BARMHARTIGHEID Mijn broeder Jezus, die mij kent en die in heel mijn lange falen u nooit van mij hebt afgewend, maar mij bewaard hebt alle malen, ik vraag u, die mijn zaak bepleit, barmhartigheid.
Ik ben een boom, door u geplant, die maar geen goede vrucht wil dragen, een ergernis langzamerhand; en toch, o blijf het met mij wagen en schenk me, om mijn late spijt, barmhartigheid.
Al groei ik in uw wijngaard krom al zoveel lange droeve jaren, o hak uw dorre boom niet om, maar wil hem nog voor u bewaren, en blijf hem, Jezus, toegewijd. Barmhartigheid.
Geef mij niet prijs, maar loop mij na, blijf naar mij omzien met uw zorgen; bevrucht de grond waarin ik sta en gun me nog de dag van morgen in de mij toegemeten tijd, barmhartigheid.
Michel van der Plas
|