Ik ben Staf De Raeymaeker
Ik ben een man en woon in Heverlee () en mijn beroep is gepensioneerd.
Ik ben geboren op 30/07/1946 en ben nu dus 78 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: groententuin, koken, digitale foto en film en reizen..
dagelijkse roddels van alles van de laatste dagen.
interessant boek lezen? Ga eens kijken op
http://www.wwaow.com/wwaow/site/bookdetail/?bookid=2935
24-07-2015
bloemen
Ik wou de kamer van mijn vrouw in de home wat opfleuren met wat bloemen en plantjes. Wij dus samen op stap naar de dichtsbijzijnde bloemenzaak. Foute keuze? Misschien zijn die plantjes van een betere kwaliteit dan in een warenhuis, maar de prijs.... Lang geen planten meer gekocht, dus ik ken de prijs daar niet meer van. Het was toch even verschieten. Goed het zijn mooie dingen die nu op haar vensterbank staan en als die nu degelijk verzorgd worden, gaan die zeer lang mee. Een bos bloemen is ook duur en na een week kan je die weggooien. Ik ben misschien te snel met mijn oordeel en zijn die dingen in een warenhuis even duur. Onzin die ik aan het schrijven ben. Er staan mooie planten en daarmee basta. het was voor haar een gezellige uitstap en er staat nu wat groen op haar kamer en dat is voldoende.
Water. H2O. Dat is een produkt dat ik al jaren niet meer gedronken heb. Je kent de uitdrukkingen die ze dan altijd gebruiken op café: "Water? Dat drinken de koeien". Of, "daar was ik me mee". Wel, mijn dochter had nog eten over en vroeg of ik niet langs kwam. Ze woont, om het zo maar te zeggen, op een steenworp, een boogscheut... In Leuven zeggen ze het dan iets plastischer. "Je kan bijna tot daar pissen". Wel, mijn kleindochter schonk me gekoeld water in voor bij mijn eten. Misschien een herontdekking. Was dat lekker zeg! Misschien is lekker fout gekozen en past verfrissend beter, maar ik heb er echt van genoten. Volgens waterdrinkers is er dan zelfs nog zo veel verschil in smaak. Ik kan het moeilijk geloven, want water is toch maar water. Dat is nu iets wat ik nooit in huis heb, behalve van de kraan, maar morgen trek ik naar de winkel en ga eens een paar flessen halen om te testen. Wie weet behoor ik binnenkort tot de groep waterdrinkers. Gezond is het in ieder geval. Een nieuwe morgen, een nieuw begin? Ik weet dat ik vroeger altijd een fles naast mijn bed had staan, maar dat zal zo ongeveer de periode geweest zijn dat ik laatst water dronk, behalve dan voor een pilletje in te slikken. Binnen een paar dagen laat ik mijn bevindingen kennen.
Ik moet stoppen met piekeren en tobben want mijn nachtrust gaat er aan. Al zo dikwijls heb ik ondervonden dat als je 's morgens opstaat toch heel anders over bepaalde zaken denkt en dan heeft dat wakker liggen eigenlijk geen zin gehad. Ik probeer altijd, maar ik kan het niet laten. Ik zeg altijd dat ik bepaalde knoppen moet omdraaien, maar ik doe het niet. Ondertussen is dat al een ganse batterij van knoppen en knopjes geworden. Misschien nu wat slaap?
Waarschijnlijk heb ik vandaag een aantal mensen tegen mij in het harnas gejaagd. Sorry daarvoor dan. Als excuus kan ik alleen aanvoeren dat ik de laatste dagen emotioneel zo veel te verwerken kreeg, dat ik misschien dingen zegde of deed die niet van mijn gewoonte zijn. Och ja, diegenen die mij kennen en die het goed met mij voor hebben, zullen het begrijpen en me vergeven. Ik zie en ik hoor het wel.
Nu moet ik eerst voor mezelf gaan zorgen. Al de energie die ik had is naar mijn vrouw gegaan, maar nu ze in een home is, kan ik eindelijk aan mezelf beginnen werken. Nu moet ik rusten en vooral zorgen dat ik op regelmatige tijdstippen eet, want ik blijf maar vermageren. In Leuven zeggen ze dat als die op zijn kant binnen komt, zie je hem zelfs niet. Het goed voornemen is er en nu nog uitvoeren. Eten moet ik, veel eten, want dat verwaarloosde ik de laatste tijd. Binnen een paar weken moet ik er terug staan.
Misschien moet ik binnenkort ook mijn valies pakken om bij mijn vrouw te kunnen zijn. Toch ga ik nog even afwachten en zien wat de dokter zegt. Dochter lief denkt en doet momenteel alles in mijn plaats. Wat een karakter! Ze staat hier bijna dagelijks om mij in 't oog te houden. Wat zij beslist zal gebeuren. Knap wat ze voor mij doet.
Wie begint er nu om 11 uur 's avons een was in te steken en te kuisen. Wel ik dus weeral. Ik loop hier rond als een kip zonder kop. Te veel zorgen momenteel. Eerst en vooral mijn vrouw die opgenomen werd. Het triestig gezichtje als ik vertrek en dan de vraag: "moet ik hier nu voor altijd blijven. Mag ik niet meer mee naar huis?" Ik antwoord altijd dat ik ze zo veel mag komen halen als ik wil, maar ze raden me daar af om ze een keer mee naar hier te nemen, omdat ze dan misschien denkt dat ze mag blijven. Ik heb er echt mee te doen. Het is pijnlijk. Ik slaap er niet van. De dokter raadde mij aan om slaappilen te nemen, want anders ga ik er ook onderdoor. Mij geen probleem, dan kan ik misschien een kamertje naast haar krijgen. Trouwens ik ben al zo ver gegaan dat ik de eerste kamer die vrij komt besproken heb. Eerst laten bezinken zegt mijn omgeving en dan beslissen. Ik kan niet tegen alleen zijn. Ik ben nog van gans mijn leven niet alleen geweest. Iedereen zegt dat het wel zal wegebben.
Mijn dochter staat hier om de haverklap om mij in het oog te houden. Ze brengt eten mee en blijft er bij staan om te zien of ik het allemaal wel verorber. Met de problemen met mijn echtgenote ben ik mezelf wat aan het verwaarlozen. Geen ontkomen aan met dochterlief. Ze blijft er bij staan om te zien of ik wel eet. Schitterende dame. Super women.
Wie gaat er nu nog om half twaalf 's nachts een handoekkenstang herstellen in de kelder. Wel ik dus. Gelukkig heeft me daar niemand bezig gezien. Niet kunnen slapen, naar toilet geweest en handen willen wassen, maar de stang om de handdoeken op te hangen hing scheef, zodanig dat alles er af viel. Wel dan maar even gaan herstellen in de kelder. Moet toch kunnen. Ik had toch niks anders te doen dan te piekeren en te tobben. Even een verzet. Nu dat dat voorbij is zal ik nog eens proberen om te gaan slapen. Toch al een gerust geweten dat de handdoeken terug deftig hangen.
Dochter lief bracht me naar de kliniek omdat ik tekenenen van deshydratatie vertoonde. Deze nacht in een oververhitte kamer gelegen en tegen alle beter weten in, heb ik mij deze morgen laten ontslagen. Ik dacht, thuis is het misschien ook warm, maar daar heb ik nog beweginggsvrijheid. Ik weet dat de kinderen het allerbeste met mij voorhebben, maar ik ben een koppige ezel en mij mijn vrijheid ontnemen is erg. Ik zal me serieus moeten herpakken of morgen lig ik daar terug. Moest het daar nu zo warm (zeg maar heet) niet geweest zijn, was ik misschien gebleven, maar dit was niet te harden. Ik was beter naar Gasthuisberg gegaan, daar is airco, maar ja mijn vrouw ligt op de Naamse straat, vandaar de keuze. Een flink onweer of een fikse regenbui zouden misschien helpen. Ik klaag normaal niet over dergelijke temperaturen, maar om nu op een kamer in de kliniek te liggen...
Weer een flater van jewelste. Ik had deze morgen een afspraak in de kliniek om te laten kijken naar dat oor dat altijd maar blijft suizen. Ik bleef geduldig wachten, zelfs tot lang nadat de afspraaktijd verstreken was, maar ik werd niet opgeroepen. Ik ging dan tenslotte naar de dame van het onthaal en toen bleek dat ik in de verkeerde wachtzaal had gezeten. De dokteres was ondertussen niet meer te bereiken. Over de middag is de secretaresse niet aanwezig, dus het is wachten tot straks om een nieuwe afspraak te maken. Deze afspraak was al eens verplaatst omdat dat toen samenviel met het moment dat ik mijn echtgenote naar de kliniek moest brengen. Hopelijk gaat de derde keer de goeie keer zijn. Volgens de dokteres zou het een operatie worden, maar de scan van deze morgen moest daarover uitsluitsel geven. Misschien weet ik al meer met een eenvoudig telefoontje straks.
Waar is de frisse jonge kerel van weleer? Vandaag voel ik me oud en moe. Ik had een zeer slechte nacht. Ik ben een piekeraar en sowieso al een slechte slaper daarbovenop. Vannacht aan het tobben geweest over de toekomst. Wat met Amandine? Waar komt ze terecht? Ga ik mee of blijf ik hier wonen terwijl zij in een home zit? Ik ben deze namiddag amper een uur bij mijn echtgenote gebleven, want ik kon gewoon niet meer. Ik kon nog amper op mijn benen staan. Ondertussen heb ik een uur geslapen en ga binnen een uurtje terug proberen om door te slapen tot morgenvroeg. Zo kan ik niet verder en zo heeft Amandine ook niks aan mij. Rust, rust en nog eens rust. Die rust zal ik pas hebben 1,50 meter onder de grond.
Ik wou muziek beluisteren op mijn hoofdtelefoon, maar de batterijen zijn plat. In al de afstandsbedieningen hier zit een ander formaat. Geen enkele reservebatterij in huis. Dus stapte ik naar de nachtwinkel. Vergeet die "nacht" al maar, want die was niet open. Waarschijnlijk sluiten die rond een uur of twaalf. Dan zal het met een lange kabel luisteren worden. Computer naast het bed en daar dan de kabel inpluggen. Het zal wel lukken. Slaapwel.
Ik zie dat mijn vorig bericht weeral de mist is ingegaan en die pc blijft hier gekke toeren doen. Deze morgen moest ik met vrouwlief naar de kliniek voor een opname. Altijd zeer tevreden geweest over het HHart in Leuven, maar vandaag was het een tegenvaller van jewelste. We waren aanwezig om 10,30 uur deze morgen en ze kreeg onmiddellijk zo een armbandje en ik moest de nodige formulieren invullen. Vanaf dan liep het spaak. Formulieren werden niet opgehaald. Ze moest dringend naar het toilet, maar hing met allerlei toestanden vast, dus de "pan" moest gebracht worden. Uiteindelijk toch iemand gevonden die dat kwam doen, maar na aandringen en navragen zat ze daar na meer dan een half uur nog op. Een vrouw die tegenover lag op een voorlopige kamer had per ongeluk haar catheder uitgetrokken en natuurlijk alles vol bloed. Ze brachten een pleister en ze moest die aangedrukt houden. Dat menske was dat vergeten en het bloed lekte op de vloer. Weer lang wachten. De verpleegster zegde dan dat een collega wel zou komen helpen met een nieuwe prik te geven. Toen ik vertrok rond half zeven was er nog niemand geweest. Van half elf deze morgen tot ik vetrok is er ook niemand naar mijn vrouw komen kijken. Ik heb haar dokteres op de verdieping gezien, maar voor ik er erg in had was ze weer weg en dan had ze spreekuur. Deze avond heb ik gebeld en er was nog niemand langs geweest. Onderbemanning? Soms heb ik mijn twijfels als ik ze hoor tateren en lachen in hun buraeu. Indien morgen nog zo, dan stap ik naar de ombudsvrouw daar.
Tegen het advies van de dokter in heb ik mijn echtgenote uit de kliniek gehaald, omdat ik vond dat ze daar te onrustig was. Vandaag vraagt ze zelf om haar morgen terug te doen. Het moet toch zijn dat ze zich absoluut nog niet goed voelt. Ik had zuurstof in huis gehaald, maar ook dat blijkt niet te helpen. Ik zie morgenvroeg wel weer. Je zal er wel over lezen de volgende dagen.
Mijn echtgenote moet zuurstof krijgen en ik dacht dat dat altijd met zo een zuurstoffles diende te gebeuren. Niks is minder waar. Het is een toestel dat gewoon de lucht uit de woonkamer haalt en zuivert. Ze leverden wel degelijk zo een fles mee, maar die moet ik alleen gebruiken in tijd van nood. Als het dus werkelijk niet anders meer gaat. Het is dus gewoon zo een neusmasker opzetten en aansluiten aan dat toestel en dat moet volstaan. Ik had het nog nooit gezien, maar het helpt wonderwel. Ik probeerde het zelf ook en het doet meer dan zijn dienst. De fles die meegeleverd werd is eigenlijk bedoeld voor als we ergens naar toe zouden willen gaan. Zo erg is het eigenlijk nog niet en een kleine verplaatsing zal nog wel gaan zonder al die toestanden.
Vrouw lief ligt in de kliniek en dus zijn er automatisch dagelijkse bezoeken. Misschien heb ik de foute momenten getroffen, maar bij de verplegenden zijn toch zeer weinig mannen. In de paar dagen dat ik nu naar daar ga heb ik nog geen man gezien. Toen ik de laatste keer opgenomen werd was er een. Zeer toffe vent met de nodige dosis humor en een grote vastberadenheid. Toch blijft het blijkbaar een typisch vrouwelijk beroep. Ik herinner me dat er tijdens de nachtshift toen een verpleegster een half uur bij mij op bed komen zitten is voor een babbel. Ik denk dat iedereen die daar ligt de nodige aandacht wil en kan gebruiken. Waarschijnlijk ligt de afdeling waar mijn vrouw opgenomen werd niet volledig vol, want ze nemen echt alle tijd. Niks is teveel. Geruststellend om dat te zien, dan weet je dat ze in goede handen is.
Ik kan niet meer eten of slapen. Ik wist niet dat je iemand zo kon missen. Mijn echtgenote ligt in de kliniek en ik kan niet tegen alleen zijn. Ik loop hier de muren op. Zij mocht dan al voor de tv zitten en ik hier aan mijn bureau, maar je voelt iemands aanwezigheid. Ik kan er niet tegen hier nu op mijn eentje zitten rond te dolen. Ik ga kapot aan alleen zijn. Zelfs mijn hoofdtelefoon met klassieke muziek kunnen niet helpen. Ik geraak gewoon niet in slaap en morgenvroeg ben ik dan weer een wrak. Ik heb alles om gelukkig te zijn, maar momenteel ben ik het niet. Ik hoop dat er snel een dag komt dat ik eens een vrolijk bericht kan schrijven.
Weer eens aan het rondstappen deze nacht. Hoofdtelefoon opgezet en naar klassieke muziek beginnen luisteren. Ik schreef het al eerder, ik hoor niet graag een vrouwenstem omdat de meeste een keelklank hebben en dat verfoei ik. Anna Netrebko is een van de uitzonderingen. Verdomme toch, ik kijk net buiten en het is al klaar aan het worden en ik zit hier nog. Toch moet ik er binnen drie uur al terug staan, want dan komt familiehulp al.
Ik zie dat Sien langs geweest is op mijn blog en dat doet me dan automatisch terug denken aan de mooie tijd die we op "de middelberg" hebben doorgemaakt. Bijna wekelijks gingen we kaarten bij hun of bij ons. Eigenlijk werd er bijna zo veel gelachen en gebabbeld dan gekaart. Het werd meestal een gat in de nacht. Soms begonnen we te praten in dat vervlaamsd Duits. Ik had destijds een plaatje (single) met liedjes in die taal. (Und wen wer tot zein gruut er gras auf unseren bauch....) Als het mooi weer was werd er met de sollen gespeeld voor de deur. Sollen is een eeuwenoud spelletje waarbij je (toen nog) frankskes op een houten stokje moet plaatsen en ieder om beurt probeert, met behulp van een metalen schijf, die centen daar af te gooien. Enorm veel plezier gemaakt daar. Waar is de tijd? Ongeveer 40 jaar geleden. Aan dat getal kan je zien dat we oud aan het worden zijn. We hadden toen nog jonge kinderen en ondertussen zijn er al bij van om en rond de 50. Je bent aan het verouderen, maar ik blijf alsmaar zeggen, wat we gehad hebben kunnen ze ons niet meer afpakken.