Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
E-mail mij
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
Doorheen de dagen
Ervaringen besproken
19-04-2014
PASEN
PAASZONDAG, 20 APRIL 2014
PASEN … HIER EN NU
‘Vandaag is het Pasen’…. En volgend jaar staat er weer een paaszondag op de kalender. Het doet me denken aan de tijd dat ik als student met het openbaar vervoer naar school reisde. Vaak was het ’s morgens rennen naar de bushalte. ‘Bus gemist’, betekende trouwens een uur wachten, te laat op school en een nota in mijn agenda. Moeten we het paasfeest – of beter – het paasgebeuren dan ook zo zien: wie het dit jaar mist, zal een jaartje moeten wachten.
Pasen, het paasgebeuren, wil duidelijk meer zijn dan een moment van herdenken, meer dan het vieren van een soort ‘verjaardag’. Pasen is een belofte zonder dag of uur. Pasen zegt ons leven toe, opstanding, een leven in overvloed, zoals Sint-Jan het uitdrukt.
Met Pasen werd de dood overwonnen. Dat is de kern van ons geloof, van ons hopen, allicht ook dat we na het leven hier op aarde niet terecht komen in een oneindig ‘niets’, maar in de geborgenheid van Gods eeuwigheid, zijn leven dat blijft.
Maar ook hier en nu houdt God zijn woord. Ook hier en nu zegt Hij ons leven en opstanding toe. Ook hier en nu maakt Hij zijn naam ‘Ik-zal-er-zijn’ waar aan ieder van ons. Ook vandaag hoort Hij het roepen van zijn volk. Pasen ‘richt op’, wil mensen bevrijden van alles wat ‘dodelijk’ is in het leven, ons blind maakt of verlamt.
Pasen gebeurt hier en nu altijd opnieuw. Pasen is leven. Niet één dag op het jaar, maar alle dagen opnieuw. Alle dagen ervaren hoe God je opricht, je leven geeft, er voor je is, met je meelijdt, met je weent en lacht, rouwt en feest, naast je staat als je trouwste tochtgenoot.
(Bron: Zondagsvieringen Dominicanen)
Eerste Lezing: Paulus aan de christenen in Kolosse, 3, 1-4
Broeders en zusters, als u met Christus uit de dood bent opgewekt, zoek dan ook wat boven is, waar Christus zit aan de rechterhand van God.
Richt u op wat boven is, niet op wat op aards is.
Evangelie: Johannes 20,1-9
Vroeg op de eerste dag van de week, toen het nog donker was, kwam Maria uit Magdala bij het graf. Ze zag dat de steen van de opening van het graf was weggehaald.
Even later kwam Simon Petrus en hij ging het graf wel in. Ook hij zag de linnen doeken, en hij zag dat de doek die Jezus’ gezicht bedekt had niet bij de andere doeken lag, maar apart opgerold op een andere plek.
Toen ging ook de andere leerling, die het eerst bij het graf gekomen was, het graf in. HIJ ZAG HET EN GELOOFDE.
Want ze hadden uit de Schrift nog niet begrepen dat hij uit de dood moest opstaan.
WE VIEREN DE LEVENDE
We hebben het woordje ‘christelijk' al zo vaak gebruikt en misbruikt dat het doodversleten en inhoudsloos geworden is. Wat betekent dat woord nog in de politiek, in het verenigingsleven? Wat is dat christelijke cultuur, het christelijke westen? Bij een begrafenis zeggen we soms ‘mijn christelijke deelneming'. Wat betekent dat? We horen toch ook niemand zeggen: ‘mijn vrijzinnige deelneming'?
We gebruiken het woordje christelijk al te ondoordacht en bijna automatisch, totdat het over je eigen persoonlijke overtuiging gaat. Durf je zo maar over jezelf zeggen : ‘ik ben een christen’? Dat is inderdaad geen etiket dat je op je buitenkant kleeft.
Christen-zijn zit van binnen, in het diepste putteke van je hart. Als je daar omgang hebt met Christus, als je daar met Hem spreekt, naar Hem luistert en soms tegen Hem in opstand komt, maar tenslotte met Hem rekening houdt. Als je Hem liefhebt doorheen alle twijfel dan, ja dan geloof je in Iemand die 20 eeuwen terug, geleden heeft en gestorven is. En nu leeft, dichter bij jou dan eender wie. Dan ben je een christen.
Dat heeft zijn gevolgen. Want dan ga je het leven en de dingen bekijken met zijn ogen, dan loop je aarzelend in zijn voetspoor. Dan word je even kwetsbaar maar ook even vredelievend. Dan kijk je niet tegen de dood aan als mensen die geen hoop meer hebben.
‘Is er leven na de dood?' Dat is niet zo vanzelfsprekend. Laat eerst die andere vraag op jou afkomen : ‘Wie is Christus voor jou?' Is die Verrezene jouw onafscheidelijke gezel geworden? Is Hij diegene die je niet meer kunt missen, zodanig dat ook Hij jou niet meer kan missen. Dan zal de verrijzenis van Christus ook jouw verrijzenis zijn. ‘Wie in Mij gelooft, zal leven, ook al is hij gestorven.'
Pasen is stilstaan bij de verrezen Christus en met Hem verder kijken dan de grenzen van alles wat voorlopig is.