Tijdens mijn voortdurende speurtocht naar oude Vlaamse recepten heb ik tot mijn grote vreugde het "Antwerps kookboek voor leckertonghen" op de kop kunnen tikken. Het is een uitgave van de stadsbibliotheek in Antwerpen (1995) en samengesteld door W.L. Braekman op basis van een manuscript dat einde 16de eeuw moet gedateerd zijn. De vermoedelijke originele auteur ervan is een Antwerpenaar die uit het Waasland zou afkomstig zijn of die een Oostvlaamse bron heeft gekopieerd. Dat "Cock Bouck" bevat 231 recepten waaronder dat van "Spaensche pap": Nemt vif ofs zes doyers, blomme van rys, room oft soete melc, roosewater ende suicker, mact daeraf pap, settet opt vier in een schoone ketel, altoes roerende tot dat genough is ende dickachtich, rechtse dan in schalen, stroiter op suicker. Mijn versie anno 2012 voor 4 personen: 5 eidooiers, 1 eetlepel rijstbloem, een halve liter melk, 1 eetlepel rozenwater, 3 eetlepels fijne kristalsuiker. Suiker naar believen om te garneren. Roer de dooiers met de melk/room, de bloem (maïzena kan ook) en het rozenwater goed door elkaar zonder echter te kloppen. Zet de bereiding op een zacht vuur en roer degelijk overal tot het mengsel begint te dikken en de suiker gesmolten is. Verdeel het daarna over 4 individuele kommetjes. Bestrooi met suiker naar believen en dien op. Het recept zegt niet of de bereiding warm of koud moet gegeten worden. Mij lijkt koud het beste, wanneer je de suiker dan carameliseert (onder de grill of met een keukentoorts), bekom je een heerlijke met rozenwater geparfumeerde ... crème brûlée.
|