Ik ben weer vertrokken voor mijn vertelsels, op een vrijdag dit keer. Natuurlijk volg ik de weekdagen in hun volgorde en ik kan moeilijk vertellen wat er de zaterdag gebeurt want die is nog niet begonnen met bestaan en zoals jullie kunnen lezen is dat alles zever in pakskes om niet te moeten zeggen dat er weinig of geen nieuws te rapen valt op deze tweede dag van een verlengd weekend. Dan is het de gelegenheid om niet vermelde items van de vorige dagen eens kont te doen. En dat zijn er nog al wat. De meeste van die onderwerpen hadden wat meer woorden nodig dan een loutere vermelding en aangezien ik meesten tijds mijn zelf gekozen maximum van 500 woorden per blog had opgebruikt, zijn er toch wat faits divers blijven liggen. Zoals mijn geliefde van Dale die met allerlei nieuwerwetse woorden graag wil uitpakken, zoals dubbieparkeren. En heel af en toe, heel onschuldig, eens een 'oud' woord terug in de belangstelling brengen: formicofilie. Ik had daar nog nooit van gehoord en niet verwonderlijk dat ik deze seksuele afwijking niet kende. Ik ben geen psychiater noch psycholoog die 'cases'moet bestuderen en oplossingen moet vinden. Het is een woord dat in 1986 gelanceerd werd door John Money. Het woord is een samenvoeging van het Latijnse 'formica = mier' en het Griekse 'philia = liefde. Hij omschreef het ziektebeeld of afwijking als 'seksueel opgewonden geraken door de prikjes van kleinere insecten zoals mieren of slijmerig kruipen van ongewervelden zoals slakken'. De kleine prikjes of het gladde kruiperige gevoel van de beestjes, die plaatsnemen op de genitaliën of andere gevoelige lichaamsdelen, kan sexuele opwinding en een orgasme veroorzaken. Alzo zegde de dokter bij de uitvinding van zijn woord. Ik ga de test van 'is dat waar?' niet uitproberen. Maar ik heb wel een nieuw ziektebeeld leren kennen. Wat is er nog op het schap blijven liggen? Sumoworstelen. Ik heb nu ook sporttelevisie op de kabel en dat doet me kennismaken met allerhande vreemde sporten zoals deze Japanse vorm van 'worstelen'. Twee kolossen van venten, ruim elk 150 kg droog aan de haak gewogen, bestrijden elkaar in een cirkel van 3m. Deze mannen dragen een kunstig aangespannen kleurrijke lendendoek. Het gevecht bestaat erin de tegenstander uit de cirkel te kieperen onder het alziend oog van de prachtig uitgedoste scheidsrechter. Die draagt echt wel een kostbaar gewaad, een soort kimono voor mannen, gemaakt van de mooiste en beste kwaliteit zijde en de mooiste kleuren. Sinds de 15e eeuw organiseerd men deze worstelevenementen met heel veel kijklustigen en supporters. De vechters hebben in mijn ogen een luxe-leventje: 3u training in de ochtend, 2 dagelijkse maaltijden van 8000cal elk. Na elke maaltijd een serieus dutje doen met zuurstofmasker op. Zoals op de vorige pagina's ook al te merken, ik zap graag en weet zo ook wat er zoal in de wereld te koop is. Nu ga ik, zoals de sum-man na zijn eten, een dutje doen. Niet onder een O2 masker maar met een open venster om zeelucht in te ademen. Tot morgen
|