Voor kinderen en jongeren bidden we U God: Maak ze scherpzinnig en sterk, Bestand tegen leugens en schijnwaarden, Tegen de giftige lucht Die ze tegen wil en dank moeten inademen.
Beloof ze uw licht op hun wegen, En de moed om ook in het donker hun weg te zoeken.
Zegen ze met vriendschap en liefde En met kracht in uren van eenzaamheid,
Zegen ze met vreugde Zegen ze met tranen,
Vul hun dagen met werk en rust, Met ernst en spel
Roep ze tot vrijheid Roep ze tot dienst
Bewaar ze zoals ze zijn op deze dag En laat ze toch veranderend groeien, Maak ze hoopvol voor de dagen die komen,
En wees Gij voor alle mensenkinderen, De Vader en de Moeder, De ongeziene bondgenoot, De Stem in het huis van het hart.
De engel aarzelde een korte stond, ontroering sloot zijn gezegende mond en in zijn licht stond hij verblind: Hij zocht een vrouw en vond een kind, dat naar hem opkeek, argeloos rein, en te verbaasd om moeder te zijn. Hij sprak de boodschap met fluisterende mond toen hij van vreugde de woorden vond.