BROOD VOOR ONDERWEG
In elke eucharistie staan de woorden van de consecratie, door Jezus uitgesproken bij het Laatste Avondmaal, centraal: ‘Dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven en gebroken wordt.’ Maar meer nog dan anders spreekt de eucharistie van vandaag ons over ‘Jezus, gegeven en gebroken’. In het evangelie noemt Hij zich tot driemaal toe het brood voor het leven van de mensen. Op onze levensweg wil Hij ons sterken en voeden, wil Hij de bezieling zijn, die ons voortdrijft, niet abstract of ver weg, in het luchtledige, maar heel concreet en dichtbij, in ons leven van elke dag.
Misschien zoeken wij elders wel inspiratie of brood voor ons leven. Het kan iedereen overkomen. Als dat zo is kan Hij een indringer lijken en dan is het mogelijk dat wij Hem eigenlijk vluchten.
Volg dus het voorbeeld van God,
als kinderen die hij liefheeft,
en ga de weg van de liefde,
zoals Christus, die ons heeft liefgehad
en zich voor ons gegeven heeft als offer,
als een geurige gave voor God.
(Efeziërs 5,1-2)
‘Ik ben het levende brood
dat uit de hemel is neergedaald;
wanneer iemand dit brood eet zal hij eeuwig leven.
En het brood dat ik zal geven
voor het leven van de wereld,
is mijn lichaam.’
(Johannes 6,51)
VOEDING OP ONS LEVENSPAD
Enkele weken geleden lazen we hoe Jezus zijn leerlingen op weg zond. Ze mochten niets meenemen voor onderweg, geen brood, geen reistas en geen geld, alleen een herdersstok. Sandalen mochten ze dragen, maar geen extra kleren meenemen. Toch vertrekken de leerlingen niet met lege handen. Ze krijgen een uitrusting die al het andere overbodig maakt: hun kracht ligt in het Woord van God, dat zij spreken.
Eigenlijk is het evangelie vandaag een aanvulling daarbij. Tot driemaal toe zegt Jezus: ‘Ik ben het brood dat leven geeft.’ Geen picknickje voor een uitstap op een zonnige zomerdag, maar de krachtige voeding voor de lange reis, die ons leven is!
Het lijkt een verwijzing naar de eucharistie – en dat is het wellicht ook wel – maar Jezus’ woord zegt zoveel meer vandaag. Hij spreekt over zijn hele persoon. In alles wat Hij is, in alles wat Hij doet, in de meest omvattende rijkdom van zijn hele wezen is Hij de voeding, de energie, de inspiratie voor ons leven. Daarom is het zo belangrijk dat we proberen om Hem echt te leren kennen. Dat wij open en ontvankelijk staan voor Hem. Dat Hij zelf almaar meer wezen van ons eigen wezen kan en mag worden.
Een theoloog schreef eens dat hij veel over Jezus had gelezen en gesproken. Toch bleef Jezus een vreemde voor zijn hart. In een stille bezinning sloeg de vonk over. Kennis werd liefde en Jezus werd de energie voor zijn leven.
Dat zegt Jezus: dat Hij de energie voor ons leven is. Hij vervult ons diepste verlangen en geeft ons levenskracht. Die liefde, die ons kracht geeft kan slechts groeien als wij Hem toelaten en ons door Hem laten aanspreken.
Onze levens kunnen erg verschillen, maar het is nodig dat wij stil naar ons diepste ik luisteren. Dan wordt een diep verlangen wakker naar liefde, die ons leven vult. Dan kan ons hart openkomen om Jezus te ontvangen: ‘Min de stilte in uw wezen, zoek de stilte die bezielt, zij die alle stilte vrezen, hebben nooit hun ziel gelezen, hebben nooit geknield.’
Als wij rumoer, drukte en zorgen even achterwege laten voor de rust van het gebed, kan onze liefde openbloeien voor Jezus. Zo kan Hij brood voor ons leven worden. En kunnen wij op onze beurt brood voor de mensen worden.
Heer, onze God,
vanwaar komt toch
dat onbedwingbaar
verlangen naar vrede in ons?
Is het
uw scheppingskracht
die ons beroert?
Is het
de gestalte van
de man van Nazareth
die ons niet loslaat?
Is het zijn Geest
die in ons bezig is?
Wij bidden U:
laat nooit
in ons verloren gaan
de droom die in ons spreekt
van een goede schepping,
van mensen in verbondenheid,
het land van belofte,
uw stad, uw eigen huis
waar ruimte voor allen is.
Bron onbekend
|