Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
E-mail mij
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
Doorheen de dagen
Ervaringen besproken
28-06-2014
ZONDAG 29 JUNI
13de ZONDAG A - 29 JUNI 2014
HEILIGEN PETRUS EN PAULUS
Bouwen aan een geloofsgemeenschap is een veelzijdig gebeuren. Petrus liet zijn vissersleven achter om Jezus te volgen. Hij is, ook als mens, een boeiende persoonlijkheid: enerzijds zeer impulsief en trouw - denken we maar aan zijn geloofsbelijdenis: 'Gij zijt de Christus, de Zoon van de levende God' -, en anderzijds niet standvastig: hiervan getuigt zijn verloochening van Jezus tijdens zijn lijden, de nacht voor Hij gekruisigd werd.
Paulus daarentegen is een heel andere persoonlijkheid, die een hele ontwikkeling doorloopt: hij die eerst vervolger was, werd daarna een vurig verkondiger van de Blijde Boodschap.
Zo staan ze samen aan het begin van onze christelijke traditie: met eigen inbreng en eigen geloofsvormen. Die verscheidenheid in inbreng is van wezenlijk belang om samen een echte geloofsgemeenschap op te bouwen. Met Jezus als fundament waarop gebouwd kan worden: de Christus, de Zoon van de levende God.
Eerste Lezing uit de Handelingen van de apostelen12,1-11
In die dagen liet koning Herodes enkele christenen aanhouden om hen te mishandelen. De eerste, die aangehouden werd, was Jakobus, de broer van Johannes. Hij werd met het zwaard ter dood gebracht. Toen Herodes bemerkte dat dit de Joodse leiders genoegen deed, liet hij ook Petrus aanhouden.
Toen kwam Petrus tot zichzelf en zei: 'Het is echt waar! De Heer heeft mij zijn engel gestuurd om mij te bevrijden uit de handen van Herodes en mij te beschermen tegen alles wat de Joden mij wilden aandoen.'
Evangelie: Matteüs 16, 13-19
Jezus kwam in de streek van Caesarea van Filippus en vroeg zijn leerlingen: ‘Wie is de Mensenzoon volgens de mensen?’ Ze zeiden: ‘Volgens sommigen Johannes de Doper, volgens anderen Elia, volgens weer anderen Jeremia of een van de profeten.’
Hij zei hun: ‘En jullie, wie ben Ik volgens jullie?’ Simon Petrus antwoordde hem: ‘U bent de Messias, de Zoon van de levende God.’
Jezus gaf hem ten antwoord: 'Ik zeg jou: jij bent Petrus; op die steenrots zal Ik mijn kerk bouwen.'
'OP U ZAL IK MIJN KERK BOUWEN'
Nog vóór de geboorte van Jezus zingt Maria in haar Magnificat:
De Heer toont de kracht van zijn arm; trotsen van hart slaat Hij uiteen. Heersers ontneemt Hij hun troon, maar Hij verheft de geringen.
Die hongeren overlaadt Hij met gaven, en rijken zendt Hij heen met lege handen.
Bij het begin van zijn openbaar optreden omschrijft Jezus zijn eigen zending in gelijkaardige woorden:
De Geest van de Heer rust op mij.
Hij heeft mij gezonden
om aan armen de goede boodschap te brengen,
om aan gevangenen hun vrijlating aan te kondigen
en aan blinden het licht in hun ogen te geven,
om verdrukten in vrijheid te laten gaan,
en een jaar uit te roepen dat de Heer welgevallig is.
Vandaag krijgen we als het ware het derde gedeelte van een drieluik: ze waren door Hem geroepen, gaandeweg was Hij hun meest intieme vriend geworden en nu herkennen zij hun vriend Jezus als God zelf: ‘Gij zijt de Christus, de Zoon van de levende God’, zegt Petrus. En met deze woorden geeft hij eigenlijk aan: ‘zoals Gij handelt, zo is God’
Het antwoord van Jezus is dan ook belangrijk: ‘OMDAT GIJ DAT INGEZIEN HEBT, ZAL IK OP U MIJN KERK BOUWEN'. God is aanwezig en zijn eigen Kerk leeft daar, en alleen daar, waar en als mensen deze zending van Jezus verder zetten, waar en als mensen opkomen voor kleinen en verdrukten.
Wees kalm temidden van het lawaai en de haast, en bedenk, welk een vrede er in stilte kan heersen. Sta op goede voet met alle mensen, zonder jezelf geweld aan te doen. Zeg je waarheid rustig en duidelijk, en luister naar anderen, ook als zij saai en onwetend zijn: ook zij hebben hun verhaal. Mijd luidruchtige en agressieve mensen: zij belasten de geest. Wanneer je jezelf met anderen vergelijkt, zou je ijdel of verbitterd kunnen worden, want er zullen altijd kleinere en grotere mensen zijn dan jezelf bent.
Geniet zowel van wat je hebt bereikt als van je plannen. Blijf belangstelling hebben voor je eigen werk, hoe nederig dat ook moge zijn: het is een werkelijk bezit in het veranderlijk fortuin van de tijd. Betracht voorzichtigheid bij het zaken doen, want de wereld is vol bedrog. Maar laat je dit niet verblinden voor de bestaande deugd: veel mensen streven hoge idealen na, en overal is het leven vol heidendom. Wees jezelf. Veins vooral geen genegenheid, maar wees evenmin cynisch over de liefde, want bij alle dorheid en ontgoocheling is zij eeuwig als het gras. Volg de loop der jaren met gratie, verlang niet naar een tijd die achter je ligt.
Kweek geestkracht aan om bij onverwachte tegenslag beschermd te zijn. Maar verdriet jezelf niet met spookbeelden. Vele angsten worden uit vermoeidheid en eenzaamheid geboren. Leg jezelf een gezonde discipline op, maar wees daarbij lief voor jezelf. Je bent een kind van het heelal, niet minder dan de bomen en de sterren. Je hebt het recht hier te zijn. Of het je al of niet duidelijk is, het heelal ontvouwt zich zoals het zich ontvouwt. Heb daarom vrede met God, hoe je ook denkt dat hij moge zijn, en wat je werk en aspiraties ook moge zijn: houd vrede met je ziel in de lawaaierige verwarring van het leven.
Met al zijn klatergoud, somberheid en vervlogen dromen is dit nog steeds een prachtige wereld. Wees opgewekt. Streef naar geluk.