Joseph Conrad: The Secret Agentxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Mr. Verloc houdt een groezelig winkeltje open in Londen. Hij woont er met zijn jonge echtgenote Winnie en met Winnies moeder en Stevie, haar wat achterlijke broer. Dat winkeltje is slechts een dekmantel voor het eigenlijke beroep van Mr. Verloc, namelijk dubbelagent.
Zijn opdrachtgever op de Russische (?) ambassade is echter niet meer tevreden over zijn werk. Wil Verloc er nog geld aan verdienen, dan wordt er iets meer van hem verwacht, namelijk een aanslag organiseren op het Observatorium in Greenwich. Die terroristische aanslag moet ervoor zorgen dat de politie repressiever gaat optreden.
Verloc staat in contact met een allegaartje van anarchisten, van wie de meeste niet in aanmerking komen om de aanslag te plegen. Hij geraakt uiteindelijk toch aan een bom en hij zal de aanslag samen uitvoeren met zijn schoonbroer, de achterlijke Stevie. De aanslag mislukt echter op dramatische wijze. Hij leidt tot een familiedrama en uiteindelijk tot de dood van het hele gezin.
Een spionageroman uit 1907. In vergelijking met hedendaagse werken in dat genre is de intrige van de Secret Agent eenvoudig. Er gebeurt ook weinig spectaculairs in, maar dat wordt ruimschoots gecompenseerd door de tragiek van het gebeuren. Conrad tekent een harde wereld. Het enige personage met een hart is Winnie, de echtgenote van Verloc, en zij wordt door zowat iedereen belogen en in de steek gelaten. Haar man is egoïstisch en harteloos.
Conrad profiteert van de gelegenheid om verschillende soorten anarchisten op te voeren. Er is de niets en niemand ontziende Professor, de bommenmaker, die enkel wil vernietigen. Hij lijkt een extreme volgeling van Nietzsche, want hij wil al wie zwak of ziek is gewoon uitschakelen. Een rasechte nazist. De man geeft ook niet om zijn eigen leven, want hij loopt voortdurend met een bom op zak. Wie hem poogt aan te houden, vliegt mee de lucht in. Daarnaast is er de anarchist op zijn retour, die zich van de wereld heeft afgesloten en zijn memoires schrijft. Ten slotte is er de libertair, die uitsluitend zijn eigen profijt en genot nastreeft. Verloc zelf, de dubbelagent, is het type van de lafaard.
Er zijn parallellen met het terrorisme in onze tijd: een doelwit dat voornamelijk om zijn symboolwaarde wordt gekozen, opdrachtgevers die veilig op de achtergrond blijven en het vuile werk laten opknappen door willoze of willoos gemaakte jongeren.
Om de spanning hoeft men het boek niet te lezen, daarvoor kan men beter bij hedendaagse auteurs terecht. Ik laat enkele citaten volgen om de sfeer weer te geven.
Over de harteloosheid van Verloc (Stevie is de achterlijke jongen):
Mr. Verloc extended as much recognition to Stevie as a man not particularly fond of animals may give to his wifes beloved cat.
Of deze typering van de poetshulp, die geld vraagt voor haar vele kinderen thuis:
She was well aware that directly Mrs Neale received her money she went round the corner to drink ardent spirits in a mean and musty public-house the unavoidable station on the via dolorosa of her life.
De laatste paragraaf is gewijd aan de nihilistische professor. Een pessimistische noot en jammer genoeg blijken er ook vandaag nog zulke mensen rond te lopen.
And the incorruptible Professor walked, too, averting his eyes from the odious multitude of mankind. He had no future. He disdained it. He was a force. His thoughts caressed the images of ruin and destruction. He walked frail, insignificant, shabby, miserable and terrible in the simplicity of his idea calling madness and despair to the regeneration of the world. Nobody looked at him. He passed on unsuspected and deadly, like a pest in the street full of men.
|