Een lekkere, zelf gebakken, verse croissant (weliswaar van vooraf klaargemaakt deeg) is het begin van mijn zondag. Nog eens goed bestrijken met boereboter en de tweede en volgende ook met een confituurke van sinaasappel er bovenop! Sommige geneugten zijn met niets vergelijkbaars, alleen zijn ze te omschrijven als 'hemels', wat dus past op een zondag. Daarna ben ik weer klaar om van start te gaan op deze zonnige zevende dag van de week. Mijn werkzaamheden in de tuin zijn goed gevorderd. Alleen nog wat potten verzetten en een definitieve plaats zoeken. Nog eventjes blijf ik binnen om mijn blog af te werken want natuurlijk moet spreuk 18 aan bod komen vóór de avond valt. Het is een interessant spreekwoord dat in feite niet meer zo nuttig kan lijken voor een gepensioneerde, en toch..."de bezem uitsteken" = doen en laten wat je wil, als de baas er niet is!. Dat zet me natuurlijk zwaar en diep aan het denken. Ik ben baas van mezelf en tegelijkertijd ondergeschikte van mezelf. Mijn hoofd bedenkt de werkzaamheden dat mijn lijf en leden moeten verrichten. Mijn baas is bij wijze van spreken nooit weg, altijd present en commandeert voortdurend, zonder een rustpauze in te lassen. Mijn brein is echt wel dominant aanwezig in mijn leven. Alleen tijdens de slaap ben ik even verlost van dat 'zeggen' wat ik 'moet doen', maar dan liggen mijn lijf en leden ook zo plat als een vijg. Sommige dagen leef ik om excuses uit te vinden om niet te moeten doen wat door mijn hoofd gaat. Vaste tegensparteling om geen klusjes te moeten doen: ik ben moe, stram, stijf en ik moet boodschappen doen, al weet 'mijn baas' begot dat daar niets van aan is. Om te denken, te peinzen, te dromen, te lezen, te kijken, heb ik nog nooit smoezen hoeven te bedenken. Ik zal mezelf deze namiddag wel eens bezighouden of ik dat dilemma, chef en werknemer, kan oplossen. Ondertussen ben ik beland bij de 'today specials'. De diëtisten worden vandaag in de bloemetjes gezet, de landbouw en de boeren ook en hou je vast aan de takken van de bomen, het is vandaag de "Praat als een Piraatdag". Eén bekende zin: arr an' avast! Natuurlijk was mijn nieuwsgierigheid direct gewekt. De "Pirates of the Caribbean" zijn filmsgewijs de bekendste met als voornaamste piraat Johnny Depp. Ook de speeltenues voor een kindpiraat zijn niet onbekend, zwaard, ooglap, hoofddoek, hoed met doodshoofd, een haak, een stelt.... Maar er bestaat ook een 'code voor de piraten'. Bij overmeestering of overgave werd het codeboek, dat de piraten tekenden en over moesten zwijgen, overboord gegooid. Er is echter 1 exemplaar blijven bestaan van piraat Bartholomew Roberts (1682-1722). Elf regels worden erin vernoemd zoals: iedere man heeft een stem in de gang van zaken, verboden te spreken over opgeven van piratenleven vooraleer elke man 1000 pond heeft verdiend, geen jongeman of een vrouw toegelaten voor piratenleven op straffe van dood......maar de muzikanten krijgen rust op de dag van de sabbat. Tot morgen
Een mens mag zich al eens amuseren nietwaar? Dat gebeurt 's morgens met de woordspelletjes in de krant: filippine-mix, legpuzzel, kruiswoord en woordzoeker. De cijferspelletjes zijn voor morgen. Mijn avondamusement bestaat uit 5 min, 5 dagen per week, als ik naar "Iedereen Beroemd" kijk en dan zeker naar de spelletjes om 'Homo Universalis' te worden. Ik ken geen enkel ander programma dat er in slaagt om zowel oud en jong, slim en dom, groot en klein, dik of dun, evenveel kans op succes te garanderen als dit ludieke avond-intermezzo zonder uitlach tv te maken!. Ik neem mijn hoed af voor de bedenkers van de opdrachten en natuurlijk vergeet ik ook niet de begrafenisstem met cynische inslag van Mr Speaker. Echt viijf minuten om naar uit te kijken en een glimlach op het einde van de dag te krijgen. De krant is opzij gelegd, de hond heeft zijn balspel gehad en meteen ook vuile poten, maar dan begint mijn schrijfritueel. Zoekwerk, leeswerk, hersens aan het werk zetten, vingeroefeningen om de vingers soepel te krijgen na een nacht niks doen. Veel zal er vandaag niet geschreven worden. Het is een mooie dag en er moet nog veel in de tuin gebeuren. Meteen maar ter zake. Ik heb de laatste tijd niet veel liedjes gehoord die ik kon vernoemen en dus moet ik zelf maar voor de pinnen komen met een liedje dat een oorworm dreigt te worden. Ik kan niet zoals de politieker roepen: 'zet die ploat af'. Ik weet niet hoe ik mijn brein moet doen stoppen zonder dood te vallen. Ik zit dus maar te zingen: "ik zag twee beren, broodjes smeren, o dat was een wonder, 't was een wonder boven wonder dat die beren smeren konden, hi hi hi ha ha ha, ik stond erbij en keek ernaar". Een leugenlied, waarin het gaat om dieren die onmogelijk iets kunnen doen. Rond 1850 heeft men de tekst van dit volksliedje met mondelinge overlevering, genoteerd. Een oud liedje met een oude spreuk want nr 17 gaat daar toch wel niet over zeker? "De beren zien dansen". Wat zoveel wil zeggen als: erge honger hebben. En dat heb ik inderdaad. Want ik volg een dieet van 16u/8u, ttz, ik drink alleen koffie, water of een fruitsapje gedurende 16u en dan mag ik 8u mijn buikje volproppen met vast voedsel. Er moeten wat coronakilo's af en dit schema leek een haalbare kaart. Ik ben hier alleen en niemand zaagt over dit uurrooster. Tussen 10 en 11 komen mijn boterhammen eraan en tussen 18 en 19u stop ik met eten. Dus ja, ik zie momenteel de 'beren dansen' en de 'beren die broodjes smeren', want ik heb grote honger en goesting op sjoklat. Tot morgen met ander nieuws
Met nr 16 begin ik vandaag: dat hangt als een schijthuis boven de gracht. Betekenis : dat is overduidelijk. Nu spreekt men van : een waarheid als een koe of als een paal boven water. Natuurlijk is dat nu niet meer letterlijk te gebruiken. Vroeger was er werkelijk een openbare plek aangeduid waar men zijn behoefte kon doen, meestal ter hoogte van een beek of gracht zodat alles meteen ook weggespoeld kon worden. Darmen en blaas ledigen gebeurde sowieso buitenshuis. Het woord 'latrine' was de naam. Nu nog gebruikt bij de legerkampplaatsen waar men dan een gat-gleuf in de grond graaft om alles wat een mens nodig kwijt wil en moet, ook kwijt kan. Op scoutskamp spreekt men nu van de 'hudo'. Men graaft er een grote put, legt er een plank met ronde uitsnijding op en maakt er een huisje rondom om wat privacy te garanderen. Men vertaalt dat als: Houdt Uw Darmen Open of HUrk DOos of Hier Uw Dagelijkse Ontlasting. Nochtans zou 'hudo' een verbastering van een Pakistaans woord zijn. Een gezegde en een woord dat verdwijnt uit onze taal, zoals ook de bijnamen van de mensen. Nu noemt men ieder bij zijn echte naam. Vroeger was een bijnaam gebruikelijk omdat in iedere familie er wel een Maria en een Petrus was. En zeker in een dorp, met dezelfde achternamen. Bijnamen waren noodzakelijk maar de meeste zijn vervlogen in de tijd. Evenwel was ik daardoor nieuwsgierig geworden naar de bijnamen van onze heersers, want die blijven ten alle tijde in de geschiedenisboekjes staan. Men duidde wel met I, II....XX aan, maar uiteindelijk vergat men het cijfer en was er enkel nog de omschrijving. Ik moet zeggen, men had geen schroom om de menselijke tekorten van prins, koning of keizer te benoemen. Constantijn Strontnaam, Ivaljo de Radijs, Alfons de Kwijler, Hendrik de Impotente. Van Lodewijk een hele resem: Doeniets, De Jongere, de Woelzieke, de Voorzichtige, de Rechtvaardige, de Welbeminde en natuurlijk de Zonnekonig. Bij Karel: de Behekste, de Dikke, de Eenvoudige, de Lange, de Schone, de Wijze, de Dwaze. En bij Filips: de Stoute en de Schone.
Rustig tikt mijn klok verder terwijl ik het aandachtspunt van de dag weergeef. Wetenschappers van UGent, Natuurpunt en Arabel (Belgische Arachnologische Vereniging) wil dat we onze angst voor spinnen opzij zetten en de kruisspinnen zowel bij dag als nacht gaan tellen gedurende één maand. Deze mensen willen weten hoe deze dieren zich aanpassen aan de stad. Ik moet zeggen, het is eens een andere opgave dan vlinders, mussen, merels en eksters tellen. Ze willen weten hoe de achtpotige met een groot kruis op hun rug, die fantastische webben kan haken om al onze muggen en vliegen vangen, zich in de stad aanpast. Niettegenstaande ze expliciet de telling vragen voor de stadsspin doe ik mee al woon ik op 'den buiten' aan zee. Dat kadert in het SpinCity Project en kan doorgegeven worden via spinnenspotters app. Geen schrik hebben maar kijken en tellen!!
Mijn huis is nu écht mijn 'thuis' geworden. Onverwachts kwam er gisteren een groot geschenk mijn richting uit: een klok!!!. Niet die van Rome, die komt op andere momenten van het jaar, hangt in de kerktoren, brengt het uur voor iedereen en snoep. Nee, een mooie klok, in een grote houten kast verpakt, met uurwerkschijf met spreuk 'Tempus Fugit = times flies =tijd vliegt', slinger met lens, katrollen met gewichten. Het zacht tikken van de klok, het zien van een slinger waar ik 'zen' van word, dat alles ontlokt me telkens een glimlach als ik mijn living binnenstap. De plaats was nog vrij voor dit tijdsmeubel. Nu is het spreekwoord 'zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens', waar!. Ik was mijn klok kwijtgespeeld tijdens het verhuizen. Zo zijn er wel meer dingen die een andere onbekende bestemming hebben gevonden. Ik kan nu weer alles over de klok beginnen leren zoals het slagpatroon, of er een wekkering is, welke melodie ze laat horen (bim-bam, Weense slag, Westminster, het fluitje van de koekoeksklok). Vandaag laat ik ze een tijdje nog het kwartier aanduiden, maar dat zal wel veranderen. Sommige dagen heb ik mijn siësta nodig en dat gaat moeilijk met een slag om de vijftien minuten. Maar over 'tijd' gesproken, beste jagger, gepensioneerde, senior, kwam ik een mooi citaat tegen: U bent op een leeftijd gekomen, waarop alles wat moeder natuur u gegeven heeft, u door vadertje tijd wordt afgenomen. Nu is het tijd voor wat anders. Alle Internationale Dagen op een rijtje, en er zijn er heel wat die vandaag onze aandacht opeisen, zoals de 'Revalidatiezorg', ' Behoud van de Ozonlaag', 'De Leid(st)er, Gastouder of Pedagogische Medewerker'. Daarnaast op deze 'Nationale Plasdag' aandacht voor de 'overactieve blaas' en meteen ook de eis om meer openbare toiletten, liefst om de 500m. Hopelijke zullen ze op deze 'Dag van het Luisteren' het ook horen. Maar de meest in het oog springende dag die me mijn wenkbrauwen doet fronsen is: Internationale Dag van het Vrouwencondoom. Het moet meer gepromoot worden want het is een goed anticonceptiemiddel, bevat geen hormonen zoals de 'pil' en kan SOA's voorkomen. Vrij te kopen en bijsluiter lezen vóór gebruik. Ik geef hier niet meer uitleg over, ik denk niet dat we nog de doelgroep zijn die in aanmerking komen voor gebruik. Ik denk eerder dat ze voor onze generatie spreuk nr 15 zullen gebruiken: daar zijn de daken met vlaaien bedekt! Ze noemen ons nu de generatie van de 'overvloed', al zullen er massa's gepensioneerden zijn die het moeilijker hebben dan de jeugd die het zegt, zich kan voorstellen. Tot morgen
Ik moet de venster sluiten want het is een aan-en afvliegen van vliegtuigen. Bij manier van spreken, de gaande en de terugkomende toerist. Al zullen er vandaag ook wel supporters van Lionel Messi en PSG, de vlieger nemen om hun geliefde voetballer en ploeg te zien spelen tegen een Belgische ploeg in het Jan Breydelstadion te Sint Andries bij Brugge. Moge de beste winnen al zal niet moeilijk te raden zijn wie er als winnaar uit dit treffen zal komen. Voetbal interessert me maar matig en van verre. Ik moet er zelf niet veel moeite voor doen om er iets over te vernemen, op alle zenders en alle golven en alle uren is er wel een item over voetbal te horen. Ieder zijn plezierke vandaag en het mijne zal pootje baden zijn met de hond. Het strand is weer volop ter beschikking van de kustbewoners en hun viervoeters. Hoera of liever, hoezee. Ik kan dan eens uitkijken of ik een 'haring' kan spotten. Jazeker, het spreekwoord nr 14 gaat over een Noordzee bewoner: daar steekt meer in dan een enkele panharing of zoals ze dat in het dialect zeggen: dèèr stik meer in as'n pan'ééring. Betekenis: daar steekt meer achter. Natuurlijk steekt er meer achter een haring. Ik heb het verhaal over deze lekkere bakharing, haringfilet, pekelharing, kipper, bokking en rolmops eens gelezen. Ik heb weer wat bijgeleerd en dan voel ik me soms met mijn 73 jaar dom dat ik die eenvoudige weetjes niet weet. Een haring kan 22 jaar worden, leeft meestal op een diepte van 200m, heeft een grijs- of blauwgroene rug en leeft meestal in de Noordelijke zeeën. Over de Hollandse Nieuwe: dat zijn haringen gevangen in mei-juni want dan zijn ze op hun vetst. In april zijn ze niet vet genoeg en in juli beginnen ze hom of kuit te vormen. De naam 'maatjes' komt waarschijnlijk van 'maagdenharing' dwz vooraleer sperma of eieren zich ontwikkeld hebben. Dat is al één weetje. Verder leerde ik wat 'kaken' of 'haringkaken' is. Bij vers gevangen haring wordt op de boot, de kieuwen en een deel van de ingewanden behalve de alvleesklier verwijderd vooraleer te pekelen als bewaarmiddel. De alvleesklier geeft tijdens dat bewaringsproces en rijpingsproces enzymen die de haring zijn typerende smaak geeft en minder bitter doet smaken. Deze methode zou in de 13-14e eeuw ontwikkelt zijn door Willem Beukelszoon, een visser uit Biervliet. Toen was dat nog Vlaanderen, nu Zeeuws Vlaanderen. Een bakharing of panharing, is dan een 'niet gekaakte of gepekelde haring'. Omdat men begin 1900 een parasiet ontdekte, de haringworm, wordt de vis eerst ingevroren vooraleer ter consumptie aangeboden. Daarom zal deze groene haring altijd zeer snel klaargemaakt en gegeten worden. Ze worden meestal gefileerd en met hun 'vel' bereid. Het is een vette vis en bevat veel Omega 3 vetzuren. Men kan dus zeggen: haring in het land, dokter aan de kant! Smakelijk en tot morgen
nr 13: daar staan de klompen. Dat wil zoveel zeggen als; tevergeefs wachten. Op het schilderij is dat het enige spreekwoord dat Brueghel over 'klompen' schilderde. Zoals jullie in de blog van 04/09/2021 konden lezen zijn 'klompen' belangrijk geweest in mijn familiale geschiedenis. Het beroep is ontstaan uit de bezigheid van de boeren die tijdens de winter tijd hadden om hun klompen te maken. Daar is een hele industrie uit ontstaan, die voornamelijk voorkwam in het Waasland. Daar liggen trouwens mijn roots. Ook de Kempen waren gekend voor hun klompenmakerijen en zijn nu nog altijd de leveranciers van de kleurrijke klompen voor de Gilles de Binche. Deze ambacht vond men voornamelijk in de streken waar wilgen en canadapopulieren weelderig tierden. Het vermoeden bestaat dat ze verbetering zijn van de 'patijn', een soort houten zool die de schoenen moest beschermen tegen de modderige en drassige straten in de Middeleeuwen. Deze 'trip' was een andere soort sandaal dan degene die de Romeinen en Grieken droegen. Meester Jan van Eyck (ca 1390-1441) schilderde een exemplaar op het portret van een echtpaar. Eigenaardig is wel dat klompen een Europees fenomeen waren vnl in België, Nederland en Frankrijk. Daarbuiten zijn ze eigenlijk alleen populair bij de shinto-priesters in Japan. Het was een werkschoen avant la lettre die zijn hoogtijdagen had medio 19e tot na de W.O.II. Vanaf 1950 toen er weer gewone schoenen beschikbaar waren, werd de klomp een symbool van armoede. In Nederland maakt de beschilderde klomp nog deel uit van de plaatselijke klederdracht en zeker bij het klompendansen op polkamuziek. De aanschaf van een gekleurd klompje is een geliefd attribuut om mee naar huis te nemen na een toeristische uitstap bij de Noorderburen. Nu zijn er de speciale werkbottinen om de voeten te beschermen bij de fysieke beroepen of de tuinlaarzen of de gekleurde croc's die onze voetjes sieren in caoutchouc. Het aantal spreekwoorden en gezegdes dat ik vond, wijst volgens mij op de ontzettende belangrijkheid van dit schoeisel. Méér dan 10. 'Hij-staan-op-zijn-woord-als-een-boer-op-zijn-klompen'. Werkelijk waar, de koppeltekens horen bij dit spreekwoord: eens iets gezegd wijzigt men zijn woorden niet meer, is men moeilijk van zijn standpunt af te brengen.'Nu breekt mijn klomp': van verbazing niet weten wat te zeggen. 'Dat heb ik nog nooit op een klomp horen spelen': dat is al te gek. 'Een boer op klompen': een lomperik. 'Dat zal mijn klomp niet roesten': ik maak me er niet druk om, het kan me niet schelen!. En weet ge wat: nu ga ik me optutten met mijn 'perlefinnekes', een Chanelleke nr 5 spuiten, mijn tweed jasje met tresjes aantrekken, en proberen of ik nog op mijn tweekleurige pumps kan staan!. Dan ga ik me in een tuin vol camelia's zetten en stap zo in de caroussel van Chanel. Ik heb nu al haar attributen opgenoemd die deze dame ooit voorzag voor alle vrouwen. Gabriëlle Bonheur Coco Chanel (1883-1971) was een fenomeen en heeft de vrouwen van de corsetten bevrijd. Een kwaliteitsparel was het Vlaamse woord van de dag. Dat moest ik in mijn blog eens gebruiken.
De zee blijft me telkens verbazen. Ze is een beetje zoals een vrouw die om de haverklap een nieuw kleedje aantrekt en van afwisseling houdt. Vandaag is de modetint 'bruin'. Soms donker, dan weer lichtbruin en waar de zon opvalt is ze bijna wit te noemen. Enfin de kleuren die chocolade soms kan aannemen, gaande van donker over lichtbruin en wit. Op deze 'Internationale Dag van de Chocolade' ben ik op weg om mijn voorraad van dat heerlijke voedingsmiddel aan te vullen dat ik terugvind in alle mogelijke vormen en bereidingen. Want er zitten gezonde vitaminen, mineralen en nog veel meer in de cacaoboon, weliswaar in minieme hoeveelheden zodat je er veel van moet nuttigen om de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid binnen te krijgen. Het zal weer een hartverscheurende keuze worden tussen al dat lekkere chocoladegerief. Chocoladetaarten, chocolade-ijs, chocoladepudding, chocolademelk, pralines, koekjes, er zijn al chocolade-sinterklazen gesignaleerd!!. Ik hou het gewoon bij mijn chocolade-repen, niet de 'koetjesrepen' die mijn kinderen in de brooddoos vonden, maar de 'witte' repen gevuld met praliné. Dat eet ik samen met mijn bokes bij het ontbijt. Volgens ingewijden is deze chocolade-dag ingesteld op de geboortedag van de stichter van de Hershey chocoladerepen (sinds 1894) in de USA, nl Milton S Hershey. Een van de grootste chocladefabrikanten in Amerika naast 'Mars'. In Europa zijn deze repen amper gekend. Toevallig is het vandaag ook een dag om Roald Dahl (13 september 1916-1990) te herdenken, die dat zeker verdient. Hij is de schrijver van 'Sjakie en de chocoladefabriek' en schreef het scenario voor de film "Willy Wonka and the Chocolate Factory" (1971). Maar hij heeft ontzettend veel boeken voor volwassen en jeugd gepubliceerd. Fictie, non fictie, verhalen, romans, rijmboeken, filmscripts. "Matilda" als boek en film kent iedereen en misschien, buiten Willy Wonka , ook de film "Chitty, Chitty, Bang, Bang" uit 1968. Een leuk weetje over Roald Dahl: hij heeft al zijn boeken met potlood geschreven! Ik weet niet of mijn volgende schrijver dat ook deed, maar de kans zit er dik in dat het gebeurde gezien de 'tijd' waarin hij leefde. Nicolaas Beets (1814-1903) Mijn generatiegenoten zullen zijn "Camera Obscura" ook hebben gelezen. Dàt werk schreef deze schrijvende, dichtende dominee onder het pseudoniem Hildebrand. Zijn rijmgedichten zijn prachtig om te lezen. Een laatste strofe uit een gekend gedicht:" .. De morgen die me wekte, begroette ik blij. Ik had zo zacht geslapen. En Gij, mijn Schild en Wapen, Waart nog nabij". Hij werd veel geparodieerd door andere schrijvers van zijn tijd, zoals door 'Cornelis Paradijs, een oud-makelaar in granen' pseudoniem van Frederik Van Eeden (1860-1932) toen hij "Grassprietjes" schreef, een parodie op al de huiselijke, vaderlandslievende en vrome proza van die tijd "...maar van allen toch de baas, is de groote Nicolaas. Wat heeft hij niet saâmgedicht. Hoeveel harten niet gesticht." Veel hartjes heeft deze dominee wel verwekt en meegewerkt aan de groei van de Nederlandse bevolking met 15 exemplaren.
Nr 12: daar hangt het mes uit! Een uitdaging durven aangaan. Dat heb ik gedaan met een blog te beginnen en onlangs met alle spreekwoorden te vermelden.