Kikkers
Een oud verhaal vertelt over een leger van kikkers die gingen springen door het woud. Op zekere dag vielen er twee van hen in een diepe put. Alle andere kikkers verzamelden zich rond de put om te kijken naar hun twee gevallen kameraden. Ze begonnen allen met hun kop te schudden en kwaakten trieste boodschappen. ‘Het is te diep!’, kwaakte een kikker. Een andere kikker kwaakte dat er geen mogelijkheid was om levend uit die put te geraken.
De twee gevallen kikkers begonnen herhaaldelijk te springen en probeerden uit die kuil te geraken. De kikkers die aan het kijken waren kwaakten echter luider naar hen dat ze beter ophielden daar ze zo goed als dood waren en enkel hun tijd verspilden.
Een van de twee kikkers gaf het uiteindelijk op en nam het pessimistisch advies van de kikkers bovenaan aan. Hij stopte met springen en stierf met een laatste kwaak.
De andere kikker ging echter door met springen en sprong zelfs harder dan ooit, niettegenstaande al het luide, afkeurende gekwaak van de kikkers bovenaan. Ze bleven maar kwaken om op te houden en zichzelf te sparen van de pijn, bij het keer op keer vallen op de bodem van de put.
Uiteindelijk sprong hij nog harder dan ooit te voren en tot verrassing van alle andere kikkers sprong hij recht uit de put. De andere kikkers vroegen hem: ‘Waarom bleef jij springen zelfs als wij kwaakten naar jou om te stoppen?’. De kikker legde uit dat hij doof was en dat hij dacht dat zij hem voortdurend aanmoedigden.
Een kleine aanmoediging kan heel verre gevolgen hebben. Onze woorden hebben de kracht om te kwetsen of te helen.
Welke soort kikker ben jij? Eentje die kwaakt of eentje die springt?
(Auteur onbekend)
|