Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
E-mail mij
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
Doorheen de dagen
Ervaringen besproken
14-04-2018
ZONDAG 15 APRIL
3de PAASZONDAG B – 15 APRIL 2018 ‘OPEN ONS HART VOOR UW WOORD’
Een hart, dat openstaat voor Gods Goede, Heilige Geest, een hart dat niet verduisterd is door de geest van deze wereld, een hart dat niet verzuurd is, of bot en afgestompt, maar dat aandacht heeft voor wat goed en mooi is. Laten wij daar vandaag om bidden! Het evangelie geeft vandaag alvast het goede voorbeeld! Overigens valt het bij herhaling op dat reeds kort na lijden, dood en verrijzenis van Jezus – en na de nederdaling van de Heilige Geest op die allereerste Pinksteren – de leerlingen er niet voor terugdeinsden om de Joden terecht te wijzen omdat zij weigerden hun hart te openen voor die Jezus, van wie de profeten – zonder zijn naam te kennen – reeds zo veelvuldig gesproken hadden. Het boek ‘Handelingen’ geeft daarvan vele getuigenissen, zoals vandaag bij monde van Petrus.
In die dagen zei Petrus tot het volk: U hebt de heilige en rechtvaardige verloochend, en verzocht om de vrijlating van een moordenaar. De leidsman ten leven hebt u ter dood gebracht, maar God heeft Hem opgewekt uit de doden; daarvan zijn wij getuigen. (Handelingen 3,14-15)
In die tijd vertelden de twee leerlingen wat er op weg naar Emmaüs was gebeurd en hoe ze Jezus hadden herkend bij het breken van het brood. Terwijl zij dit aan het vertellen waren, stond Hij opeens in hun midden. `Vrede!' zei Hij tegen hen. In hun opwinding en hun schrik dachten ze dat ze een geest zagen. `Waarom zijn jullie zo in de war?' vroeg Hij. `Waarom die twijfel in je hart? (Lucas 24,35-38)
‘BRANDDE ONS HART NIET IN ONS TERWIJL HIJ MET ONS SPRAK?’ (LUCAS 24,32)
Drie uitzonderlijke jaren waren het geweest, samen met Hem, van verwondering naar verwondering en van vreugde naar vreugde. Een nieuwe toekomst diende zich aan, hun diepste hoop was werkelijkheid aan het worden. En dan waren er die vreselijke dagen: de beklemmende stemming bij dat Laatste Avondmaal, het verraad van Judas, de hof van Olijven, de marteling en de smadelijke dood tussen twee boeven aan een kruis genageld. Weg die heerlijke droom nu, weg die hoop op een nieuwe toekomst. Het was mooi geweest … maar nu was het ‘geweest’, voorbij, o en voorgoed voorbij. Met droefheid in het hart dan maar terug naar de gewone orde van de dag, naar de gewone, dagelijkse, routineuze dingen. Naar Emmaüs waren zij onderweg nu, net zoals wij onze dagelijkse weg gaan. Naar Emmaüs ging Hij met hen mee, ook als zij de verkeerde richting uit gaan, weg van Jeruzalem. Hij wordt niet herkend, maar is een vreemdeling voor hen. Wel stelt Hij het eerst een vraag: ‘Waarover lopen jullie zo druk met elkaar te praten?’ En dan mogen zij vertellen … honderduit. Het lijkt wel ons leven. We kennen Hem, er is ons zoveel over Hem verteld en in onze dierbaarste momenten hebben we een glimp van Hem opgevangen … en zo is Hij zelf een vraag voor ons geworden: ‘Wat houdt jullie bezig? Waar is jullie hart?’ En wij mogen, met of zonder woorden, ons eigen verhaal vertellen, onze hoop en onze ontgoocheling. Onze vreugde, ons leed. Een persoonlijk gebed, een gesprek van mens tot mens, waarbij wij mogen kiezen waarover we praten. En zoals toen loopt Hij met ons mee en luistert … en kijkt ons liefdevol aan. Als wij ons hart dan voor Hem openstellen, begint Hij te vertellen, zijn verhaal, met woorden, beelden en verhalen uit de Schrift. Als wij luisteren laat Hij zich kennen, heel eenvoudig en klein, zoals Hij ooit eens vol tederheid zei: ‘Kom tot Mij, gij allen, die onder lasten gebukt gaat en Ik zal u rust en verlichting schenken.’ Hij geeft zijn geheim, de sleutel van zijn leven, de sleutel van DE WEG, die Hij zelf ging en voorhoudt: ‘wees zachtmoedig en nederig van hart’, ‘heb elkander lief, zoals Ik u heb liefgehad’. Ons hart wordt warm bij zijn woorden. Hij raakt onze diepste menselijke ervaringen, vervult onze innigste verlangens naar innerlijke rust. Maar Hij dwingt niet en laat ons vrij. Hij is bereid ook zo verder te gaan, zonder ons. Maar als ons hart openstaat en niet verward is, vragen wij net als de twee leerlingen: ‘Blijf bij ons! Het wordt avond.’ Hij heeft iets wakker gemaakt in ons. Door zijn woorden, door de toon van zijn stem, door het delen van het brood van alledag … en door hen, die geen brood hebben om te delen. In wat Hij zegt, in wat Hij doet, door mensen op onze weg, vatten we wie Hij is … en keren we terug, naar ons Jeruzalem, naar het land waar mensen wonen. Om te vertellen wat ons ten diepste beroert. En om zijn weg, DE WEG, te gaan.
DE WEG NAAR BINNEN
Toen zei die ene jongen met de deurknop in zijn hand: ‘Kom binnen, blijf bij ons want ’t is al donker, veel te laat om nu nog verder te gaan.’
Hij heeft niet gezegd: ‘Ik wens je nog een goede reis, vreemdeling, en ’t allerbeste. We zien elkaar wel weer.’
Zij zijn toen alle drie in huis gegaan, zich warmend aan elkaar braken zij het brood en zagen plots dat Hij het was. En heel hun leven was veranderd.
Met de deurknop van ons hart in onze handen, kunnen wij beleefd, zoals het hoort aan Jezus zeggen: ‘Prima boodschap, veel succes. Ik wens Je ’t allerbeste. We zien mekaar nog wel.’
Dan gaat Hij verder in de nacht … Wij breken ’t brood lijk alle dagen. Er is nog niets veranderd in ons hart en niets veranderd hier te lande.