HEER, LEER ONS BIDDEN
Heer, leer ons bidden
vragen de leerlingen aan Jezus.
Bidden is niet: onze wil aan God opdringen,
maar Hem vragen, dat Hij ons beschikbaar maakt
voor zijn hoop en verwachtingen over de wereld.
Bidden is niet: God willen veranderen,
maar Hem vragen dat Hij ons verandert,
dat Hij ons omvormt tot waarachtige kinderen van Hem.
Zo staat het in een gebed van de eerste christenen:
Uw Geest kome over ons en zuivere ons.
Op een keer was Jezus ergens aan het bidden. Toen Hij ophield zei een van zijn leerlingen tot Hem: Heer,leer ons bidden, zoals Johannes het ook aan zijn leerlingen geleerd heeft.
Hij sprak tot hen: Wanneer ge bidt, zegt dan: Vader, uw Naam worde geheiligd, uw Rijk kome. Geef ons iedere dag ons dagelijks brood, en vergeef ons onze zonden, want ook wijzelf vergeven aan ieder die ons iets schuldig is. En leid ons niet in bekoring.
Hij vervolgde:Stel, iemand van u heeft een vriend. Midden in de nacht gaat hij naar hem toe en zegt: Vriend, leen mij drie broden, want een vriend van mij is van een reis bij mij aangekomen en ik heb niets om hem voor te zetten. Zou die ander van binnen uit dan antwoorden: Val me niet lastig; de deur is al op slot en mijn kinderen en ik liggen in bed; ik kan niet opstaan om het u te geven? Ik zeg u, als hij al niet opstaat en het hem geeft omdat hij zijn vriend is, zal hij toch opstaan en hem geven al wat hij nodig heeft, om zijn onbescheiden aandringen.
Tot u zeg Ik hetzelfde: Vraag en u zal gegeven worden; zoek en gij zult vinden; klop en er zal worden opengedaan.
Want al wie vraagt verkrijgt; wie zoekt vindt; en voor wie klopt doet men open.
Is er soms onder u een vader die aan zijn zoon een steen zal geven als deze hem om brood vraagt? Of als hij om vis vraagt zal hij hem toch in plaats van vis geen slang geven?
Of als hij een ei vraagt zal hij hem toch geen schorpioen geven?
Als gij dus - ofschoon ge slecht zijt - goede gaven aan uw kinderen weet te geven, hoeveel te meer zal dan uw Vader in de hemel de heilige Geest geven aan wie Hem erom vragen.
(Lucas 11,1-13)
Het gebed van Jezus wekt bij de leerlingen het verlangen om te leren bidden. Zo is het altijd: we nodigen meer uit door zelf te bidden dan door erover te praten. Als wij zelf vrede vinden in het gebed, zal dit anderen aanspreken, en zal datzelfde verlangen groeien: 'Leer ons bidden!'
Een drukke dag begint voor Jezus diep in de nacht op een eenzame plaats in de stilte luisterend naar de VADER. ONZE Vader!', het eerste woord van elk gebed. Ons diepste ik komt open voor God die ons persoonlijk liefheeft en we komen thuis bij Hem.
We vragen dat ZIJN Naam geloofd wordt en niet ons eigen kleine naampje. Dat ZIJN Rijk van liefde in ons en in de wereld mag groeien.
Zo krijgen wij de juiste KIJK en mogen wij vragen wat ons ter harte gaat: brood voor de dagen die komen, en rechtvaardig verdeeld in deze wereld.
Wij vragen om Gods barmhartigheid met de belofte om zelf barmhartig te zijn. En dat Hij ons door de bekoringen zou leiden zonder te veel kleerscheuren.
DAT is ons leven in Gods ogen: SAMEN het brood breken en het leven delen, SAMEN elkaar dragen dag aan dag, SAMEN overeind blijven.
Ons gebed is geen handeltje! Maar we mogen onze Vader zeggen wat ons op het hart ligt. In het vertrouwen dat Hij alles ten goede keert voor wie Hem oprecht liefhebben.
Als hoogste gave krijgen wij Gods eigen Geest. Wij mogen gunsten vragen, maar hoe wij verhoord zullen worden is niet altijd duidelijk. Wel groeit op die manier in ons Gods Heilige Geest. Wij vragen Gods aandacht maar krijgen zelf meer aandacht voor God. En ons hart bloeit open in liefde en in vreugde.
Ooit vroeg men God de vijand te verpletteren. Sindsdien is ons inzicht gegroeid: we vragen en krijgen DE VELE VRUCHTEN VAN GODS GOEDE HEILIGE GEEST!
Heer Jezus,xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
schenk me de gave van het gebed.
Neem me bij de hand
en doe me verrijzen
uit de donkere put van mezelf.
Gij die ononderbroken in mij bidt,
leer mij met U omgaan,
met U spreken, in U rusten,
in ware vriendschap.
Schenk me een nieuwe kijk
op uw Aanwezigheid
in mijn hart en in mijn taak,
in mijn medemens en in de wereldnood.
Ik ben bereid
om instrument van uw Geest te zijn,
in de wereld van uw Vader.
U bemin ik, Heer.
Auteur onbekend
|