Eind september wist Het Nieuwsblad te vertellen dat het Vlaams Belang de grootste partij zou worden in Turnhout, zij het maar met 17,6%. Nog geen week later pakte de Gazet Van Antwerpen uit met een peiling die voor Turnhout heel andere cijfers gaf. ’t Pallieterke had dat opgemerkt en vroeg zich af welke peiling nu klopte, temeer omdat beide kranten tot dezelfde mediagroep (Mediahuis) behoren. Welnu, ik kan hoofdredacteur van Kamp geruststellen: waarschijnlijk geen van de twee. De politiek in Turnhout is een wespennest en dat al sinds vele jaren. Bij de voorlaatste legislatuur zijn er enkele leden uit de CD&V gestapt, waardoor het toenmalige schepencollege haar meerderheid verloor en verplicht werd de groenen aan boord te hijsen om te overleven tot aan de volgende verkiezingen. CD&V was zo verdeeld dat ze met drie partijen naar de volgende stembusgang trok, waarvan er één zich net vóór de verkiezingen toch nog terugtrok. Die verkiezingen werden glansrijk gewonnen door de N-VA met iets meer dan 25%, die haar lijsttrekker Erwin Brentjens, een ex-TAK man, meteen burgemeester maakte en een coalitie leidde met, als ik me niet vergis, SP.a en CD&V.
Net als in de vorige legislatuur bij CD&V, kwam er nu echter ook interne heibel bij de Turnhoutse N-VA, waardoor de partij binnen het jaar de meerderheid verloor en Brentjens zijn burgemeestersjerp. Deze laatste kreeg zelfs een doodsbedreiging in zijn bus en 6 van zijn 11 gemeenteraadsleden stemden met de oppositie mee! De nieuwe meerderheid die daarna ontstond en nu naar de stembus trekt, bestaat uit SP.a, Groen, CD&V en TIM (Turnhout Iedereen Mee), een CD&V-scheurlijst, die nu de burgemeester levert. Wat het na 14 oktober gaat worden is echt koffiedik kijken, welke peiling er ook nog zou gehouden worden. De Turnhoutse politiek is een verzameling van partijen die elkaar het licht van de zon niet gunnen. Het is niet voor niets dat de stad in bijna alle lijsten van onze Vlaamse centrumsteden de laatste plaats bekleedt. Turnhout is ook de enige Vlaamse centrumstad die geen voorsteden heeft. De aangrenzende gemeenten willen wel met de stad samenwerken, maar niet fusioneren. Van de politieke reputatie van de ‘Binken’, zoals Turnhoutenaars zichzelf noemen, blijft niet veel positiefs over.
|