De Barnevelder is een middelzwaar kippenras dat zijn oorsprong heeft in het Nederlandse Barneveld. Het ras ontstond door het inkruisen van legkippen met grote Aziatische kippenrassen, naar verluidt Cochins, Langshans en Brahma's. Vanaf begin jaren 1920 werden de eerste dieren geëxporteerd naar Engeland.
Barnevelders worden zowel voor het vlees als de eieren gehouden. De hen bereikt gemiddeld een gewicht van 2750 gram, de haan 3500 gram. Het ras wordt in de kleuren zwart, wit, dubbelgezoomd en blauwdubbelgezoomd gefokt.
barnevelder hen
Bijzonder aan dit ras zijn de uiterst donkerbruine eieren. Andere kippenrassen die donkerbruine eieren leggen zijn onder andere Marans en Welsumers. Barnevelders zijn uitstekende legkippen die circa 180 eieren per jaar leggen. De dieren vliegen nauwelijks.
Een nadeel van het ras is de bovengemiddeld hoge gevoeligheid voor Marekse verlamming. Daarom zullen veel fokkers de kuikens tegen de ziekte inenten.
De barn is een eenheid van oppervlakte die vrijwel alleen in de kernfysica en de deeltjesfysica wordt gebruikt om werkzame doorsnede uit te drukken. De barn is geen SI-eenheid, maar is daar wel van afgeleid, en is ook toegelaten voor gebruik met het SI, hoewel het gebruik niet aangemoedigd wordt door het BIPM. Uitgedrukt in SI-eenheden is een barn 10-28 meter2 of 100 fm2, ongeveer de vlakke doorsnede van de kern van een uraniumatoom.
De eenheid was aanvankelijk grappig bedoeld: barn is het Engelse woord voor een grote schuur bij een boerderij. Vergeleken met de typische werkzame doorsnede voor de meeste kernreacties was de uraniumkern namelijk "zo groot als een schuur" ("as big as a barn").
De barmsijs (Carduelis flammea) is een zangvogel uit de familie van vinkachtigen (Fringillidae). De barmsijs wordt in gevangenschap gehouden en heeft met de jaren zijn plaats veroverd in de avicultuur. Er bestaan nu al diverse mutaties waaronder: bruin, agaat, isabel, pastel, grijsvleugel (dubbele pastelfactor), kobalt (+ zijn combinaties met de andere mutaties) en pheao. Het popje legt 3 tot 6 eitjes die ze uitbroedt in 13 dagen, na 15 tot 18 dagen vliegen de jongen uit, en na 3 weken zijn ze zelfstandig. Barmsijzen komen in de wintermaanden in Nederland en België voor; het zijn echte wintergasten.
Tegenwoordig wordt er onderscheid gemaakt tussen de Kleine Barmsijs (Carduelis cabaret) en de Grote Barmsijs (Carduelis flammea). Ze verschillen in formaat en kleur. De Kleine Barmsijs is vooral bruin, de Grote oogt grijzer. De Grote Barmsijs lijkt sterk op weer een andere barmsijs, de Witstuitbarmsijs. De barmsijs heeft ook een Belgische postzegel ter waarde van 1 BEF.
Groenlandse barmsijs
Barmsijzen vindt men vooral terug in bosrijke gebieden. Daar zijn ze op zoek naar zaden van de berk, lariks en vooral naar elzenproppen. Ze zijn ook verlekkerd op verscheidene onkruidzaden zoals herderstasje,moerasspirea, paardebloem. Tijdens de broedperiode nemen ze ook veel insectenvoedsel tot zich. De jongen worden grootgebracht met insecten en in de krop voorgeweekte zaden.
De barmsijs komt voor op de Britse Eilanden, Noord-Europa, Azie, het noorden van Noord-Amerika .In de Alpen en Oost-Europese gebergten. De barmsijs is een trekvogel welke soms invasief zijn biotoop verlaat. Dit hangt nauw samen met een plotse koude-inval of voedseltekort.
Ze maken een trillend geluid, vooral gekenmerkt door een scherp tsek-tsek-tsjek.
De barlijn, of ook wel barleer genoemd, is een deel van de uitrusting van een binnenschip. Het woord staat voor de complete constructie met twee stoeltjes.
Op deze H-vormige barlijnstoeltjes worden de spullen neergelegd om ze van de luiken kwijt te zijn, zodat je dit materiaal niet steeds moet verleggen als de luiken open moeten. Een verzamelplaats van los materiaal zoals loopplanken, schoorbomen, haakstokken, buikdenningplank, slaggaard, ruimladder, bezem, luiwagen, enz.
De gebruikelijke plaats is in het midden van de luiken, met het kapdeksel van de scheerstok midden eronder.
Barlia is een voormalig klein Europees geslacht met slechts twee soorten terrestrische orchideeën. Deze zijn sinds enkele jaren opgenomen in het geslacht Himantoglossum.
Barlia is vernoemd naar de Braziliaanse amateur-botanicus en orchideeënliefhebber J. E. Barla (17981850).
Barlia robertiana
Barlia was een geslacht van terrestrische, overblijvende planten (geofyten), die overwinteren met twee ondergrondse, langwerpig-eivormige wortelknollen. De bloemstengel heeft onderaan een bladrozet, en hogerop meerdere stengelomvattende bladeren die al tijdens de bloei beginnen te verwelken.
Het voornaamste verschil met de Himantoglossum was dat de bloemen van Barlia een lip met een korte, gespleten middenlob en gegolfde zijranden had.
Barlia robertiana
Het geslacht Barlia werd steeds als nauw verwant aan Himantoglossum (met onder meer de bokkenorchis) beschouwd. Recente DNA-analyse heeft echter uitgemaakt dat beide geslachten samen een monofyletischee groep vormen.
De Barletts dolksteekduif (Gallicolumba crinigera) is een soort uit de familie van de duiven van het geslacht Gallicolumba. De soort komt voor alleen voor in de Filipijnen.
De Filipijnse naam voor de Barletts dolksteekduif is Mukid.
Barletts dolksteekduiven zijn gemakkelijk te herkennen aan de rode of oranje vlek op hun borst. Wanneer een mannetje een vrouwtje wil imponeren, zet hij deze vlek op en begint daarnaast hard te koeren. De Barletts dolksteekduif is wat bonter gekleurd dan bijvoorbeeld de dolksteekduif (G. luzonica). De kop is grijs met groen, de borst wit met de genoemde rode vlek, de onderkant lichtbruin en de veren van de vleugels, grijs en roodbruin. De soort is in haar voortbestaan bedreigd als gevolg van ontbossing van hun leefgebieden.
Deze soort scharrelt voornamelijk op de bodem van het regenwoud en vliegt niet erg hoog.
De drie ondersoorten van de Barletts dolksteekduif komen voor op zes eilanden. - De G. criniger leytensis komt voor op Samar, Leyte en Bohol. - De G. criniger criniger op Dinagat en Mindanao en de - G. criniger bartletti op Basilan.
Deze soort vindt voedsel op de bodem van regenwouden en bossen. Dit voedsel bestaat voornamelijk uit zaden, vruchten en insecten.
De Barletts dolksteekduif maakt haar vrij simpele nest van enkele takjes en bladeren in een boom niet hoger dan 2 meter en legt daarin (voor zover bekend) 1 enkel ei. De broedtijd is ongeveer 15-17 dagen.
jonge Barletts dolksteekduif auteur : BS Thurner Hof CC
Barkas was een fabriek van bestelbussen in de DDR. De naam komt van Hamilcar Barkas, een veldheer uit Carthago. Letterlijk vertaald betekent Barkas "de bliksem". Het bekendste model was de Barkas B-1000.
VEB Barkas-Werke Hainichen is in 1957 ontstaan als opvolger van de Framo fabriek in Frankenberg/Sa. (later Hainichen). Deze fabriek werd in de DDR een Volkseigener Betrieb en onderdeel van het Industrieverband Fahrzeugbau (IFA). In 1958 werd het bedrijf met andere samengevoegd en ontstond VEB Barkas-Werke Karl-Marx-Stadt, gevestigd in Karl-Marx-Stadt. In 1961 werd de Barkas B1000 gepresenteerd. Deze had een driecilinder tweetaktmotor met mengsmering met een cilinderinhoud van 1000 cm³ die 46 PK leverde. De motor was midden tussen de stoelen voor de chauffeur en de bijrijder aangebracht en kon worden bereikt via een kleine afneembare motorkap in de cabine en een inspectieluikje. Het eerste exemplaar rolde op 14 juni 1961 van de lopende band. In 1962 werd de B-1000 op de voorjaarsbeurs van Leipzig gepresenteerd, waarbij het voor toenmalige begrippen hoge laadvermogen van 1000 kg opviel.
Barkas B1000 flower power busje gebruiker : Joooo - CC
Dankzij talrijke opbouwvarianten, met open laadbak, gesloten laadbak, bestelbus, en kraanwagen was de B-1000 op veel gebieden inzetbaar. Zo bestonden er uitvoeringen voor personenvervoer, en als politiebusje, ambulance, blusvoertuig, ladderwagen, pickup en militair voertuig.
Wegens zijn eenvoudige constructie was de B-1000 relatief robuust en betrouwbaar. Hij had vanaf het begin voorwielaandrijving. Er bestond slechts één standaardmodel, dat voortdurend werd verbeterd. Zo werd vanaf 1975 de stoel voor de bestuurder voorzien van een veiligheidsgordel, en vanaf 1978 ook de bijrijderstoel; werd vanaf 1984 de brandstofvoorraad en de koelwatertemperatuur aangegeven met Leds en werd in 1987 het achterste portier in de gesloten uitvoering vervangen door een schuifdeur. Op 8 april 1987 rolde de 150 duizendste B-1000 van de lopende band.
Barkas v901 (foto2008) auteur : Albrecht Conz (CC-BY-SA-2.0-DE) CC
In de herfst van 1989 werd de eerste B-1000-1 gepresenteerd op de herfstbeurs van Leipzig. Net als de Wartburg 1.3 had deze een door Volkswagen ontworpen 58 PK viertaktmotor van 1272 cc, die in Karl-Marx-Stadt in licentie werd geproduceerd. Het eerste exemplaar van de B-1000-1 rolde op 1 september 1990 van de lopende band. Op 10 april 1991 werd de productie van de B-1000-1 gestaakt. Er waren toen 1961 stuks gebouwd. Omdat deze versie nogal roestgevoelig was is hij snel uit het straatbeeld verdwenen. De productiefaciliteiten in Hainichen werden gedemonteerd. Ze zouden naar Rusland worden overgebracht, maar om financiële redenen werd daar uiteindelijk van afgezien.
Barkas B1100 in het 'Fahrzeugmuseum Frankenberg' auteur : Angela Monika Arnold, Berlin CC
Bark is een historisch merk van inbouwmotoren in Dresden.
Dit was een Duitse fabriek die in de jaren dertig 200- tot 600 cc inbouwmotoren voor andere merken bouwde. Het betrof zowel twee- als viertaktmotoren. Ze werden door vele motorfietsproducenten toegepast.
Op de "klantenlijst" stonden in elk geval Ardie, Bücker, D-Rad, Elfa, Excelsior, Hercules, HMK, Imperia, OD, Omnia, Phönix, RMW, UT en Wimmer.
Ook de Küchen-ontwerpen werden, voor zover ze niet door de klant zelf gebouwd konden worden, bij Bark geproduceerd.
Tijdens de tweede wereldoorlog werden vooral vliegtuig-onderdelen geproduceerd. In 1945 werd het bedrijf daarom gesloten.
Barium is een scheikundig element met symbool Ba en atoomnummer 56. Het is een zilverwit aardalkalimetaal.
Omstreeks 1500 werden bariumsulfaat bevattende stenen magische krachten toegekend, omdat ze een lichte gloed afgaven na te zijn verhit in aanwezigheid van houtskool. Zelfs na enkele jaren bleven de stenen in het donker nog nagloeien. Tegenwoordig is dat proces bekend als fluorescentie.
Barium is voor het eerst geïdentificeerd in 1774 door Carl Wilhelm Scheele en in 1808 voor het eerst geïsoleerd door Humphry Davy door gesmolten bariumoxide te elektrolyseren.
De naam barium is afgeleid van het Griekse βαρυς (barys) dat zwaar betekent.
het element barium onder argongas atmosfeer bewaard auteur : Matthias Zepper
De belangrijkste toepassingen van barium zijn bougies, als gasvanger in vacuümbuizen en fluorescentielampen. Daarnaast wordt barium op kleinere schaal gebruikt als :
- De verf- en glasindustrie gebruiken bariumsulfaat als wit pigment. - Bariumcarbonaat is een goed bruikbaar vergif tegen ratten. - Sommige bariumzouten worden gebruikt in de medische wetenschap als contrastmiddel bij het doorlichten van het spijsverteringskanaal. - Bariumsulfaat wordt gebruikt bij de productie van rubber en harsen als vulstof. - In condensatoren wordt bariumtitanaat gebruikt als diëlektrisch materiaal. - In de aardolie-industrie worden bariummengsels gebruikt om de grond voor te bewerken. Verder worden bariumnitraat en bariumchloraat gebruikt in vuurwerk om gekleurde lichteffecten te genereren.
het effect van barium in vuurwerk
Chemisch gezien is barium vrijwel identiek aan calcium. Het oxideert erg makkelijk bij blootstelling aan de lucht en reageert heftig met water en alcohol.
Doordat barium zo makkelijk reageert met andere elementen komt het vrijwel niet ongebonden in de natuur voor. De belangrijkste bariumbron is het mineraal bariet, dat gekristalliseerd bariumsulfaat is. Op commerciële basis wordt barium geproduceerd door elektrolyse van gesmolten bariumchloride.
Alle in water en zuur oplosbare barium verbindingen zijn zeer giftig omdat zij kunnen leiden tot het opzwellen van de hersenen en lever en schade aanrichten in de nieren en hart. Grote hoeveelheden kunnen verlamming en zelfs dood tot gevolg hebben. Zuiver barium moet onder olie worden bewaard om te voorkomen dat het aan de lucht ontbrandt. Het verwerken van bariumerts kan aanleiding geven tot de stoflongachtige aandoening baritose. Het smeltpunt is 998° (K) = 725° Celsius, het kookpunt 2123° (K) = 1850° Celsius
Een barista is een vakman of -vrouw die zich toelegt op het bereiden van espresso en aanverwante dranken als cappuccino. De barista is als de kok in de keuken; hij/zij weet daarnaast vrijwel alles van de techniek van de espressomachine en de processen bij het bereiden van de espresso. Veelal worden ook Latte arttechnieken beheerst.
De Dutch Coffee Promotion organiseert jaarlijks 4 wedstrijden voor baristi: de Nederlandse Barista Kampioenschappen, de Latte art kampioenschappen, de Cuptasting kampioenschappen en Coffee in Good Spirits kampioenschappen.
deelnemer aan het barista wereldkampioenschap (WBC)2006 auteur : James Hoffmann CC
Sinds 2002 worden er baristakampioenschappen gehouden in Nederland. Tijdens deze wedstrijd bereidt de deelnemer vier espresso's, vier cappuccino's en vier koffiespecialiteiten. Voor het bereiden van deze dranken krijgt de barista 15 minuten. Gelet wordt op technische beheersing van de machine, het maken van perfecte dranken en creativiteit. Ook in België worden er baristakampioenschappen gehouden. Er bestaan zowel barista opleidingen als barista cursussen en workshops.
Bariolage is een specifieke speeltechniek uit het vioolspel, waarbij een snelle afwisseling van tonen op diverse snaren plaatsvindt. Doorgaans wordt het begrip gebruikt wanneer de hoge tonen op de lage snaar gespeeld worden en de lage tonen op de hoge snaar, maar andersom komt ook voor.
Het woord stamt af van het Latijnse variolagium hetgeen 'afwisseling' betekent. Door deze speeltechniek is het mogelijk de klankkleur van de te spelen tonen te veranderen. Het vereist veel oefening om deze virtuoze techniek te beheersen. Componisten als Pablo de Sarasate en Niccolo Paganini schreven in hun composities deze techniek veelvuldig voor, maar ook in eerdere muziek (bijvoorbeeld werken uit de barokmuziek) wordt al gebruik van de techniek gemaakt.
Vaak treedt bariolage op wanneer 1 toon gelijk blijft (bijvoorbeeld een open snaar) terwijl de andere toon afwisselt.
Voorbeeld van bariolagetechniek uit een vioolsonate van Händel. De tweede maat dient met bariolage gespeeld te worden, waarbij de herhaalde A op de open A-snaar wordt gespeeld, en de F's en E's op de D-snaar. auteur : G.F.Händel
Barigo Frans motorfietsmerk, in 1977 opgericht door de Franse crosser Patrick Barigault in La Rochelle.
Er werden successen behaald in de rally Parijs-Dakar en diverse Supermotard-wedstrijden.
In 1992 werd het bedrijfje overgenomen door de machinefabriek Perrotin Automation. Sindsdien worden er naast terreinmachines en supermotards ook straatmodellen gebouwd. De Barigos vallen op door hun zeer vooruitstrevende en gewaagde design. Er wordt gebruikt gemaakt van Rotax-motorblokken.
Het mineraal bariet (ook wel bariumsulfaat, zwaarspaat, blanc fixe of permanentwit genoemd) is een barium-sulfaat met de chemische formule BaSO4.
Het heeft een hardheid van 3 tot 3,5. Bariumsulfaat is niet oplosbaar in water en heeft een hoge weerstand tegen andere chemicaliën. Het heeft een dichtheid van 4,48 kg/dm3, een witte streepkleur en de splijting van het mineraal is perfect volgens [210] en imperfect volgens [010]. De dubbelbreking van bariet is 0,0110 - 0,0120.
Bereiding van BaSO4 kan, door van de geringe oplosbaarheid, door bariumchloride met zwavelzuur te laten reageren. Er bestaan stenen van onzuiver bariumsulfaat die opgloeien in het donker. Deze stenen heten Bologna stenen. Oplosbare bariumzouten (zoals bariumchloride of bariumnitraat) zijn zeer giftig na orale inname.
Bariet
Bariumsulfaat wordt onder andere als standaard wit voor het ijken van de meter bij de kleurmeting gebruikt. Het wordt ook ingezet voor de productie van glas en als vulstof voor de productie van papier en rubber en als pigment in verf. Bij het maken van röntgenfoto's wordt ingeslikt bariumsulfaat als contraststof gebruikt om delen van het lichaam zichtbaar te maken. Het absorbeert namelijk beter röntgenstraling dan het lichaam. Bariumsulfaat is goed dispergeerbaar en zorgt ervoor dat de verf of de coating een goede glans behoudt. Het is hitte- en lichtbestendig. Bariumsulfaat is een bestanddeel van producten om voegen van bijvoorbeeld de badkamer te witten. Bariet wordt ook gebruikt als toevoeging aan de boorvloeistof, om het soortelijk gewicht hiervan te verhogen.
Bariet komt meestal voor in hydrothermale aders waar het ontstaat bij lage tot middelmatige temperatuur. Verder wordt het gevonden in gangen en holten in kalksteen en in nieuwgevormde, vochtige en licht verzilte bodems. In België wordt bariet aangetroffen te Blieberg, Angleur, Villers-en-Fagne en Fleurus.
Bardolino is een lichte, fruitige rode wijn van de zuidoostelijke oever van het Gardameer. De wijn wordt uit corvina of corvinone, rondinella, molinara en kleine hoeveelheiden inheemse druivensoorten geperst oftewel dezelfde soorten als Valpolicalla.
Er zijn weinig producenten die een kwalitatief hoogstaande wijn leveren.
Een goede Bardolino past heel goed bij gefrituurde vis, pasta- en kalfsgerechten.
De Bardigiano is een ponyras uit de Italiaanse Dolomieten dat waarschijnlijk van dezelfde voorouders, de Abellium, afstamt als de Haflinger en de Avelignese.
Het is een typische bergpony met een stevige bouw (in dit geval zelf enorm stevig en gespierd). Het ras kenmerkt zich daarom door ronde lijnen, kleine oren en een korte rug. De hals is zwaar en sterk gebogen en de schouders kunnen wat steil zijn. De dieren hebben een vacht in de kleuren zwart en bruin, eventueel met wat aftekeningen.
De pony's worden doorgaans niet hoger dan 1 meter 32 centimeter en zijn, zoals een echte bergpony betaamd, erg vast ter been en niet van hun stuk te brengen. De werkpaarden werden voor trektochten in de bergen en landbouw op steile hellingen gebruikt. Tegenwoordig wordt het in het begin van de jaren '70 van de 20e eeuw nog net voor uitsterven behoedde ras als kinderpony verkocht.
Bard is de benaming voor de lyrische dichters en zangers in met name de Keltische talen. Zij waren dus de verre voorgangers van wat tegenwoordig wel 'singer-songwriter' wordt genoemd. Barden werden al vermeld door de Romeinse geschiedschrijvers.
Barden werden wel door vorsten betaald om hun eer te zingen. Ook bezongen zij heldendaden. Het oudst bekende bardengedicht stamt uit Ierland en dateert uit de 9e eeuw. In Wales stonden de barden in hoog aanzien. In Ierland vormden de filid de hoogste klasse van hofdichters en namen barden een lagere plaats in.
Later traden de barden (in Engeland) niet alleen meer op voor de adel, maar ook voor het gewone volk. Zij reisden rond als de Franse troubadours en zongen overal in dorpen en steden hun verzen. Hun liederen waren niet altijd oorspronkelijk, maar gebaseerd op volksliederen, waar zij soms eigen tekst of een nieuwe melodie aan toevoegden.
In Engeland wordt William Shakespeare wel aangeduid als "The Bard" (met hoofdletters). Een minder succesvol maar wel bekend voorbeeld van de bard is Assurancetourix in de stripverhalen over Asterix.
De jacht-ruit werd voor het eerst beschreven in de Vestiarium Scoticum (1842). De Barclays hebben ook een dress-tartan, die voor feesten en formele aangelegenheiden worden gebruikt. De naam werd oorspronkelijk als Berchelai gespeld en kan de Anglo-saxische spelling zijn van Beau (mooi) en lee (veld of weide).
De Barclays hebben hun wortels in Normandië. Roger de Berchelai en zijn zoon John kwamen met het gevolg van Margaretha aan in Schotland. Wegens hun goede diensten kregen ze de landerijen van Towie. De Barclay-familie bezaten ook een kasteel, Towie Barclay Castle, maar door een sterk geloof in een vloek, die alleen de mannen zou treffen, hebben ze die van de hand gedaan en kwamen in de handen van de bestuurders van Robert Gordon's Hospital.
Barcley jacht-ruit
Een aantal Barclays hadden hoge posities. Zo was Sir David Barclay bevriend met Robert Bruce en was Walter de Berkeley schatbewaarder van Schotland.
Ze hadden ook veel te maken met de Quakers. Beroepssoldaat David Barclay had gediend in het Zweedse leger van Gustavus Adolphus. Hij keerde terug naar Schotland, toen daar een burgeroorlog uitbrak en vocht voor de koning. Hij werd echter beschuldigd van vijandiggezindheid tegen de staat en werd in Edinburgh opgesloten. Hij bekeerde zich tot het Quakergeloof. Zo schreef Robert schreef Apologica, Vindication of the Principles and Doctrines of the People Called Quakers (Verklaring en Rechtvaardiging van de Grondbeginselen en Leer van de Mensen die Quakers worden genoemd). Dit werd in alle Europese talen vertaald. Hij had ook een grote aandeel in het idee om in Amerika een stad van broederschap te bouwen. De tweede zoon David ging naar Londen en werd een rijk koopman. Hij verwierf een stuk land in Jamaica en bevrijdde daar slaven en leerde hun een vak.
de Barclay Dress Tartan
Een andere Barclay werd de 'Grote Wandelaar' genoemd. Dit was Kapitein Robert Barclay-Allardyce, de laatste Laird van Urie. Zijn grootste prestatie was in 1000 uur 1000 mile (1609 km) af te leggen. Vijf dagen later ging hij met zijn regiment de strijd met Napoleon aan.
Nog een andere Barclay die tegen Napoleon had gevochten was de Russische Schot Michael Andreas Barclay. Hij had een groot aandeel in het overwinnen van Napoleon met zijn techniek 'de geschroeide aarde', dat bestond uit zich terugtrekken en de grond platbranden. Hierdoor moesten de troepen van Napoleon wegens honger en kou zich terugtrekken. Michael werd daarna met eerbewijzen overstelpt.
De Barcelona-stoel (model 250L) is een zetelstoel naar het ontwerp van architect Ludwig Mies van der Rohe en interieurontwerpster Lilly Reich.
Deze stoel uit 1929 is bedacht voor het Duits paviljoen van de wereldtentoonstelling dat tijdelijk in Barcelona opgericht werd. Bij deze stoel hoort een voetbank in dezelfde materialen als de stoel. De stoel draagt duidelijk het stempel van de ontwerper: eerlijk, functioneel, elegant zonder franje zijn adagium indachtig less is more. De stoel is geïnspireerd op een antieke vouwstoel door de in kruisvorm verchroomde poten. In de aanvang waren er twee exemplaren present.
barcelona stoel met voetbank ( 8000)
In een verder leven vond deze luxe uitstralende stoel zijn plaats in kantoor- en bankgebouwen. De officiële productie is sinds 1948 onder licentie van Knoll International. De Kortrijkse firma De Coene verkreeg in 1952 de licentie voor de Benelux om de stoel voor Knoll te produceren. De lederen handtassen fabriekant Delvaux maakte de handgemaakte kussens. De stoel met bijhorende kruk kost nu 8000 doordat er veel uren handwerk mee gemoeid is. Een ingegraveerde handtekening van Mies van der Rohe geeft het waarmerk van echtheid.
barcelona stoel met voetbank replica ( 595)
Deze zetelstoel genoemd "Model 250L Barcelona-stoel" heeft als technische kenmerken:
- frame: hard veerkrachtig plat staal met hoogglans, verchroomde afwerking, zware tuiglederen singels ondersteunen de kussens - bekleding: afzonderlijke kussens voor rug en zit, in schuimrubber van verschillende dichtheid; gestoffeerd met bies, en knopen in hoog kwaliteitsleder, elk ledervlak is op afzonderlijke mal gesneden
Een barcarolle (ofwel gondellied, van het Italiaanse barca = 'boot') is een volksliedje dat gezongen wordt door Venetiaanse gondeliers, of een muziekstuk dat in die stijl is gecomponeerd. Doorgaans is de barcarolle in een wiegende 6/8 maatsoort genoteerd.
De twee beroemdste barcarolles uit de klassieke muziek zijn die van Jacques Offenbach, uit zijn opera Hoffmanns vertellingen, en de Barcarolle in Fis majeur, op. 60, van Frédéric Chopin voor solo piano.
Ook Giuseppe Verdi (1813-1901) nam een barcarolle op in zijn opera Un ballo in maschera. Deze opera speelt zich dan ook af in Italië, en dit stukje wordt gezongen naar een gondelier toe.
video indien nodig ActiveX toestaan
Andre Rieu tijdens een concert in Toscane. Carmen Monarcha en Carla Maffioletti zingen Jacques Offenbach's Barcarolle. Uit de opera "The tales of Hoffman".
Dit bedrijf begon zijn productie in 1926 voortvarend. Er werd een groot scala van motorfietsen aangeboden: 125-, 175-, 250- en 350 cc-modellen, zowel kop- als zijkleppers met inbouwmotoren van JAP en Blackburne.
Vanaf 1933 werden ook 100- en 150 cc tweetakten met Villiers-blokken geleverd. Later volgden ook nog 150- en 250 cc JAP-kopkleppers in diverse uitvoeringen. Met 175- en 250 cc JAP-racemotoren werden enige kleine successen behaald, o.a. door Gaston Barbé, zoon van de oprichter, die echter onder de schuilnaam "Dickwell" reed.
In 1934 kon het merk het echter niet meer bolwerken en verdween het van het toneel.