The unbearable lightness of
being, De ondraaglijke lichtheid van het bestaan titelt de Tsjechische
auteur Milan Kundera. Voor de proleet Schubert was het bestaan niet licht, wel
ondraaglijk, zoals voor zoveel proleten van toen en van nu.
Wellicht klinkt de combinatie
proleet en Schubert voor velen vreemd. Maar zo was zijn korte bestaan
amper 31 jaar is hij geworden in de buitenwijken van Wenen. Hierdoor was ook
zijn gezondheid allesbehalve. Als het leven, persoonlijk of collectief, zo
zwaar wordt dat het woord ondraaglijk zich aandient, zoek je alweer
individueel of samen naar een manier om te overleven.
Zijn ietwat late tijdgenoot,
Marx, maakte een grondige analyse van de kapitalistische maatschappij en zag
een uitweg in klassenstrijd en revolutie. Tot op vandaag zijn er mensen en
groepen die voor een gelijkaardige, gewelddadige strategie opteren: geweld
vanuit de onmacht en de onmogelijkheid om door dialoog en overleg op vreedzame,
geweldloze wijze een uitkomst te vinden uit dit ondraaglijke bestaan. Anderen,
vroeger en nu, kiezen voor andere strategieën om te overleven: de massale migratie,
om politieke, economische en nu zelfs klimatologische redenen is zo een weg
ten leven.
Een kleine groep van mensen
zoekt, mede door het talent waarmee zij begiftigd zijn, een uitweg in de kunst,
hetzij door zelf kunst voort te brengen, hetzij door weg te dromen en een
levensvervulling te vinden in het werk van anderen. Denken we maar aan wat Jan
Hoet jaren geleden op de trams in Gent liet aanbrengen: Kan kunst de wereld
redden?
Schubert was, veel meer dan de
doorsnee sterveling, getalenteerd. Als kind al werd hij tot de muziek geleid,
en zijn leven lang heeft deze muziek zijn leven een zin gegeven. In meer dan
600 liederen en in tal van andere composities leefde hij op, leefde hij zich
uit, leefde hij intens
en vluchtte hij. De laatste jaren van zijn leven was
zijn gezondheid soms zo belabberd, dat hij het bed niet uitkwam, maar zelfs dan
schreef hij muziek, van 6 uur s morgens, lange dagen lang, soms tot na
middernacht.
De speelse lichtvoetigheid van
vele composities verhulde het verdriet van zijn intrieste leven. Velen, eigenlijk
iedereen op misschien één of twee intimi na, hadden geen weet van de spirituele
ondergrond, waaruit deze aanlokkelijke, meeslepende, innemende muziek
opbloeide. De lieflijke bekoorlijkheid hield de innerlijke tragiek goed
verborgen.
Jos Meersmans vatte dit tweespalt
in de ziel van Schubert op meesterlijke wijze samen, aan het einde van zijn
geacteerde vertelling. Het was een kippenvelmoment, om de adem in te houden:
Der
Leiermann uit Die Winterreise:
Drüben hinterm Dorfe steht ein Leiermann,
Und mit starren Fingern dreht er, was er kann.
Buiten achter het
dorp staat een liereman,
en met starre
vingers, draait hij wat hij kan.
Barfuss auf dem Eise wankt er hin und her,
Und sein kleiner Teller bleibt ihm immer leer.
Barrevoets wankelt
hij over het ijs,
en zijn klein bord
blijft altijd leeg.
Keiner mag ihn horen, keiner sieht ihn an,
Und die Hunde knurren um den alten Mann.
Niemand hoort hem,
niemand kijkt naar hem om,
en de honden knorren
om de ouwe man.
Und er lässt es gehen, alles wie es will,
Dreht, und Seine Leier steht ihm nimmer still.
En hij laat alles
gebeuren zoals het moet gebeuren,
hij draait en zijn
draailier staat niet stil.
Wunderlicher Alter, soll ich mit dir gehn?
Willst zu meinen Liedern deine Leier drehn?
Wonderlijke oude
man, zal ik met u meegaan?
Wilt gij mijn
liederen op uw draailier spelen?
Schubert, man van twee kanten: voorkant en achterkant, uiterlijk en
innerlijk. Schubert, de parel en de paria. Langs de voorkant is er het zonnige,
het luchthartige, het schijnbaar oppervlakkige: meneer Biedermeier en de
glitter van de wals. Langs de achterkant is er het marginale, de koude vochtige
zolderkamer, het gebrek aan erkenning, de vlucht in de romantiek, de boodschap
achter het lied en uiteindelijk pijn tot op het bot. Tussen de twee overleeft
Frans Schubert tot vandaag: depressieve teneur achter directe charme, de
verborgen boodschap achter het masker van meneer Biedermeier. Slechts één keer
wordt dat masker volledig weggerukt, namelijk in Die Winterreise. Toen
begrepen zelfs zijn vrienden hem niet meer.
Wat ik heb gemaakt is er door het verstand
van muziek en door mijn smart.
Met een onuitsprekelijke
dankbaarheid aan dhr. Jos Meersmans.
---
Voor vandaag is de tijd op.
Minstens één belangrijk moment ontbreekt nog volledig in deze ademruimte,
gespreid over drie dagen. Wat vermag het geloof, oog in oog met de
ondraaglijkheid of onvoldaanheid, die op telkens nieuwe wijzen in s mensen
leven aan het licht treedt. Voorlopig laten we het bij twee gevleugelde woorden.
Het geloof is een van de mogelijke verhalen om je
wonden zin te geven.
Waarom zou je mensen daarvan willen genezen?
Waarom zou je daarom lachen?
Kristien Hemmerechts, in De Standaard van
27/02/2009
De storm in mij gaat
maar liggen
als mijn hart rust
vindt in U, mijn God.
Augustinus:
Belijdenissen.
Tot nog eens, Omer.
|