Tijdens het voorbije weekeinde kregen we op de Tv journaals te zien dat een splitsing van België aan Vlaanderen 237 miljard zou kosten: 203 miljard aan over te nemen staatsschulden (55% van het Belgische totaal) en 34 miljard voor het handhaven gedurende 15 jaar van de transfers naar Wallonië. Die cijfers hadden de zenders overgenomen van hun lievelingskrant De Morgen en zijn misschien correct te noemen, maar wel uit hun verband gerukt. Met had ook kunnen schrijven, dat het Vlaanderen ‘maar’ 203 miljard zou kosten. Want zoals nu, mét België, kost het ons veel meer. De Morgen verwart gewoon met opzet de huidige kosten met de extra kosten. Ook de bewering (van Paul De Grauwe, als ik me niet vergis), dat we bij een splitsing met zijn allen 15% armer zouden worden, is onzin, want nergens op gebaseerd.
In feite is het hele verhaal een reactie op het pas verschenen boek ‘België, de onmogelijke opdracht*’, van Remi Vermeiren, voormalig KBC topman, voorzitter van de denktank De Warande én van de vzw Vives, die deel uitmaakt van de faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen van de KU Leuven. Die staatsschuld is nl niet iets dat meteen betaald moet worden mocht men dit land splitsen. Ze zal ook blijven bestaan als België niét gesplitst wordt en men kan er gif op nemen dat Vlaanderen van die Belgische staatsschuld momenteel bijna álles betaalt** én daarbovenop nog de transfers naar Wallonië. Volgens Vermeiren kan een onafhankelijk Vlaanderen de belastingen meteen met 5 miljard euro verlagen én nog 15 jaar solidair blijven met Wallonië. Dat laatste gewest krijgt dan daarbij dus nog 15 jaar de tijd om orde op zaken te stellen, want het is de Walen hun eigen schuld dat ze niet uit de miserie geraken. De Waalse regio werd nooit gedwongen maatregelen te nemen om haar economie er bovenop te helpen. Ze kregen/krijgen het geld zomaar cadeau en creëren er in het beste geval overheidsbanen mee die niets opbrengen. De werkzaamheidsgraad is er bij de laagste van de hele E.U.. Een splitsing van België zal ervoor zorgen dat ook Wallonië zuiniger zal moeten omgaan met het geld uit de eigen belastingen. Op dezelfde manier zal het ook gedaan zijn de Waalse tekorten en de Vlaamse overschotten te verdoezelen met Belgische statistieken. Van Brussel stelt Vermeiren voor er een onafhankelijke stadsstaat van de maken, maar wel met een zekere Vlaamse inspraak i.v.m. de persoonsgebonden materies (onderwijs bv), terwijl de stad toch ook Vlaanderens hoofdstad zou blijven. Brussel zal nu eenmaal binnen Vlaanderen blijven liggen en kan niet zonder het Vlaams gewest en het dynamisme dat ervan uit gaat.
Vermeiren schreef zijn nieuwe boek in eigen naam. Het is in feite een aanvulling van het in 2005 verschenen ‘Manifest voor een zelfstandig Vlaanderen’ van de denktank De Warande, denktank die nu niet meer als zodanig bestaat, maar waarvan o.m. ook Frans Crols, Jan Jambon, Guido Naets, Matthias Storme, Bruno Valkeniers en Herman de Bode – om er maar enkele te noemen – deel uitmaakten. We zitten nu in een heel andere context dan negen jaar geleden, waarbij we er nooit meer in zullen slagen de problemen op te lossen via een zoveelste Belgisch compromis met knip en plakwerk.
Vermeiren, nu 74 en met pensioen, geeft toe dat hij dit boek niet had kunnen schrijven als directievoorzitter bij KBC, nochtans een Vlaamse bank. De meeste Vlaamse ondernemers en topfiguren uit Vlaamse bedrijven durven gewoon niet uitkomen voor hun Vlaamsgezindheid, omdat ze dan riskeren persona non grata te worden (iets wat o.m. Herman de Bode is overkomen). Het heeft ook voor een stuk te maken met de historische onderdanigheid van de Vlamingen, een verknechting die de francofonie van dit land probeert in stand te houden, wat nog steeds lukt via de zgz Vlaamse B-partijen, in het bijzonder de SP.a, Groen en de PvdA, die alle drie aanhangsels geworden zijn van hun Waalse geestesgenoten.
De vraag van één miljoen is nu, hoe die splitsing tot stand kan komen. Volgens Vermeiren moet dat gebeuren met onderhandelingen waarbij de Belgische schuldeisers moeten worden gerust gesteld. Als de goede wil daarvoor aanwezig is, hoeven dergelijke onderhandelingen niet langer te duren dan de tot nu toe historische 451 dagen die er nodig waren om de zoveelste federale oplapregering tot stand te brengen. Men moet gewoon bereid zijn er over te willen discuteren.
Tenslotte zegt Vermeiren, dat er niet gewacht moet worden tot 2019, zoals zowat alle grote(re) partijen, de N-VA in begrepen, zeggen omdat ze eerst de economische problemen zouden willen aanpakken. Zowat alle economische problemen in dit land zijn ook communautair (iets wat ik hier ook al enkele jaren schrijf) omdat de problemen en de remedies om die op te lossen verschillend zijn voor de twee grote landshelften. Men wil hier als het ware patiënten met verschillende ziekten genezen met eenzelfde medicijn. Nogal wiedes dat zoiets nooit zal lukken.
* Het boek ‘België, de onmogelijke opdracht’ van Remi Vermeiren, is verkrijgbaar via een storting van 20 euro + 2 euro verzendingskosten bij ’t Pallieterke op rekening BE82 4096 5194 9168 of via Uitgeverij Pelckmans ISBN 978-90-289-7730-3. Ontzettend actueel en daarom warm aanbevolen.
** Brussel betaalt een beetje, Wallonië zo goed als niets.
|