De Brocken is met 1141,1 meter de hoogste berg van Noord-Duitsland in de Harz.
De Hochharz, waarvan de Brocken deel uitmaakt, is een nationaal park.
De Brocken wordt ook Blocksberg genoemd en is met vele legenden omgeven.
In Faust I van Goethe speelt de berg een hoofdrol.
Engels : Brocken Duits : Brocken Frans : Le Brocken
Ligging Brocken Saksen-Anhalt, Duitsland
Brocken
De Brocken is de hoogste top van het Harzgebergte en van de Duitse deelstaat Saksen-Anhalt.
De berg ligt op de waterscheiding van de stroomgebieden van Wezer en Elbe.
Van het stroomgebied van de Weser vormt de Brocken het hoogste punt.
De berg is buitengewoon dominant.
Binnen een straal van honderden kilometers is geen hoger punt te vinden, de dichtstbijzijnde hogere top, de Fichtelberg (1.214 m) in het Ertsgebergte, ligt zuidoostelijk op 223 km afstand.
Het uitzicht vanaf de top van de Brocken is indrukwekkend.
Het gehele Harzgebergte is te overzien.
Bij ideale atmosferische omstandigheden reikt de blik onder meer tot de bergen van het Thüringer Woud, de Wasserkuppe in de Rhön, de Kahler Asten in het Sauerland en de Dom van Magdeburg.
De bergtop van de Brocken in de winter, met weerstation
auteur : Andreas Tille CC 3.0
Aan de voet van de Brocken ligt in het Bundesland Saksen-Anhalt het dorpje Schierke.
Van daaruit wordt de Brocken door veel binnen- en buitenlandse toeristen te voet beklommen.
De bestijging van de Brocken te voet is geen bijzonder zware opgave, en wellicht daarom zo populair.
Een ander gunstig uitgangspunt om de Brocken te voet te bestijgen is het dorpje Torfhaus.
Van daaruit kan men de Brocken bestijgen via de zogenaamde Goetheweg.
Vermoedelijk heeft de schrijver en dichter Goethe deze weg ooit bewandeld.
Een stoomlocomotief van de Brockenbahn boven op de Brocken
auteur : Nawi112 CC 3.0
Tegenwoordig pendelt de smalspoortrein van de Brockenbahn weer tussen Wernigerode en de Brocken.
De treinen worden voornamelijk door stoomlocomotieven getrokken.
Het metersporige netwerk van de Harzer Schmalspurbahnen is met 132 kilometer het langste smalspoornetwerk van Duitsland.
Het doorzichtig tot doorschijnend zwarte, maar typisch groen tot smaragdgroene brochantiet heeft een glas- tot parelglans, een vaalgroene streepkleur en de splijting is perfect volgens het kristalvlak [100].
Brochantiet heeft een gemiddelde dichtheid van 3,97 en de hardheid is 3,5 tot 4.
Het kristalstelsel is monoklien en het mineraal is niet radioactief.
Brochantiet
auteur : Rob Lavinsky, iRocks.com CC 3.0
Brochantiet is een mineraal dat secundair gevormd wordt in aride klimaten en in snel oxiderende koper-sulfide afzettingen.
De typelocatie is gelegen in Chuquicamata, Chili.
Het wordt ook gevonden in Lidwig, Lyon county, Nevada, Verenigde Staten en in Goulmina, Er Rachidia in Marokko.
Brochantiet
auteur : Leinsken
Brochantiet lijkt soms erg veel op Malachiet (een carbonaat) maar bruist niet in zoutzuur
Van alle brochs zijn alleen de stenen overgebleven.
Men weet daarom niet of er altijd houten constructies aanwezig zijn geweest.
In de negentiende eeuw waren er meerdere archeologen die ervan uitgingen dat de brochs vloeren op enkele etages hadden.
Echter, er zijn geen duidelijke openingen in de muren te vinden die suggereren dat er balken in de muur hebben gezeten voor een vloer.
Bovendien zouden de onderste etages geen licht hebben, behoudens van vuren, terwijl er door houten vloeren tussen de etages geen afvoer kon zijn van rook.
De scarcement ledges, zoals hierboven beschreven, geven daarentegen aan dat er mogelijk wel etages in de broch hebben gezeten.
Men gaat ervan uit dat de brochs een dak hadden, dat de gehele bovenzijde van de broch bedekte.
Sommige archeologen menen dat het dak steunde op de scarcement ledges.
Dit zou echter betekenen dat de stenen muren nog enkele meters rondom het dak omhoog staken.
In een dergelijke constructie is er geen manier om regen en sneeuw van het dak af te voeren, waardoor er lekkages zouden kunnen ontstaan en er een groot gewicht op het dak kwam bij hevige sneeuwval.
Deze constructie ligt dus niet voor de hand.
Het dak zal vermoedelijk bovenop de broch hebben gezeten.
Mogelijk rustte het dak op de binnenste van de twee wanden, terwijl verplaatsing van het dak voorkomen werd door de buitenste wand, die dan iets hoger zou moeten zijn geweest.
Dun Telve, Glenelg, Highland, Schotland - binnenzijde
auteur : Otter CC 3.0
Er zijn ook meerdere theorieën over de reeks verticale openingen in de binnenste wand.
Aanvankelijk werd aangenomen dat dit diende om het gewicht van de muur te verkleinen, waardoor het gebouw steviger werd.
Ook werd gesuggereerd dat deze openingen dienden om meer licht tussen de twee wanden te krijgen, waardoor je daglicht bij de trap kreeg.
Beide ideeën lijken niet aannemelijk.
Ten eerste zorgt een verticale rij openingen over de gehele hoogte van de broch voor een potentiële zwakke plek, waarlangs de muur over de gehele lengte zou kunnen breken.
Verder reiken de openingen ook naar de delen tussen de twee muren die te smal zijn om toegankelijk te zijn voor volwassenen.
Daglicht in een dergelijk deel van de broch is dus niet zinvol.
De vraagstukken rondom deze openingen, lijken gerelateerd te zijn aan vraagstukken over het nut van de open ruimte tussen de twee wanden van de hogere brochs.
Een recente hypothese suggereert dat de open ruimte tussen de muren werkte als een buffer naar het klimaat buiten de broch.
Het zou dus om een soort spouwmuur gaan.
De openingen zouden dan dienen om warme lucht tussen de muren te krijgen en het vocht (van onder andere regen) te beperken tot de binnenzijde van de buitenste muur.
Overblijfsel van de Broch of Gurness en omringende bouwsels, Orkney, Schotland
auteur : Rob Burke CC 2.0
Er zijn geen geschreven teksten gevonden in de brochs.
Wel zijn er gebruiksvoorwerpen aangetroffen in verschillende brochs, onder andere weefkammen, naalden, spelden en bewerkte platte stenen.
Veel gebruiksvoorwerp
en waren van bot gemaakt, op de Orkney- en Shetlandeilanden vaak walvisbot.
Verder zijn er potscherven gevonden, doorgaans van kookpotten.
Soms bleek het aardewerk echter van latere datum te zijn.
Het aardewerk laat verschillen zien tussen de regio's.
Het is over het algemeen rijk versierd.
IJzeren en bronzen voorwerpen zijn vermoedelijk in de loop van de tijd vergaan, uiteraard net als houten en leren voorwerpen en textiel.
Naast de gebruiksvoorwerpen zijn er ook resten van vee en wild gevonden, zoals schapen, koeien, varkens en herten.
De vondsten suggereren dat de bewoners van de brochs met name leefden van landbouw en visserij.
Voorwerpen of structuren die geassocieerd kunnen worden met een religieuze functie zijn niet tevoorschijn gekomen.
Zelfs graven van de bewoners van de brochs zijn niet gevonden.
Wel zijn er hier en daar menselijke resten opgegraven.
We weten nog steeds niet waar het architectonische idee vandaan kwam.
Aanvankelijk werd door archeologen gedacht, dat brochs bouwwerken van een ander volk waren, dat zich nieuw in de regio had gevestigd en zijn architectuur-ideeën had meegenomen.
Aanhangers van deze zienswijze worden aangeduid als diffusionisten.
Tegenwoordig gaan archeologen er veelal van uit dat het idee ontwikkeld is door de lokale bevolking, mogelijk voor een klein deel geïnspireerd door migranten of door inzichten die via bijvoorbeeld handelscontacten verspreid raakten.
Broch Dun Carloway, Lewis, Scotland
auteur : Lewis MacDonald - vrije foto
De functie van de brochs is nog onduidelijk.
De bouw met hoge muren en slechts één ingang suggereert een verdedigende functie, bijvoorbeeld tegen invallers die vanaf schepen het land kwamen plunderen.
Voor een langdurige belegering waren de brochs niet geschikt door hun beperkte levens- en opslagruimte.
De watervoorzieningen in de meeste brochs zijn onvoldoende om mensen voor langere tijd van water te voorzien.
Verder was het dak niet gemakkelijk toegankelijk voor de mensen in de broch, want zoals beschreven bij de bouw van de hogere etages, was alleen bij Mousa Broch de ruimte tussen de twee wanden van de muur tot bovenaan breed genoeg om een trap erin te passen.
Er was daarom vermoedelijk geen sprake van een borstwering, waar de verdedigers van de broch hun tegenstanders van bovenaf konden bestoken.
Hierbij sluit aan dat de deur van de broch zich meestal pas halverwege de gang bevond, waardoor tegenstanders niet meer van bovenaf aangevallen konden worden, als ze eenmaal in de gang voor de deur zaten.
Tegenstanders zouden gemakkelijk een vuur hebben kunnen plaatsen voor de deur om zo de broch in te nemen.
Sommige brochs liggen bovendien op plekken die strategisch moeilijk te verdedigen zijn.
Zo ligt de broch Loch na Beirgh bijvoorbeeld op een klein eilandje, waarbij de nabijliggende kust hoog boven de broch uitkomt.
Het is ook opvallend dat slechts bij enkele brochs tekenen van strijd gevonden zijn.
Een andere hypothese is dat brochs vooral bedoeld waren als het vaste onderkomen van een kleine nederzetting.
Ook worden de brochs in de oudere literatuur wel gezien als kleine kastelen van plaatselijke landeigenaren.
Als nederzetting of kasteel, zou de broch hebben kunnen dienen om indruk te maken op omliggende gemeenschappen of personen.
De ligging van de brochs maakt hun functie niet duidelijk.
Veel brochs zijn te vinden in gebieden met goede landbouwgrond, maar er zijn eveneens brochs in gebieden met arme grond.
Het feit dat de meeste brochs bij de kust liggen, maakt het aannemelijk dat de bewoners van de zee leefden.
Sommige onderzoekers suggereren dat de brochs misschien bakens waren, mede omdat men vanuit een broch vaak een andere broch kan zien.
De brochs zouden dan hebben kunnen dienen als vuurtorens om hun eigen schepen thuis te loodsen en als bakens om elkaar te waarschuwen voor naderende tegenstanders.
Bron : - Wikipedia CC 3.0
- I. Armit, Towers in the North - The Brochs of Scotland, Tempus Publishing Ltd (2003), ISBN 0-7524-1932-3.
- J.N.G. Ritchie, Brochs of Scotland, Shire Archaeology, 2nd edition (1998), ISBN 0-7478-0389-7.
- tinternet
Brochs komen zowel voor als losstaand bouwwerk en als onderdeel van een grotere nederzetting.
In die laatste situatie blijkt vaak dat de nederzetting dan weer in latere tijden verder uitgebreid en aangepast is, inclusief de broch.
In het geval van bijvoorbeeld Jarlshof is de broch niet het oudste gebouw, dit in tegenstelling tot Old Scatness.
Brochs verschillen van elkaar in diameter en in dikte van de muur.
Ook het aantal vertrekken in de muur varieert.
Hieronder worden de algemene kenmerken beschreven die in bijna alle brochs kunnen worden gevonden.
Begane grond
Alle brochs worden gekenmerkt door een nagenoeg ronde plattegrond, waarbij er een ronde binnenplaats is, omgeven door een muur.
De muren zijn opgebouwd met behulp van de drystone masonry techniek.
Dit wil zeggen dat de brochs zijn opgebouwd uit natuursteen, zonder gebruik te maken van bindende middelen, zoals cement of klei.
De diameter van de open ruimte in het gebouw varieert in de meeste gevallen tussen de zeven en veertien meter.
Er zijn echter ook grotere brochs, zoals Edin's Hall Broch die een inwendige diameter heeft van zeventien meter.
De muur is over het algemeen 3,3 tot 5 meter dik.
Op het niveau van de begane grond bevindt zich één gang dwars door de gehele muur, die toegang biedt tot het inwendige van de broch.
Deze toegang is meestal 0,75 tot 1,2 meter breed en ongeveer 1,6 meter hoog.
De bovendorpel aan de buitenzijde van de broch kan variëren tussen een platte steen en een driehoekige steen.
Halverwege de gang zijn meestal tekenen te vinden dat er een deur heeft gezeten.
Deze deuren waren vermoedelijk van hout en zijn daardoor niet bewaard gebleven.
Binnenin de Mousa Broch, op Shetland
auteur : Otter CC 3.0
Tevens zijn er op de begane grond enkele kamers uitgespaard in de dikte van de muur.
Deze kamers zijn via een deur te bereiken vanuit de ronde binnenplaats of vanuit de gang die toegang biedt tot de broch.
Een kamer die direct op de gang uitkomt, wordt meestal aangeduid als guard cell, oftewel de ruimte van de bewakers.
De eigenlijke functie van deze kamers is echter onbekend.
Er zijn twee varianten in de brochs te onderscheiden.
De ene variant betreft brochs die in feite een volledig solide muur hebben op grondniveau (solid-based brochs).
De hierboven beschreven kamers op de begane grond, zijn bij deze brochs uitsparingen in het binnenste van de solide muur.
De tweede variant is minder algemeen.
In deze brochs bestaat de muur op grondniveau reeds uit twee concentrische wanden.
Deze bouw met twee parallel aan elkaar verlopende wanden met een open ruimte ertussen, is in alle brochs aanwezig bij de hogere etages (zie hieronder).
Dit type broch wordt aangeduid als ground-galleried type.
De meeste ground-galleried brochs zijn te vinden op de Hebriden, zoals Dun Mor Vaul.
De ground-galleried brochs zijn structureel minder stabiel.
Dit is duidelijk te zien in het geval van de Broch of Gurness.
De instabiliteit werd al in de oudheid merkbaar, waarbij men dit heeft opgelost door de ruimte tussen de twee muren op grondniveau te vullen met stenen.
Hierdoor werd de Broch of Gurness in tweede instantie toch een solid-based broch.
In de open ruimte van de broch is meestal een put of een container voor wateropslag te vinden.
Het is echter mogelijk dat sommige putten pas later zijn aangebracht.
Trap tussen de twee wanden van de Dun Troddan
auteur : Bubobubo2 CC 3.0
Hogere etages
Van veel brochs zijn alleen nog ruïnes over die slechts één à twee meter hoog zijn.
Voorbeelden hiervan zijn onder andere Edin's Hall Broch en de Broch of Culswick.
Er zijn enkele brochs waarvan de muur nog aanzienlijk hoger is, zoals Mousa Broch (13,3 meter), Dun Telve (10 meter), Dun Carloway (9,2 meter), Dun Troddan (7,6 meter) en Dun Dornaigil (6,7 meter).
Deze beter bewaarde brochs liggen geografisch ver uiteen en hebben desondanks architectonisch duidelijke overeenkomsten.
Men neemt dus aan dat deze kenmerken ook hebben gegolden voor de brochs die minder goed bewaard zijn gebleven.
Het is echter ook mogelijk dat deze hoge brochs in het verleden al uitzonderingen waren.
De buitenwand van de brochs loopt met een flauwe hoek naar binnen toe, waardoor de buitenste diameter van het gebouw naar boven toe geleidelijk kleiner wordt.
De muur aan de binnenzijde loopt wel verticaal omhoog.
De dikte van de muur is door deze bouw dus bovenaan dunner.
Zoals hierboven beschreven is bij de meeste brochs de muur op grondniveau solide (met uitzondering van de kleine kamers die in de muur zijn uitgespaard).
Op de hogere niveaus bestaat de muur van de broch echter uit twee parallelle wanden met een ruimte er tussenin.
In deze ruimte bevinden zich meestal één of meer trappen. De trappen beginnen in één van de kamers op grondniveau.
Doordat de buitenmuur scheef naar binnen toe loopt, wordt de ruimte tussen de twee wanden naar boven toe steeds nauwer.
In Dun Carloway en Dun Telve wordt de ruimte bovenaan zo smal, dat hier geen volwassen persoon meer tussen past.
Alleen bij de Mousa Broch is de ruimte tot bovenaan breed genoeg om toegankelijk te blijven.
De twee wanden worden meestal op meerdere niveaus met elkaar verbonden door enkele platte stenen, waardoor er galerijen ontstaan.
Wall voids in de Mousa Broch, op Shetland
auteur : Otter CC 3.0
Aan de gehele buitenzijde is bijna altijd slechts één opening in de muur te vinden, namelijk de toegang.
Enkel de Clickimin Broch heeft drie toegangen.
Deze broch bevond zich echter op een klein eiland, dat in zijn geheel ommuurd was.
Aan de binnenzijde van alle brochs bevinden zich meerdere openingen in de muur.
Naast de toegang tot de broch, bevinden zich op het grondniveau namelijk ook de openingen naar de kamers in de muur.
Verder is er op enkele plaatsen in de muur een reeks openingen (wall voids - foto boven) te vinden die zich precies boven elkaar bevinden over de gehele hoogte van de muur.
Naar boven toe worden deze openingen geleidelijk kleiner.
Deze openingen geven toegang tot de ruimte tussen de twee wanden van de muur van de broch.
Aan de binnenzijde van een broch zijn vaak één of meerdere ringen van uitstekende stukken steen te zien in de muur, die suggereren dat er op dat niveau een houten structuur tegen de muur bevestigd heeft gezeten.
In sommige brochs ontstaat zo'n ring doordat de binnenste muur op één niveau abrupt naar binnen gaat, waardoor er een richel ontstaat.
Meestal bevindt de onderste ring zich op een hoogte van twee tot drie meter boven de grond.
Een dergelijke stenen ring wordt met scarcement ledge aangeduid.
Een broch is een ronde, stenen toren, waarvan de muur bestaat uit twee parallel aan elkaar verlopende wanden, soms meer dan 10 meter hoog.
Deze bouwwerken, waarvan de functie onbekend is, stammen uit de IJzertijd.
De meeste brochs zijn te vinden op de Orkney-eilanden, Shetlandeilanden en de regio Caithness van Schotland.
De term broch komt van dezelfde stam als het woord burg, oftewel burcht.
Deze term werd pas in 1872 als officiële benaming voor dit type bouwwerk ingevoerd, maar deze term kwam toen al in een groot aantal namen van brochs voor.
Vermoedelijk stamt het woord uit het tijdperk van de Vikingen, aangezien in het Noors een burcht een borg wordt genoemd.
Daarom wordt er wel gedacht dat sommige brochs nog ter verdediging werden gebruikt in de tijd van de Vikingen.
Locaties van brochs in Schotland
auteur : Bubobubo2 CC 3.0
Een broch moet niet worden verward met een dun.
Dat is een Gaelische term die een versterkte plaats aanduidt, waar echter niet per se een door mensen gemaakte structuur op hoeft te staan.
In het verleden zijn veel versterkte plaatsen langs de westkust van Schotland aangeduid als duns, waaronder een aantal brochs, zoals bijvoorbeeld Dun Telve en Dun Troddan.
Deze namen waren bij de officiële invoering van de term broch al zo bekend, dat de namen niet meer zijn aangepast in latere tijd.
Verder zijn er ook wheelhouses, aisled roundhouses en Atlantic roundhouses.
Deze komen in dezelfde regio's van Schotland voor als de brochs.
Een wheelhouse is een rond gebouw met binnenin muren die er op de plattegrond uitzien als de spaken van een wiel, vandaar de naam.
De binnenmuren komen echter niet in het centrum samen, er is een open ruimte in het midden.
Een aisled roundhouse lijkt sterk op een wheelhouse, maar de binnenste muren komen niet tot aan de ronde buitenmuur.
Het is in zo'n gebouw dus mogelijk volledig rond te lopen langs de binnenkant van de buitenmuur.
De term Atlantic roundhouse betekent alleen een rond gebouw, gelegen in de Atlantische regio.
In het verleden werd deze term gebruikt voor alle gebouwen die niet te classificeren waren als broch, wheelhouse of aisled roundhouse.
In de 21e eeuw geeft een aantal archeologen er de voorkeur aan om Atlantic roundhouse als een overkoepelende term te gebruiken.
De broch is daarvan dan een specifieke vorm.
De broch is overigens de enige van deze bouwwerken die etages van steen heeft.
Mousa Broch, op Shetland, de best bewaard gebleven broch
auteur : Otter CC 3.0
De oudste brochs dateren mogelijk al uit 600 v. Chr.
De meeste brochs werden echter gebouwd tussen 100 v.Chr. en 100 na Chr.
De Picten leefden voor een groot deel in hetzelfde gebied als de bouwers van de brochs.
De brochs kunnen echter niet aangeduid worden als Pictic towers, zoals soms wordt beweerd.
De oudste vermelding van de Picten stamt namelijk pas uit 297 na Chr. waardoor de Picten hooguit als afstammelingen van de broch-bouwers gezien kunnen worden.
Brochs komen het meeste voor op de Orkney-eilanden, Shetlandeilanden, Caithness, Sutherland en de Hebriden (met name Skye).
Er zijn echter ook meer zuidelijk in Schotland brochs te vinden, zoals bijvoorbeeld in de regio van Stirling.
De gebouwen zijn uniek voor Schotland.
De dubbele wand van broch Dun Troddan
Te Glenelg in de Schotse Highlands
auteur : Bubobubo2 CC 3.0
Met name aan het einde van de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw is er veel onderzoek gedaan naar vergelijkbare structuren in andere landen.
De enige structuren die volgens meerdere archeologen uit die tijd nog enigszins vergelijkbaar waren met een broch, waren de torens op Sardinië, die aldaar nuraghe genoemd worden.
Het inwendige van een nuraghe is echter geheel anders dan het inwendige van een broch. Zo heeft een nuraghe meerdere vertrekken boven elkaar in het inwendige van de toren.
Ook de periode waarin de beide structuren gebouwd zijn, is verschillend.
De meeste nuraghi stammen namelijk uit de zesde eeuw v. Chr. en niet uit het begin van de jaartelling, zoals de meeste brochs.
Men gaat er daarom tegenwoordig van uit dat er geen relatie is tussen de brochs en de nuraghi.
De meerderheid van de brochs ligt in de buurt van de kust.
Precieze aantallen van de hoeveelheid brochs zijn niet te geven.
Enerzijds zijn er veel verloren gegaan in de loop van de geschiedenis, anderzijds zijn sommige ruïnes nog onvoldoende onderzocht om te kunnen beoordelen of het om een broch, dun of een ander soort van Atlantic roundhouse gaat.
Schattingen voor heel Schotland lopen uiteen van 374 tot 500.
Broccoli (Brassica oleracea convar. botrytis var. cymosa) is een groente die verwant is aan bloemkool.
Van broccoli worden de nog gesloten bloemknoppen gegeten, van bloemkool zijn dat de aanlegsels van de bloemknoppen (bloemknopprimordia).
Van de groenten bevat broccoli de meeste glucosinolaten.
Broccoli is de koning van de kruisbloemige groenten, en heeft meer beschermende kwaliteiten dan eender welke andere koolsoort.
Broccoli is rijk aan praktisch elke vitamine die je kan denken : A, Bs, C, E en K.
De enige vitamines die in broccoli ontbreken is D (die door het lichaam aangemaakt wordt onder invloed van zonlicht) en B12 (die alleen door bacteriën aangemaakt wordt).
Behalve deze bevat broccoli alles, zowel de macromineralen als calcium, magnesium en kalium, evenals de sporenelementen zink, ijzer, koper.....
Broccoli wordt meestal gekookt of gebakken gegeten.
De rassen voor de professionele teelt zijn hybriderassen, die elkaar snel opvolgen.
Southern Comet, een hybride ras dat goed voldoet
Groene calabrese, een Italiaanse vorm met meerdere kleine knoppen
Purple sprouting, paars
Van de rassen voor de professionele teelt wordt alleen de hoofdscherm geoogst.
Bij deze rassen lopen de zijknoppen na de oogst nauwelijks meer uit, dit in tegenstelling tot de rassen voor de volkstuinder.
Na de oogst van het hoofdscherm lopen de zijknoppen uit.
Als deze geoogst worden dan lopen er weer nieuwe zijknoppen uit enz.
De schermen worden telkens kleiner.
Bij broccoli komen ??n- en tweejarige rassen voor. Spruitbroccoli is de verzamelnaam voor een groep van tweejarige rassen die purperen of witte kleine, bebladerde, langwerpige, paarse of witte bloemhoofdjes vormen nadat ze op het veld hebben overwinterd.
Men noemt ze ook winterbroccoli.
Zomerbroccoli (of Calabrese rassen) is beter gekend en groeit veel sneller.
De rassen zijn éénjarig.
De bloemschermen zijn donkergroen met een blauwe gloed.
Dit is in onze streken de meest geteelde rassengroep.
Broccoli is iets minder veeleisend dan bloemkool.
Toch moet de grond ook goed vochthoudend zijn, zonder wateroverlast.
Een hoge pH (6,5-7,5) zorgt voor een vlotte opname van de voedingselementen en werkt de uitbreiding van knolvoet tegen.
Een humusrijke bodem zorgt eveneens voor een doorlopende aanvoer van voedingselementen.
Vooral op lichte gronden doet broccoli het goed onder wat koelere omstandigheden.
Op deze gronden kan halfschaduw een voordeel zijn tijdens de zomerperiode.
Tijdens de eerste weken na het planten moet de wortelvorming gestimuleerd worden en wordt er, tenzij in uitzonderlijke situaties, geen water gegeven.
Pas als de broccoliplant zes tot zeven bladeren is bijgegroeid mag er geen droogtestress meer zijn.
Vanaf dat moment is beregenen of water geven aangewezen, zeker op droogtegevoelige en lichte gronden.
Onderzoek heeft aangetoond dat Broccoli de ziekte van Alzheimer zou kunnen tegengaan, omdat deze groente dezelfde werking als alzheimermedicatie zou kunnen hebben.
Verder hebben onderzoekers aan de Universiteit van Californië - Berkeley ontdekt dat bepaalde bestanddelen van broccoli (indolen, glucosinolaten) het lichaam tegen kanker schijnen te verdedigen.
Ook zou broccoli tegen UV-licht beschermen, waarschijnlijk door de stof sulforafaan.
Deze indolen worden in de maag afgebroken en omgezet tot het bestanddeel 3,3-di-indolylmethaan (DIM).
DIM lijkt kanker een halt toe te roepen.
DIM zou ook zorgen voor een verhoogde aanmaak van een bepaald eiwit dat kankercellen doodt en voor een verminderde aanmaak van een ander eiwit, waarvan kankercellen juist een verhoogde concentratie nodig hebben om te overleven.[1]
Een Brits onderzoek toont vermindering van risico op prostaatkanker met 400 gram broccoli per week in vergelijking met een controlegroep met 400 gram erwtjes.[2]
Onderzoekers van de universiteit van Warwick toonden aan dat koken of diepvriezen de gunstige werking met driekwart kan verminderen, terwijl bij wokken, stomen of bereiding in de magnetron de werkzame stoffen worden behouden.[3]
De gunstige invloed van broccoli ter voorkoming van prostaatkanker was al eerder aangetoond.[4]
Onderzoek toont ook een versterking van het immuunsysteem door het bestanddeel di-indolylmethaan in broccoli.[5]
Bloeiwijze van brocolli
auteur : Thomas Björkman, Cornell University CC 3.0
Ziekten en aantastingen :
Buiten Noord-Holland is knolvoet (Plasmodiophora brassicae) de belangrijkste ziekte.
Aantastingen door rupsen van onder andere het Groot koolwitje, Klein koolwitje, koolbladroller, kooluil en koolmot komen veelvuldig voor.
Daarnaast is er aantasting door de koolvlieg en de koolgalmug.
Broccoli zou sommige giftige en kankerverwekkende stoffen neutraliseren. Het is dus een zeer gezonde groente.
Broccoli is rijk aan koolhydraten, caroteen en vitamines C en E.
Om de vitamines goed te behouden, stoom je broccoli het best of bereid je de groente in zeer weinig water.
Broccoli bevat een niet te verwaarlozen hoeveelheid foliumzuur en staat bekend als een natuurlijke remedie tegen depressie.
Een quiche met broccoli, spek en zalm
auteur : Unilever Foods
De Britse regelingen rond vlaggengebruik op zee zijn vaak ingewikkeld vergeleken met die van andere landen.
De vaandel die gehesen wordt op Britse schepen is afhankelijk van de functie van het schip.
Er zijn drie vaandels, de rode, de blauwe en de witte.
De zogenaamde red ensign, de blue ensign en de white ensign.
Het blauwe vaandel
auteur : publiek domein - vrije foto
Het blauwe vaandel is bedoeld als staatsvlag ter zee voor overheidsschepen, maar is ook voor schepen van de Royal Naval Reserve en voor koopvaardijschepen waarop een bepaald aantal mensen met een geschiedenis bij de marine werken.
Het blauwe vaandel is ook voor een aantal oude Britse scheepsclubs (behalve tijdens de beide wereldoorlogen).
Het rode vaandel
auteur : publiek domein - vrije foto
Sinds 1864 doet het rode vaandel dienst als handelsvlag.
Het witte vaandel
auteur : publiek domein - vrije foto
Het witte vaandel doet dienst als marinevlag.
Buiten de zeevaart zijn er verschillende vlaggen die gebaseerd zijn op deze vaandels, sommigen gebruiken dezelfde kleuren, andere vlaggen hebben een meer excentriek veld, zoals het hemelsblauw van de vlag van de Britse Royal Air Force.
Vaandel van de Royal Air Force
auteur : Butter Stick - vrije foto
De vlag van Fiji en de vlag van Tuvalu zijn beiden hemelsblauwe vaandels.
Niue, een zelfregerende eilandengroep van Nieuw-Zeeland is een gele vaandel, waar het Sint-Georgekruis van de Union Flag echter is bijgewerkt met een gestileerde versie van het Zuiderkruis.
De vlag van het Brits Antarctisch Territorium heeft een wit veld met daarop het schild van het gebied.
Vlag van Fiji sedert 10 okt 1970
auteur : publiek domein - vrije foto
Vlag van Tuvalu
auteur : publiek domein - vrije foto
Vlag van Niue
auteur : SKopp - vrije foto
Vlag van het Brits Antarctisch Territorium
auteur : Masur CC 2.5
Voor 1864 waren rood, wit en blauw de kleuren van de drie squadrons van de Royal Navy, die gevormd werden door de reorganisatie van de marine in 1652 door Robert Blake.
Elk squadron had zijn eigen respectievelijke kleuren.
Het rode squadron patrouilleerde de Caraïbische eilanden en de noordelijke Atlantische Oceaan, het witte de kust van de Britse eilanden, Frankrijk en de Middellandse Zee, terwijl het blauwe vooral voer in de zuidelijke Atlantische Oceaan, de Stille Oceaan en de Indische Oceaan.
De vlaggen van de vroegere Britse kolonies hebben vaak de achtergrond van hun beschermende squadron.
Bermuda (rood), Australië en Nieuw-Zeeland (blauw) volgden dit patroon.
Vroege vlaggen van de Amerikaanse kolonies voor de Revolutie waren gewijzigde Rode Vaandels.
De Grand Union Flag voegde zes witte strepen toe aan de vaandel, en in 1777 werd de Union Flag in het kanton vervangen door de huidige sterren.
Vaandel van de RFA (militaire bevoorrading)
vrije foto
Vaandel van het Britse ministerie van defensie
vrije foto
Vaandel van de RMAS (burgerbevoorrading)
vrije foto
Vaandel van de Royal Engineers (geniesoldaten)
vrije foto
Logistiek korps onder bevelvoerend officier
vrije foto
Logistiek korps onder bevelvoerend onderofficier
vrije foto
Douane en accijnzen
vrije foto
Vaandel van de zeecadetten
vrije foto
Elk squadron had zijn eigen officieren. Bijvoorbeeld Horatio Nelson was viceadmiraal van het Witte Squadron op het moment van zijn dood.
In 1868 maakte de Britse admiraliteit de Blauwe vaandel de vlag van schepen onder het bevel van de Canadese regering.
In 1892 keurde de Admiraliteit het gebruik van de Rode vaandel goed op Canadese handelsschepen.
Een blauwe vaandel met het wapenschild van Québec werd gebruikt als Vlag van Québec tot 1950.
Van 1870 gebruikte Canada officieus een Rode vaandel met de wapens van de provincies als de nationale vlag (het Canadese Rode Vaandel).
In 1924 werd de vlag officieel aangenomen.
De provinciale schilden met het wapen van Canada.
De rode vaandel werd in 1965 na een lang debat vervangen door de huidige vlag van Canada.
Vuurtoren autoriteiten van Schotland en Isle of Man
vrije foto
De shilling was tot 1970 een rekeneenheid in Groot-Brittannië en Ierland.
De waarde was het twintigste deel van een pond.
Het pond was opgedeeld in 20 shilling en een shilling was 12 pence.
Luxegoederen en honoraria (artsen en advocaten) werden geprijsd in guineas, en één guinea was één pond en één shilling, 21 shilling dus.
Deze situatie is vergelijkbaar met de stuiver die in Nederland in het begin van de 19e eeuw nog een rekeneenheid was.
Britse shilling - 1933
auteur : Welkinridge - vrije foto
Met de invoering van het decimale stelsel werd de shilling afgeschaft.
Er werden nieuwe muntstukken geslagen die even groot waren als de munten met het opschrift one shilling en two shillings, maar met het opschrift 5 new pence en 10 new pence.
De oude munten bleven geldig.
Britse shilling - 1956
auteur : United Kingdom Government - vrije foto
In tegenstelling tot het woord stuiver is het woord shilling in de volksmond niet gebleven als naam voor het muntstuk.
Het nieuwe muntstuk wordt five penny piece genoemd.
In 1990 zijn nieuwe, kleinere muntstukken in roulatie gekomen.
De oude shillingen zijn met de invoering van deze muntstukken geleidelijk uit het betalingsverkeer verdwenen.
De Brits korthaar is (al dan niet tot uw verbazing) een kortharig kattenras.
Het is een stevige, gedrongen kat die aan het eind van de 19e eeuw in Engeland gefokt werd voor specifieke kleur en tekening in de vacht.
Door het kruisen met perzen kregen de Brits kortharen meer lichaamsvolume en kopomvang.
Als gevolg van die kruisingen worden er af en toe langharige kittens geboren, die door de meeste Brits korthaarfokkers als erfenis uit het verleden worden aanzien en als huisdier worden verkocht.
Sommige fokkers vinden de langharige nakomelingen echter op zich leuk genoeg om mee door te fokken onder de naam Brits langhaar of Lowlander.
Het ras heeft in verhouding kleine oren en grote ronde ogen, en vooral de katers hebben erg bolle wangen.
Het is een grote en gespierde kat met een korte, dikke staart waarvan de top lichtjes afgerond is.
Vroeger kwam het ras voornamelijk in de kleur blauw voor.
Tegenwoordig zijn er veel verschillende kleuren (denk aan lilac, crème, chocolate, cinnamon, schildpad met wit, zilvertabby etc.).
De Brits korthaar heeft een korte en dichte vacht die niet plat tegen het lichaam ligt.
Ook hebben de katten een goede ondervacht, nochtans met een fijne dichte textuur.
Brits korthaar
auteur : M.Eschelwek - vrije foto
tricolor Brits korthaar
auteur : Squeaky Knees CC 2.0
De Brits korthaar is niet veeleisend in de omgang en evenwichtig van aard.
Het karakter is rustig en introvert en het ras aardt prima binnenshuis.
Het benodigde territorium (leefomgeving) is niet groot en daarom is het een geschikte kat om in een appartement of flat te houden.
Het dier is geen aandachtvrager maar laat subtiel door zacht mauwen of bij de eigenaar te komen zitten duidelijk dat aandacht nodig is.
Het ras is geen echte schootkat, maar zit liefst dicht in de buurt naast de mensen op de bank of naast de stoel.
Het zijn geen katten om veel op te tillen, ze bezitten een eigen onafhankelijkheid en volgen de huiselijke activiteiten op kleine afstand.
Een Brits korthaar kan prima fungeren als enig huisdier en stelt indien gekozen wordt voor een andere kat of hond prijs op een dier met een gelijkaardig rustig karakter.
roodgemarmerd Brits korthaar
auteur : Mysterious1980 CC 3.0
Er komen bij dit ras vaker dan normaal bij de kat twee op termijn dodelijke, erfelijke ziektes voor.
Hypertrofische cardiomyopathie (HCM) resulteert vroeg of laat in acuut hartfalen, en cystenieren (PKD) leiden tot geleidelijk nierfalen.
Verantwoordelijke fokkers laten dieren preventief testen op beide problemen.
De gentest voor PKD is meteen 100% uitsluitselgevend.
Voor HCM is nog geen gentest beschikbaar en daarom laten fokkers hun dieren jaarlijks door een gespecialiseerde dierenarts (cardioloog/radioloog) via een echografie onderzoeken.
Dieren die aan één van de twee aandoeningen lijden dienen uit de fok gehaald te worden.
Kopers van een kitten behoren testuitslagen van de ouderdieren in te kunnen zien.
Door het relatief zware gewicht van het ras is ook het laten nakijken van ouderdieren en kittens op het voorkomen van Patella luxatie (loszittende knieschijven) aan te bevelen.
zwartzilver gemarmerd Brits korthaar
auteur : Kattefreakske CC 3.0
Brits-Togoland was een Brits mandaatgebied, klasse B (zoals Ruanda-Urundi van België), in West-Afrika.
Hoofdstad Ho, nu de hoofdstad van regio Volta in Ghana.
Op 26 augustus 1914 werd het Duitse protectoraat Togoland binnengevallen door Franse en Britse legers en na vijf dagen kort verzet gaf het land zich over.
In 1916 werd het in twee administratieve zones verdeeld tussen Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk.
Na de Eerste Wereldoorlog werd Togoland officieel een mandaatgebied van de Volkenbond.
Vlag van Brits-Togoland van 1916 tot 1956
auteur : Yaddah/Zscout370 - vrije foto
Na de Tweede Wereldoorlog werden de mandaatgebieden trustschappen van de Verenigde Naties.
Brits-Togoland werd geregeerd vanuit het aanpalende Goudkust onder de naam Trans-Volta Togo.
kaart van Brits-Togoland - het groene deel
auteur : Xfigpower CC 3.0
In 1954 informeerde de Britse regering de VN dat ze het gebied niet meer konden regeren als Goudkust onafhankelijk werd.
Hierdoor werd er een referendum gehouden en 58% koos voor aanhechting bij Goudkust.
De vereniging werd officieel op 13 december 1956.
Er werd nu één entiteit gevormd die Ghana zou heten en onafhankelijk werd op 6 maart 1957.