Koekjes van spijt
Een jongedame zat in de ruimte van een grote luchthaven te wachten op haar vliegtuig. Daar ze nog een hele tijd zou moeten wachten, besloot ze een boek te kopen. En een pakje koekjes.
Dan ging ze in een stoel van de Vipruimte wachten en rustig lezen. In de stoel naast haar zat een man. Koekjes lagen op de leuning tussen beiden. Wanneer zij een koekje nam, nam de man naast haar ook een koekje. Ze voelde ergernis maar zei niets. Ze dacht: ‘Wat een vervelend iemand, moest ik in vorm zijn, ik verkocht hem een trap’.
Voor elk koekje dat zij nam, nam de man er ook eentje. Dat maakte haar van binnen woedend maar ze wou geen scène. Toen er nog één koekje overbleef, dacht ze: ‘Wat gaat hij nu doen?’ De man nam het laatste koekje, brak het in tweeën en gaf haar de helft.
Dat was haar te veel! Ze nam haar boek en haar spullen en rende weg. In het vliegtuig zocht ze haar zonnebril in haar tas. Tot haar verbazing zag ze daarin het pak koekjes, dat ze gekocht had. Ongeopend. Ze voelde zich beschaamd. Ze was vergeten dat ze de koekjes in haar tas had gestopt.
De man verdeelde koekjes, zonder zich kwaad of bitter te voelen. En zij was vol woede geweest en had gedacht dat háár koekjes werden gedeeld. En nu kon ze het niet meer uitleggen of zich verontschuldigen.
Vergeet dus niet, er zijn drie dingen die je niet kan terugnemen:
- een steen die is geworpen
- een woord dat is gezegd
- en de tijd die is verstreken.
(Auteur onbekend)
|