ONS HEER HEMELVAART
‘ZIJ GINGEN OP WEG ...’
Ons Heer Hemelvaart: Jezus is van ons heengegaan maar zijn invloed werkt door, zo wordt ons vandaag toegezegd.
Jezus is ten hemel opgestegen maar zijn volgelingen heeft Hij uitgenodigd om zijn werk voort te zetten.
Die uitnodiging mogen wij hier en nu heilzaam tot ons laten doordringen.
In die tijd, toen Jezus aan de elf verscheen, sprak Hij tot hen:
‘Gaat uit over de hele wereld en verkondigt het evangelie aan heel de schepping. Wie gelooft en gedoopt is zal gered worden, maar wie niet gelooft, zal veroordeeld worden.
En deze tekenen zullen de gelovigen vergezellen: in mijn Naam zullen ze duivels uitdrijven, nieuwe talen spreken, slangen opnemen; zelfs als ze dodelijk vergif drinken zal het hun geen kwaad doen; en als ze aan zieken de handen opleggen zullen dezen genezen zijn.’
Nadat de Heer Jezus aldus tot hen gesproken had, werd Hij ten hemel opgenomen en Hij zit aan de rechterhand van God.
Maar zij trokken uit om overal te prediken, en de Heer werkte met hen mee en schonk kracht aan hun woord door de tekenen die het vergezelden.
(Marcus 16,15-20)
‘AFSCHEID NEMEN’
Als de laatstejaars de school verlaten, is dat geen reden tot treuren, maar een feest. Als twee jonge mensen hun ouders verlaten en een gezin stichten, is dat geen reden tot treuren, maar een feest. Als mensen op pensioen gaan en de werkvloer verlaten, is dat geen reden tot treuren, maar een feest.
Afscheid nemen is een kunst: de kunst om gevoelig te worden voor een nieuwe toekomst en nieuwe vergezichten. Als de elf afscheid nemen van de Heer Jezus, gaan zij een nieuwe toekomst tegemoet. Zij trekken uit over de wereld en ontdekken nieuwe horizonten.
Gelovigen van vandaag moeten de kunst verstaan om afscheid te nemen van een oud geloof naar de letter, dat enkel plicht was met dogma’s en wetten. Om een geloof naar de geest te ontdekken, dat in het leven staat. Een geloof, met slechts die ene zekerheid dat de Heer Jezus wel is heengegaan, maar ons blijft bezielen tot nieuwe vergezichten.
We leven in een wereld die eenzijdig op het materiële is gericht. Daarin kunnen wij een brug slaan van de aarde naar de hemel, van wat voorbijgaat naar wat blijft, van het nu naar het altijd. Dat moet niet gebeuren met grote woorden. Het moet te zien zijn in onze ogen, in onze levensmoed, in onze innerlijke vrede.
Een gelovige is iemand die, spontaan en onbewust, God laat zien in een wereld die God heeft dood verklaard. Zo is hij een beetje als een vogel die een lied zingt, terwijl buiten de nacht nog zo donker is.
Geïnspireerd door Manu Verhulst.
Toen is hij opgevaren.
Zijn tijd op aarde was voorbij,
zijn drieëndertig korte jaren.
Nu was hij hoog en vrij.
Ons heeft hij nog gezegend
en uit het treuren op doen staan
en uitgezonden langs de wegen
die hij was afgegaan.
En nu gaat het beginnen:
hij liet aan ons per testament
de wereld om voor hem te winnen,
tot zij de Vader kent.
Wij staan op eigen benen,
en straks wanneer zijn heilig vuur
ons heeft veroverd en doorschenen,
is het ons eigen uur.
Tot hij zal wederkomen
is ons zijn aarde toevertrouwd
om te herscheppen naar zijn dromen:
een stad voor God gebouwd.
Wij zullen met hem varen,
omhoog, zijn nieuwe hemel in,
een eeuwigheid van nieuwe jaren.
Dit is maar het begin.
Michel van der Plas
|