Seasick Steve, artiestennaam van Steven Gene Wold (Oakland, Californië, 1941 is een Amerikaans bluesmuzikant. Hij speelt vooral op aparte zelf gemaakte instrumenten, waaronder een driesnarige gitaar, maar zingt ook
Als veertienjarige koos Steve er voor om weg te gaan uit zijn ouderlijk huis en een bestaan als zwerver te gaan leven. Hij wisselde verschillende baantjes af met (blues-)optredens. Hiermee raakte hij niet bekend, al deelde hij in de jaren zestig wel het podium met onder andere John Lee Hooker en Lightnin Hopkins.
In de herfst van 2006 bracht Steve zijn debuutplaat uit, Dog House Music. Aan het einde van dat jaar nodigde Jools Holland Seasick Steve uit om in zijn oudejaars-muziekshow Hootenanny, op de BBC, op te treden. Dit optreden betekende de doorbraak voor Seasick Steve, die inmiddels 66 jaar was.
Zijn eerste optreden in België was op Humo's Pop Poll, waar hij voor een met 12.000 mensen gevuld Sportpaleis stond. Enkele maanden later stond hij ook op Pukkelpop en in een volledig uitverkochte Ancienne Belgique. Media spraken van een hype rond de blueszanger.
Seasick Steve tekende bij platenmaatschappij Warner Brothers, die zijn tweede studioalbum wereldwijd uitbracht: I Started Out With Nothin And Still Got Most Of It Left' in 2008. Het album werd overwegend positief ontvangen. Het succes van de plaat bracht hem op nog grotere podia: in 2009 stond hij op het hoofdpodium van Rock Werchter, en in 2010 op het hoofdpodium van Pukkelpop. Op donderdag 30 Juni 2011 stond hij weer op het hoofdpodium van Rock Werchter. Voor dat optreden nam hij John Paul Jones mee, de bassist van Led Zeppelin en later van Them Crooked Vultures. Op 20 augustus stond hij samen met zijn drummer Dan Magnusson in de Grolsch tent op het Lowlands Festival in Biddinghuizen, waar hij naar eigen zeggen zijn beste show uit 17 optredens opvoerde uit zijn festivaltour 2011 (quote DWDD 14 september 2011).
In 2010 nam hij deel aan het Britse populaire autoreportageprogramma "Top Gear". In 2011 was hij op 14 september te zien in een uitzending van het Nederlandse televisieprogramma De Wereld Draait Door.
Ronan
Keating (Dublin, 3 maart 1977) is een Ierse zanger, bekend geworden als
zanger van de boy-band Boyzone. In 1999 begon hij een solocarrière. Ook
was hij de bedenker en co-manager van Westlife. Keating presenteerde de
MTV Europe Music Awards van 1997.
Hij
trouwde op 30 april 1998 met Yvonne en heeft inmiddels drie kinderen:
Jack (15 maart 1999), Marie (18 februari 2001) en Ali (7 september 2005)
Brooke Gabrielle Fraser (Wellington, Nieuw-Zeeland, 15 december 1983) is een singer-songwriter uit Nieuw-Zeeland die eerst bekend werd door haar rol als zangeres in Hillsong United. Eén van haar bekendste songs is 'Hosanna,' dat vertaald is opgenomen in de opwekkingsliederen bundel. Tegenwoordig heeft Brooke Fraser een succesvolle solocarrière. Haar stem en liedjes zijn ook te (zien en) horen op menig Hillsong Live album/dvd. Brooke Fraser woont sinds 2004 in Sydney Australië en is in in 2008 getrouwd met Scott Lighterwood. Sindsdien is haar officiële naam Brooke Gabrielle Lighterwood. Als artiestennaam bleef ze haar meisjesnaam gebruiken.
In de zomer van 2011 brak ze ook in Nederland en België bij het grote publiek door met haar Single Something in the water.
Schilder Vincent van Gogh pleegde geen zelfmoord: hij stierf door een
kogel uit een defect vuurwapen van een bevriende tiener die cowboytje
aan het spelen was, beweren twee schrijvers van een nieuwe biografie
over de schilder.
Volgens Steven Naifeh en Gregory White Smith stierf Van Gogh in 1890 in
het Franse Auvers-sur-l'Oise op 37-jarige leeftijd aan een kogel in zijn
buik, nadat hij zwaargewond in een herberg was gearriveerd.
Lange
tijd is gedacht dat van Gogh zichzelf had neergeschoten. Volgens de
schrijvers wijzen kogelinslag en vroege beschrijvingen van de
gebeurtenissen echter op een ongeluk.
Van Gogh ging rond die tijd
vaak wijn drinken met twee jongens uit het dorp. 'Een van hen droeg een
cowboypak en had een defect vuurwapen waar hij mee speelde. Ze hadden
waarschijnlijk te veel gedronken', beweren de auteurs.
Om de
jongens te te behoeden voor vervolging zou Van Gogh vlak voor zijn
sterven hebben gezegd de kogel zelf te hebben afgevuurd.
Volgens
conservator Leo Jansen van het Van Gogh Museum in Amsterdam is de
theorie over de zelfmoord van Van Gogh niet voldoende onderbouwd,
schrijft de Volkskrant.
De schrijvers Steven Naifeh en Gregory
White Smith komen na onderzoek tot de conclusie dat de schilder
hoogstwaarschijnlijk gedood is door twee jongens. Om hun stelling te
onderbouwen, wijzen ze erop dat het vuurwapen waarmee Van Gogh zichzelf
zou hebben doodgeschoten, nooit is gevonden.
Jansen wijst erop
dat de schrijvers, die in 1991 de Pulitzer Prize wonnen, niet op nieuw
materiaal zijn gestuit, maar alle bekende documenten nog eens hebben
doorgespit. Op basis hiervan zijn ze tot een nieuwe interpretatie
gekomen, aldus Jansen. Volgens hem leunen de Amerikanen erg op een
verklaring van een destijds 16-jarige jongen die op zich al wel bekend
was, maar waar eerder nooit veel aandacht aan was besteed.
Sarah McLachlan (Halifax (Nova Scotia), 28 januari 1968) is een Canadese zangeres.
McLachlan is geboren te Halifax en werd als kind geadopteerd. Op haar zeventiende speelde ze in de New Wave-band October Game. In 1988 tekende ze een platencontract bij het onafhankelijke label Nettwerk. Ze verhuisde naar Vancouver, waar ze in 1988 haar eerste album opnam.
Sarah McLachlan verkocht sinds haar debuutalbum "Touch" in 1988 meer dan 25 miljoen albums en won drie Grammy Awards.
Jean-Louis Forain 1852 - 1931 was een Frans kunstschilder
Jean-Louis Forain 1852 - 1931 was een Frans kunstschilder
Klik op de foto om een filmpje van zijn overige werken te bekijken
Jean-Louis Forain (Reims, 23 oktober 1852 - Parijs, 11 juli 1931) was een Frans kunstschilder.
Jean-Louis Forain, wiens eigenlijke naam Louis-Henri Forain was, kwam uit een familie van spinners en wevers. Hij vestigde zich in Parijs rond 1860 en nam teken- en schilderlessen bij Jacquesson de la Chevreuse, Jean-Baptiste Carpeaux en André Gill. Hij volgde vervolgens zijn studie aan de École des beaux-arts, waar hij les kreeg van Jean-Léon Gérôme.
Hij maakte faam door het tekenen van talrijke karikaturen voor kranten en bladen zoals LOpinion, Le Courier Français, Le Monde Parisien et Le rire satirique. Zijn beste spotprenten tekende hij tijdens de affaire Dreyfus, het proces van Renne en tijdens de Eerste Wereldoorlog. Een deel van zijn tekeningen zijn nu tentoongesteld in een zaal van het Musée des Beaux-Arts van Reims.
Samen met Caran d'Ache richtte hij het tegen Alfred Dreyfus gerichte tijdschrift op genaamd Psst...! Hij was een vaste bezoeker van de salons van Nina de Callias en de gravin van Loynes.
Hij nam deel aan de Frans-Duitse Oorlog van 1870, werd vrienden met Paul Verlaine en Arthur Rimbaud en bezocht Edgar Degas en Édouard Manet. Hij begon zijn carrière als schilder tegelijk met de opkomst van de impressionisten waarmee hij tussen 1884 en 1888 verschillende keren exposeerde. Hij maakte deel uit van een kunstenaarscollectief van de galerie Durand-Ruel in New York. Zijn eerste individuele expositie vond plaats in galerie Boussod et Valadon, waarvan kunsthandelaar Theo van Gogh toentertijd directeur was.
In zijn werk zijn invloeden van Honoré Daumier en Degas te zien. Hij schilderde vaak theater, ballet, interieurs van cafés en op latere leeftijd ook veel voorstellingen van rechtszaken.
In 1891 trouwde hij met de beeldhouwer Jeanne Bosc, met wie hij een zoon kreeg in 1895. Hij was een bewonderaar van Goya en bezocht Madrid in 1894 en in 1900.
In 1913 organiseerde hij een grote expositie in het Musée des Arts décoratifs in Parijs waar 390 van zijn werken te zien waren. Vier jaar later werd er nog een grote tentoonstelling van zijn werk georganiseerd tijdens de Exposición de Arte Francés in Barcelona. Daar werden 75 werken tentoongesteld. Gedurende de winter van 1920 richtte hij met andere artiesten, waaronder Joë Bridge, Adolphe-Léon Willette, Francisque Poulbot, Maurice Neumont, Louis Morin, Maurice Millière, Jules Depaquit de République de Montmartre op.
In 1921 maakte hij een gebaar naar zijn geboortestad en schonk een belangrijk deel van zijn tekeningen en schetsen aan het Musée des Beaux-Arts. In 1923 werd hij verkozen tot lid van de Académie des Beaux-Arts. Hetzelfde jaar werd hij tevens voorzitter van de République de Montmartre. In 1931 werd hij lid van de Royal Academy of Arts.
Zijn graf bevindt zich in Le Chesnay, dichtbij Versailles, waar hij onroerend goed bezat.
Alannah Myles (Toronto, 25 december 1958) is een Canadees singer-songwriter, die vooral bekend is geworden door haar wereldhit "Black Velvet" Ze won voor deze hit een Grammy Award voor Best Rock Vocal Performance, Female.
Myles is de dochter van de Canadese radiopionier William Douglas Byles. Op haar 9e begon ze reeds met het schrijven van muziek. Op haar 12e trad ze op in een zanggroep op het Kiwanis Music Festival in Toronto. In haar tienertijd ging ze solo optreden in Southern Ontario. Ze leerde uiteindelijk singer-songwriter Christopher Ward kennen, die haar hielp haar eigen band te vormen. Hiermee nam ze covers op van Aretha Franklin, T. Rex, AC/DC, Bob Seger, Anne Peebles, de Rolling Stones, en The Pretenders. Ook werkte ze samen met Ward en David Tyson aan haar album Alannah Myles.
In 1984 speelde Myles in de serie The Kids Of Degrassi Street een bijrol als aanstormend zangtalent en single moeder. Ook had ze gastrollen in andere tv-programmas en films alvorens zich geheel op een zangcarrière te storten. In mei 1989 bracht Warner Music haar debuutalbum uit in Canada. Het album bracht vier Top 40-hits voort, waaronder "Love Is", "Lover Of Mine", en "Still Got This Thing". Ook haar nummer 1-hit "Black Velvet" stond op dit album. Dit lied bereikte de 3e plaats in de Nederlandse hitlijst, en de eerste plaats in de Amerikaanse hitlijst. In 1989 en 1990 was "Black Velvet" het meest gedraaide nummer op de radio. In 2000 leverde het nummer Myles een ASCAP Millionaire Award op voor 5 miljoen radio-uitzendingen. Voor "Black Velvet" won Myles ook een Grammy Award en drie Juno Awards.
In 1992 volgde een tweede album, Rockinghorse, met daarop onder andere de hit "Song Instead Of A Kiss", geschreven door Alannah Myles, Nancy Simmonds en de Canadese dichter Robert Priest, Myles werd voor dit album genomineerd voor een Grammy Award.
In 1995 volgde Myles laatste album voor Atlantic Records. In 1997 brak ze haar contract met Atlantic Records in samenwerking met haar toenmalige manager Miles Copeland. Copeland schreef haar meteen in bij zijn eigen label Ark 21 Records. Bij dit label bracht ze haar album Arival uit.
In februari 2005 nam Myles samen met de Zweedse band Kee Marcello's K2 deel aan de halve finale van het Melodifestivalen. Hun lied "We Got It All" kreeg maar weinig punten en eindigde op de zevende plaats. Het nummer kreeg echter wel veel aandacht in de media.
In juli 2008 gaf Myles in een interview met CBC's Evan Solomon aan te werken aan een nieuw album genaamd Black Velvet, met daarop onder andere een heruitgave van haar gelijknamige hit. In het najaar van 2009 werd dit album uitgebracht door Linus Entertainment.
In 2011 won Myles de ISC (International Songwriting Contest) voor zowel beste rock/alternative song als de Grand Prize voor haar album "Black Velvet".
Charlie Winston (geboren Charlie Winston Gleave, 14 September 1978, Cornwall) iseen Engelse zanger.
Charlie Winston komt uit een muzikale familie. Al van kinds af komt hij in contact met muzikanten, acteurs en artiesten. Op 17-jarige leeftijd trekt Charlie naar Londen, waar hij een muziekopleiding volgt aan de Brunel University. Hij ontdekt er de jazzpiano en componeert voor enkele Londense dansgezelschappen. In Londen leert hij ook de geweldige mondharmonicaspeler Ben Edwards kennen, waarmee Charlie vandaag nog steeds samenwerkt. Zijn carrière komt pas echt op gang in 2007, als Charlie Peter Gabriel ontmoet. Gabriel biedt hem een platencontract aan én neemt hem mee op tournee.
Olijfolie verbergt heel wat beautygeheimen: ontdek ze hier
Olijfolie verbergt heel wat beautygeheimen: ontdek ze hier
Voor de oude Grieken was olijfolie het vloeibare goud waarmee ze
olielampen vulden, voedsel bereidden, wonden genazen en ja, zelfs
schoonheid verkregen.
Zoveel duizenden jaren later is het voor de meesten van ons enkel nog
onmisbaar in de keuken. Toch biedt olijfolie heel wat voordelen, die in
onze dagelijkse schoonheidsrituelen kunnen worden toegepast én op ons
hele lichaam.
Beautygeheimen Hier volgen een
aantal redenen waarom dit vloeibare goud niet alleen naast het kookvuur
hoort te staan, maar ook een vaste plaats verdient in de badkamer en
zelfs in het medicijnenkastje.
Vooraleer ik de
toepassingen op een rijtje ga zetten, eerst even een praktische tip.
Zorg voor een plastiek, kneedbaar flesje en vul het met de fijnste extra
vierge olijfolie die je kan vinden. Voeg bijvoorbeeld een paar druppels
lavendelolie toe voor een aangenaam parfum.
Droge huid Maak
eerst komaf met dode huidcellen. Hiervoor kan je raar maar waar nog
iets uit je keukenkast halen. Voor een goede exfoliatie doe je simpelweg
wat fijne, witte suiker op een washandje en met milde wrijfbewegingen
verwijder je de dode huid.
Daarna spoel je alles even weg onder
de douche en neem je wat olijfolie om het zachtjes in te masseren over
je hele lichaam. Resultaat? Een huid als fluweel!
Ook voor je
snoet kan olijfolie wonderen doen. Doe een druppeltje in je hand en dop
het heel rustig op je huid. Om te vermijden dat je een vettig effect
krijgt, neem je een tissue en dop je het teveel aan olie weg. Je gezicht
zal er zacht, gezond en gehydrateerd uit zien.
Reiniging Geen
betere manier om make-up te verwijderen. Zelfs van je ogen! Olijfolie
kan de strafste waterbestendige mascara doen verdwijnen, dus vergeet die
chemische producten die je ogen kunnen irriteren. Allergische reacties
op olijfolie zijn namelijk zo goed als onbestaand.
Strohaar & roos Ook
bij uitgedroogde haren past een olijfolietrucje. Zeker voor haar dat
beschadigd is door veelvuldig kleuren of drogen, is dit de perfecte
conditioner. Masseer wat in je haar en wikkel er vervolgens een warme
handdoek rond. Doe even een uurtje iets anders en was daarna je haar
zoals je altijd doet.
Als je haar helemaal droog is, neem je nog
een paar druppeltjes die mooi over je handenverdeelt, zwier je al je
haren even naar voor en ga dan vanuit je nek met je handen door je haar.
Glanzend en gezond is het resultaat! Let wel, gebruik zeker niet
teveel, om een vettige look te vermijden.
Zelfs als je last hebt
van roos, kan je het met olijfolie bestrijden. Masser een licht laagje
op je hoofdhuid en laat het een paar uurtjes trekken vooraleer je onder
de douche of in bad gaat.
Gladde benen Weg
met dat scheerschuim of de straffe, chemische 'smeer en spoel
weg'-producten. Wrijf wat olijfolie op je vochtige huid en ga voor
gezonde, gladde en gehydrateerde benen. Uiteraard kan je deze techniek
ook toepassen op andere delen van het lichaam.
Geneesmiddeltje Tot
slot nog een aantal genezende effecten van olijfolie bij elkaar. Heb je
last van zonnebrand, uitslag, kleine wondjes of insectenbeten? Breng
dan voorzichtig wat olijfolie aan en laat de zones onbedekt. Het zal
wonderen doen voor de jeuk en versnelt het genezingsproces. Voor de
jonge mama's of mama's in spe: het doet ook wonderen bij luieruitslag.
Prinses Astrid: "Marie-Rose Morel was een prachtvrouw"
Er is een posthume verzoening gebeurd tussen het Belgische
koningshuis en de in februari aan kanker overleden politica Marie-Rose
Morel. Op een plechtigheid van de Vlaamse Liga Tegen Kanker vertrouwde
prinses Astrid de moeder van Marie-Rose Morel toe dat ze "de strijd van
die prachtige vrouw" van nabij had gevolgd. Astrid drukte ook haar
medeleven uit aan een verbouwereerde Frank Vanhecke. Dat meldt de krant
Het Laatste Nieuws. Het menselijke gebaar is opvallend, want zeven jaar
geleden werd Marie-Rose Morel op een handelsmissie waar ze de rolstoel
van haar vader Chris voortduwde, nog gesommeerd om minstens 50 meter van
prins Filip en prinses Mathilde te blijven.
Prinses Astrid woonde vorige week in het Vlaams parlement een
plechtigheid bij van de Vlaamse Liga Tegen Kanker. Tijdens de
plechtigheid werden ook de aan kanker overleden parlementsleden Erika
Thijs (CD&V) en Marie-Rose Morel herdacht. Na het officiële gedeelte
drong prinses Astrid erop aan om even met de familie van Marie-Rose te
praten. "De prinses kwam haar medeleven betuigen en had enkele
vriendelijke woorden voor ons", zegt een verbaasde Vanhecke in Het
Laatste Nieuws. "Dat siert haar als mens. Politieke conclusies moet je
daar niet uit trekken."
"Plots
stapte prinses Astrid recht op Frank af en feliciteerde hem met wat hij
voor Marie-Rose had gedaan en betekend", zegt ook Marie-Roses moeder
Myriam Van Loon op haar blog. "Er was geen vijftig meter afstand tussen
de prinses en de man die ooit de schrik van het hof belichaamde", merkt
zij op.
Met opwellende tranen in de
ogen vertrouwde prinses Astrid Myriam Van Loon toe dat ze "de strijd van
die prachtige vrouw tegen kanker had gevolgd" en dat ze zich als moeder
van vier kinderen kon inbeelden dat "het moeten achterlaten van twee
kleine kinderen Marie-Rose het meest zeer zal hebben gedaan". De moeder
van Marie-Rose Morel toont zich onder de indruk van het medeleven van
prinses Astrid. "Ze kwam warm en oprecht over", zegt Myriam op haar
blog. "Roosjes dagboeken die we meegaven, zouden ook naast haar bed
komen te liggen." (br.hln)
Lees het hele artikel in de krant Het Laatste Nieuws (p. 10)
Scorpions is een Duitse hardrockband uit Hannover.
De band werd opgericht in 1965, een jaar na hun naamgenoot uit Engeland. Het eerste album van de Scorpions kwam echter pas uit in 1972. De band werd internationaal bekend in 1984 met het album Love at First Sting. Op dit album stond de bekende single Still loving you. Met het nummer Wind of Change haalde de band in 1991 nog een nummer 1-hit in Nederland. Het nummer Wind of Change werd geschreven over de veranderingen in Oost-Europa in die tijd.
Scorpions was de eerste Westerse band die in de voormalige Sovjet-Unie mocht optreden. Op 21 juli 1990 was Scorpions samen met veel andere bands bij de voorstelling The Wall van Roger Waters in Berlijn.
In 2010 hebben ze besloten om hun laatste album op te nemen met de naam Sting in the Tail. En daarna volgt een 3 jaar durende afscheidstournee.
Max Liebermann 1847-1935 was een Duitse kunstschilder
Max Liebermann 1847-1935 was een Duitse kunstschilder.
Klik op de foto om enkele van zijn overige werken te bekijken
Max Liebermann (Berlijn, 20 juli 1847 -Berlijn, 8 februari 1935) was een Duitse schilder. Max Liebermann was de zoon van een Joodse zakenman. Vanaf 1868 volgt Liebermann onderricht aan de academie van Weimar.
In 1873 gaat hij naar Parijs en later naar Barbizon. Hij ontmoet Munkácsy, Troyon, Daubigny, Corot, Millet en Manet. Van 1874 tot 1914 schildert hij in de zomer in Nederland, soms samen met Isaac Israëls. Vooral Laren, Scheveningen en Noordwijk. Van 1899 tot 1911 is hij voorzitter van de Berliner Sezession. Van 1920 tot 1933 is hij voorzitter van de Pruisische academie. Vanwege zijn Joodse achtergrond moet hij in 1933 aftreden. In zijn werk is een overgang van realisme naar impressionisme zichtbaar.
Liebermann was meer dan 60 jaar actief en maakte zon 1200 olieverfschilderijen. De eerste decennia van zijn carrière werd zijn werk door de kritiek verguisd, hij schilderde toen nog naturalistisch maar het was niet een gebrek aan vakmanschap dat de critici deed steigeren, wél zijn gekozen onderwerpen: vrouwen die ganzen plukken of groenten kuisen, zon dingen schilderen dééd je niet! Bijbelse taferelen, maar toch geen boerin die haar varken voert!
Jarenlang werd Liebermann de apostel van de lelijkheid genoemd. Toch was hij baanbrekend en avant-gardistisch. Wanneer hij later, vaak in opdracht portretten schilderde, worden ook die neergesabeld omdat de kunstenaar weigert zijn modellen te idealiseren. Het echt impressionistische werk komt er pas eind 1800. In Nederland laat hij zich inspireren door de weidse landschappen, de zee en het strand.
In 1910 bouwt hij een zomerhuis langs de over van de Wannsee, van dan af tot aan zijn dood schildert hij voornamelijk zijn zelf ontworpen tuin. Zelfs de bloemensoorten koos hij in functie van wat hij wilde schilderen. Liebermann was één van Duitslands toonaangevende impressionisten, hij was rijk genoeg om heel zijn leven aan de kunst te wijden.
Ray LaMontagne is in 1974 geboren in Nashua, New Hampshire. Zijn vader was muzikant. Kort na Rays geboorte verliet zijn moeder zijn vader, terwijl deze op tournee was. Ray heeft jarenlang geen contact gehad met zijn vader. Het gezin reisde veel en vertrok uiteindelijk naar het noorden. Rays moeder verhuisde met haar zes kinderen naar elke plek waar ze werk kon vinden. Omdat de kinderen altijd weer nieuw waren op school maakten zij weinig vrienden. In zijn vrije tijd las Ray vooral Fantasy boeken in het bos.
Uiteindelijk belandde hij op de Morgan High School in Morgan, Utah. Hij voerde op school weinig uit, en spijbelde en vocht vaak met andere kinderen. Vanweg zijn lage cijfers slaagde hij met de hakken over de sloot. Na high school verhuisde LaMontagne. Hij ging van zijn familie naar Lewiston, Maine.
LaMontagne vond een baan in een schoenenfabriek in Lewiston. Hij werkte hier ruim 65 uur per week. Op een morgen, om 4.00 uur, hoorde hij het liedje Treetop Flyer van Stephen Stills op de radio. Nadat hij het album had gekocht, besloot LaMontagne om zijn baan eraan te geven en een poging te doen om een zangcarrière te beginnen. In 1999 begon hij met toeren. Daarnaast werkte hij ook nog als timmerman. In de zomer van 1999 nam hij een demo op met tien nummers die hij naar verschillende zalen in de omgeving stuurde. De eigenaar van een theater in de buurt nodigde hem uit om op te treden in een zaal waar ook folkmuziek-muzikanten stonden als John Gorka en Jonathan Edwards. Een zakenman hoorde later LaMontagnes demo en stelde hem voor aan Jamie Ceretta van Chrysalis Music Publishing. CMP nam Rays eerste album op en verkocht het aan RCA Records in Amerika en Echo Records in Engeland.
The Neville Brothers is een R&B-groep die gospel, soul, funk en pop speelt. De groep werd opgericht in 1977 in New Orleans
Voordat
The Neville Brothers werd opgericht hadden de broers al een carrière
achter de rug. Art richtte de band The Hawketts tijdens zijn
highschool-periode op. The Hawketts hadden een grote hit met "Mardi Gras
Mambo" in 1954. Daarna richtte Art de band The Meters op, samen met
George Porter Jr., Joseph (Zigaboo) Modeliste en Leo Nocentelli. In 1975
werd Cyril Neville gevraagd om mee te gaan spelen. In 1966 had Aaron
een solo-hit met "Tell It Like It Is", dat in de jaren 80 weer werd
uitgebracht, met groot succes, en toerde Aaron samen met de band van Art
door de Verenigde Staten.
Charles begon op zijn twaalfde
saxofoon te spelen in een schoolband genaamd 'Turquoise while
teenagers'. Ook speelde hij mee met The Hawketts. Toen hij vijftien was
verliet hij school en ging Charles toeren met Gene Franklin & the
Houserockers. Dit was een soort reizende variétéshow. Toen de toer klaar
was kwam Charles terug naar New Orleans en speelde daar in een lokaal
bekend café: de Dew Drop Inn. Van 1956 tot 1958 was Charles bij de
marine en speelde hij in een lokaal bandje in Memphis, Tennessee. In
Memphis kwam hij B.B. King tegen en ze werden goede vrienden. Charles
verliet de marine en ging weer terug naar New Orleans waar hij naar de
universiteit ging. Maar hij miste de muziekindustrie en ging weer
toeren. Tijdens deze periode raakte hij verslaafd aan heroïne en kwam
een paar keer in de gevangenis terecht. Daarna ging hij naar New York
City en speelde samen met onder anderen Johnny Taylor, Clarence Carter
en O.V. Wright.
De oom van de broers - George Landry - vroeg de
broers in 1976 om mee te werken aan zijn album "The Wild Tchoupitoulas"
en dat deden ze.
De broers wisten dat hun ouders graag wilden
dat ze samen gingen werken. Doordat ze het album samen met hun oom
hadden opgenomen, richtten ze in 1977 een eigen groep op onder de naam
The Neville Brothers. Voor iedereen werd de droom eindelijk waarheid,
met Art op piano, Charles op de saxofoon, Cyril op de conga's en Aaron
als zanger. Ze kregen een contract bij Capitol, maar die vroegen zich af
of de muziek die de broers maakten wel aan zou slaan bij het grote
publiek. De muziek was namelijk typisch Nevilles en niet in een hokje te
plaatsen, zoals men zei. Capitol wist niet hoe ze de muziek moesten
verkopen. De eerste plaat, "The Neville Brothers", werd geen hit en het
contract werd ontbonden. De broers hadden drie jaar lang geen contract.
Producer Joel Dorn nam contact op met vele platenmaatschappijen, maar
niemand wilde de broers contracteren. De broers bleven ondanks de
problemen wel toeren. Tijdens één van de concerten kwam Bette Midler en
zij vond de broers geweldig. Ze kregen een contract bij A&M en
maakten "Fiyo On the Bayou" in 1981. Dit album bevatte veel invloeden
van The Meters. In het achtergrondkoor zaten Cissy Houston en haar
jongste dochter. Het album werd slecht verkocht.
Wederom werd er
geen energie in de groep meer gestoken door een platenmaatschappij. Pas
in 1981 durfde A&M het weer aan om een album met de broers te maken:
"Yellow Moon", geproduceerd door Daniel Lanois. Het album werd een
wereldhit, mede doordat de broers de liedjes zelf mochten schrijven
(zeven van de twaalf liedjes zijn door de Neville-broers geschreven).
Daarna
maakten ze vooral live-albums en toerden ze als The Neville Brothers.
Ze maakten ook studio-albums, maar die overtroffen "Yellow Moon" niet.
Toen Art ziek werd, eind jaren negentig, gingen de andere broers hun
eigen projecten doen, tot hun comeback in 2004. Ze kregen een contract
bij Back Porch Records en maakten het album "Walkin' In The Shadow Of
Life". Heden ten dage toeren ze over de hele wereld met groot succes.
Ivan Neville speelt sinds de laatste jaren mee met de groep.
Fleetwood Mac is een oorspronkelijk Britse band, opgericht door Peter Green (zang, gitaar en mondharmonica). Oorspronkelijk bestond de band uit Peter Green en Mick Fleetwood (drums), Jeremy Spencer (gitaar) en Bob Brunning (bas). Fleetwood Mac begon als bluesband en heette oorspronkelijk Peter Green´s Fleetwood Mac. In eerste instantie is John McVie bij de Bluesbreakers gebleven maar heeft in een later stadium Bob Brunning vervangen. Na het vertrek van Peter Green bleef de naam Fleetwood Mac. Mick Fleetwood en John McVie zijn dan ook de constante factor in de groep gebleven. De groep evolueerde in de loop der jaren tot een popgroep met steeds wisselende bezettingen. In Nederland en België zijn ze vooral bekend door hun hits als Go your own way, Dreams, Everywhere en Little lies.
Owner of a Lonely Heart is een lied van de rockband Yes. Het is het openingsnummer van hun album 90125 uit 1983.
Het nummer is geschreven door het indertijd nieuwe bandlid Trevor Rabin. Het nummer bereikte de eerste plaats in de Amerikaanse Billboard Hot 100. Owner of a Lonely Heart was Yes grootste hitsucces. Naderhand is het nummer nog vaak heruitgebracht. Op de B-kant van de single staat het nummer Our Song.
Owner of a Lonely Heart was allereerst als ballade geschreven. Bandlid Jon Anderson overtuigde producer Trevor Horn ervan dat er een aantal gitaarriffs bij moesten. Door de Yes-afsplitsing Anderson Bruford Wakeman Howe werd het nummer live alsnog als ballad gespeeld.
Vandaag de dag geniet het nummer nog steeds populariteit. Zo is Owner of a Lonely Heart geremixt door Max Graham, en viel het nummer te beluisteren in de soundtrack van het immens populaire computerspel Grand Theft Auto: Vice City op het radiostation Flash FM.