28ste ZONDAG B
‘OVER WIJSHEID EN RIJKDOM’
In de eucharistie van vandaag gaat het over wijsheid en rijkdom. Bij wijsheid gaat het niet om kennis of wetenschap, maar om levenswijsheid, levenskunst die uit ervaring is gegroeid. En daarnaast spreekt het evangelie over rijkdom: of beter, over onze omgang met materiële dingen, met geld en goed.
Laten we een goed evenwicht nastreven tussen materiële en geestelijke goederen, want dat is niet altijd eenvoudig in ons leven.
Ik bad om inzicht,
en het werd mij gegeven;
ik heb gesmeekt,
en mij werd een wijze geest geschonken.
Ik verkoos wijsheid boven scepters en tronen,
rijkdom viel bij haar in het niet.
(Uit Wijsheid 7)
Toen Jezus zijn weg vervolgde,
kwam er iemand naar hem toe
die voor hem op de knieën viel en vroeg:
‘Goede meester, wat moet ik doen
om deel te krijgen aan het eeuwige leven?’
Jezus keek de kring rond en zei tegen zijn leerlingen:
‘Wat is het moeilijk voor rijken
om het koninkrijk van God binnen te gaan.’
(Uit Marcus 10)
HET JUISTE EVENWICHT
Een merkwaardig gesprek in het evangelie, een dovemansgesprek zouden we het wel kunnen noemen, want Jezus en die rijke jongen spreken eigenlijk over verschillende dingen. De rijke jongen stelt een vraag over het eeuwig leven later, en Jezus spreekt over het Koninkrijk van God, hier en nu. Jezus verlegt de klemtoon in het gesprek van de hemel naar de aarde. Want dat Koninkrijk van God heeft alles te maken met ons leven hier op aarde.
Jezus roept ons op om oog te hebben voor alles, wat waarde geeft aan ons leven. Hij vraagt om aan alles zijn juiste plaats toe te kennen: word geen slaaf van geld en bezit; want dan vergeet je al het andere. Maar geef aandacht aan alles wat ons leven mooi en waardevol maakt. En hoe belangrijk geld en goed ook zijn, het is niet alleen dat wat belang heeft in ons leven. Denk maar aan geluk in het gezin of aan een ruime kring van vrienden.
Het evangelie spoort ons aan tot een evenwichtige levenswijze, die aandacht geeft aan materiële goederen en aan andere waarden, die ons gelukkig maken. Alleen zo kunnen wij gelukkige, vreugdevolle mensen worden.
Een arme man lag,
met zijn armen onder zijn hoofd
te slapen in het groene gras.
Hij lag in de schaduw van een mooie, grote boom.
Hij droomde van vogeltjes en bloemetjes.
Er kwam een rijke man voorbij.
Hij stootte de arme wakker en hij vroeg:
‘Hé, waarom werk je niet?’
‘Waarom zou ik werken?’ vroeg de arme man.
‘Nou,’ zei de rijke,
‘dan kun je geld verdienen
en een huis kopen net als ik.
En koeien kun je kopen en knechten betalen
die weer voor jou zorgen.’
‘En dan?’ vroeg de arme man.
De rijke man zei:
‘Dan hoef je nooit meer te werken.
Jouw knechten doen het werk
en jij kunt de hele dag gaan liggen
in de schaduw van een mooie, grote boom.
‘Waarom zou ik al die moeite doen?’ zei de arme man.
‘In de schaduw van een mooie boom,
daar lig ik toch al.’
(Een sprookje uit Afrika)
|