Soms komen de onderwerpen waarover ik kan schrijven zo maar aangewaaid. Eigenlijk is dat niet onmogelijk bij dit winderige en natte zomerweer. De wind brengt van alles mee, waarom dus geen 'onderwerpen'? Jullie hebben het allemaal mis als jullie denken dat ik over de zoveelste heilige ga schrijven. Het is niet omdat er 'sint' staat dat zoiets het geval zou zijn. Als jullie goed kijken zien jullie geen hoofdletters en wel een streepje tussen de twee woorden. Dat is heel correct volgens Van Dale, aangezien het geen eigennaam is en meer een uitdrukking. Het betekent zoveel als 'iets dat niet of nooit zal gebeuren'. Dat werd reeds vermeld in de Kroniek van Roermond in 1577,'het sol hun comen op St Judtmisse'. Ook reeds terug te vinden in de cinquième édition 'Dictionaire françois-hollandois of fransch en nederduitsch Woordenboek' van Pieter Marin (1667-1718). Carolus Tuinman (1659-1728) Neerlandicus, etymoloog, Spinoza (1632-1677) bestrijder en Voetiaans* dominee, schrijver van "Fakkel der Nederduitsche taale" en ook "Oorsprong en uytlegging van de dagelyks gebruikte Nederduitsche Spreekwoorden" heeft volgende verklaring gegeven: De legende vertelt dat het te maken heeft met pausin Johanna (niet met zekerheid bestaan). Zij zou als bijnaam 'Jut' hebben gekregen, maar nooit een eigen naamdag. Het is een spottende benaming geworden voor een feestdag die nooit zou komen. Andere uitleg: ontstaan door verbastering van 'jodenmis', want joden hebben geen mis en het is dus eindeloos wachten op die godsdienstige viering. Zoals in de literatuur: 'Wachten op Godot' van Samuel Beckett (1906-1989). Er zijn alternatieve uitdrukkingen genoeg voor sint-juttemis, wiens beeldje trouwens in Breda te bewonderen valt. Hier volgt een opsomming van uitdrukkingen en gezegdes die weergeven dat er ergens tevergeefs op 'iets' of 'iemand' gewacht wordt: als de klaver uit 't veld is, als de kiekens tanden krijgen, als de paus geus wordt, als Pasen en Pinksteren op dezelfde dag vallen, en de mooiste: als de politie weer per varken komt!. De Nederlandse taalkundige, Frederik August Stoett (1863-1936) auteur van boeken over Nederlandse spreekwoorden, gezegdes en spreekwijzen, voegt aan mijn lijstje nog twee mooie zinnen toe: 'als daer twee sondagen in een week comen' en ook 'als de catte ganzen eyer leggen'. Pieter Marin, gekend toendertijd als taalmeester, schreef ook: Nouvelle Methode pour aprendre les Principes & l'Usage des langues Françoise et Hollandoise, Nieuwe Fransche en Nederduitse Spraakwyze. Deze titels kon ik jullie niet weerhouden. Daarmee heb ik alles over sint-juttemis verteld. En zoals jullie allemaal wel kunnen veronderstellen heb ik heel veel moeten 'afkijken' om dit blog te schrijven. Daarmee heb ik het Vlaamse woord van de dag ook eens in de kijker gezet. 'Afkijken' wordt dus niet alleen door de jeugd in de examens gedaan ook de senioren maken gretig gebruik van dat werkwoord. Tot morgen
*Gisbertius Voetius, Gysbert Voet (1589-1676), Nederlands theoloog, gereformeerde predikant.
|