Een dag begint en vraag me af, wat zal me een glimlach bezorgen? Geen heilige, noch een citaat, noch een Vlaams woord van de dag. Dat is 'kruispuntbank': een databank die vanuit verschillende bronnen mijn gegevens combineert en groepeert. Het is 'bangelijk' wat er over mij allemaal bijgehouden en geweten is. En met 'bangelijk' bedoel ik nu niet 'fantastisch of geweldig'. Het jaagt me schrik aan en toont wel dat 'privacy' een overroepen woord is. Wat is er nog privé? Als je het mij vraagt, enkel mijn gedachten! Die staan nog niet op mijn voorhoofd geschreven, niet met bic, niet met potlood. En vandaag is het toch wel de 'Internationale Dag van het Potlood' en daar mag toch iets over gezegd worden. De lectuur over dit stukje hout bezorgde me een slappe lach. Een heel belangrijk attribuut in ons leven en toch miskend. Van peuter naar kleuter zetten ze met de potloden de eerste stappen, richting geschreven wereld. De eerste bekende beschrijving is gegeven door Conrad Gesner(1516-1565) een Zwitserse geleerde. Het potlood met een stift van grafiet en klei, is bekend onder het Franse patent nr 32, toegekend in 1794, aan Nicolas-Jacqueq Conté (1755-1805), schilder en uitvinder. Een ander patent wordt in 1858 aangevraagd voor een potlood met bijgevoegde gom, door Hymen Lipman (1817-1893). Aan wikipedia vroeg ik de vertaling van de tekst bij Lipman. Terstond was er de Nederlandse naam van dit heerschap: 'Maagdenvlies' Lipman. Want 'hymen' is de Engelse naam voor dat vrouwenonderdeel, en vertalen doen ze consciëntieus bij de encyclopedie van het internet. Vandaar mijn uitproesten, vroeg op de dag. Leep was hij ook, hij verkocht zijn patent voor 100.000 $ aan een heerschap dat binnen de kortste keren potloodfabrikant Faber voor de rechter bracht voor inbreuk. De rechter oordeelde het octrooi ongeldig omdat de samenvoeging van 2 bestaande dingen niks nieuws opleverde. Voor de volledigheid de soorten potloden: standaard is het grafiet met houten omhulsel, vulpotloden, timmermanspotlood, paringspotlood, aquarelpotlood, houtskoolpotloden en niet te vergeten ons 'stempotlood'. Vincent Van Gogh (1853-1890) wilde enkel de 'faberpotloden' gebruiken voor zijn tekeningen. Op zijn verjaardag is er ook de 'Wereld Bipolairen Dag', vnl omdat Vincent met deze stoornis te maken had, wat men postuum heeft gediagnosticeerd. Samen met broer Theo, zijn ze begraven in Auvers-sur-Oise. De begraafplaats is de moeite van het bezoeken waard. Maar geen dag zonder muziek en vandaag is dat een dichter. Veel van zijn gedichten werden later van noten voorzien. Dat kon perfect omdat de poeet, de klank van zijn woorden belangrijker vond dan de inhoud: Paul Verlaine (1844-1896). Zangers Léo Ferré, Charles Trenet, Georges Brassens gebruikten de tekst van "Chanson d'Automne" als leidraad. Gealludeerd ook in een lied van Serge Gainsbourg uit 1973: "je suis venu te dire que je m'en vais, comme dit si bien Verlaine, au vent mauvais". De mooiste melodie en lied is dat van Julien Clerc, "Hélène" uit 1987: "Hélène, je suis pas Verlaine, mais je t'écris quand-même, que je t'aime Hélène". Ik ben ook geen dichter zoals jullie al weten. Tot morgen
|