160 gram gemalen of
geraspte oude kaas (bv. Oud-Brugge, Oud-Amsterdam, )
60 gram bloem
6 deciliter melk
60 gram boter
1 citroen
3 eieren
peper
Bereiding:
Zet de
oven op 200 graden
Maak
een béchamelsaus met de boter en de bloem.
Zet de
pan van het vuur en doe er de melk in verschillende scheutjes en
voorzichtig bij en zorg ervoor dat je geen klonters meer hebt. Doe er nu
wat peper bij volgens smaak
Breek
de eieren en doe het eiwit en de eierdooiers in een aparte kom
Doe nu
de eigelen bij de béchamel en blijf roeren tot je een mooie gladde saus
hebt.
Doe er
ondertussen voorzichtig en langzaam het sap van 1 citroen bij om de
bereiding de nodige frisse smaak te geven
Roer
er tenslotte de kaas mooi onder en controleer het geheel op een dikke mooie
brei die traag van de garde loopt
Klop
de eiwitten in een zuivere kom tot een vast massa (doe dit met de mixer op
de hoogste snelheid).
Laat
de kaassaus wat afkoelen en schep de eiwitten voorzichtig onder het
mengsel. Zorg ervoor dat je de eiwitten vrij goed onder het mengsel doet,
maar voornamelijk roer en schep niet te lang omdat voor iedere schep je
dreigt vocht in je mengsel te krijgen.
Boter
de vorm of vormen in maar let er op dat je de opstaande randen inbotert
van onder naar boven. Nadien bebloem je de kom lichtjes en verwijder je de
overtollige bloem
Doe nu
de kaasbereiding in de vorm en zet de vorm onmiddellijk in de
voorverwarmde oven die je terugbrengt op 180 graden
Laat
het geheel nu ongeveer een 30 à 35 minuten bakken.
Opmerking :
Als je de kaassaus in de
potjes of vorm doet mag je de potjes nooit meer dan 2/3 vullen gezien de
saus in de oven rijst en tot boven de potjes zal uitkomen.
Dranktip :
·Het ideale bij een kaassouflé is een goed glas met bubbels.