Goed nieuws voor alle vogelliefhebbers en daar ben ik ook bij. Niet fanatiek met telescoop en verrekijker uitgerust, zoals de spotters een maand geleden in Nieuwpoort op het staketsel. Nee, gewoon plezier hebben in het observeren en kijken welke gevleugelde dieren mijn tuin, de duinen en het strand, bezoeken. Met de komst van de 'Ross'meeuw' vroeg ik me af of we terug naar de ijstijd gaan ipv de opwarming van de aarde mee te maken. Die soort woont en broedt in de Arctische cirkel van de wereld, het Hoge Noorden met eeuwige vriestemperaturen. Zomaar een bedenking tussendoor. Want goed vogelnieuws kwam er met de waarnemingen en dus terugkomst van de 'oehoe' in onze velden en bossen, meer bepaald in het 'Muziekbos' in Ronse en het Brakelbos, daar niet zo ver vandaan. Wat zou ik blij en gelukkig zijn moest deze uilensoort of gelijk welke uil, mijn tuin als zijn thuis uitkiezen. Deze vogels hebben echt wel een speciaal plaatsje in mijn hart. Ik vind dit geheimzinnige, stoïcijnse, niet van hun stuk te brengen vliegende wezens. Hun gigantische ogen loeren en azen op hun dieet van kleine muisjes en ander ronddolende diertjes. Als kind kreeg ik eens een opgezette uil. Die plaatste ik tussen een kaars en een bril om een spreekwoord "wat baten kaars en bril, als de uil niet zienen wil" uit te beelden. Met een gewone kerkuil in mijn tuin zou ik ook al tevreden zijn want een exemplaar van 4 kg en een spanwijdte van 1,8 meter zal zich hier niet kunnen verschansen en zit liever in de bossen verscholen op een tak.
Op deze gedichtendag noteer ik een levensles van Stijn De Paepe (°1979), huisdichter bij 'De Morgen' en docent Nederlands. Hij heeft vernomen dat er een kanker in zijn lichaam woedt. Zijn motto: 'zoek het niet te ver, maar kijk waar het ligt' en ook 'het is wat het is'. Maar bovenal zijn beklijvend gedicht:..... GA WEG...... Ik had gedacht de honderd te halen, rollatorloos en in gestrekte draf. Ik wou nog een miljoen gedichten af. Musea wachtten. En theaterzalen./ Ik wilde nog oneindig vele malen verwijlen waar ik mij het liefst begaf. Ik fietste fluitend tussen wieg en graf, de voeten geen moment op de pedalen./ Helaas. Daar is ineens de eindigheid die plotsklaps als een niets ontziende tanker de gevel sloopt, de kamers binnenrijdt./ Het leven gaat genadeloos voor anker, gehoorzaam aan de grillen van de tijd. Ga weg gezwinde grijsaard. Met je kanker.
De Kreuners zingen vandaag: "Hier en Nu" en "Zo Jong..". Tot morgen
|