26 JANUARI 2020 – 3DE ZONDAG A
‘DE BOODSCHAP VAN HET KONINKRIJK’
Vandaag krijgen we een heel mooi evangelie: Jezus begint zijn prediking, als hij zowat 30 jaar is. Eerst werd hij nog gedoopt door Johannes in de Jordaan, daarna ging hij naar de woestijn, een soort van retraite of bezinning … en dan begint hij aan zijn zending. Vandaag horen we een overzicht: Jezus trok rond door Galilea en verkondigde de blijde boodschap van het koninkrijk, en Hij genas elke ziekte en kwaal onder het volk.
Het volk dat ronddwaalt in het donker,
ziet een helder licht.
Over hen die wonen in een land vol duisternis
gaat een stralend licht op.
(Jesaja 9,1)
Vanaf toen begon Jezus te verkondigen.
Hij zei: `Bekeer u,
want het koninkrijk der hemelen is ophanden.'
Hij trok rond in heel Galilea,
terwijl Hij in hun synagogen onderricht gaf,
de goede boodschap verkondigde van het koninkrijk,
en elke ziekte en elke kwaal onder het volk genas.
(Matteüs 4,17 en 23)
‘DAT KONINKRIJK … OOK NU NOG?’
‘Jezus verkondigde de blijde boodschap van het Koninkrijk van God, en Hij genas alle ziekten en kwalen.’ Het is een klein feitje van lang geleden maar het heeft de wereld helemaal veranderd. We zien dat aan vele dingen: kerken, kloosters, kunstwerken en vele andere dingen.
Maar er is meer. Het leven van Jezus heeft de wereld beter gemaakt. Hij kwam op voor de arme en lijdende mens, en predikte een manier van leven die niet gebaseerd was op macht maar op liefde, een wereld, die minder hard was. Ook al werden er – de eeuwen door – in zijn Naam vele wreedheden begaan.
Is dat alles voorbij nu, want zoveel mensen gaan weg uit de kerk? Is het verhaal van Jezus alleen maar een stukje geschiedenis dat nu gedaan is en begint er nu een nieuwe tijd, een tijd zonder Jezus?
Inderdaad, een tijdperk is voorbij. Maar dat betekent niet dat het verhaal van Jezus voorbij is. Meer dan ooit hebben wij Hem nodig. Wij hebben Hem nodig voor onszelf, om hoopvol en gerust in het leven te staan. Jezus heeft ons immers gezegd en getoond dat wij door God bemind worden en dat God ons niet in de steek laat. En Hij vraagt dat ook wij elkaar zouden omringen met liefde en genegenheid. Dat is zijn blijde boodschap. Dat is het licht voor een volk dat in de duisternis wandelt.
En Jezus is evenzeer nodig voor onze wereld. Het verlangen naar een betere wereld – een Rijk van God – is niet voorbij. Daarvoor is er teveel leed in onze tijd en daarvoor zijn er wereldwijd te veel mensen die op zoek zijn naar een betere wereld.
Op ons eentje kunnen wij die mooie, betere wereld – dat Rijk van God – niet tot stand brengen. Maar we kunnen wel een kleine bijdrage leveren, door op onze eigen, kleine plaats mild en zachtmoedig te leven. Wij kunnen een kleine bijdrage leveren aan een gemeenschap waar mensen zorg dragen voor elkaar en elkaar dragen.
Laten wij daarvoor bidden, laten wij ook daaraan meewerken.
Vader, Hier ben ik om vereenzaamde, 'overbodige' mensen warmte en geborgenheid te geven.
Uw troost vraag ik om gebroken, geknakte mensen te doen blijven hopen,
Uw zachtmoedigheid vraag ik om de wereld, uw schepping een stukje goddelijker,
een beetje menselijker te maken.
Uw gerechtigheid vraag ik, Om onrecht en eigenliefde in mij en rondom mij tegen te gaan.
Uw barmhartigheid vraag ik om met een open hart
naar mensen toe te gaan.
Uw zuiverheid vraag ik om uw stem in de stilte horen.
Uw vrede hoor ik om aan al uw kinderen te vertellen
dat Gij Vader en Moeder zijt.
Opdat uw wil geschieden zou
ben ik bereid.
Vader, hier ben ik, zend mij.
(Martien D'Hollander)
|