Inhoud blog
  • Bezinning bij de derde zondag van de Advent
  • WOENSDAG IN DE TWEEDE WEEK VAN DE ADVENT
  • TWEEDE ZONDAG VAN DE ADVENT
  • EEN GEDACHTE BIJ DE ADVENT
  • BIJ DE EERSTE ZONDAG VAN DE ADVENT
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.

    Doorheen de dagen
    Ervaringen besproken
    05-10-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 6 OKTOBER

     

    27ste ZONDAG C – 6 OKTOBER 2013

    ‘HEER, GEEF ONS MEER GELOOF!’

     

    Geloven in een God, die hier en nu begaan is met ons leven, is nooit vanzelfsprekend geweest. Vandaag horen we in het evangelie dat de apostelen aan Jezus de vraag stellen: ‘Heer, geef ons meer geloof!’

    Het is ook onze vraag, maar dat geloof als gratis geschenk van God kan maar openbloeien wanneer we ons voelen als kleine mensen, onder elkaar en tegenover God; wanneer we ons voelen als een kind dat in vertrouwen leeft tegenover vader en moeder.

     

    Op een dag zeiden de apostelen tegen de Heer: ‘Heer, geef ons meer geloof!’ De Heer zei: ‘Als jullie geloof hadden als een mosterdzaadje, zouden jullie tegen die moerbeiboom zeggen: ‘Trek je wortels uit de grond en plant jezelf in de zee!’ en hij zou jullie gehoorzamen.

    Als iemand van jullie een knecht zou hebben die ploegt of de kudden weidt, dan zal hij, wanneer die thuiskomt van het land, toch niet tegen hem zeggen: ‘Ga maar meteen aan tafel’? Zal hij niet veeleer tegen hem zeggen: ‘Maak iets te eten voor me klaar, doe je gordel om en bedien me terwijl ik eet en drink, en daarna kun je zelf eten en drinken’? Hij bedankt de knecht toch niet omdat die gedaan heeft wat hem is opgedragen? 

    Hetzelfde geldt voor jullie; wanneer jullie alles gedaan hebben wat jullie is opgedragen, zeg dan: ‘Wij zijn maar knechten, we hebben enkel onze plicht gedaan.’’

    (Lucas 17, 5-10)

     

    ‘HEER, GEEF ONS MEER GELOOF!’

    Eigenlijk is dit toch wel een vreemd evangelie. De apostelen stellen Jezus een welgemeende vraag: ‘Heer, geef ons meer geloof!’ En laat ons maar toegeven: een beetje meer geloof zou ook ons wel goed van pas komen!

    Maar Jezus geeft geen echt antwoord. Hij vertelt een parabel, waarin Hij zijn vrienden in zekere zin terechtwijst. Want in feite leert die parabel: ‘In geloof is het niet zoals in zaken. Het is geen kwestie van zoveel geven en evenveel terugkrijgen. Geen handeltje: ‘ik heb mijn deel gedaan, genoeg gebeden en mijn plichten gedaan. Laat God nu maar zijn deel doen en mij belonen!’

    Onze verhouding tot God is heel anders, mooier, dieper. We mogen God onze Vader noemen en zelf zijn wij zijn kinderen. Dan gaat het om liefde en vertrouwen zonder te rekenen. Jezus stelt dat elders duidelijk: ‘Jaag die kinderen niet weg, want het Rijk van God is weggelegd voor hen, die zijn zoals zij!’ Dat vraagt dat wij onszelf durven uit handen geven en in volle overgave aan God toevertrouwen. Zulk vertrouwen zal elke eigenwaan en hoogmoed wegnemen!

    En er is nog iets anders! We hoorden het vandaag niet, maar de vraag van de apostelen – ‘Heer, geef ons meer geloof! – komt  vlak na een ander woord van Jezus: ‘Zelfs als je broeder zevenmaal op een dag tegen je zou zondigen en zevenmaal komt zeggen: ‘Ik heb er spijt van’, moet je hem vergeven.’

    Laten we hierbij niet vergeten: ‘vergeven is vaak de moeilijkste vorm van geven, en bereidheid om vergeving te schenken de hoogste vorm van liefde.’ Oprechte liefde geeft meer dan iemand eigenlijk verdient.

    Zo gaan ze samen: vertrouwen, liefde, vergeving. We mogen geloven dat God ONZE Vader is, van ons allen. Maar zelf staan wij arm voor God en moeten eerlijk en nederig ons tekort erkennen.

    Daarom is het goed dat ook wij bidden: ‘Heer, geef ons meer geloof! Laat ons vertrouwen groeien! Vervul ons hart met diezelfde barmhartige liefde, die wij zelf onverdiend van U ontvangen!’

    ---

    De rabbi en de zeepfabrikant

    Een zeepfabrikant zei eens tegen een rabbi: ‘Wat heb je nu eigenlijk aan godsdienst?’ Kijk eens naar alle ellende in de wereld! En dat terwijl er al duizenden jaren godsdiensten bestaan! Als godsdienst waarheid is, waarom ziet de wereld er dan niet beter uit?’

    De rabbi zei niets.

    Hij nam de zeepfabrikant mee naar buiten. Daar liep een stel jongens, die van boven tot beneden onder de modder zaten. Hij zei: ‘Kijk daar eens naar. We hebben al generaties lang zeep, maar die jongens zijn zo vies als varkens. Wat voor zin heeft het om zeep te hebben?’

    De zeepfabrikant protesteerde: ‘Maar rabbi, zeep werkt alleen maar als ze wordt gebruikt.’

    ‘Precies’, zei de rabbi, ‘met godsdienst is dat ook zo!’

    (naar een joods verhaal)

    Bron: Chantal Leterme, ‘Een parel voor elke dag’

















    05-10-2013 om 09:36 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    04-10-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FEEST VAN DE HEILIGE FRANCISCUS

     

    Het Zonnelied

     

    Geprezen zijt Gij, Heer,

    met al uw schepselen,

    en heel bijzonder Broeder Zon,

    die ons de dag geeft en ons verlicht,

    die schoon is en stralend

    en met haar grote pracht

    een afbeelding is van U, Allerhoogste.

     

    Geloofd zijt Gij, Heer,

    om Zuster Maan en om de sterren,

    die Gij geplaatst hebt aan de hemel,

    helder, kostbaar en schoon.

    Geloofd zijt Gij, Heer,

    om broeder Wind,

    om de luchten en de wolken,

    om goed en slecht weer.

    Zo houdt Gij uw schepselen in leven.

     

    Geloofd zijt Gij, Heer,

    om Zuster Water,

    zo nuttig en nederig,

    kostbaar en zuiver.

     

    Geloofd zijt Gij, Heer,

    om broeder Vuur,

    door wie Gij de nacht verlicht,

    en die schoon is,

    vrolijk, onstuimig en sterk.

     

    Geloofd zijt Gij, Heer,

    om heel onze Zuster,

    Moeder Aarde,

    die ons draagt en voedt  

    en velerlei vruchten voortbrengt

    met bonte bloemen en kruiden.

     

    Geloofd zijt Gij, Heer,

    om de zieke mensen,

    die uit liefde tot U vergeven

    en ziekte en verdrukking dragen.

    Zalig zij, die de vrede bewaren,

    want Gij zult ze kronen.

     

    Geloofd zijt Gij, Heer,

    om onze Broeder,

    de Dood van het lichaam,

    die geen sterveling ontvluchten kan.

    Gelukkig, die de dood zal verrassen

    in uw allerheiligste genade,

    want de eeuwige dood kan hen niet deren.

    Looft dan en zegent de Heer,

    dankt Hem, alle schepselen

    en dient Hem in grote nederigheid.

     

    Het Zonnelied van Franciscus van Assisi werd gedicht enkele maanden voor zijn dood in 1226. De heilige, die vanuit een luxueus leven op wonderbaarlijke wijze bekeerd werd en koos voor een leven als meelijwekkende, straatarme bedelmonnik was op dat ogenblik al zeer lichamelijk verzwakt en vrijwel blind. Met een innerlijk oog, dat beter ziet en dieper schouwt, bezong hij toen in vreugdevolle dankbaarheid de ware weelde van Gods schone schepping. De voorbije eeuwen werd dit Zonnelied in vrijwel alle talen vertaald en is één der Middeleeuwse pareltjes in de wereldliteratuur geworden. Moge dit lied van vreugde, rust en dank ons doordringen om het komende jaar te leven in  nederige verwondering om het wonder van Gods Schepping.



















    04-10-2013 om 10:23 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    03-10-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    Bron: RKK Rorate, Nieuwsbrief, 28 september 2013

     

    ECHTGESCHEIDEN IN DE MARGE?

     (Mark Van de Voorde)

     

    Ik heb er nog geen enkele ontmoet, een priester die de communie weigert aan een hertrouwde echtgescheiden parochiaan. Zou er eigenlijk wel een rechtgeaarde pastor, een herder dus, bestaan die bij het uitdelen van de hostie een medechristen overslaat? Nochtans zou hij dat strikt genomen misschien wel moeten doen. Nummer 1650 van de Catechismus sluit immers burgerlijk hertrouwde echtgescheiden katholieken van de communiegang uit. Wie weet, misschien zou de priester die weigering niet eens op 'n stiekeme discrete wijze mogen doen, maar ostentatief ten aanschouwe van alle aanwezigen. Immers, volgens nummer 2380 van de Catechismus is de reden van de uitsluiting dat de hertrouwde echtgescheiden katholieken publieke zondaars zijn. Strikt genomen mag de voorganger het 'publiek' niet in het ongewisse laten. Of ik nu geen karikatuur teken? Wellicht. Of een hyperbool van de werkelijkheid.

    De kerk probeert oog te hebben voor de lastige situatie van mensen en wil ze eigenlijk niet veroordelen. Ze zit in de pastorale praktijk gewrongen tussen begrip en wet. Zelfs in haar legalistisch spreken. Want ze legt de gewetensplicht bij de betrokkenen zelf. In de Catechismus staat niet dat de priester de communie moet weigeren, maar enkel dat de betrokken katholiek ervan moet wegblijven.

    Vanuit een bepaald oogpunt gezien is dat nog hardvochtiger. De hertrouwde echtgescheiden man of vrouw dient zichzelf te distantiëren. Je zou dit kerkelijke zelfverminking kunnen noemen. Die hardvochtigheid die geen enkele rekening houdt met de oorzaak van de scheiding en alle hertrouwde echtgescheidenen over één kam scheert, is bovendien selectief. Het expliciete communieverbod slaat enkel op echtgescheidenen die in een tweede burgerlijk huwelijk zijn gestapt. Niet op wie gewoon samenwoont met een nieuwe partner (alsof de omgeving dan zou moeten veronderstellen dat zij leven als broer en zus, want niet getrouwd). Nog vrijer gaat hij uit die nooit is getrouwd en de katjes in het donker knijpt. (Ik weet wel dat je dat onderscheid perfect juridisch kunt uitleggen, maar ook dat je dat humaan en pastoraal helemaal niet kunt verdedigen.)

    Die expliciete uitsluiting van de communie is bovenal obsessioneel eenzijdig. Als het over seks gaat is de katholieke kerk altijd duidelijk in haar richtsnoeren, in andere ethische dossiers hangt er meer floers over de richtlijnen. In de Catechismus lees ik mooie passages over sociale rechtvaardigheid en harde veroordelingen van de uitbuiting. Toch staat nergens dat iemand die publiekelijk gekend is - met bewezen feiten - als een fraudeur en rijk is geworden op de rug van anderen, niet ter communie mag gaan. Hier geen "eigen schuld dikke bult".

    Ik zie ze in de kerk wel eens toevallig naast elkaar zitten: links de bedrogen echtgenoot die uiteindelijk hertrouwde, rechts de geniepige sjoemelaar die mensen in de armoede dreef. Die van links moet, strikt genomen, tijdens de communiegang op zijn stoel blijven zitten. Die van rechts mag, strikt genomen, ter tafel naderen (moreel gezien uiteraard niet, legalistisch gezien nochtans wel).

    Het is meer dan nodig dat de kerk gaat nadenken over haar houding ten aanzien van echtgescheidenen (zoals de paus nu heeft gevraagd). Niet dat dit een makkelijke zaak is. De kerk kan immers het huwelijkssacrament niet verramsjen (= dumpen – nvdr). Haar ethische balans herstellen dient ze heel zeker te doen (niet strenger zijn voor seksuele fouten dan voor sociale fouten). Ze moet bovenal begrip leren opbrengen voor het ongewild falen in het leven, voornamelijk in de liefde.

    Ik ken mensen van wie het tweede huwelijk in de praktijk authentieker en christelijker is dan hun eerste. Of de katholieke kerk daarom de weg moet inslaan van de orthodoxe kerk die het recht op een tweede kans erkent, weet ik niet. Ze zou wel alvast dat expliciete verbod op communie kunnen schrappen (want in andere ethische kwesties staat dit ook niet vermeld).

    Wat ik ook weet, is dat een christelijk kerk die zich 'katholiek' noemt, dat wil zeggen bestemd voor de hele mensheid, geen mensen kan uitsluiten die het goede voorhadden met hun leven maar die hun liefdesideaal verbrijzeld zagen worden. Uitsluiten doet de kerk in de nummers 1650 en 2380 van haar Catechismus. Alle mooie verklaringen ten spijt over hun plaats in de kerkgemeenschap, worden hertrouwde echtgescheiden mensen toch zonder meer in de marge van de kerk geduwd. Ze worden immers uitgesloten van het sacrament waarbij die gemeenschap ten diepste samenkomt. Dat is weinig christelijk en eigenlijk ook niet katholiek.

    Mark Van de Voorde is onafhankelijk publicist

    03-10-2013 om 08:05 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    01-10-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    De herfst blaast op den horen

    en ’t wierookt in het hout:

    de vruchten gloren.

    De stilten weven gobelijnen

    van gouddraad over ’t woud,

    met reeën, die verbaasd verschijnen

    uit varens en frambozenhout,

    en sierlijk weer verdwijnen …

    De schoonheid droomt van boom tot boom,

    doch alle schoonheid zal verdwijnen,

    want alle schoonheid is slechts droom,

    maar Gij zijt d’ Eeuwigheid!

    Heb dank dat Gij mijn weemoed wijdt

    en zegen ook zijn vruchten.

    Een ganzendriehoek in de luchten;

    nu komt de wintertijd.

    Ik hoor U door mijn hart en door de rieten zuchten.

    Ik ben bereid.

    Felix Timmermans

     















    01-10-2013 om 08:27 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    28-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 29 SEPTEMBER

     

    ‘DE ARME LAZARUS, VAN TOEN, VAN NU’

     

    De herfst is aangebroken, en zoals elk jaar heeft de aarde haar vruchten gegeven. Ook bij ons wil de Heer oogsten: de goede vruchten van de Geest! In deze context spreekt Jezus alweer over ‘rijk en arm’ en een eerlijke verdeling van de vruchten der aarde. Maar ondertussen tieren onrecht en honger welig voort, terwijl de rijken zich in weelde wentelen.

    Lazarus sterft nog altijd dagelijks, terwijl de vrek zijn hoofd afwendt: het evangelie van zo lang geleden blijft onveranderd waar, ook in 2013.

     

    ‘Er was eens een rijk man die in purper en fijn linnen gekleed ging en iedere dag uitbundig feest vierde, terwijl een arme, die Lazarus heette, met zweren overdekt voor de poort lag. Hij verlangde ernaar zijn honger te stillen met wat bij de rijkaard van de tafel viel. Maar er kwamen alleen honden die zijn zweren likten. 

    Nu gebeurde het dat de arme stierf en door de engelen in de schoot van Abraham werd gedragen. De rijke stierf ook en kreeg een eervolle begrafenis. In de onderwereld, ten prooi aan vele pijnen, sloeg hij zijn ogen op en zag van verre Abraham en Lazarus in diens schoot. Toen riep hij uit: Vader Abraham, ontferm u over mij en geef Lazarus opdracht de top van zijn vinger in water te dopen en mijn tong daarmee te komen verfrissen, want ik word door de vlammen hier gefolterd. 

    Maar Abraham antwoordde: Mijn zoon, herinner u hoe gij tijdens uw leven uw deel van het goede hebt gekregen en hoe op gelijke manier aan Lazarus het kwade ten deel viel; daarom ondervindt hij nu hier de vertroosting maar wordt gij gefolterd. Daarenboven gaapt er tussen ons en u voorgoed een wijde kloof, zodat er geen mogelijkheid bestaat – zelfs al zou men het willen – van  hier naar u te gaan noch van daar naar ons te komen. 

    De rijke zei: Dan vraag ik u, vader, dat gij hem naar het huis van mijn vader wilt sturen,  want ik heb nog vijf broers; laat hij hen waarschuwen, opdat zij niet eveneens  in deze plaats van pijniging terecht komen. Maar Abraham sprak: Zij hebben Mozes en de profeten; laat ze naar hen luisteren. 

     Maar de rijke zei: Och neen, vader Abraham! Maar als er een uit de doden naar hen toegaat, zullen ze zich bekeren. Abraham echter sprak tot hem: Als ze naar Mozes en de profeten niet luisteren, zullen ze zich ook niet laten overreden als er iemand uit de doden opstaat.’

    (Lucas 16, 19-31)

     

    ‘PROFETEN VROEGER EN VANDAAG’

     

    ‘Als ze naar de profeten niet luisteren …’, een onopvallend zinnetje uit het evangelie. Niet alleen toen, ook nu nog zendt God zijn profeten! Cesar Maes was zo’n ongekende profeet. In 1970, hij was toen bijna 40, een prof met veel talent en aanzien, maar zijn hunker reikte verder: hij liet de wijsheid en de rijkdom van de wereld achter zich en vertrok als missionaris naar de armste Indianen van de parochie San José Ojètenam in Zuid-West Guatemala. In 2005 is hij daar, op 74-jarige leeftijd overleden. Aan hem is volgend tweevoudig ‘In Memoriam’ gewijd:

     

    Beste vrienden,

    Dat we mogen deelnemen aan dit dankoffer maakt ons blij. Moge deze viering voort zinderen als een orgelpunt dat voor altijd wordt geplaatst achter de levenssymfonie die Cesar gedurende 35 jaren heeft gecomponeerd en uitgevoerd.

    De graankorrel die Cesar heeft geplant in de aarde van San José is gestorven maar de oogst is er des te rijper om en zal nog groter worden.

    ‘Geef de indianen eerst hun fierheid terug ; pas daarna kunt ge binnen treden in hun ziel ‘: deze gedachte vertaalde Cesar in daden, elke dag opnieuw.

    Hij was inderdaad gehard door het leven. Eenvoud en al die kleine gewone dingen die moeder aarde ons schenkt, tekenden hem zeer, zeer diep. Dit gaf hem die onweerstaanbare kracht om naar de kleinen toe te gaan en altijd mild te zijn voor de anderen.

    Op 2 september laatstleden mochten we Cesar nogmaals ontmoeten in zijn warme familiekring te Overmere. We herkenden het brevier met psalmgebeden dat nooit ver van hem af lag als een trouwe compagnon: het lag ietwat beduimeld op het tafeltje in de kamer.

    Hij sprak er niet veel over zichzelf, maar wel des te meer over zijn mensen in San José, over hun overvloedige forellenkweek, over de Prado – een vijver zo groot als een voetbalveld – over zijn opvolger Padre Saul , en … dat hij er aan dacht zich terug te trekken in de kalmte van de ‘choco casa’: zijn geliefde hut tegen de flank van een lang gedoofde vulkaan, en omgeven met vijvers en bloemen en kolibries.

    Bij ’t afscheid beloofden we hem de volgende dag een brief achterna te sturen: ‘Zo vlug al?’ vroeg hij zeer gevat. Waarop we opperden dat die brief wel een hele tijd onderweg zou blijven. Een niet mis te verstane afspraak dus. Drie dagen later vloog hij voor goed terug naar Guatemala … en nog veel, veel verder …

    Hij had er echter op aangedrongen – daar hijzelf nog wat moe was en veel moest rusten van de dokter – dat we toch nog eens naar die prachtige Donk van Overmere zouden gaan wandelen. En we dachten terug aan zijn laatste brief waarin hij in nota vermeldde dat het nog niet te laat was om hem te komen bezoeken in San José. En dat zijn mensen zo blij waren met de nieuwe zwemkom. En hij voegde er aan toe: ‘Afwachten wat de gezondheid zegt. We zijn ook niet meer van de jongsten. Maar voorlopig geen klagen.’ En hij besloot veelbetekenend: ‘Veel vrede en vreugde voor dit jaar... en alle jaren daarna…’ Dat was december 2004…

    Maar keren we terug naar de parochie die hij heeft gesticht in 1970. Het bruiste er van leven en gezelligheid: zijn deur stond altijd open voor duizenden van zijn mensen. Er was trouwens geen bel.

    Niet de minste moeite heeft hij gehad om zijn universitair diploma opzij te leggen, met veel plezier. Om met zijn handen en met zijn ziel iets te gaan doen voor die gewone Maya – indianen. Zoals in de Duitse uitgave van zijn geschriften getiteld stond: ‘Das Abenteuer nimmt seinen Lauf!’: het avontuur kon beginnen: en hij ging met zijn volk voor goed op weg.

    Cesar was weliswaar geen klompenmaker, maar toch wel een ware stielman voor God. Hij was bijtijds verpleger, ambulancier, ontwerper van kacheltjes, molenaar, bakker, groenten- en fruitkweker, visser, bomenplanter. Hij kweekte waterlelies, oesterzwammen. Hij was onderwijzer, advocaat, boekenschrijver, catechist en peter, muzikant, bergbeklimmer. En bracht zijn mensen ertoe hetzelfde te doen. Met als enig doel zijn mensen warm te maken voor een volwaardig leven.

    En ze klampten zich aan hem vast. Hij van zijn kant voelde zich tijdens de feestelijke zondagseucharistie als gedragen door een ‘nieuwe’ kerk: honderden van zijn mensen trokken er heen – vaak van uren ver en te voet over berg en dal om er de hele zondag door te brengen als een feest zonder einde. Tijdens de preken was de ene of andere gevatte opmerking van de mensen zeer welkom. En hij zegende velen en dikwijls.

    Hij stond in pure bewondering voor het oneindig kleine en het ontzaglijk grote in de natuur. Onwillekeurig denken we hier terug aan het kleinste vogelnestje van de langgebekte kolibrie dat hij ons aanwees, amper 2 cm groot. Evengoed ontplooide hij voor wie begrijpen wilde de immense sterrenhemel zoals we die in ons westen helemaal niet meer kunnen zien.

    Vandaag staat het deurtje van de ‘choco casa’, die intieme houten blokhut, voor goed wijd open, met uitzicht op de Prado en San José: zijn land van belofte. Cesar wilde op het einde alleen zijn om zeer dicht bij die sterrenhemel te blijven: want hij ervoer er dwars doorheen een totaal andere en nieuwe dimensie: deze van zijn Schepper en Heer.

    Over enkele dagen zullen de mensen van San José hun dierbare doden bezoeken: ze zullen de zerken wit en blauw schilderen, met bloemen en slingers versieren; ze zullen er samen eten, en praten tot hun dierbaren, wellicht ook bidden…

    Want ooit schreef Cesar: ‘Ik durf hopen dat ooit een kind wat veldbloemen plant op mijn graf’. En hij voegde er fijntjes aan toe: ‘En dat mogen zelfs heel kleine zijn’. ‘Ik heb zo veel van de sterren gehouden dat ik geen nacht meer vrees.’ En ‘een glimlach is sterker dan een traan.’

    Cesar wuifde alle negativisme weg en durfde uitroepen: ‘A Dios tristeza! Weg met al die droefheid! Leg al uw pijn in Gods handen!’. En op bladzijde 59 van zijn boek vinden we de foto van een Cesar met een peuter op de schoot: twee lachende figuren, waarbij hij met de vinger de kleine naar omhoog wijst..

    Dank u Cesar, voor uw eeuwig aantrekkelijke glimlach. Die heeft vast iets met uw SCHEPPER, met onze God te maken.

    Want er staat en blijft in reuze grote letters in de Prado geschilderd: TODO HABLA DE DIOS. Alle dingen en mensen zeggen zo veel over onze God. En Cesar voegt er aan toe op zijn Overmeres: ‘Als ge goe kijkt!’….

    Dank voor dat alles, Cesar !!!

    Claudine en Herman Kerkhove. Ronse.

    ---

    ADIOS CESAR MAES

    Dagelijks surf ik eventjes naar de katholieke nieuwssite Rorate (RKNieuws.net) op zoek naar de kerkelijke actualiteit. Maar dinsdag was het even schrikken. ‘Fidei-Donumpriester Cesar Maes in Guatemala overleden’.

    Het bericht kwam dan toch nog – ondanks onze weet van zijn ziekte – als een verrassing. Cesar Maes…, Ronse mag hem gerust tot een van de zijnen rekenen. Ik heb hem van nabij meegemaakt toen hij leraar was in het Sint-Antoniuscollege. Uren heb ik – als jonge beginnende collega-germanist – met hem ‘gesleten en genoten’. En hij kon als geen ander vertellen: over zijn armoedige jeugd (hij werd geboren te Uitbergen in 1931, maar zijn kinderjaren bracht hij door te Overmere), zijn priesterroeping (hij werd in Gent tot priester gewijd in 1957), zijn vele vriendschappen, zijn beginjaren op het college. Over die laatste getuigde hij:’ Mijn benoeming (31 augustus 1961,) te Ronse had ik gevreesd: ik had daar voordien een niet volledig geslaagde interim. ’t Schijnt dat Cyriel Martens bij de superior Couvreur op mijn benoeming aandrong: er waren niet zoveel priestergermanisten beschikbaar en van mij wist men al ongeveer welk soort vlees men in de kuip kreeg. Van twee kwalen kon ik eventueel nog de kleinste zijn.’ 

    Maar zijn diagnose was verkeerd. Hij werd een hoog gewaardeerde leraar Engels en Duits. Aan allerhande voorgekauwde didactiek had hij een broertje dood. Hij gaf les vanuit de buik – neen, ’t zat hoger – vanuit zijn hart! Grammatica en regeltjes waren hem er teveel aan. Hij trainde zijn leerlingen in de ‘communicatieve vaardigheden’ – pratend als de beste – lang voor de uitvinders van de didactische geheimtaal geboren waren. Met een bang hartje moest ik die man opvolgen. Die man, die aan het college mede zoveel glans gaf. Met zijn knapenkoor, de 'Vreugdezangertjes', mocht hij, aldus zijn getuigenis, ‘veel beleven. Wij zongen slordig maar wij zagen veel, ook bergen en edelweiss, met terloops een buitenlands optreden in de open lucht. Het was een aangename, jeugdige boel met kampen, uitstappen en romantiek. Ik was getekend door vele jaren activiteit in de jeugdbeweging. Des vriends was ons belangrijker dan de kunst.’ Vele oud-leerlingen zullen het zich wel herinneren.

    Veel muzikale bagage had hij van huis niet meegekregen. ‘Mijn opleiding begon in een klein huis Onze ongeschoolde moeder zong graag en wij dus ook…’

    Inderdaad, hij was niet te beroerd om zijn geringe afkomst te koesteren. Ooit schreef hij: ‘Mijn ‘curriculummeken’ begon nochtans met een meevaller. Ik mocht in een arme familie geboren worden, op een steenworp van een groot meer, vol aantrekkelijkheden. Vader was een klompenmaker en dat was geen indrukwekkende carrière. Hij maakte klompen en, met moeder, elf kinderen. Vier ervan waren mij voor bij de aankomst, ik hield er zes achter mij. Dat was veel volk voor een klein huis.’ Maar net die jeugdervaring deed hem de oren spitsen naar een tweede roeping: priester-missionaris worden bij de armste der armen. Hij aardde gewoon niet in de swinging sixties! Toen ‘…groeide echter de pijnlijke zekerheid dat er een onchristelijke kloof ligt tussen de theologie van de welgevoeden en de theologie van de opzij geduwden.’

    Begin 1970 besloot hij als ‘Fidei Donum’-priester naar Guatemala te vertrekken. Hij werd er de eerste pastoor van San José Ojetenàm. Het dorp in Zuid-West-Guatemala, in de grensstreek met Mexico, ligt op 3.000 meter hoogte en telt ca. 12.000 inwoners.( De term ‘Fidei Donum’’ verwijst naar de gelijknamige encycliek van paus Pius XII uit 1957 waarin de paus zijn collega's-bisschoppen oproept om voor een bepaalde tijd priesters van hun bisdom te zenden naar bisdommen elders in de wereld om daar hun diensten aan te bieden aan de plaatselijke bisschop).

    En hij bleef er… en leefde er temidden van de lokale arme indiaanse bevolking, hoog in de bergen. Hij richtte er een proefterrein op (met eigen gekweekte groenten en dieren), bouwde een kerkje (waarin de liturgie telkens vrolijk de muren uitbarstte), animeerde er organiseerde in een gerenoveerde zaal (‘Adios Tristeza’!) bonte avonden in de beste Vlaamse traditie (hij leerde de indianen ‘Op de purperen hei’!), en leidde catechisten op, bezocht oude en zieke mensen op de meest onmogelijke plekken… en overleed er. En terwijl ik laat in de avond dit allemaal neerschrijf, is aan de overkant zijn uitvaart bezig.

    Die mag ik als gelovige – wat Cesar betreft – een welverdiende ‘invaart’ noemen naar het huis van de Vader. In 1994 schreef hij: ‘Ik zag ook enkele oudjes zingend sterven. Zo zou ik ook willen sterven, maar of ik, na de gelukkige jaren in dit paradijs van eenvoud, nog in aanmerking kom voor een hemel van langere duur hangt af van de voorwaarden van de Heer, de enige groothandelaar in geluk…’. Die voorwaarden zijn ruimschoots vervuld. Adios, Cesar!

    Gaby Verzele

     

    ‘Als ze naar de profeten niet luisteren …’ zei Jezus in één van zijn mooiste parabels toen. Zou Hij vandaag andere woorden spreken, als Hij die talloze hongerlijders zou zien, aan de poort van de rijken?

     ---

     ENKELE CITATEN UIT HET BOEK

    ‘ADIOS TRISTEZA’

     

    Voorlopig huis ik nog in het primitieve hok. Ik gaf het een moderner uitzicht met een degelijke petroleumlamp, een paar planken voor de potten en de pannen en een reeks nagels voor de kopjes, want ik heb er nu al vijf. Een plastiekzak, waarin ooit een deken stak, is het venster. De WC, die honderd meter verder staat, kan nu eindelijk ook bij regenweer gebruikt worden.’

     ‘Ik kook zelf mijn potje. Ik ben helemaal geen sukkelaar. Men moet eerst honger hebben om te weten hoe lekker een schotel pakjessoep smaakt. Lekker zijn ook de bananen, de tomaten, de eieren, de aardappelen, al zijn er niet telkens alle ‘oogjes’ uit, en de ruwe lappen vlees. Men moet eerst door vlooien gebeten zijn om te weten hoe weldoend een zalfje kan zijn. Men moet eerst moe zijn om van rust te genieten. De nachten zijn heerlijk, ook zonder lakens, na een bezoek te paard aan een ver bergdorp. Men moet eerst heimwee hebben naar het oneindige en naar de mensen opdat elk woord van omhoog en elke groet van een vriend verrijkende vreugde kan geven.’

     ‘Dit heb ik nu al beter begrepen: dat er zonder behoeften geen voldoening kan zijn en dat wie sterren wil zien in de nacht moet gaan staan.’

     ‘Soms heb ik het gevoel dat ik mij vergist heb, dat ik allang hier had moeten zijn, dat ik deugden heb geleerd die hier niet passen. Stiptheid? Wat een gekke uitvinding is een uurwerk, dat ons steeds op de hielen zit en aanspoort om tijd te winnen, zonder te weten waarvoor. Een Indiaan weet beter en heeft tijd genoeg. Beleefdheid? Geef mij maar de warme, vuile hand van een Indiaanse boer en de glimlachende groet van ongewassen kinderen.’

    Wij steken van wal met vertrouwen in de toekomst en met de hoop dat het getuigenis van ons geloof luid en oprecht mag klinken.

     ‘Terzelfdertijd groeide echter de pijnlijke zekerheid dat er een onchristelijke kloof ligt tussen de theologie van de welgevoeden en de theologie van de opzijgeduwden’.

    ‘Voor de zwijgzame Indianen is de glimlach de taal van hun vriendschap. Ze glimlachen voortdurend.’

     ‘Het ouder worden doet denken. Over de mooie, kleine dingen hier, die ik in België niet kon zien, omdat daar de huizen te hoog zijn.’

    ‘Eigenaardig hoe volle magen niet enkel stevige buiken maar ook slappe geesten kweken.’







    28-09-2013 om 08:47 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    26-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    Een glimlach kost niets

    maar doet zoveel.

     

    Het maakt de ontvanger rijker

    zonder de schenker armer te maken.

     

    Het duurt maar één moment

    maar de herinnering eraan is onsterfelijk.

     

    En als de glimlach die je verdient

    je wordt geweigerd,

    wees dan grootmoedig en …

    geef de jouwe.

     

    Want niemand heeft een glimlach zo nodig

    dan diegene, die er geen kan geven.

     

    Bron onbekend

    26-09-2013 om 07:16 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (6 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    24-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    ’Er viel ‘n keer een bladje op

    het water

    ’Er lag ’n keer een bladje op

    het water

    En vloeien op het bladje dei

    dat water

    En vloeien dei het bladje op

    het water

    En wentel-winkelwentelen

    in ’t water

    Want ’t bladje was geworden lijk

    het water

    Zoo plooibaar en zoo vloeibaar als

    het water

    Zoo lijzig en zoo leutig als

    het water

    Zoo rap was ’t en gezwindig als

    het water

    Zoo rompelend en zoo rimpelend

    als water

    Zoo lag ’t gevallen bladje op

    het water

    En m’ ha’ gezeid het bladje ende

    ‘et water

    ’t En was niet ’t een een bladtje en ’t an-

    der water

    Maar water was het bladtje en ’t blad-

    tje water

    En ’t viel ne keer een bladje op

    het water

    Als ’t water liep het bladje liep,

    als ’t water

    Bleef staan het bladtje stond daar op

    het water

    En rees het water ’t bladtje rees,

    en ’t water

    En daalde niet of ’t bladtje daalde 

    en ’t water

    En dei niet of het bladtje dei ’t

    in ’t water

    Zoo viel der eens een bladje op

    het water

    En blauw was ’t aan den hemel end’

    in ’t water

    En blauw en blank en groene blonk

    het water

    en ’t bladje loech en lachen dei

    dat water

    Maar ’t bladtje en wa’ geen bladje neen

    en ’t water

    En was nie’ meer als ’t bladjen ook

    geen water

    Mijn’ ziele was dat bladje : en

    dat water

    Het klinken van twee harpen wa’

    dat water

    En blinkend in de blauwte en in

    dat water

    Zoo lag ik in den Hemel van

    dat water

    Den blauwen blijden Hemel van

    dat water

    En ’t viel ne keer een bladje op

    het water

    En ’t lag ne keer een bladje op 

    het water.

     

    Guido Gezelle

















    24-09-2013 om 07:29 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (8 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (1)
    21-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 22 SEPTEMBER

     

    25ste ZONDAG C – 22 SEPTEMBER 2013

    EEN OPLICHTER LEERT ONS DE LES

     

    ‘Een oplichter leert ons de les’. Het klinkt ons vreemd in de oren. Eens te meer gaat het over geld en goed, en meteen ook over eerlijkheid en bedrog, en tevens over recht en onrecht. Zo dikwijls spreekt Jezus daarover, het moet dus wel een grote bekoring zijn: dat we eerder voor het geld leven, dan voor God.

    We kunnen geen twee heren dienen: ons hart zal daar vertoeven waar datgene gelegen is, wat ons het meest dierbaar, het meest geliefd is: ‘Waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn.’

     

    Jezus sprak tot zijn leerlingen: `Een rijk man had een rentmeester, maar hij kreeg klachten dat die zijn bezit verkwistte. Hij riep hem bij zich en zei: `Wat hoor ik daar over u? Ik wil dat u rekenschap aflegt, want zo kunt u geen rentmeester blijven.'' 

     

    De rentmeester zei bij zichzelf: `Wat moet ik doen? Mijn heer ontneemt mij het beheer. Spitten kan ik niet, en bedelen, daar schaam ik me voor. Ik weet al wat ik moet doen om te zorgen dat ze me, na mijn ontslag als rentmeester, in hun huis ontvangen.'' 

     

    Een voor een liet hij de pachters van zijn heer bij zich komen. Tot de eerste zei hij:`Hoeveel ben je mijn heer schuldig?'' Die antwoordde:`Honderd vaten olie.'' Hij zei:`Hier is het contract, ga zitten en maak er vlug vijftig van.'' De volgende vroeg hij:`En jij, hoeveel ben jij hem schuldig?'' Die antwoordde:`Honderd zakken tarwe.'' De rentmeester zei tegen hem:`Hier is je contract, maak er tachtig van.'' 

     

    De heer prees de gewiekste aanpak van de onrechtvaardige rentmeester.  De kinderen van deze wereld gaan onderling immers handiger te werk dan de kinderen van het licht. Ook Ik zeg jullie: maak je vrienden met behulp van de geldduivel; als die je dan ontvalt, zullen ze je ontvangen in de eeuwige tenten. 

     

    Wie betrouwbaar is, is betrouwbaar in het klein en in het groot, en wie in het klein onrecht doet, doet het ook in het groot. Als jullie met de geldduivel onbetrouwbaar zijn geweest, wie zal jullie dan het ware goed toevertrouwen? En als jullie niet te vertrouwen zijn geweest met andermans goed, wie zal jullie dan toevertrouwen wat voor jullie is weggelegd? Geen knecht kan twee heren dienen, want hij zal of de een verfoeien en van de ander houden, of zich hechten aan de eerste en de ander verachten. Je kunt niet tegelijk God dienen en de geldduivel.'

    (Lucas 16,1-13)

     

    GOD OF DE GELDDUIVEL

    Een boekhouder, die niet deugt en die zijn vel wil redden door valsheid in geschrifte. Zo iemand wordt geprezen! Hoe is dat mogelijk?

    Laten we uitgaan van de situatie: de man is ontslagen en wat kan hij doen? Spitten kan hij niet, bedelen is een schande. Dus neemt hij snel een beslissing: hij zal vrienden zoeken door vals te spelen. Alleen die besliste aanpak wordt geprezen, verder valt er niets te prijzen. Hij blijft niet bij de pakken zitten, maar gaat kordaat te werk. Dát stelt Jezus tot voorbeeld.

    De kinderen van het licht zouden even kordaat moeten handelen. Wie Jezus volgt, moet kiezen. Jezus preekt een nieuwe levenswijze en wie Hem wil volgen, krijgt de vraag: laat ik alles bij het oude of keer ik me af van al wat kwaad is in mij en in de wereld?

    Wellicht voelen wij dat appèl niet meer zo sterk als zij die Jezus zelf gehoord en gezien hebben, dat vuur in zijn stem – en in zijn ogen, die geestdrift, die gloed. Maar juist door die wil om ALLES ANDERS te maken staat Jezus in de lange rij van profeten die ALTIJD opriepen om slechte wegen te verlaten en het goede pad te kiezen. Overtuigd! Vastberaden! Kordaat!

    Aan ons de keuze!

    Ook de profeet Amos gaat heftig te keer tegen onmenselijke uitbuiters,  bedriegers, die alleen winst zoeken ten koste van armen. Geld is de afgod, die hun hart misleidt.

    ‘Jullie, die de armen kwaad willen berokkenen en uit zijn op de ondergang van de machtelozen van dit land, LUISTER!

    Nooit – en dit zweert de HEER op wie Jakobs volk zich laat voorstaan – nooit zal ik een van jullie daden vergeten.’

    Zo MOETEN ook wij duidelijk stellen wat voor ons op de eerste plaats komt. Overtuigd! Vastberaden! Kordaat! Rijkdom en macht zijn zo dikwijls een hinderpaal voor recht en betrouwbaarheid, in kleine en in grote dingen.

    Het laatste zinnetje zindert na: ‘Je kunt niet tegelijk God dienen en de geldduivel.’ Want ‘waar je schat is, daar zal ook je hart zijn’.

    Laten we daarom deze oude wijsheid niet vergeten:

    ‘Van alles waarover je moet waken,

    waak vooral over je hart,

    want het is de bron van je leven.’

     

     De afgod geld

     

    U bent mijn God,

    maar er is midden in mijn leven

    een gouden teken opgeheven

    dat met uw macht en liefde spot.

     

    De afgod geld

    staat allerwegen voor mijn ogen

    als nieuw en enig alvermogen

    en roept en trekt mij met geweld.

     

    Laat toch niet toe

    dat ik mij op hem blind zou staren

    en hem tot meester zou verklaren:

    dat ik een knieval voor hem doe.

     

    O maak mij vrij

    van al de nieuwe aardse goden

    en hun verslavende geboden;

    van hebzucht en van hovaardij.

     

    Houd U mij vast,

    dat ik mijn vingers niet zal branden:

    leer mij dat in uw eigen handen

    het ware goud ligt opgetast.

     

    En laat U zien:

    dat ik voortaan voorgoed zal weten

    hoe groot en rijk en niet te meten

    de ene Heer is die ik dien.

    Michel van der Plas













    21-09-2013 om 09:48 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (5 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    19-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    Een wijs mens worden

     

    Een leerling vroeg aan zijn meester :

    'Hoe kan iemand een wijs mens worden?

     

    De meester gaf hem ten antwoord :

    'Wijsheid is niet meer

    dan het vermogen om te herkennen'.

     

    'Maar wat moet je dan herkennen?’

    hernam de leerling.

     

    De meester vervolgde:

    'De wijsheid is het vermogen

    om een vlinder te zien in de rups,

    om een adelaar te zien in het ei,

    om een beeld van David te zien

    in een blok marmer

    en de heilige in de zondaar.'

    (Soeftiverhaal)

     

     

    Waarlijk groot

    is die mens

    die overvloeit van goedheid.

     

    Thomas a Kempis

     

    19-09-2013 om 08:45 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (15 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    17-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    KLEIN DANKLIED

     

    Gij hebt, o God, dit broze
    bestaan gewild,
    hebt boven ’t nameloze
    mij uitgetild, -

    laat mij dan dankbaar leven
    de volle tijd,
    geborgen in de beven-
    de zekerheid,

    dat ik niet uit dit smal en
    onvast bestand
    van mijn bestaan zal vallen
    dan in uw hand.

     

    Ad den Besten

    17-09-2013 om 07:58 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (16 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    14-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 15 SEPTEMBER

     

    24ste ZONDAG C – 15 SEPTEMBER 2013

     ‘ZO ZAL ER MEER VREUGDE ZIJN’

     

    Tot driemaal toe delen we vandaag in de aanstekelijke vreugde van iemand die terugvindt wat verloren was: een herder zoekt zijn schaapje, dat de weg is kwijtgeraakt; een vrouw heeft een geldstuk verloren, en een man staat te wachten op zijn zoon, die verloren liep.

    Tot driemaal toe is er die grote vreugde omdat – na dagen of jaren van wachten en zoeken – opnieuw gevonden werd, wat voorgoed verloren leek.

    Tot driemaal toe zegt Jezus ons: ZO IS GOD. Zijn geduld is eindeloos en zijn hart is altijd groter, altijd groter dan wat menselijk verstand ingeeft.

    ‘Wees dus barmhartig en warmhartig, zoals jullie Vader barmhartig en warmhartig is.’

     

    Telkens kwamen alle tollenaars en zondaars naar Jezus luisteren. De farizeeën en schriftgeleerden spraken daar schande van en zeiden: `Die man ontvangt zondaars en eet met hen.'

    Maar Hij vertelde hun deze gelijkenis: `Als een van u honderd schapen heeft en er één van verliest, laat hij dan niet de negenennegentig andere schapen in de eenzaamheid achter om op zoek te gaan naar het verloren schaap, totdat hij het vindt? En als hij het gevonden heeft, neemt hij het vol blijdschap op zijn schouders; thuisgekomen roept hij zijn vrienden en buren en zegt hun: `Deel in mijn vreugde want ik heb mijn verloren schaap weer teruggevonden.' Ik zeg u, zo zal er in de hemel meer vreugde zijn over één zondaar die zich bekeert, dan over negenennegentig rechtvaardigen die geen bekering nodig hebben.

    Of als een vrouw die tien drachmen heeft, er één verliest, steekt ze dan niet een lamp aan, veegt het huis en zoekt zorgvuldig totdat zij die drachme vindt? En als zij die gevonden heeft, roept ze haar vriendinnen en buren en zegt: `Deel in mijn vreugde, want de drachme die ik verloren had, heb ik teruggevonden.' Zo, zeg Ik u, is er vreugde bij de engelen van God over één zondaar die zich bekeert.'

    Hij ging nog verder: `Iemand had twee zonen. De jongste zei tegen zijn vader: `Vader, geef mij mijn deel van de erfenis.' En de vader verdeelde zijn vermogen onder hen. Niet lang daarna vertrok de jongste zoon met al zijn bezit naar een ver land, waar hij het verkwistte in een losbandig leven. Toen hij alles opgemaakt had, kwam er een zware hongersnood over dat land en ook hij begon gebrek te lijden. Hij zwierf rond tot hij in dienst trad bij een van de inwoners van dat land; die stuurde hem het veld in om varkens te hoeden. Graag had hij zijn honger gestild met het voer dat de varkens aten, maar niemand gaf hem wat.

    Toen kwam hij tot zichzelf en zei: `Zoveel dagloners van mijn vader hebben brood in overvloed, en ik verga hier van de honger! Ik ga terug naar mijn vader. Ik zal hem zeggen: Vader, ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u; ik ben het niet meer waard om uw zoon te heten, behandel me als een van uw dagloners.' En hij ging terug naar zijn vader. Toen hij nog ver van huis was, zag zijn vader hem al en werd ontroerd; snel liep hij op hem toe, viel hem om de hals en kuste hem. `Vader,' zei de zoon tegen hem, `ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u; ik ben het niet meer waard om uw zoon te heten.' Maar de vader zei tegen zijn slaven: `Haal vlug de mooiste kleren en trek ze hem aan, doe een ring aan zijn vinger en schoenen aan zijn voeten. Haal het gemeste kalf en slacht het; laten we eten en feestvieren, want mijn zoon hier was dood en is weer levend geworden, hij was verloren en is teruggevonden.' En het feest begon.

    Maar zijn oudste zoon was nog op het land. Toen hij naar huis kwam, hoorde hij muziek en dans. Hij riep een van de knechten en vroeg wat er te doen was. Die antwoordde: `Uw broer is thuisgekomen en uw vader heeft het gemeste kalf geslacht, omdat hij hem gezond en wel terug heeft.' Toen werd die broer kwaad en hij wilde niet binnenkomen. Daarop kwam zijn vader naar buiten en probeerde hem tot andere gedachten te brengen. Maar hij gaf zijn vader ten antwoord: `Ik dien u nu al zoveel jaren en nooit heb ik een gebod van u overtreden, maar mij hebt u nog nooit een bokje gegeven om met mijn vrienden feest te vieren. Maar nu die zoon van u is thuisgekomen, die uw vermogen met hoeren verbrast heeft, hebt u voor hem het gemeste kalf geslacht.'

    Maar de vader zei : `Jongen, jij bent altijd bij me en alles wat ik heb is van jou. We moeten feestvieren en blij zijn, want die broer van je was dood en is weer levend geworden, hij was verloren en is teruggevonden.'

    (Lucas 15,1-32)

     

    ‘DE GOEDE HERDER’

     

    Ik geloof

    in de God van het christendom.

    Ik geloof in God

    zoals Hij zich in Jezus heeft geopenbaard,

    zoals Hij in Jezus zichtbaar is geworden.

    Een God die houdt van armen en zondaars,

    die Zich alleen maar kwaad maakt

    op schijnheiligen en huichelaars.

    Een God die in het zand schrijft

    voor een overspelige vrouw,

    die het verloren schaap

    op zijn schouders neemt

    en de verloren zoon

    feestelijk ontvangt.

    Een God die zijn verrader kust

    en het paradijs geeft

    aan de goede moordenaar.

    Een God,

    die vergeeft aan wie Hem kruisigen.

     

    Phil Bosmans

     

     

















    14-09-2013 om 10:56 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (9 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    11-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    DE  KUNST 

    VAN  DE  RELATIVERENDE  GLIMLACH

     

    Als je ouder bent moet je sterker in je schoenen staan dan ooit want …

     

    Als de jeugd moe is, is ze aan vakantie toe

    Als de ouderen moe zijn zegt men: ‘Ze takelen af’.

    Als de jeugd bezwaren maakt, heeft ze een uitgesproken mening

    Als de oudere mensen bezwaren maken, dan hebben zij het niet begrepen.

    Als de jeugd verliefd is, voelt ze zich jong.

    Als de ouderen verliefd zijn, noemt men ze kinderachtig.

    Als bij de jeugd iets mislukt, zegt men:  

    ‘We gaan er tegenaan, volgende keer beter’ .

    Als oudere mensen iets overkomt zegt men:

    ‘Laat maar, het heeft toch geen zin meer’.

    Als de jeugd iets vergeet hoor je: ‘Ik heb het waanzinnig druk’.

    Als ouderen iets vergeten zegt men: ‘Hij of zij wordt dement’.

    Als de jeugd depressief is heeft ze problemen;  

    als de ouderen depressief zijn moeten ze niet zeuren.

     

    Maar wij, senioren, zijn de overlevers.

    Kijk maar naar al de veranderingen die we hebben meegemaakt:

    Wij werden geboren vóór:

    TV, penicilline, polioprikken, diepvriesvoedsel,

    kopieerapparaten, plastic, contactlenzen, de pil,

    GSM, computers, e-mail, radar, creditcards,

    atoomsplitsing, laserstralen, panty’s, vaatwassers,

    droogkasten, elektrische dekens, airconditioning, …

    en vóór de mens op de maan liep.

     

    Wij trouwden eerst en woonden dan samen: hoe ouderwets!

    Wij werden geboren voor er huismannen, deeltijdbanen,

    kinderdagverblijven, groepstherapie en verpleeghuizen waren.

    In onze tijd waren kevers insecten en geen Volkswagens.

    Een ontsteking had niets te maken met elektronica.

     

    Wij hadden nooit gehoord van:

    TL, TV, CD, PM, video, magnetrons, elektrische schrijfmachines,

    faxen, kunstharten, kunstnieren, tekstverwerkers, printers,

    draadloze telefoons, biogarde, emulgatoren, booreilanden …

    En ook nooit van jongens met oorringen, hippies, yuppies,

    BOM-vrouwen, holebi’s en LAT-relaties.

     

    Wij waren er ook al vóór :

    De  A 27, E 19, E 40, de TGV …

    Toen betekende ‘Made in Japan’: rommel.

    Wij hadden nooit gehoord van pizza’s, Mac Donalds en oploskoffie.

    In onze tijd verstuurden wij een brief voor 1 frank,

    een auto kostte 40.000 Fr, maar niemand kon dat betalen.

    Benzine kostte 2 Fr de liter.

     

    Roken was toen nog chique en interessant,

    een pot was om te koken.

    Aids was een Engels woord voor ‘helpers’.

    Een relatie had met zaken doen te maken en niet met een bed.

    We wisten niet wat ‘geld uit de muur’ was, of ‘brood uit de automaat’.

     

    De kleur roze had met baby’s te maken:

    en homo betekende ‘Mens’.

    Wij moesten het doen met wat we hadden of waren.

    Wij zijn de laatste generatie die nog dacht

    dat je een man nodig had om baby’s te krijgen.

     

    Geen wonder dat we zo in de war zijn.                                

    Gebundeld door een senior.

    11-09-2013 om 16:23 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    10-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    MOEDER VAN VER AL (4)

     

    Je zit naast mij wat angstig in de wagen

    maar gretig kijkend naar het deinend glijden

    van akkerland en laaggelegen weiden

    en hoeven halvelings boven de hagen.

    Dan rijden wij op ongebaande stroken

    van stevig gras en aarde verder, later

    door wolken en bewegingen van water.

     

    Je glimlacht maar er is geen woord gesproken.

    De wereld die wij liefhadden en kenden

    ligt achter onze rug als een legende.

     

    Anton van Wilderode 

    10-09-2013 om 08:04 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    07-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

     

    23ste ZONDAG C – 8 SEPTEMBER 2013

    ‘ALS IEMAND NAAR MIJ TOEKOMT’

     

    Vandaag gaan de lezingen alweer over een diepe kern van ons geloof: de keuze om de weg van Jezus te volgen, en dat heeft alles te maken met onze dagelijkse manier van leven. Deze keer ligt de klemtoon op onthechting en volharding; maar daar vloeien ook andere levenshoudingen uit voort: mildheid, zachtmoedigheid, barmhartigheid, mede-leven.

    Dan worden wij voor andere mensen tekenen van hoop, leven en bevrijding. Dan werken wij ook mee aan de verlossing van onze wereld en de komst van het Rijk van God, de komst van een wereld, zoals God die voor ogen had.

     

    Grote drommen mensen trokken met Jezus mee. Hij richtte zich tot hen en zei: Wie naar Mij toe komt, moet zijn vader en moeder, zijn vrouw en kinderen, zijn broers en zusters,  ja, zelfs zijn eigen leven verfoeien; anders kan hij geen leerling van Mij zijn. Hij moet zijn kruis dragen en Mij volgen; anders kan hij geen leerling van Mij zijn.

    Als een van u een toren wil bouwen, gaat hij er toch eerst eens voor zitten om de kosten te begroten, om te zien of hij het werk kan voltooien. Want anders, als hij wel het fundament legt maar de bouw niet kan afmaken, zal iedereen die het ziet hem uitlachen en zeggen: ‘Hij begon te bouwen, maar afmaken kon hij het niet.’’

    Of als een koning ten oorlog trekt tegen een andere koning, dan gaat hij er toch eerst eens voor zitten om te beraadslagen of hij sterk genoeg is om met tienduizend man op te trekken tegen de ander, die met twintigduizend man op hem afkomt. Als dat niet zo is, stuurt hij, terwijl de ander nog ver weg is, een gezantschap naar hem toe om naar de vredesvoorwaarden te vragen.

    Zo moet ieder van u afstand doen van alles wat hij bezit; anders kan hij geen leerling van Mij zijn.

    (Lucas 14.25-33)

      

     ‘MET JEZUS OP WEG’

     We kunnen het evangelie van vandaag opsplitsen in drie afzonderlijke puntjes, waar het bij elk van ons, in ons eigen leven, op aan komt:

    1.    Ik moet voor Jezus kiezen, ik moet Hem op de eerste plaats stellen in alles wat ik doe en beleef. Ik moet Hem meer beminnen dan mijn familie en vrienden. Maar als ik voor Hem kies, zal ik met zijn liefde naar alle mensen toegaan, zeker naar de familieleden en vrienden, die op mijn levensweg geplaatst zijn.

    2.    Ik moet het kruis opnemen, mijn kruis, dat altijd anders is dan ik verwacht en dat mij toch op het lijf geschreven staat. In het leven van iedere dag moet ik liefde geven, mijn eigen plannetjes en ontgoochelingen vergeten, en altijd weer opnieuw beginnen.

    3.    Slechts als ik mij telkens opnieuw losmaak van mijn bezit, kan ik met heel mijn hart de weg van Jezus gaan. Want het bezit is zulk een tirannieke heerser, dat het mij geen enkele ruimte laat om ‘ook nog’ Jezus te dienen en Hem te volgen op de weg, die het evangelie tekent.

    Als wij deze gedachten voor ogen houden, stellen we misschien vast dat wij soms maar half en half meetrekken in de beweging, die Jezus op gang bracht en dat wij de uitdrukkelijke keuze voor ZIJN WEG omzeilen.

    Laten we daarom bidden:

    Heer Jezus,

    soms ervaar ik mijn christen-zijn

    als een huis dat maar half af is

    en waaraan haast niet meer wordt gebouwd.

    Laat mij U op de eerste plaats stellen.

    Leer mij mijn eigen kruis onderkennen en opnemen,

    En maak mijn hart echt vrij voor U.

     

     

    Met Hem meegaan

     

    Het is niet eenvoudig

    om in Jezus' spoor te blijven.

    Steeds opnieuw komt dan de vraag

    of je niet teveel gebonden bent,

    gebonden aan mensen, aan dingen.

     

    Je bezit kan zijn als een ballast

    die je afremt en tegenhoudt.

    Mensen kunnen een sta-in-de-weg zijn,

    omdat ze je van je ideaal afhouden.

     

    Met Jezus meegaan is mogelijk

    als je zijn ideaal tot het jouwe maakt,

    als je al je mogelijkheden benut

    voor geluk en vrede van anderen.

    Het is afzien van eigenbelang

    om het belang van anderen te dienen.

     

    Kiezen voor zijn weg

    is radicaal op de bres gaan staan

    voor liefde en gerechtigheid,

    te beginnen in je eigen omgeving.

    Het is gaan staan in de droom

    van het paradijs

    en van een nieuwe hemel en aarde.

     

    Meegaan met Hem vraagt

    dat je de pijn van die keuze aandurft,

    maar betekent ook dat je mag delen

    in de vreugde van het Godsrijk.

     

    Wim Holterman osfs

    (met dank aan : ‘Zondagsvieringen Dominicanen’)



















    07-09-2013 om 08:43 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    05-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    ‘ALS JIJ DAT GRAAG HEBT, LIEFSTE …’

     

    Gisteren heb ik een echt echtpaar gezien. Hij was over de tachtig, zij nauwelijks iets jonger. Een beetje buiten adem tornden ze tegen de straathelling op. Hij had spierwit haar. Zij had blauwe ogen, met rimpeltjes om te zoenen. Hij leek last te hebben van astma. Zij van reuma. Ze keken niet naar de stroom, niet naar de prachtige gebouwen. Ze keken naar elkaar en hielden stevig elkaars hand vast.

     

    Ik ben zeker dat ze een hele bende kleinkinderen en achterkleinkinderen moesten hebben. Dat zij een hele reeks miseries, zorgen, ruzies en verzoeningen hadden meegemaakt. Met spaarzame woorden wellicht, maar met de wil om bij elkaar te blijven en ook de wil om met elkaar te sterven. Je kunt daar om glimlachen. Maar er is veel liefde nodig om bij zichzelf te zeggen: 'Ik zou met haar, met hem willen doodgaan,' en zich eindelijk veilig te voelen. Haar blauwe ogen zaten nog vol vragen. Hij hield haar bij de hand, alsof hij ze tegen alles wou beschermen: het oud-worden, de aftakeling, de eenzaamheid, de dood.

     

    Ik heb hun niet durven vragen of ook zij destijds elkaar verscheurd, uitgekafferd, verraden hebben. Ik heb hem niet durven vragen of hij haar op een of andere morgen ineens minder mooi, minder begeerlijk, minder verleidelijk had gevonden, dan die of die andere. Ik heb haar niet durven vragen of zij hem een maniak, een knorpot, een kletsmajoor of een baasspeler had gevonden. Of zij hem op de zenuwen had gegeven met haar breiwerk, haar confituur, haar gepraat en haar eeuwig rommelen in de kasten. Of hij haar tot wanhoop had gebracht met zijn kruiswoordraadsels, zijn opscheppen met heldendaden uit de oorlog, zijn postzegels en zijn branie. Ik heb hun niet durven vragen hoe vaak hij bij het weggaan de deur hard had dichtgeslagen, hoe vaak zij gehuild had, hoe vaak hij haar gezegd had: 'je begint dik te worden…', hoe vaak zij hem toegeroepen had: 'je houdt niet meer van me zoals vroeger'. Ik heb ze niet gevraagd hoe vaak ze op het punt hadden gestaan te scheiden, elkaar te vernietigen, elkaar te gaan haten misschien.

     

    Wat komt het er trouwens op aan? Ze waren daar, nog altijd daar, nog altijd samen. Een kneep, een systeem, een mirakel-recept voor een mirakel-liefde bestaat niet. Alleen de liefde bestaat: met haar revoltes, haar dode ogenblikken, haar schaduwzijden en haar crisismomenten, waarvan men alleen kan hopen dat het groeicrisissen zullen zijn. Een met littekens gemerkte liefde, aangrijpender misschien door al die verwondingen dan een liefde die niet geleden zou hebben. Ik heb hun ook niet durven vragen: 'Hoe hebben jullie het klaargespeeld?'  Wie zou zoiets durven vragen.

     

    Toen ze twintig waren heeft zij hem wellicht gezegd: 'gaan we samen dansen?' En heeft hij geantwoord: 'als jij dat graag hebt, lieveling'. Als ze dertig was: 'gaan we naar de zee?' - 'Als jij dat graag hebt, lieveling'. Later nog: 'gaan we de kinderen eens opzoeken?' - 'Als jij dat graag hebt.'

     

    Daar, in de straat waar ik woon, met haar neusje om stortvlagen op te vangen en haar helderblauwe blik scheen ze te zeggen: 'gaan we samen tot het einde van het leven?' En de wijze waarop hij haar hand vasthield scheen te antwoorden: 'als jij dat graag hebt, liefste'….

     

    Simonne Conduché.  

    (Uit: 'Al de dagen van ons leven. Een boek voor gelovige gezinnen.', Averbode, Altiora, 1986, pp. 188-189) 

    05-09-2013 om 08:09 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    02-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    BOMEN IN SEPTEMBER

     

    Melancholie der bomen in september,

    die weldra niet meer samen groen zult zijn,

    doch draagt uw eigen kleur van diepe wijn,

    van donker bier, van roggebrood, van gember...

     

    Hoe anders was de jeugd, waarin ik droomde

    samen met vrienden, sterk want eensgezind

    't leven te maken tot een vreugdbewind.

    Hoe anders is vandaag het ingetoomde

     

    bestaan van ieder onzer, door zijn plichten

    en zijn verlangens een eenzelvig man,

    die zoekt te maken wat hij maken kan

    van zijn gezin, zijn taak en zijn gedichten!

     

    Het wintert over ons in deze dagen

    en elk staat eenzaam; de gebondenheid

    ontbond zichzelf, en makkers, waar gij zijt,

    ik durf uw vriendschap nauwlijks meer te vragen!

     

    leder zwierf uit op doortocht naar het eigen

    intiem domein en vond den ander niet.

    Hij schiep zijn eigen toon en zong zijn lied,

    of hij verloor zich in zijn eigen zwijgen.

     

    Zullen wij eenmaal nog tezamenkomen,

    hier of hiernamaals, in gemeenzaam spel?

    Wij waren destijds vroom en wisten wel

    dat ons iets beters wachtte dan te dromen.

     

    Maar geen verzadiging bracht een der onzen

    't geluk van 't vroegere verlangen weer, 

    wij willen telkens nog den eersten keer

    herleven van 't gezaamlijk hartebonzen.

     

    Ik zie de bomen in september doven

    hun groen tot goud, hun goud tot blekend geel,

    het blijft mijn droefheid, dat ik nooit geheel

    in enig mens als eenling kan geloven.

     

    Anton van Duinkerken

    02-09-2013 om 17:36 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    31-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 1 SEPTEMBER

     

    22ste ZONDAG C – 1 SEPTEMBER 2013

    OVER KLEIN ZIJN OF GROOT

     

    Aanzien, ambitie, streven naar macht, we kennen die grote bekoringen. De leer van Jezus is zo totaal anders, en wordt daarom wel eens als een leer ‘voor zwakkelingen’ bestempeld, goed voor mensen, die het leven in deze wereld niet aankunnen. Toch weten we dat Jezus juist groot werd door klein te willen zijn en te dienen.

    Vandaag worden we uitgenodigd om ons te bezinnen over de ware grootheid, die gelegen is in de nederigheid, die we bij Jezus zelf zagen.

     

    Toen Jezus op een sabbat het huis van een van de voornaamste Farizeeën binnenging om er de maaltijd te gebruiken, hielden zij Hem voortdurend in het oog. Daar Hij opmerkte hoe de genodigden de voornaamste plaatsen aan tafel uitzochten, hield Hij hun de volgende gelijkenis voor: 

     

    ‘Wanneer gij door iemand op een bruiloft wordt genodigd, ga dan niet aanliggen op de voornaamste plaats. Het zou kunnen zijn dat er door uw gastheer iemand is uitgenodigd die voornamer is dan gij, en dat degene die u en hem genodigd heeft u komt zeggen: Sta uw plaats aan hem af. Dan zoudt ge vol schaamte de minste plaats moeten innemen. Maar wanneer ge ergens genodigd wordt, ga dan op de minste plaats aanliggen. Als degene die u heeft uitgenodigd dan komt zal hij u zeggen: Vriend, ga wat hoger op. Zo zal u eer te beurt vallen in het oog van allen die met u aanliggen. Want al wie zichzelf verheft zal vernederd en wie zichzelf vernedert zal verheven worden.’

     

    En Jezus zei ook nog, maar nu tot zijn gastheer: ‘Wanneer gij een middag- of avondmaal geeft, nodig dan niet uw vrienden, broers en bloedverwanten uit  en ook geen rijke buren. Het zou kunnen zijn dat zij op hun beurt u uitnodigen en dat gij het dus terugkrijgt. Maar als ge een gastmaal geeft, nodig dan armen, gebrekkigen, kreupelen en blinden uit. Gelukkig zult ge zijn omdat zij het u niet kunnen vergelden. Het zal u vergolden worden bij de opstanding van de rechtvaardigen.’ 

    (Lucas 14,1.7-14)

     

    DE HEER VERHEFT WIE ARMOE LIJDT

     

    Een tafelgesprek met een dubbele les: één voor de gasten en één voor de gastheer. Voor de GASTEN sluit Jezus op het eerste gezicht aan bij de menselijke wijsheid. Als je mikt naar de ereplaats, val je wel eens in affronten. Dat is pijnlijk en daarom is het beter een bescheiden plaats te kiezen. Maar deze menselijke wijsheid wordt door Jezus toch op een hoger niveau getild. In het oog van God, of beter in het Rijk van God is alles anders en worden louter wereldse of menselijke inzichten onderste boven gehaald: ‘Wie zichzelf in hoogmoed verheft zal vernederd worden, en wie nederig is, zal geprezen worden.’ ‘De Heer verheft, wie armoe lijdt’, zong Maria al in haar Magnificat. Jezus tekent dus een diepere levenshouding: Hij wil ons leren om in alle nederigheid open te staan en dankbaar te zijn voor alles wat God en medemens ons bieden.

     

    Ook de les voor de GASTHEER heeft een diepere betekenis: een feest is dé kans bij uitstek om vriendschap te beleven en te laten groeien. Maar  échte vriendschap rekent niet, ze bloeit in een hart dat zuiver en edelmoedig is. Ze vertrekt niet van berekening: zoveel geven en evenveel terugkrijgen. Jezus’ Woord is zoveel eerlijker: ook kleinen hebben recht op ons warm hart. Vriendschap berust op liefde, die zichzelf wegschenkt en niemand uitsluit.

     

    Een dubbele les over de dankbare, belangeloze liefde. Die liefde vinden wij meestal niet bij diegenen die zich met de ellebogen vooraan in de rij wringen, maar wel bij hen die bereid zijn een trapje lager te gaan staan, zodat ook de kleinen kans krijgen om aan het feest deel te nemen.

     

    En laten we niet vergeten: wij kunnen daarbij moeilijk overdrijven, want de allerlaatste plaats is al bezet. Helemaal achteraan staat Jezus zelf al: de Christus, de Zoon van God, geminacht, gemarteld, gedood.

     

    Toen en nu.

     

    DE GEEST VERANDERT ALLES

     

    Als de heilige Geest

    in je leven mag binnenkomen,

    wordt het allemaal anders.

    Hij verandert niet

    de omstandigheden waarin je leeft.

    Hij laat je milieu, je land of je stad

    zijn wat ze zijn,

    maar Hij verandert je hart.

     

    Hij is de Geest die leven geeft,

    en als Hij zijn intrede in je doet,

    wordt alles wat dood was levend.

     

    Zolang je de heilige Geest

    niet ontvangen hebt,

    kunnen de woorden van Jezus

    niet levend worden voor jou.

    Maar als de Geest je even nabij mag komen

    als de lucht die Je inademt,

    wordt ieder woord van Jezus een frisse bron

    waarvan je altijd nieuwe vreugde kunt drinken,

    zonder er ooit genoeg van te krijgen.

     

    Pater Wilfried Stinissen



















    31-08-2013 om 08:32 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    28-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DOORDENKEN OP DONDERDAG

     

    Jong zijn

    De jeugd is geen periode in het leven;

    ze is een ingesteldheid van de geest,

    een uitwerking van de wilskracht,

    een kwaliteit van de verbeelding,

    een intensiteit van het gevoel,

    een overwinning van de moed op de schroom,

    van de drang naar avontuur op de zucht naar comfort.


    Men wordt niet oud

    omdat men een zeker aantal jaren geleefd heeft:

    men wordt oud

    omdat men zijn ideaal ontvlucht.

     

    De jaren trekt rimpels in de huid;

    zijn ideaal verzaken echter trekt rimpels op de ziel.

    Bezorgdheden, twijfel, vrees en wanhoop zijn vijanden

    die ons langzamerhand ten gronde richten

    en ons vóór de dood tot stof doen vergaan.


    Jong is

    diegene die zich verbaast,

    die zich verwondert.

    Als een onverzadigbaar kind vraagt hij: ‘En daarna?’

    Hij trotseert de gebeurtenissen

    en schept vreugde in het spel en in het leven.

    Je bent zo jong als je geloof.

    Zo oud als je twijfel.

    Zo jong als je zelfvertrouwen.

    Zo jong als je hoop.

    Zo oud als je moedeloosheid.

    Je zal jong blijven zolang je ontvankelijk blijft.

    Ontvankelijk voor wat schoon, goed en groot is.

    Ontvankelijk voor de boodschappen van de natuur,

    van de mens, van het oneindige.

     

    Indien je hart, ooit, verteerd zou worden door pessimisme

    of aangevreten door cynisme,

    moge God dan medelijden hebben met je ziel,

    die oud geworden is.

     

    Generaal Mac Arthur – 1945

    28-08-2013 om 16:55 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    27-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEDICHT VAN DE WEEK

     

    Te Middelharnis is een kind verdronken.

    Sober berichtje in het avondblad:

    ‘t stond bij een hooiberg die had vlam gevat

    en bij een zolderschuit, die was gezonken.

     

    Zes dagen heeft het in mij nageklonken.

    Op het kantoor vroeg men: zeg, heb je wat?

    Ik werkte door, maar steeds weer hoorde ik dat:

    te Middelharnis is een kind verdronken.

     

    En kranten waaien weg en zijn verouderd,

    de dagen korten, nachten worden kouder,

    maar over ‘t water komt zijn kleine stem.

     

    -Te Middelharnis, denk ik, ‘k denk aan hem

    en bed zijn hoofdje tussen hart en schouder,

    en zing voor hem dit lichte requiem. 

     

    Ed Hoornik 

    27-08-2013 om 07:35 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)
    24-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZONDAG 25 AUGUSTUS

     

    21ste ZONDAG C – 25 AUGUSTUS 2013

    ‘DE LAATSTEN ZULLEN DE EERSTEN …’

     

    ‘De laatsten zullen de eersten …’ Jezus spreekt vandaag over de arrivisten van het geloof, diegenen, die denken dat ze er al zijn, en zich daarvoor beroepen op hun uiterlijk vertoon. Zij menen al ‘gered’ te zijn, maar zouden wel eens buiten het Rijk van God kunnen vallen: niet omdat de Heer hen buitenzet, maar omdat zij zichzelf uitsluiten door hun manier van doen.

    God oordeelt immers anders dan wij. Niet de uiterlijke schijn telt, maar de ingesteldheid van het hart. Moge ons eigen warme hart elke dag meer en meer gelijken op het Heilig Hart van Jezus zelf.

     

    In die tijd trok Jezus rond door steden en dorpen, en gaf er onderricht en Hij zette zijn reis voort naar Jeruzalem. 

    Iemand vroeg Hem: ’Heer, zijn het er weinig die gered worden?’ Maar Hij sprak tot hen: ’Spant u tot het uiterste in om door de nauwe deur binnen te komen, want, Ik zeg u, velen zullen proberen binnen te komen, maar zij zullen daar niet in slagen. Als eenmaal de huisvader is opgestaan en de deur gesloten heeft en als gij dan buiten op de deur begint te kloppen en begint te roepen: Heer, doe open! zal Hij u antwoorden: Ik weet niet waar gij vandaan komt. Dan zult ge opwerpen: In uw tegenwoordigheid hebben we gegeten en gedronken, en in onze straten hebt ge onderricht gegeven. 

     

    Maar weer zal zijn antwoord zijn: Ik weet niet waar gij vandaan komt. Gaat weg van Mij, gij allen, die ongerechtigheid bedrijft. Daar zal geween zijn en tandengeknars, wanneer gij Abraham, Isaäk en Jakob en al de profeten zult zien in het Rijk Gods, terwijl ge zelf buitengeworpen zult zijn. Zij zullen komen uit het oosten en het westen, uit het noorden en het zuiden, en zij zullen aanzitten in het koninkrijk Gods. 

     

    Denkt eraan: er zijn laatsten die eersten en eersten die laatsten zullen zijn.’

     

    (Lucas, 13, 22-30)

     

     

     DE NAUWE DEUR

     

    ‘Waar zijn we eigenlijk mee bezig?’ Het wordt zo dikwijls gezegd en op zijn manier vraagt Jezus dat ook aan de Joden, maar die wisten al voor zichzelf: zij waren ‘gered’, want zij waren het volk van Abraham. En dan is daar die 'dwaze' vraag: ‘Heer, zijn het er weinig die gered worden?’ Velen moeten gedacht hebben: ‘Wat vraagt die nu!’ En Jezus zegt dan nog dat het niet volstaat om tot het 'uitverkoren' volk te behoren. ‘Wat leeft er binnenin, en wat toon je naar buiten?’ ‘Waar ben je mee bezig?’, daar komt het op aan.

    Zitten wij soms niet in hetzelfde schuitje? We gaan naar de mis, we moorden niet en roven niet. En een leugentje af en toe, om bestwil dan nog, dat moet toch kunnen! WIJ zijn goed, maar die andere daar … Jezus wist dat ook al, toen Hij eens vertelde: ‘Twee mensen gingen naar de tempel, de één was farizeeër, de andere tollenaar. En de farizeeër, vooraan in de tempel, bad: Heer, ik dank u dat ik niet ben zoals die andere daar!’ Laat Jezus’ woord ons leren: Christen ‘ZIJN’ wij eigenlijk nog niet. Wij ‘WORDEN’ het naarmate wij dat telkens opnieuw proberen. Wie op zijn lauweren gaat rusten, geeft het kwaad de vrije loop, zoals het onkruid, dat ongevraagd de kop opsteekt.

    Als wij dan vragen, waarvoor al onze inspanningen om christen te worden wel dienen, vertelt Jezus, op een dag, een verhaal over een feest, waar wij in Zijn vriendschap delen. Maar Hij geeft twee bedenkingen. Ten eerste. Niet iedereen raakt op het feest. Sommigen blijven buiten, niet omdat de Heer hen buitenzet, maar omdat zij zichzelf uitsluiten door hun manier van doen.

    En: ‘Er zijn laatsten die eerst zullen zijn!’ Verschiet niet als gij mensen ziet aanzitten die gij niet verwacht had, en die er, volgens u, niet bij horen: die zonderling, die anders was, of die buur waarmee gij ruzie hebt. God oordeelt anders dan wij. Niet het uiterlijke telt, maar het hart en aan ieder van ons zal Hij vragen: ‘Hoe groot was uw liefde? Hoe warm was uw hart?’ Zoals een profeet al lang voor Jezus gezegd had: ‘Barmhartigheid wil ik, en geen offers, want dit volk eert mij met de lippen, maar hun hart is ver van mij’.

    Laat ons eigen warme hart gestalte geven aan het Heilig Hart van Jezus. Laat uw Woord in ons werkelijkheid worden. Amen.

     

    DE KERKDEUR

     

    Hij stelt ons de vraag :

    heb je er wel eens over na gedacht,

    wat er gebeurt

    als je door een kerkdeur naar binnen gaat?

    Heb je wel eens aan de lijve ondervonden,

    dat zo een deur

    een verbinding is van twee werelden?

    Aan de ene kant van de deur

    ligt het rumoerige, dagelijkse leven

    van werken en zakendoen.

    Het leven met zijn zorg en zijn gezelligheid,

    het leven waarvan wij genieten met zoveel goeds

    en ook met zoveel kwaads, narigheid,

    leugen, bedrog en achterdocht.

    Aan de andere kant,

    de ruimte waar wij,

    met al onze onrust en onze zorgen,

    tot rust kunnen komen.

    In die ruimte is het licht anders.

    Het wordt getemperd

    door gebrandschilderde ramen,

    door de sfeer van beschouwing en gebed,

    van dieper en anders zien.

     

    Die ruimte is indrukwekkend

    door haar sterke muren,

    de oprijzende pilaren en de hoge gewelven.

    We zijn in het huis van God,

    waar alles wijst naar zijn goedheid,

    naar zijn barmhartige liefde.

    Dat is de ervaring

    van vele toevallige bezoekers,

    pelgrims en toeristen.

    Het moge de ervaring zijn

    van elke kerkganger,

    die door de kerkdeur naar binnengaat.

     

    vrij naar Peer Verhoeven, geïnspireerd op Romano Guardini

    (met dank aan ‘Zondagsvieringen Dominicanen)



















    24-08-2013 om 09:47 geschreven door Omer

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Dagboek/bedenkingen
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 22/05-28/05 2023
  • 15/05-21/05 2023
  • 08/05-14/05 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 24/04-30/04 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 26/12-01/01 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 27/12-02/01 2022
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 10/08-16/08 2020
  • 03/08-09/08 2020
  • 27/07-02/08 2020
  • 13/07-19/07 2020
  • 06/07-12/07 2020
  • 22/06-28/06 2020
  • 15/06-21/06 2020
  • 08/06-14/06 2020
  • 01/06-07/06 2020
  • 25/05-31/05 2020
  • 18/05-24/05 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 24/09-30/09 2018
  • 17/09-23/09 2018
  • 10/09-16/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 26/08-01/09 2013
  • 19/08-25/08 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 26/12-01/01 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 29/08-04/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 15/08-21/08 2011
  • 08/08-14/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 11/07-17/07 2011
  • 04/07-10/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 20/06-26/06 2011
  • 13/06-19/06 2011
  • 06/06-12/06 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 23/05-29/05 2011
  • 16/05-22/05 2011
  • 09/05-15/05 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 25/04-01/05 2011
  • 18/04-24/04 2011
  • 11/04-17/04 2011
  • 04/04-10/04 2011
  • 28/03-03/04 2011
  • 21/03-27/03 2011
  • 14/03-20/03 2011
  • 07/03-13/03 2011
  • 28/02-06/03 2011
  • 21/02-27/02 2011
  • 31/01-06/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 17/01-23/01 2011
  • 10/01-16/01 2011
  • 03/01-09/01 2011
  • 26/12-01/01 2012
  • 20/12-26/12 2010
  • 13/12-19/12 2010
  • 06/12-12/12 2010
  • 29/11-05/12 2010
  • 22/11-28/11 2010
  • 15/11-21/11 2010
  • 08/11-14/11 2010
  • 01/11-07/11 2010
  • 25/10-31/10 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 11/10-17/10 2010
  • 04/10-10/10 2010
  • 27/09-03/10 2010
  • 20/09-26/09 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 06/09-12/09 2010
  • 30/08-05/09 2010
  • 02/08-08/08 2010
  • 26/07-01/08 2010
  • 19/07-25/07 2010
  • 12/07-18/07 2010
  • 05/07-11/07 2010
  • 28/06-04/07 2010
  • 21/06-27/06 2010
  • 14/06-20/06 2010
  • 07/06-13/06 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 24/05-30/05 2010
  • 17/05-23/05 2010
  • 10/05-16/05 2010
  • 03/05-09/05 2010
  • 26/04-02/05 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 12/04-18/04 2010
  • 05/04-11/04 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 22/03-28/03 2010
  • 15/03-21/03 2010
  • 08/03-14/03 2010
  • 01/03-07/03 2010
  • 22/02-28/02 2010
  • 15/02-21/02 2010
  • 08/02-14/02 2010
  • 01/02-07/02 2010
  • 25/01-31/01 2010
  • 18/01-24/01 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 04/01-10/01 2010
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2009
  • 14/12-20/12 2009
  • 07/12-13/12 2009
  • 30/11-06/12 2009
  • 28/11-04/12 -0001

    Blog als favoriet !

    Categorieën
  • Dagboek/bedenkingen (1617)


  • Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!