Vandaag verjaart er een 'bloem' van een meisje in de familie, 15 lentes/zomers jong. Er zal duchtig gevierd worden want het mag weer allemaal in groep gebeuren. En op deze eerste dag van de nieuwe maand is het: ciao, arrivederci Julius, benvenuto Augustus. Ik wuif een keizer van het Romeinse Rijk (753vC- 476, val West-Romeinse Rijk) uit, en verwelkom een andere. Al zijn het voor mij gewoon twee zomermaanden. Er zijn al 2 van de drie zomermaanden gepasseerd en de balans is: aangename droge zomer tot hiertoe. Ik mag de spreuk niet vergeten: zo d'eerste week van augustus is heet, dan staat een lange winter gereed. Mijn wens van regen in de nacht, is uitgekomen. Wat kwam er tegelijkertijd mee tevoorschijn? Een zielig insectje van amper 1 cm lang met een gewicht van 2,5 mg, een zielige topsnelheid van 2km/u, een fragiel lichaampje met 6 dunne pootjes, antennes bovenop een lelijke kleine kop met een zuigsnuit: de mug!!! En meteen was de nachtrust ook gaan vliegen. Dat was nu vandaag eens de gelegenheid om wat meer over deze Dracula, de vampier, dat bloeddorstige monster te weten te komen: is verzot op donkere kleuren, op kooldioxide dat we uitademen, op de lichaamswarmte, op speciale bloedgroepen zoals O (ik heb A), op zweet en iets nieuws voor mij 'zure tenen'. Het beestje houdt van 'boterzuur'. Dat ontstaat als voetzweet in aanraking komt met de natuurlijke bacteriën op onze voeten. Weer al iets bijgeleerd.
Nr 44 van de kinderspelen van Breughel: bruid en bruidegom spelen, rozen- en klaprozenblaadjes strooien over een bruidstoet. Wel, ik moet zeggen dat dit spel dikwijls gespeeld werd bij de neven en nichten of bij jeugdvriendinnen. De meisjes werden allemaal mooie bruiden en de jongens werden afwisselend bruidegom of meneer pastoor. Het 'altaar' werd van de nodige ingebeelde wijn en ingebeelde hosties voorzien, en een preek kwam er ook aan te pas. Met kleren van onze moeders of zelf rap in elkaar geflanst. Natuurlijk de hoge hakken niet vergeten, al struikelden we daarmee over onze eigen voeten. Maar plechtstatig 'schreden' we wel voorbij elkaar en af en toe kregen we ook zo'n bloemblaadje op ons hoofd van de toeschouwers die een uurtje later aan bod kwamen om te 'trouwen'. Een paar dagen geleden was er een heilige Alphonsine (1910-1946) en vandaag een heilige Alphonsius (1696-1787) en dat deed me herinneren aan de moeder van een kameraadje wiens moeder dezelfde naam als de heiligen had. Samen speelden we wel eens trouwerij na. Alphonsine, was naaister van beroep, en maakte voor onze poppen de mooiste kleedjes uit de restantjes van hetgeen ze voor haar klienteel maakte. Op die manier leerde ze me toen ook de rijke weefsels kennen zoals zijde, crêpe de chine, wilde zjde, chiffon, tafta, linnen, glanskatoen, tweed..... Stoffen die gebruikt werden voor gewone- en feestkledij. Niet alleen dàt, ze toonde ook hoe je 'profijtig' met dure stoffen kon omspringen en wat er met de restjes kon gemaakte worden (sjaals, zakdoekjes... en natuurlijk poppenkleedjes).Tot morgen
|