Een pocket uit 1958 die ik toevallig ergens te koop zag staan en ik betwijfel of hij nog ergens te vinden zal zijn of dat hij vertaald is. Nu, over de Russische revolutie is er genoeg andere lectuur verschenen. De verdienste van dit boekje is vooral zijn helderheid. Het begint bij de tsarenfamilie en het eindigt met het vredesverdrag in Brest-Litovsk tussen Rusland en het Duitse keizerrijk. Verder krijgen we portretten van de hoofdrolspelers in de revolutie en een chronologische beschrijving van het hele verloop. De auteur is geen dweper en hij geeft een objectief beeld van de gebeurtenissen. Ik leer er vooral uit dat de revolutie er met veel geluk is gekomen. Ze dankt haar succes in de eerste plaats aan het doorzettingsvermogen, de koppigheid van Lenin, en ook aan het stuntelen van de tegenstanders, zowel in Rusland zelf als de Duitse heersers. Lenin dacht trouwens dat de revolutie eerst in Duitsland zou plaatsvinden. Dat land was veel ontwikkelder, en de revolutie zou er gemakkelijker ontstaan als verzet tegen de oorlogvoerende regering. Het liep echter anders. De revolutie op zich was niet zo bloedig (minder erg dan wat de Irakezen nu te doorstaan hebben), de terreur is pas achteraf begonnen, maar daar gaat dit boek niet over. Lenin was geen democraat. Hij was voorstander van de dictatuur van het proletariaat. De revolutie moest worden geleid door een voorhoedepartij, in dit geval de Bolsjewieken. Aanvankelijk was er wel sprake van echte democratie, via de sovjets, de raden van arbeiders, soldaten en boeren. Maar mede door de omstandigheden, de burgeroorlog, de oorlog en de gespannen verhouding met Duitsland, kwam de macht exclusief bij de Bolsjewieken te liggen.
Alan Moorehead heeft nog tal van andere historische werken geschreven. Hier heb ik onder andere heel lovend De Blauwe Nijl besproken. Ik kan de lezers dan ook alleen maar aanraden om elk boek van hem dat je ergens ziet, meteen te kopen. Je zult nooit bedrogen uitkomen.
Een ander interessant boekje dat er bij aansluit en dat gemakkelijker te vinden is, is Het Duivelspact, van Sebastian Haffner. Hij beschrijft de Duits-Russische betrekkingen van de Eerste tot de Tweede Wereldoorlog.
Van de drie toneelstukken die ik las, Sweet Bird of Youth, The Glass Menagerie en A Streetcar named Desire, vind ik het laatste het beste.
Het stuk speelt in New Orleans, in een wijk war Williams zelf nog heeft gewoond. Door die wijk reden twee trams. Op de ene stond Cemetery, op de andere Desire. Vandaar de titel van het stuk, die in het Nederlands is vertaald als Tramlijn Begeerte, wat ik al even prachtig vind als het origineel. Het heeft een tijdje geduurd voordat Williams succes had met zijn theaterstukken. Zolang het succes uitbleef, leidde hij het leven van een bohémien. Die zelfkant van de maatschappij komt vaak in zijn werk aan bod. Ook in A Streetcar named Desire.
Stella en Blanche zijn zussen. Ze woonden vroeger op een plantage in het zuiden, waren welstellend en kregen een verzorgde opvoeding. Maar mettertijd ging het bezit verloren.
Stella belandde in een achterbuurt van New Orleans waar ze samenwoont met een ruwe, gewelddadige en viriele vent. Ze heeft zich in haar lot geschikt. Op een dag krijgt ze bezoek van haar zuster Blanche. Na een mislukt huwelijk is ze het hoertje van het stadje geworden en is ze haar baan als lerares kwijtgespeeld.Ze zoekt nu haar heil bij Stella en probeert haar verleden verborgen te houden. Maar Stanley, de partner van Stella, ontmaskert haar en zal haar later helemaal vernederen door haar te verkrachten. Blanche zal ten slotte als een wrak worden afgevoerd naar een psychiatrische instelling.
Veel geweld in het stuk, wat een kenmerk van Williams is. Maar vooral de personages en de dialogen zijn meesterlijk neergezet.
Tussendoor heb ik ook wat kortverhalen van deze auteur gelezen. Sommige zijn nogal extreem. Als voorbeeld neem ik Desire and the Black Masseur. Een dertigjarige man heeft onvervulde verlangens die hij niet goed kan thuisbrengen. Op een dag gaat hij naar een massagesalon waar hij door een neger wordt gemasseerd. De man gaat echter verder en zal Anthony Burns uiteindelijk vermoorden en opeten. Kannibalisme, zoals het een tijdje in Duitsland ook werkelijk is voorgevallen. Er staan nog enkele homoseksueel getinte verhalen in de bundel. Williams heeft zich blijkbaar nooit als homo geout. Ik las ondertussen ook een beknopte biografie die geschreven werd toen hij nog in leven was. Welnu, de biografe rept met geen woord over dat aspect van de auteur. Misschien was hij bang dat het nefast zou zijn voor het succes van zijn toneelstukken op Broadway.
Twee gedichten die toevallig over hetzelfde onderwerp gaan. Dat van Gregory Corso kende ik al langer, dat van Martynov las ik pas onlangs in de Spiegel van de Russische Poëzie.
Een geheime vriend
Vriend, jij wierp mij,
In wildwater beland,
De verdrinking nabij,
Een reddingsboei toe. Ik bereikte de kant,
Gered, maar volslagen alleen, omdat jij
Beschroomd was voor mijn uitgestoken hand.
Leonid Martynov 1905 1980
Second Night in N.Y.C. after 3 Years
I was happy I was bubbly drunk
The street was dark
I waved to a young policeman
He smiled
I went up to him and like a flood of gold
Told him all about my prison youth
Anbout how noble and great some convicts were
And about how I just returned from Europe
Which wasnt half as enlightening as prison
And he listened attentively I told no lie
Everything was truth and humor
He laughed
He laughed
And it made me so happy I said:
Absolve it all, kiss me !
No no no no! he said
and hurried away.
Gregory Corso
Mijn voorkeur gaat naar het laatste gedicht. Het is zoveel levendiger dan het Russische, dat nogal stroef aandoet. Maar misschien zitten er in het Russische origineel ook wel schatten verborgen die in de vertaling verloren zijn gegaan.
Maar het gedicht van Corso is zo onbezonnen vrolijk. Het doet me denken aan het beeld Het Zotte Geweld van Rik Wouters. Ook zon uitbarsting van uitbundige vreugde.
Von Keyserling: Branding Hrabal: Zwaarbewaakte treinen Voltaire: Candide Ishiguro: Een kunstenaar van het vlietende leven Hawthorne: De scharlaken letter Yalom: De Schopenhauer-kuur Rosa: De derde oever van de rivier Hoffmann: Das Fräulein von Scuderi Waugh: The Loved One Kadare: Het donkere jaar Baricco: Zijde Moorehead: De Blauwe Nijl Lampedusa: De tijgerkat Melville: Billy Budd Platonov: De bouwput Tim Parks: Bestemming Bernhard: De neef van Wittgenstein Kafka: Die Verwandlung Werfel: Het bleekblauwe handschrift van een vrouw Traven: Verhalen Baldwin: Go Tell it on the Mountain Faulkner: As I lay dying Oë: De hoogmoedige doden Trilling: The Middle of the Journey Hardy: Far from the madding crowd Kristof: De analfabete McEwan: Amsterdam Filloy: De bende Sciascia: De Zaak Aldo Moro Salinger: Franny and Zooey