In 1878 koopt Zola in Médan, in de omgeving van Parijs, een huis om rustig te kunnen schrijven. Het wordt een trefpunt van een aantal jonge schrijvers die de romantiek, de fantasie en de sentimentaliteit afzweren en de naturalistische werken van Zola als voorbeeld nemen. Ze komen overeen om gezamenlijk een bundel verhalen te publiceren met als onderwerp de Frans-Duitse oorlog van 1870. In alle verhalen worden het burgerlijke fatsoen, het conformisme, de valse heroïek, enz. op de korrel genomen. De auteurs die eraan meewerken zijn Zola, de Maupassant, Huysmans, Céard, Hennique en Alexis. Ik ga me hier beperken tot het verhaal van Guy de Maupassant (1850 1893), het enige dat speciaal voor deze bundel werd geschreven en het enige ook dat het lezen waard is. De titel is Boule de suif ofVetbolletje.
Rouen is door de Pruisen bezet en een aantal mensen willen om verschillende redenen weg uit de stad. Het gezelschap bestaat uit drie burgerlijke koppels, twee kloosterzusters, een democraat en een lichtekooi, namelijk Vetbolletje. De rit per diligence verloopt niet voorspoedig en duurt veel langer dan verwacht. Vetbolletje is de enige die zich van eten had voorzien en ze deelt dat gul met haar medereizigers. De groep moet overnachten in een dorpje, maar de volgende dag mag hij van de Duitse officier niet vertrekken, tenzij Vetbolletje met hem het bed wil delen. Zij is echter een echte patriot en weigert. Toch zullen de anderen haar na verloop van tijd kunnen overhalen.
De Maupassant gebruikt dit verhaal vooral om de hypocrisie, het egoïsme en de ondankbaarheid van de burgerij te ontmaskeren. Hij doet dat op een meesterlijke manier. Vetbolletje is de enige persoon die menselijk overkomt.
Ik las dit boek in een Nederlandse vertaling, uitgegeven door Het Spectrum in 1982. Het is niet nodig om op zoek te gaan naar dat boek, want alleen het werk van Guy de Maupassant is geslaagd. Het is dus interessanter om een bundel verhalen van deze auteur te lezen. Al zijn verhalen zijn niet zo lang geleden in het Nederlands vertaald.
Von Keyserling: Branding Hrabal: Zwaarbewaakte treinen Voltaire: Candide Ishiguro: Een kunstenaar van het vlietende leven Hawthorne: De scharlaken letter Yalom: De Schopenhauer-kuur Rosa: De derde oever van de rivier Hoffmann: Das Fräulein von Scuderi Waugh: The Loved One Kadare: Het donkere jaar Baricco: Zijde Moorehead: De Blauwe Nijl Lampedusa: De tijgerkat Melville: Billy Budd Platonov: De bouwput Tim Parks: Bestemming Bernhard: De neef van Wittgenstein Kafka: Die Verwandlung Werfel: Het bleekblauwe handschrift van een vrouw Traven: Verhalen Baldwin: Go Tell it on the Mountain Faulkner: As I lay dying Oë: De hoogmoedige doden Trilling: The Middle of the Journey Hardy: Far from the madding crowd Kristof: De analfabete McEwan: Amsterdam Filloy: De bende Sciascia: De Zaak Aldo Moro Salinger: Franny and Zooey