Een druilerige zondagochtend. Ik was toch niet zinnens een voet buiten te zetten en de hond ook geen poot. Alleen zijn de temperaturen echt aangenaam, zodat de verwarming nog niet echt moet aangezet worden. Dan herken ik dit jaar het systeem van mijn jeugd: warm of koud, de verwarming mocht niet aan vóór Allerheiligen. Niemand had toen zin in het vooruitzicht van weer maanden iedere dag met kolen te sleuren. Met een beetje geluk haal ik de verlofperiode door warmte van de buitenlucht te krijgen. Dat is nog altijd stukken gezonder dan welke warmtebron ook, binnenshuis. En goed nieuws, mijn punthoofd is verdwenen!!. With a little help from my friends, is alles weer tiptop in orde gekomen op mijn vernuftige apparaten. Een frangipanetaart was hun beloning en een big smile on my face. De laatste dag van week 42 eindigt in schoonheid en gemoedsrust. Ik kan gewoon eens overlopen of alles wat er in mijn gsm staat nog up to date is, want een week heb ik niks kunnen nakijken. Mijn gsm is mijn portable geheugen, mijn afsprakenboekje, kalender, adressen, verjaardagslijst, allerlei weetjes en nog zoveel meer. Dan begrijpen jullie best wat een gevoel dat geeft als dat allemaal is kwijtgespeeld. Enfin, een grote zucht van opluchting, ik zal niks meer kunnen vergeten want alles is opgeslagen zoals het hoort. Omdat het vandaag geen werkdag is ga ik ook niet snuffelen tussen de meer dan 20.000 beroepen die er op aarde uitgeoefend worden of er iets van mijn gading bij is. Ik maak er een luilekkerdag van, en een lekkere dag zal het zeker zijn want ik heb nog allerlei lekkernijen over van gisteren. De tuinman heeft gisteren de tuin eens eventjes goed gesoigneerd en gefatsoeneerd en er is in mijn patattenveld zowaar wat gras te zien. Tot morgen
Nog NIET gevonden waar ik al 'gans' de week naar op zoek ben en dat is geen neerhofhoender. Het wil zeggen, dat ik 'al' de dagen van week 42 probeer van alles in orde te krijgen zowel op pc als gsm en er niet in slaag. Daar komen dan dingen te voorschijn die ik niet vraag en mijn vragen blijven onbeantwoord. Nog eventjes geduld en misschien komt er deze namiddag een oplossing aangewaaid. Dat hoop ik althans. Maar het is vandaag 'CAPSLOCKDAG', gewoonlijk gebruikt op iets te benadrukken maar ik wil dit lettertype nog eens gebruiken om een moedige vrouw te gedenken: WILLEMIE, Marieke Vervoort (1979-2019) samen met haar steunen en toeverlaten de honden Zen en Mazzel.
Dan nog eens twee beroepen die ik in overweging kan nemen om uit het statuut van gepensioneerde te geraken. Een niet alledaags beroep maar dat dan zeker en vast één is: 'treinduwer, tramduwer'. Niet de John Massis (Wilfried Morbée, 1940-1979) spelen die met zijn tanden en handen alles kon bewegen, optillen, kraken en trekken. Nee, zorgen dat al wat op de trein of tram staat te wachten, veel of weinig volk, effectief op de wagon geraakt en kan meesporen naar de plaats van zijn bestemming. Queuing is uit den boze, duwen en porren tot iedereen als haringen in een ton zijn aansluiting naar de volgende halte niet kan missen of op de plaats van zijn bestemming geraakt. Ik kan jullie verzekeren dat er tijdens de zomermaanden de conducteur /-trice, soms uit de cabine stapt om dat beroep uit te oefenen. Vereisten zijn man-of vrouwkracht en overredingskracht. Het tot hiertoe mooiste beroep dat ik tegenkwam en waar ik zeker voor in aanmerking zou komen moest het dicht bij huis zijn: 'willekeurige Westerling'. Een job die effectief bestaat in het verre China. Er wordt enkel gevraagd, aanwezig te zijn in bepaalde bedrijven. Dàt om de indruk te wekken dat het een succesvol internationaal bedrijf is. Gewoon een beetje rondlopen in de bureau's of fabricagehal, eens knikken en weer verder. Met mijn natuurlijke charme en met een streepje glimlach, verover ik alle Chinese harten en ben mijn loon méér dan waard. Niets zeggen, niets doen, ik hoef zelfs geen Chinees te spreken of te verstaan. Ik zou zelfs mijn goodwill tonen en één Chinese zin leren om te antwoorden als ze mij een vraag stellen die ik niet kan, wil of mag beantwoorden : waarom wil je dat weten? Zelfs in sommige Chinese scholen wordt er soms een Westerling gevraagd om wat over en weer te lopen, en in mijn geval wandelen. Dat om aan de ouders de indruk te geven dat de school zéér goed is, zodanig zelfs dat er leraren uit het Westen er les willen geven. Dat is toch nogal een jobke nietwaar? Aanwezigheidscultuur noemt dat. Tot morgen
First things first: een jarige in de familie: veertien schone jaren voor een gouden kind.. Een gelukkige verjaardag en een prettig feestje. Waarschijnlijk zal er wel een 'degustatie' plaatsvinden door de 'ouderen'. Een discussie kan ontstaan of het een kwaliteitswijn of een uitzonderlijke wijn is. Heel simpel vast te stellen, is het 8-10 caudalie of 15-20. En een caudalie is de tijd waarbinnen men de aroma's na degustatie nog proeft. → 1 caudalie is 1 seconde.
Wat denkt ge, heb ik mijn e-mail op gsm in orde kunnen maken? Bijlange niet!! Ofwel wachten op een ingeving van het moment, ofwel nog uren zoeken, ofwel wachten tot mijn vrienden komen en dat is morgen. Om een beetje plezier te hebben en mijn punthoofd kwijt te geraken, dat vandaag gelukkig ook geen pijn doet, heb ik eens gekeken naar de meest gekke en bizarre beroepen waar de beoefenaars ook hun levensonderhoud mee kunnen verdienen. Misschien zit er iets leuks en doenbaars bij voor een gepensioneerde femme fatale ttz , de 'femme' is gebleven het 'fatale' is verdwenen. Dat brengt me direct bij het beroep van 'professioneel knuffelaar'. Die mag dan tegen een vergoeding op afgesproken tijdsstippen langskomen om iemand via strelingen eens een warm en goed gevoel te geven. Geen seksuele handelingen verrichten, dat is voorbehouden voor de 'hoerenloper' al is dat een verwarrende benaming. Degene die dat als beroep doet, wordt betaald door de overheid om illegale bordelen op te zoeken en vervolgens te sluiten. Leuk kan misschien wel een ' waterglijbaantester' zijn. Dat is toch wel nodig vooraleer het vakantieseizoen in de vakantieparadijzen en pretparken begint. Ik kan wel zwemmen maar of ik nog van die kronkelende glijbanen durf af te gaan is natuurlijk de grote vraag. Wat ook moeilijk voor mij zal zijn is 'matrasspringer': de stevigheid van de veren te controleren. Dat durf ik niet meer te doen, mijn botten zijn te broos. 'Levend reklamebord' door tatoeages te laten zetten van bedrijven, voedingsketens enz op armen, benen, en gezicht. Dat zie ik echt niet zitten om mijn frêle velleke aan inspuitingen met inkt bloot te stellen om een ander te plezieren. 'Senior food technologist' een duur woord om het honden- en katteneten te proeven. Uitgeschakeld!. Nu kom ik aan de gekke beroepen die ik een kans geef om uit te oefenen. 'Puntenslijper'. Omdat in de scholen geen potloden (dat is een hol houten stokje, waar dan een stift gemaakt van grafiet en klei wordt ingestoken) meer gebruikt worden, leert men ze ook niet slijpen. Daarom heeft men in bedrijven soms nood aan een iemand die dat perfect kan doen zonder er een stompje van te maken. 'Levende vogelverschrikker'. In de lente en zomer de vogeltjes van een kolenzaadveld doen wegvliegen. Af en toe eens uitrusten met een boekje in de ligzetel of wat snurken onderwijl, eens een stapke rond het veld doen. Vervelend is wel dat het moet gebeuren in een plastieken geel fluorescerend pak en die kleur staat me niet meer. Morgen de echte kanshebbers om van een gepensioneerd profiel af te geraken. Tot morgen
Mijn punthoofd is nog niet weg, het doet alleen geen zeer meer. Dat is op zich al een hele vooruitgang te noemen. De werkmannen hiernaast waren zelfs om 4u45 ter plaatse. Ik ben maar opgestaan en heb de was en de plas gedaan, dan was ik daar toch ook weeral vanaf.Maar de installatie op mijn gsm is een obsessie, vooral de mail wil maar niet lukken. Iedere keer krijg ik te lezen dat mijn gebruikersnaam en wachtwoord niet kloppen en dat is verschrikkelijk irritant. Ik voel me een idioot die niets kan en niets kan onthouden terwijl ik papieren heb liggen vol met wachtwoorden die nodig zijn. Enfin, nog wat geduld, mijn yoghurt eten, een kiwike daarna een chocolatte koekske met verse koffie erbij, dan zal het wel lukken zeker? En nu doe ik maar verder met te proberen een job te vinden die bij me past om de stempel van gepensioneerde van mijn voorhoofd te krijgen. Gemakkelijk zal dat niet zijn want mijn frontaal aanzicht heeft wat tekenen van ouderdom, zoals de bergen en de dalen op mijn tronie laten zien. Er moeten toch wel wat werkzaamheden te vinden zijn die geen jong ding nodig hebben en van thuis uit kunnen plaatsvinden zodat uiterlijke schijn er niet toe doet. En waarlijk, met wat zoeken vind ik vanalles. De enige vereiste: is dat op mijn lijf geschreven? 'Blogger en vlogger' staat als eerste op het lijstje. Er zijn er al zo velen me voorgegaan, dat er niks meer inzit voor mij. 'Ambachtelijk kunstenaar', als ik al exclusieve producten zou willen maken heb ik toch weer heel wat materiaal en ruimte nodig om me daar mee bezig te houden. Er is nochtans een afzetmarkt voor de 'DIY' (do it yourself) producten. 'Kleermaker' is ook nog zo'n beroep dat van thuis uit kan gebeuren. Dat heb ik jaren voor mezelf en mijn kroost gedaan en komt niet meer in aanmerking. 'Huiswerkbegeleider'. dat kan zonder diploma gebeuren de enige vereiste is wat kennis over het te maken huiswerk en veel geduld. 'Muzieklerares' kan ook in haar huis lesgeven maar dan moet er minimaal een instrument aanwezig zijn, al was het maar een blokfluit of castagnettes of een schuifelke. Heb ik niet, en als beroep niet van toepassing voor mij. 'Vertaler/tolk' is ideaal als je een polyglot bent, maar ik ben alleen maar straf om het West-Vlaams naar Vlaams en ABN te vertalen. Dat is dan voor een andere thuiswerker. 'Life coach' dat zou ik nog kunnen doen: adviezen aan mensen geven, oplossen van hun problemen vanuit mijn luie zetel. 'Gewichtsconsulent' kan ik ook doen, maar dan zonder Skype, zodat men niet ziet dat ik adviezen geef en ze zelf niet toepas. Hetgeen misschien wel nog zou lukken is 'hondenuitlaatster'. Maar dat doe ik voor mijn eigen woefke en die wil geen ander gezelschap hebben dan zijn baasje. Ik zal nog maar wat verder zoeken en mezelf voorhouden dat "ik niet alles moet geloven wat ik denk dat mogelijk is". Tot morgen
Wat bezorgde me een punthoofd?Al drie dagen maken de werkmannen bij de buren me met veel lawaai en gedruis wakker om 6u. Geen rustig ontwaken wel met een hoop luid gebabbel en gediscussieer, slaande deuren en portieren, stappen met dikke profielschoenen van de bouw met ijzeren tippen. Daarnaast was er ook de installatie van een nieuwe gsm die langs geen kanten lukte doordat er weer geen één 'password' is dat past. Ook een gure wind en een omfloerste zon. Dat waren al de noodzakelijke ingrediënten om me deze morgen met migraine op te zadelen. Toch nog altijd beter dan de 'burn out' van een Limburgse federerale minister waarvan ik zelfs niet wist dat ze minister van grootstedenbeleid en ontwikkelingssamenwerking was. Ik weet niet wat zij de voorbije jaren allemaal gedaan heeft met haar bevoegdheid om mentaal doodmoe te zijn en een rustperiode te moeten inlassen. Maar ik ben al van mijn pijn grotendeels verlost en is het méér dan tijd om een vervolg te breien aan de verloren gegane ambachten. Al zijn er die terug op de markt verschijnen en uitgeoefend worden door enkelen. Zoals de 'kolenbaas' van vroeger die eerst omgeschakeld was tot leverancier van mazout en nu hout en pellets levert aan de huisgezinnen. De 'molenaar', vroeger waren er ook maar enkelen. Nu is het veeleer een demonstratie beroep geworden. Wel kan men nog aan bepaalde molens vers gemalen graan bekomen. 'Loodklopper', dat is wel een beroep dat volledig is teloor gegaan en waar ik ten andere heel weinig info over gevonden heb. 'Rattenvanger'is een beroep dat terug in opmars is. Niet voor de muskusrat te vangen of het waterkonijn dat in sommige restaurants als delicatesse wordt klaargemaakt, of voor er een 'pelsen frak' van te maken. Nee, er moet aan de beekjes en rivieren terug ingezet worden op het vangen van de 'zwarte rat' die ook wel scheepsrat of de huisrat genoemd wordt en overbrenger is van de 'pest'. Dan is er nog het jagen op de 'bruine rat' die het bont maakt in de riolen en straten van de steden. Zij kan de ziekte 'Van Weil' overbrengen. Van een trouwe lezer kreeg ik nog een beroep dat helaas alleen nog in de geschiedeisboeken zal te vinden zijn; zaagzetter. Met een zaagzettang de tanden van een zaag, links en rechts om zetten zodat de zaag niet klemt bij het werken ermee. Het waren niet alleen de timmermannen die beroep deden op een zaagzetter maar ook beenhouwers om de beenderen van de dieren te zagen. Het was een reizend beroep en de zaagzetter en/of scharensliep trokken van straat naar dorp naar stad met hun handkar of een soort bakfiets, om de messen, scharen en zagen van de mensen te slijpen. Een scharensliep en zaagzetter, zijn uit het straatbeeld verdwenen. Het beroep wordt nog bezongen in het lied "Komt vrienden in den ronde" (niet dat van Nonkel Bob) opgetekent door Jan Bols uit Lubbeek (1842-1921) in zijn boek uit 1897 "Honderd oude Vlaamsche Liederen met woorden en zangwijzen". Tot morgen
....and live goes on and on....zong Freddie en dat merkte ik, toen ik om 6u het geluid van slaande deuren en portieren hoorde en het lawaai van boormachines, hamers, kloppen en over en weer lopen, enfin alle geluiden van een bouwwerf in het klein, bij de buren. Het is een mooie dag en ga niet klagen dat ik ten volle van deze zonnige dag kan genieten. Daarom dat ik eerst mijn blog moet doen en verder gaan met de 'oude' ambachten die stilletjes aan, één voor één verdwijnen. Een beroep dat waarschijnlijk weinigen nog zullen gekend hebben is 'porder'. Want werkte de boer op het ritme van dag en nacht en het klokkengeluid om wakker te worden, sinds de Industriële Revolutie moest iedereen op een bepaald uur in de fabriek zijn. De bazen en de arbeiders betaalden iemand om te zorgen dat ze tijdig aanwezig waren om hun taak uit te voeren. Dat was een job, die vóór dag en dauw werd uitgeoefend. Het betaalde goed, per cliënt (baas of arbeider) kreeg de porder tot 7ct/week. De porder was een 'levende' en 'menselijke' wekker. Heel succesvol in die tijd want hij had gemiddeld een 30-100 klanten per dag waar hij op de deur of slaapkamervenster moest gaan 'porren' met een hengesltok, een knuppel of andere lange stok. Het was een beroep dat veel uitgeoefend werd door weduwen die als alleenstaande en paria in de maatschappij, het financieel zeer moeilijk hadden.Tot in 1945 er de opkomst was van de 'betaalbare' echte wekkers en het beroep voorgoed verdween in de annalen van de geschiedenis. Nog zo'n vergankelijk beroep is 'touwslager'. De garens voor de touwen waren meestal van hennep en gebeurden in de buitenlucht. Lange dreven, soms meer dan 300m en die soms met zeilen overdekt waren om voor beschutting te zorgen bij regen, waren nodig om de touwen te 'slagen'. Een bepaalde hoeveelheid afgewerkte touwen werden in 'kuilen' opgeslagen en 'kuil' geeft nog altijd een standaardlengte (220m) aan voor de dikke trossen en andere touwen. Omdat ze vooral voor tuigage van zeilschepen werden geslagen en dienstig waren, vonden die bedrijvigheden vooral plaats in de havens. Nu geeft alleen nog de straatnaam de plaats aan waar dergelijke touwen werden vervaardigd zoals in Oostende 'Lijnbaanstraat', of de 'Lijndraaiersstraat'. De bekendste is wel de Reeperbahn in Hamburg. Een 930m lange straat waar de 'touwslagers/Reepschlägern' hun bedrijvigheden hadden. Nu vooral gekend als uitgaansbuurt met disco's, dancings, cafés maar zeker en vast ook voor de tippelaars, de raamprostitutie en de eroscentra. Morgen weer een ander 'oud ambacht'.
"De kortste woorden 'ja' en 'nee', vereisen het meeste nadenken" zei Pythagoras (ca 570vC- ca 500vC). Maar gelijk heeft hij zowel voor z'n gezegde als voor zijn formule. Dat is de man die me in het 2e middelbaar opzadelde met a²+b²=c²oftewel één van de 'ezelsbrugskes' voor de wiskunde. Tot morgen
Het lukt me niet om op een luchtige manier te schrijven. Ik heb gisterenavond een hoofdstuk in mijn leven afgesloten door het overlijden van een vriendin. Een hoofdstuk van, vooral de laatste jaren, telefonisch contact en via andere nieuwe media. Ik leerde haar in 1980 kennen via een gezamelijk hobby: alle vormen van handwerken. Al spoedig leerde ik ook nog een 2e vrouw kennen. Met ons drieën, Tilly (1943-2022), Irene (1934-2003) en dat 'meisje van 1948', beleefden we de wonderlijkste tijden. Daar groeide een intense vriendschap uit. We vormden een beetje de 'drie ongewapende musketiers'. Onze bezigheden waren ontwerpen van breigoed, uitproberen, draad zoeken, stoffen zoeken en naaien, modellen maken maar ook veel babbelen, klappen, zeveren, lachen maar vooral elkaar doorheen alle obstakels van het leven te loodsen. Bij het overlijden van Irene sloeg het ons met verstomming. Omdat we alle kapellekens die we onderweg tegenkwamen binnengingen om een kaarsje te branden staat het gebedje, dat we ooit eens gevonden hadden en altijd en overal opzegden, op haar prentje. Ik schrijf het nu voor Tilly en daarmee sluit ik ook vandaag af. Je ne sais pas prier, Je ne sait que dire, Je n'ai pas beaucoup de temps.....Alors? La lumière que j'offre, est un peu de mon bien, un peu de moi même que je laisse devant le Seigneur, devant la ste Vierge, devant un Saint. Cette lumière qui brille, symbolise ma prière que je continue, tout en m'en allant.........Tot morgen