Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
E-mail mij
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
Doorheen de dagen
Ervaringen besproken
13-12-2009
Meditação para o 3e Domingo do Advento
Hoje lêmos no Evangelho de Lucas, capítulo 3,
versículos 10-18.
No calendário do Sagrado Coração se acha essa
meditação muito concreta para o Brasil, e para o mundo inteiro.
A chamada de João para a partilha é de uma
atualidade tremenda! Em um país de pobres e miseráveis é impossível falar de
conversão, sem apontar gestos concretos de solidariedade. Abrir o coração e as
mãos ao necessitado, aos que sofrem a crucificação da fome e da nudez é a
condição primeira para acolher o Reino, como dom. São capazes de acolher o
Reino os que se comovem diante dos gritos famélicos, os que se abrem à alegria
da vida. São aptos para o Reino os que não se deixam corromper e não aceitam
subornos a fim de que a injustiça permaneça, tirando a vida aos crucificados.
São aptos para acolher o Reino os que se opõem às graves violações da dignidade
humana. Insistir na mudança radical nas relações entre as pessoas, em atitudes
concretas, dá a João Batista o privilégio de ser o maior de todos os profetas.
Irmã Magda Brasileiro,
Nuevo Laredo/Mèxico
- - - - -
Nederlandse vertaling:
De Calendário do Sagrado
Coração (De Almanak van het Heilig Hart, dit is een uitgave van de
Braziliaanse Paters Franciscanen) geeft vandaag deze overweging, die heel
concreet is voor Brazilië en voor de hele wereld.
De oproep van Johannes de Doper
om te delen vertoont een huiveringwekkende actualiteit. In een land met armen
en berooiden, kan je onmogelijk spreken van bekering, zonder concrete
gedragingen aan te wijzen, die solidariteit uitstralen. Hart en handen openen
voor de behoeftigen, voor hen die lijden onder het kruis van de honger en de
armoede (letterlijk staat er: naaktheid) is de eerste voorwaarde om het Rijk
Gods als een gave te kunnen ontvangen. Gereed om dit Rijk te ontvangen zijn
deze mensen, die ontroerd worden door de schreeuw van de hongerlijders, en die
mensen die openstaan voor de vreugde van het leven. Gereed om dit Rijk te
ontvangen zijn diegenen, die zich niet laten omkopen en geen smeergeld aannemen
waardoor het onrecht blijft duren, dat aan gekruisigde mensen het leven
ontrooft. Gereed om dit Rijk te ontvangen zijn zij die zich verzetten tegen de
vreselijke schending van de menselijke waardigheid. De oproep tot een radicale
verandering in de menselijke verhoudingen in concrete daden verleent aan
Johannes de Doper het voorrecht om de grootste van alle profeten genoemd te
worden.
(Het evangelie is genomen uit Lucas, 3de
hoofdstuk, verzen 10-18Lucas 3,10-18
Terwijl hij in de woestijn predikte en doopte, vroegen
sommige mensen aan Johannes de Doper: Wat moeten wij doen? Johannes gaf duidelijke, directe antwoorden, aangepast
aan ieders concrete situatie. Niet iedereen zal daarmee blij geweest zijn, want
dat ging nogal in tegen hun gewone manier van doen. Dat eiste bekering of
ommekeer dus.
En toch, aldus Johannes, is dat de enige manier om
klaar te staan als, na mij, diegene komt, die groter en sterker is dan ik. Die
grotere hoopt eens te meer naar onze wereld te mogen komen, in ons en onder
ons. Maken we ons klaar om Hem te ontvangen?
Kerstmis
hangt dan wel al volop in de straten, maar in de kerk is Johannes de Doper nog
steeds op post. En die spreekt geen zoete woordjes. In de beste traditie van de
oude profeten, houdt hij een donderpreek: de Messias, die vlakbij is, heeft de
wan in zijn hand, hij zal zijn dorsvloer eens goed opruimen en het kaf zal hij
verbranden. In de kerk is het nog geen feest vandaag. Dat begint pas is in de
kerstnacht. Tot dan is het leven met een groot verlangen.
Geen
zalig afwachten in de zin van: nog even geduld, het zal wel vanzelf goed
komen. Johannes spaart zijn toehoorders niet, hij wijst hen terecht: Breng
vruchten voort waaruit bekering blijkt. En zonder omwegen geeft hij heel
concrete voorbeelden als ze hem vragen: wat moeten wij doen?
Godsdienst
God dienen heeft voor Johannes weinig te maken met een zelfzeker en warm
gevoel van binnen. Wat denken jullie wel, zegt hij tegen de massa die naar
hem toekwam in de woestijn. Wat denken jullie? Wij zijn toch wel goed in Gods
ogen. Wij zijn zijn volk, wij zijn uitverkoren, en nu zijn we ook door u
gedoopt, wat kan ons nog gebeuren? Ik doop u wel met water, zegt Johannes,
maar er komt iemand die groter is. Hij zal u dopen in heilige geest en vuur.
Een
kindje, dat gedoopt wordt, het is zo mooi en vertederend. Maar dat lieflijke
doopsel met water is maar een begin: de echte doop moet dan nog volgen, in
heilige Geest en vuur.
De
doop van Johannes, en ons sacrament van het doopsel, doet ons onszelf bevragen.
Wij zijn gedoopt met water, maar leeft zijn Heilige Geest, dat vuur van Jezus
ook in ons?
Wij
bidden dat wij in deze dagen van de Advent vuriger gaan geloven en meer
openstaan voor zijn heilige Geest. Zo kan Hij telkenjare wat meer naar ons,
naar onze aarde komen.
Soms
zullen wij dagen kennen met dat warm gevoel van binnen. Dan mogen we dankbaar
zijn, want dat kan ons helpen. Maar
dikwijls zal die steun er niet zijn. Vooral dan en dat kan dikwijls zijn
zullen wij leven van het verlangen dat het vuur van zijn Geest weer oplaait en
in ons mag blijven branden, want dat laaiend vuur, het dove niet!
Bij het ontbijt meteen getroffen
door twee krantenkoppen, artikels en bijgaande fotos. Vooral misschien omdat
ze mede door hun contrast meteen de vinger op een bijzonder tere wonde
leggen.
Nog een Belg met macht? Louis Michel in
running voor VN-topjob.
De kans is zeer groot dat Louis Michel maandag verkozen wordt tot
voorzitter van de Algemene Vergadering van de VN voor een jaar. Een nieuwe
prestigieuze functie voor België.
Na Herman Van Rompuy als voorzitter van de Europese Raad en Karel De
Gucht als toekomstig Europees Commissaris voor Handel staat België dus opnieuw
op het punt een prestigieuze internationale functie in de wacht te slepen.
Toegevoegd is een lijstje van Belgen aan de absolute politieke top. We
lezen o.m.: De belangrijkste functie is natuurlijk die van Herman Van Rompuy, als allereerste
Voorzitter van de Europese Raad, zeg maar Europees president. Ook Karel De Gucht kreeg onlangs een
topfunctie. Sinds juli dit jaar is hij Europees commissaris voor
Ontwikkelingshulp. In de Commissie Barrosso II krijgt hij de veel belangrijkere
portefeuille Handel. Sinds deze zomer is Guy
Verhofstadt fractieleider van de liberale ALDE-groep in het (Europese)
Parlement. Begin deze maand werd Wilfried
Martens herkozen als voorzitter van de Europese Volkspartij, de Europese
formatie van christendemocraten en conservatieven. Annemie Neyts tenslotte is voorzitster van de Europese Liberale en
Democratische Partij, ELDR.
Macht en prestige zijn hun van
harte gegund, zeker aan Herman Van Rompuy, die ik al vele jaren geleden als een
bijzonder intelligente, wijze en ook hartelijke studievriend mocht leren kennen
aan de faculteit Economische en Toegepaste Economische Wetenschappen van de
K.U.L. Zijn latere publicaties, ook en vooral buiten zijn vakgebied van
economie en politiek hebben dit imago alleen maar versterkt. Ook aan de anderen
is deze macht en dit prestige gegund. Met de stille hoop dat zij er naar mogen
streven en in zekere mate ook mogen in slagen een stem te verlenen aan
machtelozen en mensen zonder stem.
Want de andere krantenkop
onthulde meteen een uiterste vorm van onmacht:
Bettina (6) doodgereden voor ogen
van zusje in Waregem.
Een rampzalige stuurfout van een bejaarde man heeft gisterenmiddag een
vreselijke tol geëist op de parking van een warenhuis in Waregem. Onder de ogen
van hun moeder en grootmoeder reed hij op het zebrapad twee zusjes aan. De
6-jarige Bettina Verhellen overleefde de aanrijding niet, haar z7-jarig zusje
Alexandra werd lichtgewond.
'Enkele uren geleden heb ik Bettina nog zien lachen toen we in de klas
leerden hoe we een foto moeten maken', zegt Angelique Ampe stil. 'Ze had
speciaal een mooi kleedje aangetrokken. Och, ik kan het nog altijd niet
geloven.' De juf van het eerste leerjaar van de stedelijke basisschool in
Beveren-Leie zou graag iets doen met die laatste foto om de ouders een klein
beetje troost te schenken.
'Bettina was een lief en braaf meisje,
een beetje teruggetrokken maar plichtsbewust en ze kwam graag naar school. We
hadden op 7 november nog haar verjaardag gevierd. Haar zusje Alexandra had ik
vorig jaar in mijn klas. Zij was wat meer open en altijd welgezind. Het waren
alle twee bijoukesvan
kinderen.'
'Mijn collega van de duobaan en ik gaan zeker de ouders opzoeken', zegt juf
Angelique. 'En misschien kunnen alle kindjes een tekening maken. En ik wil hen
zeker ook de nieuwjaarsbrief overhandigen die Bettina had geschreven voor haar
mama en papa. Een schrale troost, maar
wat kunnen we meer doen?'
Juf Angelique is mij volkomen
onbekend, maar ik kan alleen maar stille bewondering opbrengen voor de mooie
blijk van menselijk medeleven, die uit haar woorden spreekt. Mogen onze dames
en heren met prestige en macht ook waarachtige ladies en gentlemen van het hart
blijken. Het zou wat warmte brengen in onze wereld, waar het hart zo vaak moet
zwichten voor berekening. En waar de stem van kleinen zonder macht en prestige
zo vaak verstomd en gesmoord wordt door groten met prestige en macht.
Tot slot, een gedicht van Willem
Elsschot, die op zijn unieke, persoonlijke manier, zijn menselijke onmacht
verbijt.
Een nachtje rustig geslapen, maar
even later werd een kop koffie bijna fataal, wegens slikproblemen bij een
krantentitel.
Groot kruisbeeld op kerkhof
taboe?
De discussie over de scheiding
tussen kerk en staat flakkert ook in ons land opnieuw op. Bedoeling is het
principe van de scheiding tussen kerk en staat, dat in de grondwet is
verankerd, absoluut te maken.
De indieners willen onder meer een algemeen hoofddoekenverbod voor iedereen die
een 'opdracht van openbare dienst uitoefent'. Niet alleen mogen ambtenaren in
de uitoefening van hun functie op geen enkele manier hun religieuze of
levensbeschouwelijke overtuigingen kenbaar maken, ongeacht of ze in contact
komen met het publiek of niet. Het verbod zou bijvoorbeeld ook gelden voor
bijzitters en voorzitters van stembureaus.
Voorts mogen op roerende en onroerende goederen met een openbare bestemming
geen religieuze tekens meer te zien zijn. Dat zou bijvoorbeeld ook gelden voor
begraafplaatsen. Een religieus symbool op een individueel graf zou nog mogen. Maar kruisbeelden aan de ingang van een
kerkhof of op een centrale plaats moeten verboden worden.
Daarnaast wil het wetsvoorstel komaf
maken met het Te Deum, dat jaarlijks wordt georganiseerd ter gelegenheid van de
nationale feestdag. 'Er moet een einde gemaakt worden aan de verwarring
tussen de officiële feestdagen, die zich richten tot alle burgers, en
religieuze plechtigheden die zich per definitie slechts richten tot een
bepaalde categorie onder hen, eventueel een minderheid.'
uit Het Nieuwsblad van 9
december 2009
De nacht daarop evenwel de slaap
niet gelaten. Na een dag bezinken functioneerden ademhaling en spijsvertering
weer naar behoren. En dat beterde er nog op toen we weer een krantentitel
zagen.
Stop de waanzin
De commissie institutionele
aangelegenheden van de Senaat buigt zich vandaag over een wetsvoorstel van PS,
Open VLD, MR enEcoloover de scheiding van kerk en staat. Dat
principe staat al in de grondwet. Met hun wetsvoorstel willen ze die scheiding
absoluut maken.
Mocht het wetsvoorstel ook wet worden, dan heeft dat verregaande gevolgen zoals
een algeheel verbod voor ambtenaren op het dragen van een hoofddoek tijdens de
diensturen en een verbod voor burgemeesters om in hun hoedanigheid van
burgemeester mee te lopen in een processie. Het zou ook betekenen dat er geen
kruisbeelden meer mogen staan op kerkhoven.
Maar goed dat er een scheiding is tussen kerk en staat. Maar goed dat de wetten
van de staat voor gaan op de geboden van de katholieke kerk en straks gezien
de demografische evoluties misschien wel op de sharia. Maar waarom die
scheiding tussen kerk en staat zo absoluut te maken? We hebben niet de indruk
dat de katholieke kerk nog erg bedreigend is. Of is het uit vrees voor de
islam?
Waar zijn we toch mee bezig? We vinden
van onszelf dat we tolerant zijn, dat we iedereen een plaatsje onder de zon
gunnen, dat we respect hebben voor ieder zijn overtuiging. Maar in de feiten
hebben we van alles last. Alles wordt verboden. Weg met de hoofddoek. Weg met de kruisbeelden in overheidsgebouwen en op kerkhoven, sorry,
begraafplaatsen. Geen minaretten. Geen kerststallen in de stad. Sinterklaas is
niet langer welkom in gemeenschapsscholen en zijn helpers mogen niet meer zwart
zijn.
We zitten op een hellend vlak. Vandaag worden de religieuze symbolen aangepakt.
Wat wordt het morgen? Wordt het Rotary-speldje verboden wegens te elitair?
Wordt het dragen van een voetbaltruitje in de stad verboden omdat het agressie
zou kunnen uitlokken bij supporters van een andere club? Wordt straks de roos
verboden omdat die doet denken aan de socialisten?. En wordt het blauw
krijtjespak verboden omdat dit symbool staat voor snelle managers en - nog
erger - bankiers?
Deze waanzin moet ophouden. Het wordt de
hoogste tijd dat we weer respect gaan opbrengen voor de anderen. Ook
wanneer die een andere politieke overtuiging hebben. Ook wanneer die een andere
godsdienst belijden. Ook wanneer die een andere huidskleur hebben. Ook wanneer
die seksueel anders geaard zijn. Ook wanneer die voor een andere voetbalclub
supporteren. Wanneer iedereen de andere respecteert, zal iedereen ook zelf
gerespecteerd worden. Het zou het samenleven ten zeerste vergemakkelijken. En
stomme wetten overbodig maken.
uit Het Belang van Limburg, 10 december 2009
....
En weer een nachtje later waait
een mailtje mijn Postvak In binnen:
Wetsvoorstel scheiding kerk
en staat afgevoerd
Het betwiste wetsvoorstel dat een
absolute scheiding tussen kerk en staat wou doorvoeren, is gisteren afgevoerd
door de Senaat. Dit melden de Corelio- kranten.
Het wetsvoorstel stond op de
agenda van de commissie Institutionele Aangelegenheden omdat de indieners dat
gevraagd hadden en het bureau van de Senaat daarmee ingestemd had. Van de indieners was echter geen spoor te
bekennen op dat moment. De meeste partijen hadden het wetsvoorstel
veroordeeld. Het werd dan ook afgevoerd.
......ZUCHT .....
Soms krijgt een mens in een mum van tijd meer opgedist dan goed is voor een
bejaard hart. En dus prezen wij onszelf dolgelukkig toen we in onze mailbox ook
wat wijsheid van Ian Hunter vonden. Het leek wel of mijn Nederlandse correspondent
een paar dagen het reilen en zeilen bij zijn zuiderburen had gevolgd:
Er is niets
verkeerds aan af en toe te falen;
je leert meer van mislukkingen dan van succes.
Ian
Hunter
Meer dan twee, drie dagen had hij
niet nodig gehad blijkbaar. Toeval
of niet?
The unbearable lightness of
being, De ondraaglijke lichtheid van het bestaan titelt de Tsjechische
auteur Milan Kundera. Voor de proleet Schubert was het bestaan niet licht, wel
ondraaglijk, zoals voor zoveel proleten van toen en van nu.
Wellicht klinkt de combinatie
proleet en Schubert voor velen vreemd. Maar zo was zijn korte bestaan
amper 31 jaar is hij geworden in de buitenwijken van Wenen. Hierdoor was ook
zijn gezondheid allesbehalve. Als het leven, persoonlijk of collectief, zo
zwaar wordt dat het woord ondraaglijk zich aandient, zoek je alweer
individueel of samen naar een manier om te overleven.
Zijn ietwat late tijdgenoot,
Marx, maakte een grondige analyse van de kapitalistische maatschappij en zag
een uitweg in klassenstrijd en revolutie. Tot op vandaag zijn er mensen en
groepen die voor een gelijkaardige, gewelddadige strategie opteren: geweld
vanuit de onmacht en de onmogelijkheid om door dialoog en overleg op vreedzame,
geweldloze wijze een uitkomst te vinden uit dit ondraaglijke bestaan. Anderen,
vroeger en nu, kiezen voor andere strategieën om te overleven: de massale migratie,
om politieke, economische en nu zelfs klimatologische redenen is zo een weg
ten leven.
Een kleine groep van mensen
zoekt, mede door het talent waarmee zij begiftigd zijn, een uitweg in de kunst,
hetzij door zelf kunst voort te brengen, hetzij door weg te dromen en een
levensvervulling te vinden in het werk van anderen. Denken we maar aan wat Jan
Hoet jaren geleden op de trams in Gent liet aanbrengen: Kan kunst de wereld
redden?
Schubert was, veel meer dan de
doorsnee sterveling, getalenteerd. Als kind al werd hij tot de muziek geleid,
en zijn leven lang heeft deze muziek zijn leven een zin gegeven. In meer dan
600 liederen en in tal van andere composities leefde hij op, leefde hij zich
uit, leefde hij intens en vluchtte hij. De laatste jaren van zijn leven was
zijn gezondheid soms zo belabberd, dat hij het bed niet uitkwam, maar zelfs dan
schreef hij muziek, van 6 uur s morgens, lange dagen lang, soms tot na
middernacht.
De speelse lichtvoetigheid van
vele composities verhulde het verdriet van zijn intrieste leven. Velen, eigenlijk
iedereen op misschien één of twee intimi na, hadden geen weet van de spirituele
ondergrond, waaruit deze aanlokkelijke, meeslepende, innemende muziek
opbloeide. De lieflijke bekoorlijkheid hield de innerlijke tragiek goed
verborgen.
Jos Meersmans vatte dit tweespalt
in de ziel van Schubert op meesterlijke wijze samen, aan het einde van zijn
geacteerde vertelling. Het was een kippenvelmoment, om de adem in te houden:
Der
Leiermann uit Die Winterreise:
Drüben hinterm Dorfe steht ein Leiermann,
Und mit starren Fingern dreht er, was er kann.
Buiten achter het
dorp staat een liereman,
en met starre
vingers, draait hij wat hij kan.
Barfuss auf dem Eise wankt er hin und her,
Und sein kleiner Teller bleibt ihm immer leer.
Barrevoets wankelt
hij over het ijs,
en zijn klein bord
blijft altijd leeg.
Keiner mag ihn horen, keiner sieht ihn an,
Und die Hunde knurren um den alten Mann.
Niemand hoort hem,
niemand kijkt naar hem om,
en de honden knorren
om de ouwe man.
Und er lässt es gehen, alles wie es will,
Dreht, und Seine Leier steht ihm nimmer still.
En hij laat alles
gebeuren zoals het moet gebeuren,
hij draait en zijn
draailier staat niet stil.
Wunderlicher Alter, soll ich mit dir gehn?
Willst zu meinen Liedern deine Leier drehn?
Wonderlijke oude
man, zal ik met u meegaan?
Wilt gij mijn
liederen op uw draailier spelen?
Schubert, man van twee kanten: voorkant en achterkant, uiterlijk en
innerlijk. Schubert, de parel en de paria. Langs de voorkant is er het zonnige,
het luchthartige, het schijnbaar oppervlakkige: meneer Biedermeier en de
glitter van de wals. Langs de achterkant is er het marginale, de koude vochtige
zolderkamer, het gebrek aan erkenning, de vlucht in de romantiek, de boodschap
achter het lied en uiteindelijk pijn tot op het bot. Tussen de twee overleeft
Frans Schubert tot vandaag: depressieve teneur achter directe charme, de
verborgen boodschap achter het masker van meneer Biedermeier. Slechts één keer
wordt dat masker volledig weggerukt, namelijk in Die Winterreise. Toen
begrepen zelfs zijn vrienden hem niet meer.
Wat ik heb gemaakt is er door het verstand
van muziek en door mijn smart.
Met een onuitsprekelijke
dankbaarheid aan dhr. Jos Meersmans.
---
Voor vandaag is de tijd op.
Minstens één belangrijk moment ontbreekt nog volledig in deze ademruimte,
gespreid over drie dagen. Wat vermag het geloof, oog in oog met de
ondraaglijkheid of onvoldaanheid, die op telkens nieuwe wijzen in s mensen
leven aan het licht treedt. Voorlopig laten we het bij twee gevleugelde woorden.
Het geloof is een van de mogelijke verhalen om je
wonden zin te geven.
Waarom zou je mensen daarvan willen genezen?
Waarom zou je daarom lachen?
Kristien Hemmerechts, in De Standaard van
27/02/2009
Verder mijmerend
over: Verhuld verdriet: Wenen in de tijd
van Schubert
Gisterenavond bleven de vele
indrukken van de vertelling over Schubert door mijn hoofd spelen. Dat bleef
tussendoor ook vandaag het geval, maar eerst waren er de dagelijkse bezigheden,
eer er tijd vrij kwam om stukje voor stukje de rijke inhoud op een rijtje te
zetten en te vergelijken met eigen inzichten, die doorheen de dagen gegroeid
waren.
De verteller, Jos Meersmans,
verraste meteen. Op twee kleine spotjes na werden alle lichten gedoofd. Bleef
alleen een uitermate sober decor over, een bescheiden geluidsinstallatie, die
evenwel van zeer goede kwaliteit was, een ietwat hogere stoel, en daarop de
enige acteur. Een minuut lang een stilte, die verwachtingen opriep en deed aanzwellen
tot één groot verlangen, een levensgrote luisterbereidheid.
Maar niet de spreker doorbrak de
stilte, wel een Weense dialoog, tussen Rosenbaum en een dame uit de Weense
aristocratie, begin 19de eeuw. Daarna de Dampf Walzer, opus 94, van
Joseph Lanner (1801-1843).
Het was een zeer geslaagde
aanloop om het tijdskader te tekenen, waarin Schubert leefde en werkte. Een
indrukwekkend tijdskader, dat mits de nodige aanpassingen, zeer gemakkelijk
naar onze tijd, het begin van de 21ste eeuw kan getransponeerd
worden.
Een korte toelichting. Het Wenen van 1815, het Wenen van het
Congres dus, had twee kanten. Langs de
voorkant was er het Wenen van de wals, uitdrukking van de zorgeloosheid van
de fatsoenlijke Weense burger. Nadat de Turken in juli 1683 Wenen belegerd
hadden, was er een meer dan honderdjarige rust over de stad gekomen. Napoleon
zal die pas verstoren in 1805 en 1809. Maar met Napoleon sijpelt ook het
ideeëngoed van de Franse Revolutie Wenen binnen, en een veelzijdig onbehagen,
vooral in de nu snel groeiende buitenwijken, waar kleine industriële bedrijfjes
als paddenstoelen uit de grond rijzen en waar een nieuwe klasse van armen ontstaat: het proletariaat. Zelfs de censuur van Metternich zal de daar
groeiende onrust niet kunnen doen verdwijnen. Ze leidt onvermijdelijk naar de
revolutie van 1848. (citaat van Jos Meersmans)
In amper 10 minuten heeft de stad
Wenen een levensechte gedaante gekregen. Hoe talrijk de adepten van de
bourgeoisie nog zijn, die wereldvreemd, in chique salons, blijven walsen op de
muziek van Strauss, er is ook dat andere Wenen, ongezien, ongekend, en nooit
vermeld, maar met een aanzwellende massa van hongerige proleten, die een
vruchtbare humus vormen voor de nieuwe ideeën, waarvan Marx en Engels in het
midden en de tweede helft van de 19de eeuw de grote woordvoerders
zullen worden. Zelfs het Wenen van de walsen wordt een voedingsbodem voor de
sociale omwentelingen, die van dan af, als gevolg van de industriële revolutie,
Europa totaal zullen onderste boven keren. Voor vele tientallen jaren althans,
en voor een deel ook op onomkeerbare wijze.
Hier begint de analogie met onze
tijd. De massa walst weliswaar niet meer op tonen van Strauss en vele proleten
van de tijd van toen zijn opgeklommen tot een nieuwe burgerij. Maar het is
onmiskenbaar: de onhoudbare tegenstellingen in het Europa van de 19de
eeuw, zijn inmiddels geglobaliseerd en wereldwijd uitgedragen.
In de rijke landen van het Westen
wordt voortdurend gewezen op binnenlandse vormen van armoede.
Maar vooral op wereldvlak is het contrast dermate schrijnend
geworden, dat aan alle kanten dijkbreuken dreigen, waarlangs de nieuwe proleten
van de derde wereld moe getergd na eeuwen uitbuiting hun deel van de koek,
niet langer bedelend en beleefd vragen, maar vaker en vaker gewelddadig
opeisen. Irak, Afghanistan, Pakistan zijn de meest genoemde brandhaarden, maar
wat broeit er nog in zoveel landen van Azië, Afrika, Latijns Amerika.
Oorlogen zullen geen duurzame
vrede brengen, hoogstens een Pyrrhusoverwinning om gezichtsverlies te
vermijden. Alleen een moedig werken aan rechtvaardigheid kan een oplossing
brengen. Net als het Wenen van 1815 heeft onze ééngeworden wereld twee kanten.
De trieste vluchtelingenstroom, met zoveel menselijk leed, is slechts een
symptoom, één grote schreeuw om gerechtigheid.
Ons rest slechts de hoop dat de
wereldleiders van vandaag met meer inzicht mogen beslissen dan in de 19de
en 20ste eeuw het geval was.
Het grapje is ons voldoende
vertrouwd. Heb je veel vrije tijd? Neen, ik heb het altijd druk want ik ben
sinds kort gepensioneerd. Een ervaring, die sommige 65+ers wel hebben. En
helemaal omgekeerd maar even onmiskenbaar: het verlies aan contact en de eenzaamheid
bij heel wat bejaarden. Bijna met de regelmaat van een klok schrikken we op
als, in die of die (groot)stad weer eens iemand ontdekt wordt die al maanden,
zoniet jaren tevoren, overleden was. Niemand had hem of haar gemist!
Een angstwekkende uitdrukking:
niemand had hem of haar gemist. Hij of zij betekende dus helemaal niets (meer)
voor niemand.
In 1986 schreef de Joodse rabbijn
Harold Kushner, die zijn ambt uitoefent in de Verenigde Staten, zijn boek: When
all youve ever wanted isnt enough. Hetzelfde jaar nog verscheen de
Nederlandse vertaling: Niets meer te wensen en toch niet gelukkig. Op de
achterflap plaatste de uitgever een citaat uit het boek:
Als er in het bos een boom omvalt en geen enkel oor hoort het, maakt
zon boom dan geluid? Als een mens leeft en sterft en niemand neemt er notitie
van, als de wereld gewoon doorgaat, heeft zo iemand dan ooit geleefd? Ik ben
ervan overtuigd dat het niet zozeer de angst voor de dood, voor het einde van
ons leven is die ons nachtmerries bezorgt. Nee, het is de angst dat ons leven
van geen belang zal zijn geweest, dat we wat de rest van de wereld betreft net
zo goed niet geleefd hadden kunnen hebben.
Tot zover de woorden van Kushner
zelf. De uitgever, Ten Have/Baarn, geeft zelf nog enige toelichting:
Wat geeft ons leven zin? We kunnen alle dingen, die op ons
verlanglijstje staan, hebben verworven, en toch het gevoel hebben iets
wezenlijks te missen. We kunnen in ons beroep de top hebben bereikt en toch
niet gelukkig zijn.
Gedachten, die wel eens kunnen
kwellen, maar die wij actief kunnen tegengaan. OKRA biedt kansen daartoe, zoals
zovele andere verenigingen: je legt nieuwe contacten, mensen gaan iets voor je
betekenen en zelf beteken je altijd weer iets meer voor mensen.
Daarom ga ik deze namiddag, 8
december 2009, met groot verlangen naar de OKRA Academie in Eeklo. Musicoloog
Jos Meersmans zal aan het woord komen. In het programmaboekje lees ik deze korte
omschrijving:
Verhuld verdriet:
Wenen in de tijd van Schubert
In deze geacteerde vertelling wordt het tragische leven van Schubert
gesitueerd tegen het Wenen van het Congres, de dood van Napoleon, het succes
van de wals, Weber en Rossini, de politiestaat van Metternich en de
Biedermeiertijd. Via brieven, liedteksten en vele muziekfragmenten wordt de rol
en betekenis van de kunstenaar in zijn tijd toegelicht.
Nog even de tijd nemen om rustig
te middagmalen en dan een beetje relaxen. Om dan met enkele gelijkgestemde geesten
daarheen te gaan. Om te luisteren en na te praten. Met groot verlangen.
Ook een aangename, zin-volle
namiddag gewenst. Omer.
Vraagteken voor mij of jullie ook niet stilaan, maar
uiteindelijk moe gekeken zijn op altijd dezelfde gezichten van BVs, wat
doorgaans als Bekende Vlamingen gelezen wordt waar eigenlijk Bekend en Verwend bedoeld wordt.
Desondanks gisteren naar De Pappenheimers gekeken, en zo
mijn figuurlijke duit in het zakje gedaan om de kijkcijfers van Tom Lenaerts op
te krikken. Mijn verwachtingen waren niet hoog gespannen, want het opgefokte kokergedoe
verschilt niet zoveel van het vroegere Wie van de drie. Alleen is het nu in
deze tijden van HD en digitale TV een tikkeltje ingewikkelder geworden. Zonder
overdrijven in de moeilijkheidsgraad evenwel. Het wordt nu iets in de zin van
wie van de dertig. Test maar eens uit: als je vooraf dertig Bekenden en Verwenden op een blaadje schrijft, moet je al vreselijk veel
pech hebben als de wijzen van dienst er niet bij zijn.
Daarom zo aangenaam verrast door Freddy De Kerpel. Bij het
thema one-liners van de Heer gaf Freddy daar in eenvoudige woordenmaar oprecht gemeend en diepgaand een
korte uitleg over zijn gewoonte om regelmatig in de Bijbel te lezen. Vermits je
enerzijds met je oren kan luisteren, en anderzijds op hetzelfde moment met je
ogen de andere verschijnselen in het kijkkastje kan observeren, was het
veelzeggend om hun gezichten gade te slaan. Misschien was het alleen maar een
fata morgana, maar ik kreeg de indruk dat ze op de tanden beten om te zwijgen
en niet openlijk te lachen. Maar omdat je de lichaamstaal veel moeilijker onder
controle krijgt dan de tong en de lachspieren, kon je op hun verveelde,
verwende en verbaasde gezichten lezen: Maar arme Freddy, toch!
Gelukkig dat BV alleen maar Bekend en Verwend
betekent. Zo voel ik mij minder geraakt en betrokken. Want Vlaming ben ik ook,
maar gelukkig niet bekend en verwend.