 M6 controle: N
Bilzen - Lanaken [20a] 11:29 11:58 stipt ab4408-74 Van Hool New A360 Heidebloem
-
Lanaken - Bilzen [20a] 15:01 15:29 stipt ab4405-52 Mercedes Citaro LE De Morgenstond
Bilzen - Brussel-Noord 2238 15:49 17:05 +4 1911 -  61047 M6 controle: J
Brussel-Noord - Halle 1738 17:13 17:32 +16 312 mr80 Break controle: N

 

 

En wat we beleefden.
Hoe eenvoudig en snel je een trein met enkele minuten vertraging kunt opzadelen, wordt al meteen geïllustreerd met onze eerste trein van vandaag. S 3658 vertrekt in Halle met dubbel geel en komt inderdaad na enkele honderden meters tot stilstand om de 1580 (+14) door te laten. Wie denkt, dat de rest van de rit dan vlot verloopt, komt bedrogen uit. Tot Lot gaat het nog altijd traag: daar moet IC 1930 (+3) naar lijn 96A en wij verlenen uiteraard keurig voorrang. Uitslag: +6 bij aankomst in Brussel-Zuid. Dat is gelukkig in ons geval niet zo erg, maar wie uitsluitend op de planner vertrouwt, weet hoe vaak aansluitingen van 6 minuten worden voorgesteld. Erg veel moet dan niet gebeuren om die ook de mist te zien ingaan. Met onze aansluitende IC 2208 gaat het dan weer bijzonder vlot. Na een rit van bijna anderhalf uur stappen we uit in Bilzen en daar zien we voor het eerst dat onze trein wel degelijk een treinbegeleider mee heeft, al hadden we hem wel al eens gehoord. In een reactie van de klantendienst na een (positief beantwoorde) vraag tot compensatie las ik een tijdje geleden dat je altijd naar de tbg kon stappen als je een aansluiting dreigde te missen. Dan kon die proberen om de aansluiting alsnog te redden. Maar wat als je op het hele traject geen tbg ziet?

Bilzen heeft enkele maanden geleden een nieuw busstation gekregen. Het ziet er wat overzichtelijker uit dan het vorige. Aribus ontbreekt. En hoe de onderlinge busaansluitingen geregeld worden, is ook niet meteen duidelijk. Maar we zijn nu eenmaal in een positieve golf naar Bilzen gevaren en problemen stellen zich dus niet. Onze bus pikt na enkele halten in Bilzen nog een klasje met onderwijzeres op. Ze moeten er in Waltwilder alweer uit. Het doet goed te merken dat sommige scholen niet te beroerd zijn om voor hun uitstapjes op De Lijn beroep te doen. In Lanaken wil de chauffeur ons al bij het Gemeentehuis lossen, maar wij willen helemaal tot het einde mee, ook al scheelt dat maar enkele honderden meters.

Voor de terugrit komen we vroeg genoeg aan om toch tot de halte Gemeentehuis te stappen. Die rit verloopt zonder veel vermeldenswaardige gebeurtenissen. Onderweg stappen de gewone reizigers in; wij zijn zoals vaak een beetje de vreemde eenden in de bijt. De chauffeur slaagt er wonderwel in de dienstregeling op de minuut te volgen. Nochtans is hij wat te vroeg aan de halte Lanaken Gemeentehuis vertrokken, maar dan werd keurig gewacht aan het Cultureel Centrum. Ik heb de indruk dat dit een manier is om een moeilijke situatie aan het eind- en beginpunt (Atheneum Alicebourg) op te vangen. Mocht de bus daar op zijn officiële vertrekuur wachten, zou hij wel erg hinderlijk zijn voor de rest van het verkeer. Zestig jaar geleden veroorzaakte dergelijke hinder het opdoeken van ook erg nuttige tramlijnen…

De terugrit verloopt stipt tot de Y. Wilsele en daar zadelt men ons op met 5 minuten vertraging. Het eersteklasrijtuig bevindt zich in de derde i.p.v. de aangekondigde vijfde positie. Treinsamenstellingen wisselen nu eenmaal vaak en als men dan koppig de voorziene samenstelling blijft omroepen, zit je met een probleem(pje).

Overigens hangt er een donkere wolk over ons laatste traject naar Halle: in de NZV staat een defecte trein. IC 1738 heeft het nog goed gedaan tot Leuven, maar de doortocht van de NZV verloopt met horten en stoten: Brussel-Noord +8, Centraal +16, Zuid +16. Dat zal ook de vertraging zijn bij aankomst in Halle. Lees er mijn vorige bijdrage nog eens op na en je zult merken dat ik defecte treinen niet echt kan appreciëren. Natuurlijk zijn er vertragingen waar de NMBS (en Infrabel) weinig vat op hebben, maar defecten zouden eigenlijk uitzonderlijk moeten zijn. Dagelijks de rubriek storingen raadplegen maakt duidelijk dat ze nog altijd schering en inslag zijn. Ik vermoed dat de gemiddelde reiziger daar zwaarder aan tilt dan aan weersomstandigheden of zelfmoorden. Ik reken me bij dat gemiddelde.

De treinlectuur.
Tom Wolfe, The Bonfire of the Vanities.
Hugo Claus, Het verdriet van België.


Een scheutje oprisping.
Als onze politici aan het huidige tempo blijven vluchten naar het gemeentelijke en Europese niveau, kondigt de volgende regeringsvorming zich bijzonder moeilijk aan, niet omdat de vorming van een coalitie moeilijk zal zijn, maar omdat er te weinig politici zullen zijn om de postjes in te vullen…

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPECK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

22-11-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
15-11-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.15 november 2018 Zandbergen - Geraardsbergen (GR512)

De wandeling.
Vandaag sluiten we voor de tweede keer GR 512 Diest - Geraardsbergen af. De eerste keer gebeurde dat in 1994. Afgaande op dit laatste traject moet deze GR wel beter geworden zijn met de jaren: het aantal veld- en voetwegen lijkt me aanzienlijk toegenomen en zo kunnen we vandaag heerlijk genieten van mooie vergezichten over de valleien van de Dender en de Mark, en dat telkens opnieuw vanaf voetwegen die al een tijdje van de stafkaart verdwenen waren, maar die nu in ere hersteld zijn. Mooi zo! Dat brengt de TWQ voor deze bijna 14 km lange tocht op een mooie 66%. Nu moet alleen die ene boer nog overtuigd worden dat je voetwegen door het veld best niet omploegt, egt en bezaait. Maar als het waar is dat de boeren uitsterven, lacht de toekomst ons grimmig toe.

Foto's en kaartje.

Het was dit soort wegjes die van de tocht een erg aangename bezigheid maakte.

De herfstbladeren maakten van deze trap een hachelijke variant op de Muur.


Toen we zelf een viertal jaar geleden het onderhoud van de bewegwijzering van meer dan 30 km GR-pad toegewezen kregen, werden ons in een informele babbel enkele duidelijke richtlijnen aangebracht. Ik som er hier enkele van op:

1. De bedoeling moet zijn dat je een GR kunt volgen zonder topogids en zelfs zonder kaart of gps.
2. Bewegwijzering gebeurt frontaal: de wandelaar loopt naar de wegwijzer toe, dit in tegenstelling tot laterale bewegwijzering, waar je zijlings langs de wegwijzer loopt.
3. Bij een richtingsverandering wordt de speciale wegwijzer aangebracht voor de afslag, niet erna of ter hoogte van.

Dat we er na enkele jaren de brui aan gaven - en ik verzeker je: we deden dit vrijwilligerswerk graag! - heeft o.a. met deze richtlijnen te maken. De eerste ontgoocheling was een vorm van piraterij: een of andere onverlaat had al dan niet bewust onze sobere maar degelijke bewegwijzering aangevuld met merktekens die te pas en te onpas werden aangebracht. Daar sta je eigenlijk machteloos tegenover. Tot overmaat van ramp hebben de GR-paden zich om de lieve centen ook verkocht aan de politiek, i.c. de provincies en de gemeenten, die blijkbaar maar al te graag een GR over hun grondgebied zien lopen. Niks ergs, zul je zeggen, maar als ze zelf op jouw "stukje" beginnen bewegwijzeren tegen de bovenstaande richtlijnen in, dan voel je je toch voor schut gezet. Een wandelpaal - gesponsord door de provincie Vlaams-Brabant - staat al jaren verkeerd: die moet namelijk op een kruispunt of afsplitsing van GR's staan en staat nu niet eens op het kruispunt van de GR's. Voeg daar dan nog aan toe dat je elk jaar opnieuw - want wij deden elk jaar een controle - op andere plaatsen ziet hoe andere wegwijzers (van een wandelnetwerk, van een fietsroute…) botweg over de zorgvuldig aangebrachte bewegwijzering geschroefd, geplakt, geschilderd wordt. Hier gaat de helft van de sticker van de GR de mist in onder de bewegwijzering van het wandelnetwerk.

Waarom vertel ik dit nu allemaal vandaag? Vermoedelijk omdat we zelden op zo een frequente manier geconfronteerd zijn geweest met alles wat ik hierboven aanhaal. Uiteraard wordt gretig gebruik gemaakt van de houten palen die in het kader van het wandelnetwerk geplaatst werden. Alleen, die staan altijd voorbij de afslag en wie daar dus een sticker van de GR op aanbrengt, gaat in tegen richtlijn 3. Ook heb je na een tijdje door of iemand eerder frontaal dan wel lateraal bewegwijzert; het probleem ontstaat pas als beide systemen door elkaar gebruikt worden. En verder: oorspronkelijk werd alleen geschilderd, nu voornamelijk gestickerd. Daar is op zich niets mis mee, als je de verfborstel bovenhaalt op de plaatsen waar bestickering onmogelijk is. Maar ja,…
Moet je (dit stukje van) deze GR dus mijden? Zeker niet: het gevolgde traject is steengoed en vermoedelijk zelfs voldoende bewegwijzerd om aan richtlijn 1 te voldoen. (Op één plaats liepen we wel verloren; dan keer je na een tijdje op je stappen terug en blijkt inderdaad op geen enkele manier waarom we rechts hadden moeten afslaan.)

Het weer.
De superlatieven raken stilaan op. Daarom houden we het maar bij helder, zacht en rustig.


De stafkaarten.
30/7N Schendelbeke - 30/7Z Geraardsbergen


Hoe we er geraakten.

Veel gemakkelijker dan vandaag kun je het eigenlijk niet verwachten. Voor heen- én terugreis maken we gebruik van de S Schaarbeek - Aalst via Geraardsbergen. Twee keer overstapvrij reizen dus, we hebben al andere esbattementen uitgehaald.


Een beetje geschiedenis.
Ik wil het me deze keer eens wat gemakkelijker maken, ook al omdat Steven voor ongelooflijk sterk materiaal zorgt over dit station en over de hele omgeving van Geraardsbergen. Kijk hier maar eens. En vermits ik gewoonlijk eerder de nadruk leg op ons aankomstpunt: hier vind je dezelfde gedegen info over Geraardsbergen.

De verbinding.

 

Halle - Zandbergen 1580 09:04 09:46 stipt 08156 mr08 Desiro controle: N
-
Geraardsbergen - Halle 1563 14:25 14:56 stipt 08583 mr08 Desiro controle: N

En wat we beleefden.
Voor de tweede dag op rij staat dezelfde wagen zo geparkeerd dat in combinatie met al die ouders die hun kinderen met de wagen naar school voeren - omdat het te gevaarlijk is met al die auto's - de bus vast raakt, in de Balthazarstraat. De wijze uit het oosten had destijds op zijn kameel minder last dan wij vandaag in onze beschaafde wereld. De bus zal uiteindelijk 23 minuten later dan voorzien aan het station aankomen, zonder dat dit meteen invloed heeft op onze plannen.

De S6 Schaarbeek - Aalst kan soms heel onverwacht met vertraging beginnen rijden, ook op weg van Aalst naar Schaarbeek. En het is een treinreeks die waarschijnlijk het snelst van al opeenvolgend door de NZV moet. Maar vandaag valt het allemaal erg mee. We vertrekken in Halle met 2 minuten vertraging. In Geraardsbergen vertrekken we al een minuut te vroeg - en ja, ik ken de nieuwe vertrekprocedure, maar 60 seconden is geen 30 seconden. Onderweg hebben de Desiro's hoorbaar last van gladde sporen, al zou je dat met het huidige droge weer niet verwachten. Maar we stappen zelfs nog iets te vroeg in Zandbergen uit, waar we opgewacht worden door 2 agressieve honden: een rottweiler en een of andere herdershond, die gelukkig met elkaar in de clinch gaan. En ze zitten nog achter draad ook, zodat dit een wat betekenisloze anekdote is.

De terugreis verloopt helemaal volgens plan.

De treinlectuur.
Willem Frederik HERMANS, Nooit meer slapen.
Hugo CLAUS, Het verdriet van België.


Een scheutje oprisping.
1. Mayday, mayday dacht ik hier eerst te schrijven, maar dat is natuurlijk geen oprisping. Maar als je die verdomde De Morgen openslaat, zie je dat ze je voor geweest zijn. En zo wordt het toch nog min of meer een oprisping.

2. Hoge brandstofprijzen: maak ze afhankelijk van de vlotheid, de stiptheid van het wegverkeer. Zoals de prijzen van de NMBS. Alleen: hoe lager de brandstofprijzen, hoe lager de vlotheid.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPECK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

15-11-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (1)
09-11-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.9 november 2018 Stekene - Moerbeke-Waas (GR Reynaertland)

De wandeling.
Als je de website van de Vlaamse Groteroutepaden raadpleegt over de GR Reynaertland, krijg je meteen een serieuze waarschuwing: deze GR wordt volledig hertekend. En inderdaad, de oude topogids (1998!) is zo goed als waardeloos en bovendien niet meer te verkrijgen. Erger is dat ook de kaarten die op de website ter beschikking gesteld worden - en die ook al afweken van de topogids - niet meer betrouwbaar zijn. Dat hebben we vandaag mogen ervaren, maar gelukkig was de recent aangebrachte bewegwijzering erg goed. Het begon al in Stekene, waar we nog maar enkele maanden geleden waren aangekomen: de doortocht is gewijzigd, wat maakte dat we eerst eigenlijk in de verkeerde richting liepen. Verderop lopen we langer dan voordien over de bedding van de oude spoorlijn 77 Lokeren - Moerbeke-Waas. Het is duidelijk de bedoeling de GR voortaan over Trage Wegen (vaak onverhard) te sturen, al is het de vraag of een kaarsrecht, geasfalteerd, vrij breed parcours over de treinbedding voor de stapper zo aantrekkelijk is. Toch haalt dit stukje GR van 10 à 11 km een TWQ van 76% (de spoorbedding inbegrepen), waarvan de kilometers langs het Kanaal van Stekene en de Moervaart ongetwijfeld de mooiste zijn.

Kaartje en foto's.



Aangenaam stappen langs de Stekense Vaart.

Het weer.
Het evolueerde van zwaar naar licht bewolkt, bij een 13°.


De stafkaarten.
14/4Z Stekene - 14/8N Sinaai


Hoe we er geraakten.
Als we in het Waasland stappen, lijkt het evident dat we gebruik maken van de rechtstreekse trein van Halle naar Sint-Niklaas. Voor de heenreis doen we dat ook: als we wat reserve willen inbouwen, zouden we toch al in de buurt van het vertrekuur van deze IC uitkomen, en dus is er geen enkel bezwaar tegen om die te nemen. Voor de terugkeer ligt het even anders: een reisweg via Antwerpen-Berchem levert ons in ideale omstandigheden een half uur tijdswinst op - omdat de aansluiting bus - rechtstreekse IC verre van optimaal is - en geeft ons bovendien uitzicht op een vlotte aansluiting met de bus in Halle.


Een beetje geschiedenis.
Uit het spoorboekje van 08.10.1950 (geldig tot 19.05.1951) kopieerde ik de volgende dienstregeling, voor de lijn 57A Sint-Gillis (Waas) - Moerbeke. Uit de kaart in hetzelfde spoorboekje kun je afleiden dat deze lijn een soort verbindingslijn was tussen lijn 54 Temse - Terneuzen (Temse omdat de kanaalbrug daar nog niet hersteld was), met aansluitingspunt in Sint-Gillis (Waas) en lijn 57 Zelzate (Kanaal) - Lokeren - Dendermonde - Aalst, met aansluitingspunt Moerbeke.

Enkele kanttekeningen:

- alle treinen hebben TA voor het treinnummer staan; dat betekent dat de lijn volledig geëxploiteerd werd met de allerkleinste soort autorails;
- veel van de treinen komen van of rijden door naar Sint-Niklaas: dat zijn de treinen waarvan het aankomst- of vertrekuur rechtop afgedrukt is; bij cursivering moet worden overgestapt;
- vermits zaterdag nog een halve werk- en schooldag was reden er meer treinen op zaterdag(na)middag;
- de meest opvallende trein is de zaterdagtrein TA9588 van Moerbeke (12:39) naar Stekene (12:56), die na 2 minuten al opnieuw richting Moerbeke vertrekt, als enige directe trein uit de dienstregeling.

We vinden deze dienstregeling nog terug in het spoorboekje van 07.10.1951 maar niet meer in dat van 18.05.1952. Voor Stekene staat daar alleen nog een geheimzinnige verwijzing naar een tabel 1517, die niet in het boekje voorkomt. In het spoorboekje van 05.10.1952 treffen we dan wel een echte vervangingslijn (57a) aan die tussen Sint-Niklaas en Moerbeke samenloopt met de huidige buslijn 41. Vanaf 02.06.1957 zal de lijn vernummerd worden tot 57b en een jaar later zelfs tot 57c. Die laatste vermeldt ook de oudere verbinding Sint-Niklaas - Hulst. De Lijn splitste de 57c dan weer op in twee lijnen, 41 en 43, waarvan de laatste naar Hulst rijdt.


Het oude station van Stekene. Indien goed onderhouden zijn deze gebouwen onverwoestbaar.

De verbinding.

Halle - Sint-Niklaas 3207 09:03 10:36 stipt 438 mr80 - Break controle: J
Sint-Niklaas - Stekene [41] 11:18 11:40 +3 ab2217-75 MAN's Lion City A. Weyn & Zonen
-
Moerbeke-Waas - Sint-Niklaas [41] 15:14 15:49 +1 ab2040-01 Mercedes Citaro G II A. Weyn & Zonen
Sint-Niklaas - Antwerpen-Berchem 736 16:00 16:17 +2 471 mr96 - DMT controle: N
Antwerpen-Berchem - Brussel-Noord 2038 16:30 16:59 stipt 1850 -  61029 M6 controle: J
Brussel-Noord - Halle 8802 17:05 17:26 +5 2159 -  53504 M5 controle: J

 

En wat we beleefden.
IC 3207 sleept bij vertrek in Halle nog 3 minuten vertraging mee die hij eerder heeft opgebouwd (met o.a. 2 minuten vertraging bij vertrek in Kortrijk), maar eenmaal in Dendermonde, waar van front gewisseld wordt, verloopt de rit stipt. Alleen tussen Brussel-Zuid en Brussel-Centraal neemt de vertraging nog even toe tot 5 minuten.

Sint-Niklaas beschikt nog over een echt stationsbuffet en dus is de lange wachttijd trein-bus snel voorbij. De bus van lijn 41 brengt ons vlot en veilig naar Stekene, waar we toch met 3 minuten vertraging aankomen.

Voor de terugrit hebben we zelfs een gelede bus, die aan erg veel halten onderweg stopt. Deze keer bereiken we wel zo goed als op tijd Sint-Niklaas.

En dan begint een opmerkelijk vlotte terugreis: IC 736 loopt dan wel wat vertraging op door een vertragingszone in de buurt van Melsele, maar de overstap in Berchem verloopt rustig. De rit met de IC naar Charleroi-Sud verloopt ook geschiedenisloos, en zelfs de P 8802, een van die P-treinen met buiten de warme perioden best aangename M5-rijtuigen, vertrekt op tijd in Brussel-Noord. Dat die trein toch wat vertraging oploopt in de NZV lijkt onvermijdelijk, al blijft ook die beperkt tot 3 minuten. In Brussel-Zuid stapt een tweekoppige TICO-ploeg op, geflankeerd door twee stoere Securail-mannen. Uiteindelijk bereiken we Halle met 5 minuten vertraging: van lijn 96N naar 96 overkomen net voor Halle duurt wat te lang. Maar onze aansluiting met bus 155 is een zekerheid. Eigenlijk hebben we dus de hele verplaatsing heen en terug zo goed als volgens het boekje gemaakt.

De treinlectuur.
Willem Frederik HERMANS, Nooit meer slapen.
Hugo CLAUS, Het verdriet van België.


Een scheutje oprisping.
In het begin van mijn leraarscarrière (zo een 12 jaar lang) kreeg ik bijna uitsluitend sterke klassen toegewezen. Door een directeurswissel verloor ik dat privilege: ik moest plots ook in (veel) zwakkere klassen lesgeven. Mijn eerste reactie was dat ik mijn niveau moest laten zakken, maar na een tijdje had ik door dat je geen resultaten haalt, als je minder eisen stelt. En dus schakelde ik opnieuw een versnelling hoger: ik begon meer te eisen van mijn zwakkere leerlingen. Plots begonnen die beter te presteren en mij beter te appreciëren. Misschien zit hier een les in voor de universiteiten die het studenten tegenwoordig wel erg gemakkelijk maken en die toch desastreuze slaagcijfers publiceren.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPECK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

09-11-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
06-11-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.6 november 2018 Molenstede (Dassenaarde)

De wandeling.
Het natuurreservaat Dassenaarde ligt tussen een aantal woonkernen zodat het niet zo eenvoudig is om op de wandeling van vandaag een gemeentenaam te plakken. Zelf hou ik het bij Molenstede, maar het zou evengoed Engsbergen en zelfs Tessenderlo of Schaffen kunnen zijn. Belangrijk is dat we hier iets meer dan 9 km erg prettig konden stappen in een afwisselend landschap - ideaal voor wie niet zo hoog oploopt met eindeloze stroken bos, maar er af en toe toch eens wat bos bij wil. Voeg er nog wat bescheiden of minder bescheiden hoevetjes aan toe en weet dat de TWQ met 65% vrij hoog ligt. Het is trouwens een van die wandelingen waarvan je de TWQ intuïtief nog wat hoger inschat. De wandeling is aangeduid met rode driehoekjes maar dat hadden we pas tegen het einde van onze tocht door. Ten opzichte van de beschrijving en de kaart die verschenen in het lijfblad van Natuurpunt van de zomer 2014 is er een kleine wijziging. Blijkbaar kun je nog altijd moeiteloos over voetwegen bouwen en met afsluitingen de doorgang definitief onmogelijk maken.

Foto's en kaartje.

Aan herfstige boswegen was er geen gebrek.

In deze uitzonderlijke weertijden compleet nutteloos…



Het weer.
Begin november en toch nog een temperatuur van 19° optekenen: ook dat is nu mogelijk. Altocumuswolken maken het extra mooi.


De stafkaarten.
25/1Z Deurne (Diest)


Hoe we er geraakten.
Het was wat zoeken naar een geschikt aansluitingspunt tussen bus en wandeling maar uiteindelijk vonden we een ideaal gelegen en goed bediende halte van lijn 299 Hasselt - Diest - Geel: Engsbergen Vlassen. Om in Diest te geraken gebruikten we de IC Gent-Sint-Pieters - Tongeren die tussen Brussel en Diest alleen in Aarschot stopt. De terugreis was gewoon het spiegelbeeld van de heenreis.


Een beetje geschiedenis.
Vermits we vandaag in beide richtingen gebruik maken van lijn 299 lijkt het me opportuun om even op de relatief korte geschiedenis van deze lijn in te gaan.

We vinden lijn 299 voor het eerst terug in het spoorboekje van 29.05.1960, en wel als een directe lijn Antwerpen - Hasselt, via Tessenderlo en Diest. Het begon allemaal erg bescheiden met 4 ritten per dag, maar een jaar later was het aantal ritten al verdubbeld. In de dienstregeling zien we ook nieuwe vermeldingen van Borgerhout, Wommelgem, Kwaadmechelen en Tessenderlo. Niet dat je zo maar overal op de bus kon stappen. Enkel toegelaten aan reizigers van Antwerpen, Borgerhout en Wommelgem naar Kwaadmechelen, Tessenderlo, Diest of Hasselt en omgekeerd. Zo stond het te lezen onderaan de dienstregeling. Lijn 299 was namelijk een aanvullende buslijn van de NMBS en in die tijd werd er angstvallig op toegekeken dat dergelijke lijnen nooit in concurrentie traden van bestaande buslijnen, veelal geëxploiteerd door de NMVB.

In het spoorboekje van 31.05.1964 (maar mogelijk vroeger) rijdt de bus langs de nieuwe autoweg, met haltes in Borgerhout (Turnhoutse Poort), Geel (Autostrade), Tessenderlo Kerk, Diest en Hasselt. Enkele ritten gebruiken de autoweg tot Paal.
In het spoorboekje van 31.05.1970 werd de lijn zowaar verlengd tot Tongeren: één late rit op vrijdag naar Tongeren en één vroege rit op maandag uit Tongeren. Een jaar later is deze uitbreiding al opnieuw geschrapt. Ondertussen is het aantal beperkingen wel verder geëxpliciteerd. Deze lijn mag niet gebruikt worden door personen welke, in één der beide richtingen wensen te reizen in de volgende relaties: Antwerpen - Borgerhout; Tessenderlo - Diest; Tessenderlo - Hasselt, Paal - Hasselt, Hasselt - Tongeren; Diest - Eindhout en Hasselt - Diest. Om het nog wat ingewikkelder te maken: Op zon- en feestdagen mogen echter reizigers vervoerd worden tussen Hasselt en Tessenderlo, Hasselt en Herk-de-Stad, Herk-de-Stad en Diest en omgekeerd.


 

Het duurt tot 03.06.1984, met de invoering van het IC-IR-plan, voor in deze toestand verandering komt. Dan wordt lijn 299 immers een lijn Geel - Diest - Hasselt, want Geel is op dat ogenblik een belangrijk overstappunt trein - bus geworden. De lijn verliest meteen haar snelle karakter; ondanks het nummer wordt het een typische buslijn met veel halten onderweg. Op weekdagen wordt een uurdienst ingelegd, op zaterdag en zondag vindt men een 2-uurdienst voldoende.
Wanneer precies op zaterdag opnieuw een uurdienst wordt ingevoerd heb ik niet terug kunnen vinden. Feit is dat alleen op zondag nog om de twee uur gereden wordt.

Overigens kwamen er achteraf toch weer snelle bussen tussen Limburg en Antwerpen, maar die werden na enkele jaren geschrapt - besparingen, weet je wel. De Lijn vond trouwens dat het niet haar taak was snelle verbindingen tussen steden als Hasselt en Antwerpen in te richten; dat moest de NMBS maar doen. Ondertussen is Flixbus dankbaar in het gat gesprongen.

De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 3660 11:11 11:27 +1 08112 mr08 Desiro controle: J
Brussel-Zuid - Diest 2210 11:45 12:33 stipt 2114 -  58064 M4 controle: J
Diest - Engsbergen [299] 13:05 13:13 stipt ab4420-62 Van Hool New AG300 Autobusbedrijf G. Mebis
-
Engsbergen - Diest [299] 15:57 16:09 stipt ab4420-76 MAN's Lion City Autobusbedrijf G. Mebis
Diest - Brussel-Noord 2238 16:27 17:05 stipt 1904 -  61034 M6 controle: J
Brussel-Noord - Halle 1738 17:13 17:32 +1 342 mr80 Break controle: J

 

En wat we beleefden.
Meestal vermeld ik de busverbinding naar het station van Halle niet in deze blog, maar vandaag vind ik dat toch nodig. We hadden dankzij Haltelink al gemerkt dat de bus 5 minuten te vroeg reed en dus waren we wat vroeger dan voorzien vertrokken. Toch misten we ei zo na nog onze bus die ondertussen al 10 (!) minuten te vroeg reed. Met een door vele decennia in het onderwijs ontwikkelde stem kon ik nog net vermijden dat de bus ons voorbijreed op enkele tientallen meters van de halte. Ik begon met dank u, maar je rijdt wel tien minuten te vroeg. Uit het antwoord blijkt dat de chauffeur zich daar wel degelijk van bewust was en het argument dat hij hier niet kon wachten, slaat uiteraard nergens op: dat had al veel vroeger moeten gebeuren, ook al om te vermijden dat hij nu wat verderop toch nog 7 minuten stil moet staan.

Maar kom, mede daardoor kwamen we goed op tijd in Halle aan. We nemen de eerste trein naar Brussel en dat is de S naar Leuven, nadat we eerst kletsnatte biljetten uit de automaat hebben gehaald; het station wordt blijkbaar grondig afgespoeld. Gelukkig is de inkt op de biljetten waterproof.
In Brussel-Zuid nemen we de IC naar Tongeren, een trek-en-duwstel M4, met het eersteklasrijtuig in eerste positie. De reis verloopt zonder problemen. We hebben onze dag zo uitgekiend dat we in deze trein kunnen eten, in het stationsbuffet een koffie kunnen drinken en vermijden dat we onderweg een eetpauze moeten inlassen, al zou dat vandaag niet erg geweest zijn.

De rit met de 299 (amper 8 minuten) verloopt zonder problemen. Ik volg het traject op de app van De Lijn en dat lukt na wat haperingen wonderwel.
Ook de terugrit loopt trouwens vlot. We komen zelfs nog wat te vroeg in Diest aan; als we dat gewild hadden, zouden we de L naar Leuven hebben kunnen nemen. Dat had ons een tiental minuten tijdswinst opgeleverd, maar we hadden ons al volledig ingesteld op de rechtstreekse rit Diest - Brussel-Noord.

P 8802 blijkt afgeschaft en de reizigers worden verwezen naar de IC 1738 naar Quiévrain die we zelf ingepland hadden. Dit moet tot plaatsgebrek leiden. Toch blijft de invasie van de eersteklasafdeling helemaal vooraan uit. Bijna in Halle zien we een treinbegeleider opduiken die controleert. Een dame springt zowaar recht als ze hem ziet komen, alsof rechtstaan in eerste met een tweedeklasbiljet strikt gesproken verschil maakt. De controle van een andere reizigster duurt zo lang dat je daar alleen maar uit kunt concluderen dat die een klasverhoging gekocht heeft. Tot overmaat van ramp (voor de eerst recht gesprongen reizigster) meent die zich ook nog tegenover ons te moeten verantwoorden. Dat had ze nu net niet moeten doen. Ik snauw dat je ook gewoon kunt betalen, zoals wij. Zij riposteert nog dat een vroeger trein afgeschaft was en dat er op deze trein nauwelijks plaats was om te staan. Ook dat maakt eigenlijk geen verschil. En bovendien maak je mij niet wijs dat een treinbegeleider controleert in een trein die zo druk is als madam beweert.

Dat neemt allemaal niet weg dat het meest hatelijke wat de NMBS voor ons in petto heeft een afgeschafte trein is. Ik zou zeggen dat dit met stip bovenaan staat in de onhebbelijkheden waarop je als reiziger getrakteerd kunt worden, gevolgd door een trein met zoveel vertraging dat de aansluiting verbroken wordt en de trein met verminderde samenstelling. Dag na dag veroorzaken soortgelijke problemen ervoor dat treinreizen soms kunnen ontaarden in zenuwslopende bezigheden. Maar wij mogen vandaag uiteraard niet klagen. Het is lang geleden dat we nog eens 4 treinen na elkaar hebben gebruikt die allemaal op tijd reden. Wat we de laatste weken al hebben meegemaakt, wordt zo gecompenseerd, net zoals deze mooie nazomerdagen ook nog wel gecompenseerd zullen worden…

De treinlectuur.
Patricia HIGHSMITH, Ripley, een man van talent.
Hugo CLAUS, Het verdriet van België.

Een scheutje oprisping.
Schiftingsvragen waarbij je het aantal deelnemers aan een wedstrijd moet raden, zouden bij wet verboden moeten zijn.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPECK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

06-11-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
02-11-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 november 2018 - Kuttekoven

De wandeling.
Als de TWQ amper 15% bedraagt en je te lezen krijgt dat de wandeling deels de wegwijzers van de fietsroute "De Bokkenrijders achterna" volgt, weet je al dat de verwachtingen niet te hoog gespannen mogen staan. En dat komt spijtig genoeg ook wel uit: sommige delen kunnen nog net charmant genoemd worden (ondanks verharding), andere zijn zelfs bepaald mooi (langs de Herk in de buurt van de Wellense watermolen), maar enkele honderden meters lopen ook langs drukke steenwegen en dat kunnen we toch missen als de pest. Vallen wel nog mee: de dorpskernen van Herten, Wellen, Ulbeek en Berlingen en de omgeving van het Kasteel Rullingen dat blijkbaar een grondige verjongingskuur ondergaat. We hebben dit jaar dus al (veel) betere paden gevolgd, maar echt waardeloos kun je deze tocht toch ook niet noemen, al was het maar voor de rust die je een groot deel van de tocht kunt ervaren.
Kaartje en foto's.

Het begint met een mooi pad naast de oude lijn 23.

En tegen het einde kruisen we een laatste maal de Herk.

 

Het weer.
Half bewolkt of minder, tamelijk fris, maar toch warm en rustig genoeg om zonder jas te stappen. Erg goed wandelweer!


De stafkaarten.
33/8N Borgloon - 33/7N Hoepertingen - 33/3Z Wellen - 33/4Z Kortessem


Hoe we er geraakten.
Soms moeten we zo een wandeling echt wat hertekenen in functie van het beschikbare OV en dat doen we ook vandaag, al valt het al bij al nogal mee. Voor de heenreis kiezen we lijn 38 Hasselt - Borgloon - Heers tot de halte Borgloon Stationsplein en voor de terugreis nemen we lijn 23a bij de halte Steenweg op Kuttekoven. De mogelijkheden zijn talrijk, al moeten we stilaan rekening houden met het korten van de dagen.


Een beetje geschiedenis.
Kuttekoven zelf is nooit echt bediend geweest door een tram- of spoorlijn en moet het vandaag stellen met een belbus die trouwens meer van de dorpjes die we vandaag aandeden bedient. Het is alweer afwachten wat dit in de toekomst wordt.

(Wat wel opvalt: voor de oorlog kwam Kuttekoven wel voor in de tabel van de tramlijn Hasselt - Oreye, maar dat zal wel een heel zijdelingse bediening geweest zijn.) Dan kwam Borgloon beter aan zijn trekken: precies op ons vertrekpunt van vandaag kruisten de spoorlijn 23 en de tramlijn (Hasselt) - Kortessem - Oreye elkaar. Die lijn zag nog net het licht in de XIXde eeuw, maar hield het uiteindelijk maar tot 1949 vol. De huidige buslijn 38 is er de voortzetting van, althans tussen Hasselt en Borgloon. De Tramstraat in Borgloon ligt pal op de oude bedding van deze tramlijn. De bus bedient onderweg ook nog de halten Kortessem Oud Tramstation en Wellen Oud Tramstation.
Tijdens de wandeling liepen we vooral in het begin een tijdje naast de oude spoorlijn 23. Bij het Stationsplein stond zelfs een bordje met wat geschiedkundige uitleg over de bietenlijn. Ik pluk er graag wat gegevens uit. De eerste plannen voor een treinverbinding tussen Sint-Truiden dateren al van 1845, wat geen verbazing wekt. Wel verbazingwekkend: er zou omstreeks 1870 een privateconcessieaanvraag voor een lijn Halle (!) - Maastricht via Landen, Borgloon en Tongeren zijn ingediend en afgeketst door de Belgische Staat. Ik had hier nooit eerder wat van gehoord of gelezen.
Het belang van lijn 23 lag eerst vooral in het vervoer van graan, aardappelen en hout. Later kwamen daar ook nog de Zuid-Limburgers bij die pendelden naar de Luikse industriegebieden. Bovendien was de aanleg van de spoorweg een grote stimulans voor de fruitteelt (en de bijhorende stroopfabrieken.)
Na WO II neemt het belang van de verbinding snel af: de reizigersdienst werd al opgeheven in 1957, tussen Sint-Truiden en Borgloon overleefde de goederendienst nog tot eind jaren 1960.

De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 3207 09:03 09:15 stipt 332 mr80 Break controle: N
Brussel-Zuid - Hasselt 2208 09:45 10:49 +7 1905 -  61052 M6 controle: J
Hasselt - Borgloon [38] 11:26 11:56 +6 ab4981 Jonckheere Transit 2000 Tongeren??
-
Borgloon - Sint-Truiden [23a] 16:53 17:12 +5 ab4419-53 Mercedes Citaro LE C2 Cintral
Sint-Truiden - Brussel-Noord 1540 17:44 18:38 stipt 567 mr96 DMT controle: J
Brussel-Noord - Halle 1590 18:42 19:02 stipt 08556 mr08 Desiro controle: N

 

En wat we beleefden.
Blijkbaar worden er in de Allerheiligenvakantie niet alleen P-treinen afgeschaft, maar rijden sommige niet-gesleepte treinen ook met een beperkte samenstelling. Dat zou je toch vermoeden als je de 3207 ziet binnenrijden met één break i.p.v. twee. Niet dat er daardoor op deze brugdag plaatsgebrek zou zijn: de éne break biedt voldoende plaatsen. Het is bijna ongelooflijk: zo een dertig jaar geleden werkte zo goed als iedereen in deze korte vakanties, tegenwoordig lijkt iedereen thuis (of in de luchthaven van Zaventem) te zitten. En toch stijgt de werkdruk, de stress, het aantal burn-outs en andere depressies, het aantal pillenslikkers elk jaar opnieuw. Maar kom, er zullen wel andere oorzaken zijn, die men liever niet noemt: het lawaai van het autoverkeer, de files en die masochisten die de tijd in de files zo een heerlijke me-time vinden… Verder hoef je niet te zoeken. We rijden eens niet over lijn 96A Brussel binnen maar wel via de 96N.

Ondertussen is het duidelijk geworden dat we vermoedelijk niet zonder vertraging uit Brussel-Zuid zullen vertrekken: tussen Gent en Brussel staat er een defecte trein, vager kan een plaatsomschrijving niet zijn. En toch zou een concretere lokalisatie veelzeggend kunnen zijn. Onze IC 2208 rijdt immers tot Denderleeuw over de oude lijn 50. Als de defecte trein dus op lijn 50A stilstaat tussen Gent en de Y. Lombeek is er voor ons niet zo heel veel aan de hand. Maar de IC verliest nogal wat tijd in Denderleeuw, en dus zal het probleem wel dichter bij Brussel zitten. Met 14 minuten vertraging vertrekken we in Brussel-Zuid. Die vertraging zal eerst nog wat groeien (de NZV!), maar gaandeweg toch wat krimpen: Aarschot +11, Diest +9 en 7 minuten bij aankomst in Hasselt. Tussen Aarschot en Diest wordt omgeroepen dat reizigers voor Schulen in Diest kunnen overstappen. Attent van de treinbegeleider, ten gerieve van de overstappers die in Aarschot hun aansluiting misten. Maar zijn die dan eigenlijk al niet uitgestapt in Aarschot?

Bij De Lijn-Limburg wordt vandaag volgens de zaterdagdienstregeling gereden. Besparen blijft het actiewoord als het over OV gaat. Lijn 38 naar Borgloon en Heers heeft eerder al haar uurdienst op zaterdag ingeleverd, vandaag zijn de reizigers dus nog meer de klos, met een 2-uurdienst. Reizigers zijn er nochtans, al zal dat niet blijken uit de Prodatagegevens, want het gele fossiel weigert dienst. In en om Wellen wordt een lange omleiding gevolgd, wat tot enkele minuten vertraging leidt.

Voor de terugrit hebben we de halte Steenweg op Kuttekoven van lijn 23a gekozen. Het is één van die typische lawaaierige halten langs een veel te drukke steenweg, zij het dat het schuilhuisje afgeschermd wordt door een stevige plataan. Ook deze bus heeft behoorlijk wat volk mee. Zoals wel vaker blijft de bus lange tijd stipt rijden tot hij de stad nadert. Plots is de voorziene rittijd te krap; voeg daar nog een omleiding bij en je hebt meteen een verklaring voor de 5 minuten vertraging bij aankomst.

In Sint-Truiden gaan we voor het eerst in onze reizigerscarrière naar het stationsbuffet. Daar kan ik me neervlijen op een stel banken dat men blijkbaar gerecupereerd heeft uit een oud rijtuig, ik gok op een I1, maar kan er evengoed glad (bij ons zouden ze grat zeggen) naast zitten. (Gelukkig niet naast de bank…) Dan merk je pas hoe men erin geslaagd is om de voorbije 50 à 60 jaar het treincomfort in eerste klas stelselmatig te laten dalen, terwijl auto's almaar comfortabeler werden. Maar kom, met de M7 leven we misschien op hoop.

IC 1540 bestaat uit 3 DMT's of Deense neuzen of boudins. Hoewel we nog met 2 minuten vertraging uit Sint-Truiden vertrekken loopt het zo vlot dat we in Brussel-Noord zonder problemen de S naar Geraardsbergen en Aalst halen - dat is een overstap van 4 minuten, maar door de perfecte rit van de 1540 komen daar vandaag nog eens 2 minuten extra bij. Samen met ons zit er een jong koppel in het laatste eersteklassecoupé van de trein. Ze spreken de taal van Goethe en eten koude pizza. Je vraagt je toch af waar die zo in de avond nog naartoe treinen. Ik waag in elk geval geen gokje over hun bestemming. De kans dat ze ze stipt zullen bereiken is reëel… als ze niet in de verkeerde trein zitten.

De treinlectuur.
Patricia HIGHSMITH, Ripley, een man van talent.
Hugo CLAUS, Het verdriet van België.


Een scheutje oprisping.
1. Sartre wist het al: l'enfer, c'est les autres. In het Nederlands: stress, dat zijn de anderen.

2. We vierden net Sint-Hubertus. Dat is ongetwijfeld de meest misbruikte heilige uit de christelijke geschiedenis. Want hij liet het hert leven, terwijl al die schietgrage massamoordenaars allemaal Hubertus in het vaandel dragen.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPECK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

02-11-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
25-10-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.25 oktober 2018 La Hestre - Anderlues (GR12)

De wandeling.
Eén van de GR's die het meest tot de verbeelding spreken is ongetwijfeld de GR 12 die Amsterdam via Brussel met Parijs verbindt. Wij stappen vandaag nog eens een eerder korte 13 km tussen La Hestre en Anderlues. Hoewel we deze GR al enkele keren hebben gelopen (in België…) stappen we vandaag over een traject dat we nog niet eerder gevolgd hadden. Zeker bij het begin is de GR enkele keren gewijzigd, zodat we vandaag niet zomaar uit Mariemont, waar we de vorige keer geland waren, kunnen vertrekken, maar wel in de buurt. Dat is echt niet erg, want we belanden zo in het Bois de Mariemont en daar is het aangenaam toeven. Het is eigenaardig dat een zo sterk geïndustrialiseerde regio ook voor erg aangename voettochten garant staat. Terrils zijn immers nooit erg storend en al de andere industrie lijkt voorgoed verdwenen te zijn. Met een TWQ van 65% scoort deze tocht bovendien erg goed. Sommige wegjes en paadjes zijn bepaald charmant.


Verzustering tussen koe en ree.

Meer foto's en kaartje.

Het weer.
Betrokken tot zwaar bewolkt, fris maar rustig herfstweer.


De stafkaarten.
46/2S Manage - 46/6N Morlanwelz - 46/6S Anderlues


Hoe we er geraakten.
De halte La Hestre Écoles provinciales past perfect als beginpunt voor onze tocht van vandaag. Bus 167 vertrekt aan La Louvière-Sud en rijdt dan langs La Louvière-Centre richting Jolimont en Godarville. Omdat het uiteindelijk niets uitmaakt of we deze bus in Sud of Centre nemen, kiezen we voor het eerste. Mocht onze trein op tijd zijn, dan zit er daar nog een koffietje in het stationsbuffet in.

Voor de terugreis kiezen we opnieuw voor de halte Anderlues Roi des Belges, maar deze keer gaan we resoluut voor een bus van lijn 30, die ons iets sneller naar La Louvière-Sud brengt.
Voor heen- en terugreis kunnen we op die manier gebruik maken van de IC Turnhout - Binche (en omgekeerd), die ons rechtstreeks naar en van de Wolvenstad brengt.


Een beetje geschiedenis.
Het lijkt wel alsof we vandaag door een stuk trein- en tramgeschiedenis stappen. Het begint al in de eerste kilometer, in het Bois de Mariemont, waar we sporen van oude industrielijnen, compleet met hellend vlak, vonden. Ik had het hier al eerder over in een bijdrage van 4 maart 2013. De beddingen zijn nog nauwelijks te herkennen, maar de rechtlijnigheid en de verhoogde ligging van bepaalde boswegen kunnen als leidraad dienen.

Wat verder liepen we onder lijn 112 door, halfweg tussen de vroegere halte van Mariemont en het station van Morlanwelz. Deze lijn (van La Louvière tot Marchienne-au-Pont) maakt deel uit van de Waalse dwarslijn, die hier een bochtig parcours volgt.

Net uit het bos van Mariemont loont het de moeite om eens achterom te kijken, naar dit mooie brugje in lijn 118.


Voorbij Carnières volgen we dan weer een tijdje de bedding van de vroegere tramlijn 30 Bracquegnies - Anderlues. Dat onze bus van de terugreis ook het nummer 30 draagt, is geen toeval. De bus volgt grotendeels het traject van de tram, al is hij wel verplicht de wegen te volgen: voor de tram waren er - zoals op het stuk dat wij stapten - vrije beddingen door het indrukwekkende groen. Vanuit Morlanwelz naar Carnières trammen was al mogelijk in 1900, het vervolg naar Anderlues kwam er pas in 1910. De tramlijn onderging het lot van zo goed als alle andere tramlijnen in Henegouwen en werd gesloten in 1986.
In de buurt van Piéton kruisten we dan weer de vroegere industriële lijn 251. We vonden er nog een merkwaardig bord met de melding SF 1; meestal trof je bij een onbewaakte overweg op de lijnen met vereenvoudigde exploitatie een bord SF 0,5 aan, wat betekende dat de treinbestuurder de overweg alleen mocht kruisen met fluitsignaal (Siffler-Fluiten) en tegen een snelheid van 5 km/u. Hier gold dus blijkbaar een snelheidsbeperking tot 10 km/u. Deze spoorlijn verbond Piéton met de mijnen van Anderlues. Op de kaart is nog altijd een enorme dubbele bocht te herkennen.

Een zeldzame paal.
En het kon niet op: later stapten we ook nog naast of over de vroegere bedding van lijn 110 Piéton - Bienne-lez-Happart - Merbes-Sainte-Marie, waar aansluiting mogelijk was met de lijn 109 Mons - Lobbes - Chimay. Lijn 110 werd later ingekort en gedegradeerd tot industrielijn 281 Piéton - Anderlues en verdween helemaal in 1989.

Je ziet het: eigenlijk zou je aan elk van deze 4 interessante punten een stevige studie kunnen wijden, maar dat kan ik dus niet in het kader van deze blog. Het moet een beetje geschiedenis blijven, met de nadruk op beetje.

De verbinding.

Halle - La Louvière-Sud 3430 09:40 10:22 +12 2708 -  51029 M4 controle: J
La Louvière - La Hestre [167] 10:50 11:22 +1 ab3141 Van Hool New AG300 La Louvière
-
Anderlues - La Louvière [30] 15:32 16:13 +3 ab3142 Van Hool New AG300 La Louvière
La Louvière-Sud - Halle 3416 16:38 17:20 +7 2710 -  58039 M4 controle: J

 

 

En wat we beleefden.
Eerlijk gezegd: tussen 9 en 10 per trein vertrekken is veelal een riskante zaak, want het lijkt wel of al de treinen op dat moment nog de naweeën van de ochtendspits ondergaan. Dat is vandaag niet anders: de 1939 naar Doornik, de 1730 naar Quiévrain, de 3430 naar Binche: allemaal rijden ze met minstens 10 minuten vertraging. Bovendien wordt er over de oorzaken flink gelogen of minstens omzeilend gecommuniceerd. De 1730 rijdt met vertraging door het drukke treinverkeer: daar krijg je toch de stuipen van. Correct zou zijn: we slagen er niet (meer) in onze treinen op tijd te laten rijden. Die 1730 is al in Liège met 5 minuten vertrokken, in Landen was de vertraging al opgelopen tot 9 minuten. Druk treinverkeer? Op dat deel van lijn 36? Uiteraard groeit de vertraging nog aan tussen Leuven en Brussel-Noord, maar zou dat ook het geval geweest zijn als de trein in Leuven op tijd was aangekomen en vertrokken? De 3430 rijdt volgens de speakerin met vertraging door een probleem tijdens de voorgaande rit. Toch wel eigenaardig, want de trein is stipt vertrokken in Turnhout en maakt zijn vertraging naarmate hij Brussel nadert. Uiteindelijk zal hij met 13 minuten vertraging in Halle vertrekken - erg veel gaat er niet meer af. Dat we onze eerder gemelde koffie daardoor kunnen vergeten is niet zo belangrijk; de geplande bus wordt zonder problemen gehaald.

Onze allereerste rit op lijn 167 zal met een gelede bus uitgevoerd worden. De bus toont duidelijk nog de tekenen van de ochtendspits: her en der liggen de resten van een snel ontbijt dat hoofdzakelijk lijkt te bestaan uit chocomelk. Vierentwintig minuten na ons vertrek en 8 km verder stappen we uit bij de halte Écoles provinciales. De bus is dus tegen een gemiddelde snelheid van 20 km/u door La Louvière en voorsteden gesukkeld. Wat slagen we er toch in om onze mobiliteit op een efficiënte manier te organiseren, en dat is geen verwijt aan chauffeur of dienstregelaar die de rittijd perfect respecteren en inschatten. Geen wonder dat twee joggers ons onderweg 3 keer inhalen!

Voor de terugrit kunnen we opnieuw gebruik maken van een gelede bus. Ook nu weer wordt de dienstregeling op een bewonderenswaardige wijze gevolgd, althans tot Jolimont. Vanaf hier is het aanschuiven aan verkeerslichten, maar de schade blijft al bij al beperkt. In La Louvière-Sud worden we opgewacht door een vijftal controleurs. Het kan een indruk zijn, maar sinds de invoering van de MoBIB is het aantal controles drastisch omhooggegaan. Dat is ook niet moeilijk: vroeger waren er bijna nooit controles.

Ook nu is de overstap te kort om nog een bezoekje te brengen aan het stationsbuffet. Het is er bovendien zo druk dat we onmogelijk snel bediend kunnen worden. IC 3416 vertrekt stipt in La Louvière-Sud, maar dat is allang geen garantie meer dat deze trein ook nog stipt in Brussel aankomt. In Ecaussinnes tekenen we al 10 minuten vertraging op: daar ligt inderdaad een stuk dat wegens werken enkelsporig uitgebaat wordt, maar de tegemoetkomende treinen rijden echt niet met zo veel vertraging dat dit de vertraging zou kunnen verklaren. IC 3416 is weer op de sukkel; zeven minuten vertraging bij aankomst in Halle vallen nog mee, maar dat voorspelt weinig goeds voor de rest van het traject…

De treinlectuur.
Thomas BRUSSIG, Am kürzeren Ende der Sonnenallee. Die Sonnenallee is een straat die door de Berlijnse Muur in twee is gedeeld, met het erg korte stuk in Oost-Duitsland. Het is een prettige, schalkse kijk op het leven van Michaël, die door zijn moeder Mischa wordt genoemd omdat dat Russisch klinkt. Om je een idee te geven van de humor: Mario heeft een gesmokkelde Engelse persing van Exile on Main Street van de Rolling Stones op de kop kunnen tikken en die dubbelelpee redt hem als een echt kogelvrij vest als hij door een Oost-Duitse soldaat wordt neergeschoten in een poging om een weggevlogen liefdesbrief te recupereren uit de verboden grenszone.
"Let eens op waarom hier niets verandert. Als je zegt wat er fout loopt, word je gearresteerd en de anderen houden je voor een dommerik omdat je nog niet eens weet wat je niet zeggen mag. Als je niet gearresteerd wil worden, moet je dus zwijgen over wat er fout loopt, maar dan verandert er ook niets, want de anderen denken dat alles in deze wereld in orde is. En daardoor kan hier dus nooit iets veranderen." (eigen vertaling)
Hugo CLAUS, Het verdriet van België.


Een scheutje oprisping.
De vakbonden van Aviapartner hebben in vijf dagen al meer gedaan voor het milieu dan al onze ministers van Milieu in vijf jaar.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPECK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

25-10-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (2)
22-10-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.22 oktober 2018 - Brugge - Veldegem (Via Brugensis)

De wandeling.
We stappen vandaag voor het eerst over de Via Brugensis, een Compostelaroute die loopt van Sluis tot Sébourg - eigenlijk tot Compostela dus, maar dan heb je meer dan één boekje nodig. We legden bijna 19 km af, voor 37% over trage of onverharde wegen, en dat zegt dus al wat over de kwaliteit van het uitgestippelde tracé. Je komt wel enkele keren door erg aangename (domein)bossen maar tussendoor is het behelpen met asfalt- of betonwegen, zelfs in de enkele doorkruiste bossen. Dat je vaak niet over interessantere, onverharde boswegen en prachtige dreven kunt lopen, heeft te maken met de ziekelijke neiging om iedereen hier uit de bossen te houden: je kunt hier fortuinen verdienen met de fabricatie van bordjes Privaat eigendom - verboden toegang. Dat is een wonderbare bevestiging van de stuursheid en norsheid van voorbijrijdende fietsers en collega's wandelaars. Het lijkt wel alsof haarlak ook de gezichtshuid heeft verstrakt, zodat een kleine groet of glimlach blijkbaar te pijnlijk is. In het boekje lezen we verder dat de bewegwijzering in Vlaanderen beperkt is: dat is een eufemisme; in totaal kwamen we misschien 8 blauwe schelpen tegen en dan werd voor de eerste 7 km nog gebruik gemaakt van de rood-witte bewegwijzering van de GR 5A. Ze hadden zich de moeite van die schelpjes ook kunnen besparen. Zonder topogids en degelijke voorbereiding thuis valt er niet aan te beginnen.


De Diksmuidse Heerweg: we volgden hem over enige afstand, nu eens verhard dan weer onverhard. Af en toe, zoals hier, erg mooi.


Na de Abdij Zevenkerke kwamen we in de buurt van een wat bescheidener priorij: Bethanië.

Kaartje en meer foto's.

Het weer.
Half tot zwaar bewolkt, fris en winderig, maar alles bij elkaar toch goed wandelweer.


De stafkaarten.
13/1Z Brugge - 13/5N Oostkamp - 12/8N Zedelgem - 13/5Z Ruddervoorde - 12/8Z Aartrijke


Hoe we er geraakten.
Brugge is uiteraard geen enkel probleem. Voor de terugkeer is er een onregelmatige maar toch bruikbare verbinding met buslijn 74 Roeselare - Brugge. Op een avontuurlijk moment hadden we ook een terugkeer via Roeselare of Torhout kunnen proberen, maar het gaat veruit het snelst via Brugge. En bovendien zit je dan altijd met problemen omdat de NMBS de alternatieve terugreis afgeschaft heeft. Voor wandelaars is dat een onbegrijpelijke maatregel. Dat men in Nederland op dat vlak een stuk verder staat, kun je lezen op http://www.goedkoop-treinkaartje.nl . Het moet niet eens goedkoper zijn dan nu al het geval is, als je maar wat meer mogelijkheden krijgt. Een suggestie voor de NMBS: vermits het seniorenbiljet toch tegen een forfaitaire prijs verkocht wordt, kan het geen probleem zijn om op het biljet (op papier of elektronisch) twee lijntjes te voorzien waarop het traject van heen- en terugreis afzonderlijk kunnen worden ingevuld. (Maar dat lost natuurlijk een gelijkaardig probleem met het weekendbiljet niet op.)


Een beetje geschiedenis.
Veldegem was vanouds een halte op wat al meer dan een eeuw lijn 66 genoemd wordt. Vermoedelijk ging deze halte open bij de indienstneming van het baanvak Brugge - Torhout op 04.10.1846. In het spoorboekje van 01.05.1892 vinden we de volgende halten en stations terug: Brugge - Loppem - Zedelgem - Veldegem - Torhout - Lichtervelde - Gits - Beveren - Roeselare. Eigenaardig genoeg loopt de toenmalige tabel 64 dan verder richting Menen. Tabel 65 vervolledigt de verbinding Roeselare - Kortrijk met stops in Rumbeke - Izegem - Ingelmunster - Lendelede - Heule en Kortijk.

Uit het spoorboekje van 17.05.1953 kunnen we opmaken dat daar nog halten in Sint-Michiels - Kachtem en Sint-Katharina zijn bijgekomen. Maar meer dan dat zal het niet meer worden.
In het spoorboekje van 22.05.1955 zien we het resultaat van een grote opkuisactie: de overblijvende stations zijn die van vandaag plus Veldegem, dat op wonderbaarlijke manier de kaalslag in de halten overleeft. Nu ja, overleeft is veel gezegd. Op zaterdag is er nog een trein om 13:28 naar Kortrijk en dagelijks stopt ook nog een trein om 18:43. In de andere richting is er een trein om 6:10 (niet op zondag) naar Brugge. Wie een zinnige verklaring hiervoor kent: graag.
Verbazend genoeg blijft deze toestand min of meer onveranderd tot 27.05.1978. In het spoorboekje van 22.05.1977 vinden we voor de laatste keer een vergelijkbare dienstregeling terug: treinen naar Kortrijk, Zottegem en Brussel-Noord om 7:50 (niet op zaterdag en zondag), om 17:21 (dagelijks) en om 18:57 (niet op zaterdag en zondag) naar Kortrijk. In de andere richting was er één (1!) trein richting Brugge om 5:50, niet op zondag.
De uitgedunde treindienst werd in 1955 opgevangen door de invoering van de vervangingsbus 66a Brugge - Roeselare. Een vergelijkbare busdienst vinden we vandaag nog terug als lijn 74 Roeselare - Brugge, die ondanks de basismobiliteit nooit een volledig gecadanceerde dienst kreeg. De hiaten werden nl. opgevuld door de belbus van Torhout.

De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 1557 08:58 09:07 +3 08011 mr08 Desiro controle: N
Brussel-Zuid - Brugge 2830 09:26 10:29 +11 1860 -  61042 M6 controle: J
-
Veldegem - Brugge bus 16:39 17:05 stipt ab5506-84 MAN's Lion City Van Coillie (Connex)
Brugge - Brussel-Zuid 1516 17:10 18:08 stipt 560 mr96 DMT controle: J
Brussel-Zuid - Halle 1939 18:12 18:22 stipt 546 mr96 DMT controle: N

 

En wat we beleefden.
Zo net na 9:00 is het altijd wat uitkijken naar hoe de 1557 en de 3207 presteren. De eerste vertrekt net voor, de tweede net na 9:00, uur waarop we onze seniorenbiljetten kunnen laten gelden. Maar vandaag heeft de 1557 wat vertraging, wat ons wat meer speling geeft in Brussel-Zuid. Bovendien is die 1557 wat minder druk dan de 3207, oh ironie, waarmee we dus te allen tijde mee mogen. Een reizigster heeft geen biljet - toen wij aankwamen stonden er inderdaad wat mensen aan te schuiven aan de 2 automaten - en ze heeft zich braaf bij de tbg gemeld. De toeslag is in dit geval wat unfair, al is het ook een middel om een nog hogere boete te vermijden. Ik zou er mijn hand echt niet voor in het vuur willen steken dat al de andere ingestapte reizigers wél een biljet hebben. Maar de tbg verdwijnt na de aanmaak van het biljet. Meestal verloopt zo een rit van de S naar Brussel-Zuid vrij vlot en dat is ook vandaag ook het geval; er gaat zelfs een minuutje vertraging af.

De IC 2830 van Brussels-Airport naar Knokke, dat is een ander paar mouwen. Die is afgeschaft op het eerste deel van zijn traject en zal blijkens de app vanuit Brussel-Zuid vertrekken. Dat valt voor ons nog mee. Die 2830 is de terugrit van de 2305 die bij het ochtendgloren al in Brugge gestrand is omdat Infrabel lijn 66 Brugge - Kortrijk na nachtwerk nog niet vrijgegeven had. De trein heeft de reis als ledige rit Brugge - Brussel-Zuid afgelegd. Zonder vertraging lukt dat ook niet achter de reguliere treinen aan, waarvan sommige ook vertraging hebben. We zullen uiteindelijk met 17 minuten vertraging vertrekken, zelfs nog na de 430, alhoewel de deuren van beide treinen gesloten waren. Beter één trein met veel vertraging dan twee met wat minder. De reis verloopt voor de rest zonder veel problemen, al had het nog met een minuutje of twee minder gekund. Lees de rubriek Binnenkomen op rood op hgbtf…

De bus van lijn 74 rijdt behoorlijk stipt. We halen zelfs nog een onverwachte aansluiting met IC 1516 naar Genk, al ligt de bushalte Sint-Michiels Station West alles behalve ideaal. Maar daar uitstappen is alleszins nog beter dan een rondje naar 't Zand en de voorzijde van Brugge Station.

Deze keer zal de terugrit 's avonds wel erg goed meevallen. IC 1516, die uit 4 Deense neuzen bestaat, arriveert zelfs krek op tijd in Brussel-Zuid, zodat we 4 minuten later nog meekunnen met IC 1939 naar Tournai. Deze trein bestaat uit 3 Deense neuzen en dat is in tweede klasse te weinig. De overrompeling van eerste klas blijft evenwel uit. Het is al vijftig jaar zo: tegen het einde van de avondspits heeft de NMBS niet alleen de neiging om geen P-treinen te laten rijden, maar de cadanstreinen rijden ook in samenstellingen die de staart van de avondspits nauwelijks aankunnen. Je zou dan geneigd kunnen zijn om te wachten op de volgende IC (naar Quiévrain) maar die is met 2 breaks in hetzelfde bedje ziek. Opvallend wel: IC 1939 bolt op tijd het sinds kort met legale graffiti versierde station van Halle binnen. Nu de overkapping nog…

De treinlectuur.
Thomas BRUSSIG, Am kürzeren Ende der Sonnenallee.

Hugo CLAUS, Het verdriet van België.

Een scheutje oprisping.
Waarom gebruiken sommigen nog altijd Gutmensch als er een zo voor de hand liggend en duidelijk Nederlands equivalent voor bestaat: do-gooder.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPECK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

22-10-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
16-10-2018
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.16 oktober 2018 Renuamont - Givry

De wandeling.
We openen vandaag al het derde schuifje van een ronduit schitterende tocht Over hoogplateaus en door weidse Ardeense bossen, tussen Renuamont en Givry. Dat is in totaal net iets meer dan 13 km, de anderhalve kilometer van de dichtstbijzijnde, bruikbare bushalte tot ons aansluitingspunt in de buurt van Flamierge inbegrepen. Neem het van ons aan: dit is een prachtige, geestverruimende tocht over het hoogplateau van de echte Ardennen, voornamelijk langs weiden en kleinere bossen, in een dunbevolkte streek, als je de koeien niet meerekent. De TWQ ligt hoog: 76%, langs goed begaanbare wegen tussen de weiden door. Bovendien was het al van op de trein duidelijk dat er wat te beleven zou zijn in de lucht: altocumulus en cirrus zorgden voor een voortdurend wisselend spektakel en het weze ons vergeven dat de foto's deze keer ook wat aandacht besteden aan de prachtige wolkenluchten. Het kaartje vind je hier.


Prachtige wolkenluchten.

Het weer.
Mooi nazomerweer, half bewolkt of minder, en aangenaam warm.


De stafkaarten.
60/6 S Flamierge - 60/7 S Champs - 60/6 N Roumont


Hoe we er geraakten.
Veel keuze hebben we deze keer niet: Renuamont kan ten vroegste om 11:35 bereikt worden, met lijn 1 uit Marloie. In Givry is er een bus van lijn 17 naar Bastogne om 15:40. Vanuit Bastogne zouden we vroeger ongetwijfeld de trein naar Libramont genomen hebben, maar je leest hieronder waarom dit niet meer kan. Misschien is dat de reden waarom ik eerst aan lijn 163b dacht - de vervangingslijn van spoorlijn 163-, maar uiteindelijk was de meest voor de hand liggende oplossing opnieuw lijn 1 van Bastogne naar Marloie. Tussen beide bussen in hebben we net voldoende tijd.


Een beetje geschiedenis.
Over lijn 1 Marche - Bastogne heb ik het hier al gehad. Laat ons vandaag even stilstaan bij een deel van wat overbleef van spoorlijn 163, meer bepaald het deel Bastogne-Sud - Libramont dat in een goede 20 jaar van de spoorwegkaart werd gegomd en blijkbaar zo grondig dat een terugkeer van treinen weinig waarschijnlijk is.

In het spoorboekje van 22.05.1966 wordt de lijn nog uitgebaat met halten in Ourt, Bernimont, Wideumont, Rosières, Morhet, Sibret en Villeroux. Op zondag rijden er geen treinen, op weekdagen zijn er acht ritten, waarvan 1 zonder tussenstops en 2 die een aantal stops overslaan. (Tegelijk is er ook al een buslijn 163 b met 7 ritten op weekdagen en 6 op zondagen).

Tien jaar later, in het spoorboekje van 30.05.1976, vinden we al de eerder vermelde halten nog altijd terug. Er zijn nog altijd 8 ritten maar halten als Ourt, Bernimont, Rosières en Villeroux worden lang niet door alle treinen bediend.

In het spoorboekje van 28.05.1978 vinden we dan ook geen spoor meer terug van Ourt, Rosières en Villeroux. Met dat laatste verdwijnt wat in Het Spoor van ergens halfweg de jaren 1960vermeld werd als hoogst gelegen Belgisch station. (Wat zou nu het hoogst gelegen station zijn?) Er is wel één trein bijgekomen. Een jaar later wordt ook de bediening van Bernimont en Morhet afgeschaft. Blijven dus over: Wideumont en Sibret. Ook nu komt er een rit bij; er komt zelfs een erg beperkte zondagdienst!

Met de invoering van het IC-IR-plan wordt een 2-uurcadans ingevoerd: Wideumont en Sibret gaan nu ook voor de bijl. De trein doet er 28 minuten over, wat niet meteen een topprestatie is. De refertesnelheid ligt nog altijd op 70 km/u. Daarna gaat de afbouw snel. Zelfs die 70 km/u is nog te hoog gegrepen. De treinen rijden enige tijd maximaal 40 km/u en dat geleidelijk over het hele traject van Libramont tot Bastogne. De rittijd wordt dan ook 35 minuten. De lijn is ten dode opgeschreven: voor onderhoud is er geen geld meer en in het spoorboekje van 23.05.1993 lezen we: De treinen tussen Bastogne en Libramont kunnen vanaf een nog te bepalen datum vervangen worden door bussen toegankelijk voor reizigers in het bezit van een geldig vervoerbewijs NMBS. In feite sleept deze toestand al 25 jaar aan en veel beweging komt er niet meer in de zaak. Om de zoveel jaren is er wel eens politieke partij die haar staart roert, maar altijd zonder veel resultaat. Het prachtige stationsgebouw van Bastogne-Sud is ondertussen in de feiten een busstation geworden.

De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 1555 06:58 07:07 +1 08064 mr08 Desiro controle: N
Brussel-Zuid - Marloie 2107 07:33 09:21 stipt 515 mr96 DMT controle: J
Marloie - Renuamont [1] 10:40 11:35 stipt ab4550 Jonckheere Transit 2000 Amberloup
-
Givry - Bastogne [17] 15:40 15:55 stipt ab4562 Jonckheere Transit 2000 Houffalize
Bastogne - Marloie [1] 16:17 17:33 stipt ab4551 Jonckheere Transit 2000 Amberloup
Marloie - Brussel-Noord 2139 17:41 19:17 +24 1348 -  11711 I10 controle: J
Brussel-Noord - Halle 3790 19:52 20:18 +4 08046 mr08 Desiro controle: J

 

En wat we beleefden.
De aangewezen trein naar Marloie is eigenlijk de 2108 van 8:33 en die heeft het in de voorbije week lang niet zo slecht gedaan, maar we nemen liever geen risico en dus wordt het de 2107 van 7:33. Dat betekent wel dat we in Marloie een uur en twintig minuten zullen moeten wachten, maar het biedt tenminste uitzicht op een rustige heenreis met hoge slaagkans. Het spijt me dat ik het moet schrijven, maar het vertrouwen in de hele treingebeuren en de bijpassende aansluitingen met de bus is de laatste jaren stelselmatig geslonken.

S 1555 zit eigenlijk goed vol, ondanks de 3 Desiro's. Dan pas merk je hoe benepen je hier zit als je allebei een rugzak op je schoot houdt - waar zou je hem moeten laten? - en daar zijn ook de mensen rechtover je het slachtoffer van. Gelukkig is het maar voor 9 minuten. IC 2107 zal zonder veel kleurscheuren in Marloie geraken: behalve in Brussel-Centraal en Ottignies zal de vertraging nooit meer dan 3 minuten bedragen. Met ons rijdt een wants mee zuidwaarts. Ze heeft al mijn rugzak, de zetel waarop die staat en de tussengang geëxploreerd. Hopelijk bereikt ze heelhuids haar bestemming. 't Is niet makkelijk om mier te zijn, maar wantsen hebben nauwelijks meer zekerheid. (IC 2108 zal met 10 minuten vertraging in Brussel-Zuid vertrekken maar ook op tijd in Marloie aankomen. We hadden ons dus de ruime reserve kunnen besparen. Marloie heeft gelukkig nog een echt stationsbuffet en dat maakt veel goed.) Opvallend is dat de IC's richting Brussel wel met veel vertraging rijden, genoeg om de aansluiting met de L naar Liers te verbreken. Een vijftiental scholieren met begeleider zijn daar o.a. het slachtoffer van.


Motorstel 648 staat hier nog te wachten maar zal even later vertrekken naar Liers, zonder op de vertraagde IC uit Arlon te wachten.

De bus naar Bastogne beginnen we onderhand te kennen. Veel reserve zit er niet in de dienstregeling, alsof de opstellers toch weten dat er nauwelijks instappers zijn. Wat voor alle duidelijkheid niet waar is; zelfs het ommetje in Bande levert reizigers op. We rijden ook even de stelplaats van Amberloup binnen. De chauffeur komt buiten met een tas: het lijkt wel de goede oude tijd toen trams en bussen ingeschakeld waren in intern of extern pakjes- en tassenvervoer.

Voor de terugrit kunnen we lijn 17 naar Bastogne nemen. Meer dan 2 bussen per dag zijn er niet en toch heeft ook deze bus al wat reizigers mee. Ik blijf me hierover verbazen: het is een sterk staaltje van aanpassing aan de erg magere mogelijkheden. Van de vorige keer weten we hoe veel leerlingen rond 16:15 in Bastogne de bus nemen. Daarom passen we een trucje toe en we zijn blijkbaar niet de enigen: 650 m scheiden ons van de halte Clinique als we van de bus van lijn 17 stappen en twee bussen van lijn 1 beginnen daar hun rit. We kunnen dus onze plaatsjes kiezen voor een rit die toch wel een dik uur zal duren. De info aan de halten is verouderd; vanmorgen aan de halte Renuamont trouwens ook al. Blijkbaar doet men niet eens meer de moeite om de wijzigingen - deels nodig door het voortdurend verschuiven van de treinuren in Marloie - aan te passen. Elk van de twee bussen volgt een andere reisweg, maar ze worden verondersteld met amper 1 minuut verschil in Marloie aan te komen. We nemen dus de eerste; die volgt ongeveer de reisweg van vanmorgen, maar de halte Renuamont wordt niet bediend: de bus blijft op de N4, zoals voorzien. De grootscheepse werken en omleidingen in Bastogne zijn achter de rug en de bus slaagt er wonderwel in op tijd te rijden. Onderweg worden blijkbaar ook nog enkele aansluitingen bus/bus gerealiseerd, o.a. uit La Roche in Champlon en in Lavacherie. Ik vraag me af hoe dat afloopt als het niet allemaal even vlot gaat.

Over de korte aansluiting in Marloie hoeven we ons al een tijdje geen zorgen meer te maken: IC 2139 rijdt met vertraging, zelfs 18 minuten bij vertrek in Marloie. Die zal oplopen tot 24 minuten bij aankomst in Brussel-Noord, waar we na de gemiste aansluiting in Brussel-Luxemburg overstappen. Tussen Ciney en Namur rijden we na een tijdje achter L 5788 aan en eigenlijk gaat er nauwelijks vertraging af op weg naar Brussel.
Zelfs een overstapje op de S naar Geraardsbergen en Aalst zit er niet meer in en dus nemen we maar de S naar Braine-le-Comte. Die vertrekt wel op tijd in Brussel-Noord, maar staat langer dan voorzien in Brussel-Zuid. Uiteindelijk tekenen we 4 minuten vertraging op bij aankomst in Halle; we hadden dus net zo goed toch in Brussel-Luxemburg kunnen overstappen. We komen 38 minuten later dan voorzien aan; de laatste tijd lijkt de terugreis altijd weer vol hindernissen te zitten.


De treinlectuur.
A.F.Th. van der HEIJDEN, De helleveeg.
Hugo CLAUS, Het verdriet van België.


Een scheutje oprisping.
Ik krijg af en toe wel eens een reactie van wat waarschijnlijk een rechtse internettrol is die mijn aandacht en inzet voor het openbaar vervoer maar meteen linkt aan een linkse maatschappijvisie, zo in de zin van: je rode en groene vriendjes zullen weer huilen, ocharme. Ik zie niet in waarom pleiten voor beter openbaar vervoer en dus een beter leefmilieu en een menselijker omgeving meteen links moet zijn, maar als het dan toch over de vriendjes gaat: liever groene en rode vriendjes dan blauwe en bruine.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPECK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

16-10-2018 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (3)


E-mail mij

Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


Blog als favoriet !

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 


Zoeken in blog


Laatste commentaren
  • Lijnen 712/714 (Etienne Tas)
        op 17 augustus 2023 Herne - Bever (Voettocht in Pajottenland)
  • OTW 4670 (Sebastiaan Van Hoof)
        op 18 juli 2023 - Lesve
  • IC's in Sinaai en Belsele (overweg13)
        op 27 december 2022 - Sinaai - Belsele (GR Waas- en Reynaertland)
  • Inhoud blog
  • 21 maart 2024 Belsele - Nieuwkerken-Waas
  • 14 maart 2024 - Sint-Idesbald - De Panne
  • 7 maart 2024 - Veerle
  • 4 maart 2024 - Leuven - Sint-Joris-Weert (GR Dijleland)
  • 27 februari 2024 - Weerde

    Archief per maand
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 06-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 11-2010
  • 10-2010
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 04-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 01-2010
  • 12-2009
  • 11-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2008
  • 04-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 01-2008
  • 12-2007
  • 11-2007
  • 10-2007
  • 09-2007
  • 08-2007
  • 07-2007
  • 06-2007
  • 05-2007
  • 04-2007
  • 03-2007
  • 02-2007
  • 01-2007
  • 12-2006
  • 11-2006
  • 10-2006
  • 09-2006
  • 08-2006
  • 07-2006
  • 06-2006
  • 05-2006
  • 04-2006


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!