Mijn wens van gisteren is vervuld, mijn geroep op 'wind' heeft geholpen. Dat weerfenomeen blaast me nu van mijn sokken als ik mijn neus buiten steek, maar heeft tegelijkertijd ook de mist en nevel verdreven. Ik hoor weer de zee en adem weer frisse verse zeelucht in. Tijdens een moment van onachtzaamheid, terwijl ik de blauwe lucht aan het bewonderen was, is mijn hond weer met mijn besmeerde boterham er vanonder gemuisd. Meer uit kwaadheid op mezelf dan om de hond, verhef ik dan eens mijn stem om luidkeels en boos, nondeju te roepen. Ik heb er wel mijn boke niet mee terug maar het lucht eens op. Terwijl staat hij verbaasd naar mij te kijken dat ik zo veel opschudding maak voor een sneetje volkorenbrood met boerenboter.
De volgende regels schrijf ik in nagedachtenis van Lydie. De heilige vandaag is Sint Sebastiaan († 288), martelaar en gestorven door een pijlenregen voor de goede zaak. Hij staat in bloot torso afgebeeld, met pijlen in hoofd en borst. Het is de patroonheilige van de schutters, soldaten, jagers. En een beetje van mij, want al die beroepen hanteren een 'pijl'. Er zijn veel spreuken vandaag, de beste vind ik: Sebastien was geen kniezer, maar blijft een grote vriezer. Maar in lang vervlogen tijden moesten de leerlingen in de katholieke scholen de heiligen leren kennen, hun levensgeschiedenissen, hun patronaten. Een dichter, essayist, met nog veel meer beroepen die de pen hanteren, maar bovenal een vroom man, Gabriël Smit (1910-1981), wilde via rijmpjes en gedichtjes, de kinderen leren kennismaken met het heiligenbestand. Piet Worm (1909-1996) was tekenaar van de prentjes in de publicatie uit 1946: Roosjes uit de Hemeltuin. Er staat het volgende gedichtje: Sebastiaan, wat moet gij lijden! Ik zie de scherpe pijlen snijden. Diep in uw vlees, uw hart, uw hoofd. En nóg zingt gij, God zij geloofd. O, mocht ik, als mij pijnen slaan, zo fier en dankbaar blijven staan. Dat was mijn ingetogen moment van de dag.
De advokaten van de ontvoerders en verantwoordelijken voor de dood van peuter Dean zijn hun woordenschat al aan het verrijken en hun messen al aan het slijpen, om de vreselijke daad in een ander daglicht te stellen en van 'psychopathie' te spreken. De verontschuldiging door 'de meesters van het recht' gehanteerd: ze waren onder invloed van geestverruimende middelen en alcohol, en wisten niet meer wat ze deden, er ontstond kortsluiting in hun hersenen. Alsof dat een excuus is voor hun vreselijke daad. Volgens mij is dat niet één stop dat doorsloeg, maar hun hele electriciteitsnetwerk dat plat kwam te liggen en onherstelbare schade aanrichtte. Tot morgen
|