Het motorseizoen begint: tijd om je manoeuvres op te frissen 8 op de 10 motorijders rijdt niet in de winter
De afgelopen 10 jaar kwamen er zo’n 18% motorrijders bij. Het aantal ongevallen daalde tijdens diezelfde periode met 15%. Toch zijn motorrijders nog steeds de gemotoriseerde weggebruikers die het vaakst betrokken zijn bij eenzijdige ongevallen. 2 op de 3 ongevallen gebeurt buiten een kruispunt op een doorlopende weg. 8 op de 10 motorijders rijdt trouwens niet in de winter. Nu het stilaan weer warmer wordt en de motorijders hun motor van stal halen, roept Vias institute op om je manoeuvres zeker op te frissen vooraleer te gaan rijden.
18% meer motorrijders, 15% minder ongevallen In ons land waren vorig jaar 533.107 motorfietsers ingeschreven. Dat is een stijging van 18% in de afgelopen tien jaar. Het aantal ongevallen is nochtans tijdens diezelfde periode gedaald met 15%. Gemiddeld gebeuren er nog altijd zo’n 7 motorongevallen per dag, 2659 in totaal in 2022. Vorig jaar kwamen ook 65 motorijders om het leven, in 2013 waren er dat nog 106.
In Vlaanderen daalde het aantal letselongevallen op 10 jaar met 24%, in Wallonië slechts met 6%, terwijl in Brussel het aantal ongevallen nagenoeg gelijk bleef. Dat komt natuurlijk ook omdat er in Brussel veel motorijders zijn bijgekomen die een motorfiets als alternatief gebruiken voor het woon-werk verkeer.
Bij kwart van de ongevallen geen tegenpartij In het merendeel van de ongevallen met een motorrijder is er sprake van een aanrijding met een andere weggebruiker. Echter is bij een kwart van de geregistreerde ongevallen alleen een motorrijder betrokken (25%). In Wallonië gaat het zelfs over een derde van de ongevallen (35%). Motorrijders zijn daarmee de gemotoriseerde weggebruikers die het vaakst betrokken zijn bij eenzijdige ongevallen. Motorrijders zijn bij ongevallen met een tegenpartij ook het meest kwetsbaar langs opzij. Bij 34% van de ongevallen in België met motorrijders werd de motorrijder namelijk langs opzij geraakt.
2/3 van de ongevallen gebeurt op een doorlopende weg Bijna 2/3 van alle motorongevallen (65%) gebeurt op een doorlopende weg. In Wallonië ligt dat percentage oa door de vele bochtige wegen hoger (73%). Slechts 8% van de letselongevallen gebeurt in België op een lichtengeregeld kruispunt. In Brussel is dat bijna 1 op 5 (20%).
8 op de 10 motorijders rijdt niet in de winter Uit een profileringsstudie van motorrijders door Vias institute blijkt dat 8 op de 10 motorijders niet rijdt in de winter. Vanaf maart begint het aantal letselongevallen terug te stijgen, maar 73% van de ongevallen met motorrijders gebeurt tussen april en oktober. Vooraleer je na de winterperiode terug gaat rijden, is het dus nodig om alle nodige manoeuvres terug even te oefenen of een opfrissingscursus te volgen. Zo heb je terug volledige controle over je voertuig. Wanneer er terug meer motorijders rondrijden, is het uiteraard belangrijk dat ook alle andere bestuurders extra aandachtig zijn.
Motorongevallen in Wallonië, 14 keer ernstiger dan in Brussel Van alle weggebruikers zijn de motorrijders betrokken bij de meest dodelijke ongevallen. Op 1000 letselongevallen vallen er 26 dodelijke slachtoffers onder de motorrijders, ten opzichte van 8 fietsers, 8 automobilisten en 20 voetgangers bijvoorbeeld. De combinatie van snelheid en het gebrek aan een beschermend koetswerk maakt dat de ernst van de ongevallen met motorrijders zo groot is. Er zijn sterke regionale verschillen. In Wallonië vallen er per 1000 letselongevallen met een motorfiets 36 doden. Daarmee zijn de motorongevallen daar 1,5 keer zo ernstig dan in Vlaanderen (26 doden per 1000 letselongevallen) en maar liefst 14 keer ernstiger dan in Brussel (3 doden per 1000 letselongevallen).
Motorrijpubliek verouderd Het publiek dat met de moto een ongeval krijgt wordt gemiddeld ook steeds ouder. In 2005 was de gemiddelde leeftijd van een motorrijder in een ongeval 35 jaar. Vorig jaar was dat 41 jaar. Op een dikke 15 jaar is de gemiddelde leeftijd van een motorrijder in een ongeval dus met 6 jaar gestegen. Op nationaal vlak is de helft van de slachtoffers (50%) ouder dan 40 jaar. Vooral oudere rijders hebben er dus baat bij om eens een bijkomende rijcursus te volgen.
Kishan Vandael Schreurs, onderzoeker Vias institute: “Elke rijder heeft zo zijn eigen motieven om te kiezen voor het rijden met een motorfiets. Ongeacht de reden is het dragen van beschermende kledij een toegevoegde waarde. Laat je niet afschrikken door de ‘motorrijder look’ en kostprijs om dit type kledij te dragen. Er zijn vandaag veel alternatieven op de markt die lijken op gewone kledij. Kies daarbij voor veilige en gecertificeerde kledij. Motorspeciaalzaken kunnen hierbij perfect adviseren.”
10 tips voor motorrijders om veilig het motorrijseizoen in te zetten
Fris je manoeuvres op voor je na de winterperiode terug de weg op gaat. Zo krijg je terug ‘voeling’ met de motor.
Denk aan je zichtbaarheid! Gebruik niet alleen je dimlicht, maar draag ook kledij die opvalt.
Doe tijdig een technische check-up van je motor. Check zeker de banden, de bandenspanning en je remschijven.
Maak niet meteen een lange rit, maar doe eerst een paar korte ritten! Zo leer je terug wennen aan een defensieve rijstijl, het nemen van bochten en oefen je je kijktechniek.
Check de levensduur van je helm. Vervang je helm zeker na een val, maar wees ervan bewust dat ze sowieso een beperkte levensduur hebben. (polycarbonaat tussen 3 à 5 jaar, glasvezel tot 7 jaar)
Gebruik steeds je richtingaanwijzers. Zo weten de andere weggebruikers je intenties.
Kijk uit voor onaangename verrassingen: wegmarkeringen, riooldeksels, steenslag, etc; zijn onschuldig voor automobilisten, maar kunnen gevaarlijk zijn voor motorrijders.
Positioneer je niet uiterst rechts op de rijstrook. Als je iets centraler rijdt kan je zelf het verkeer beter zien en ben je beter zichtbaar.
Pas op je tellen als je een file inhaalt of voorbijrijdt.
Als je in groep gaat rijden, laat de minst ervaren rijders vooraan rijden. Zo kunnen ze de groep beter volgen.
Weinsberg CaraCompact Suite MB640 MEG Edition Pepper.
Jarenlang zijn de kampeerauto’s van Weinsberg het succes van de fabrikant bijzonder de Edition Pepper. Om nog een ander publiek te bereiken kreeg de nieuwe CaraCompact Suite MB640 Meg een Mercedes Benz basisvoertuig. (Ik vraag mij af kunnen ze bij Weinsberg geen kortere benaming vinden?)
Weinsberg is waarschijnlijk één van de grootste aanbieders van verschillende soorten rollend kampeermateriaal. In de aanbieding hebben ze caravans, camperbussen, halfintegralen al dan niet met een hefdak of hefbed, integrale, alkoofmodellen en de laatste zijn de smalle halfintegrale. Bijna alle zwerfauto’s rollen op Fiat Ducato, de laatste nieuweling heeft een Mercedes Benz Sprinter als basisvoertuig. Dat is een stapje hoger voor zwervers in het financieel aanbod.
Standaard heeft deze nieuwste Weinsberg een Mercedes Benz Sprinter 315 CDI met een 2 l turbo diesel van 150 pk, 6 versnellingen, voorwielaandrijving en origineel verlaagd chassis, samen goed voor 3,5 ton. Hij is ook verkrijgbaar met 4,2 ton MTM 170 pk dieselmotor en een 9 versnellingen automaat. Dat kost ongeveer een 12.000 euro meer.
Anders als concurrenten gebruikt Weinsberg niet het overbekende AL-Ko chassis maar het originele ladder chassis van Mercedes Benz. Voor de opbouw gebruikt de fabrikant goed geïsoleerde sandwich panelen 40 mm dik voor de bodem, 31 voor dak en wanden. Voor de wanden is het aluminium buitenplaat voor het dak hagelbestendig polyester. De 65 cm brede buitendeur met venster is een luxe om in of uit de wagen te stappen. Het elektrisch opstapje is een optie. Achterin heeft de ruime garage twee deuren. Om wille van de prijs is de bumper achteraan uit één stuk gemaakt. De achteruit rijcamera moet helpen de bumper niet aan flarden te botsen. Dank zij een brede deur aan de gaskoffer kunnen de flessen gemakkelijk om geruild worden. Veiligheidsinrichting voor het gas is voorzien, zo kan de koelkast en de eventueel de verwarming blijven functioneren tijdens de rit.
Het interieur is een typische Weinsberg uitvoering met wat donkere meubelen en met wat goede wil een schuine midden gang naar achter. Aan de succesvolle indeling met enkele bedden hebben de ontwerpers niet veel aandacht besteed, het is goed. Een paar vensters minder in de slaapkamer bepaald hier ook een beetje de prijs van het voertuig. Echter voor een optie kan men de twee vensters laten installeren. Van de kwaliteit en fabricatie van het meubilair kan men niets anders goed spreken. Stevige scharnieren, sloten en enkele bedden omvormen tot één groot bed behoren tot de beste. Wegens de prijs heeft de fabrikant geen dubbele bodem voorzien.
Zitgroep
De zitgroep is samen met de cabine zetel een typische treinzit met tafelblad bevestigd aan de wand en steunt op één poot. Aan de zitbank zijn veiligheidsgordels en hoofdsteunen. Een deel van het tafelblad is draaibaar, met wat goede wil kunnen 4 zwervers hun bord met bijhorigheden op de tafel zetten. Het draaien van de cabinezetels vraagt wat oefening omdat de Mercedes cabine smaller is dan die van de Fiat Ducato. In de zitbank ontdekken we de verswatertank. Bedienpaneel voor de regeling van de Truma C 6 CP plus iNet vinden we boven de keuken. 12 volt lader en zekeringen zijn onderin goed bereikbaar. Bij avond of duister een goede verlichting aan tafel vinden we zeer belangrijk en daar voldoet de Pepper uitstekend aan. Het hefbed boven de zitgroep heeft een lattenbodem en een goede matras. Dank zij de verticale glijprofielen en riemen voor het ophalen en neerlaten hangt het bed zeer stabiel een laat zich gemakkelijk bedienen. Onder de comfortabele matrassen van de enkele bedden liggen lattenbodems. Afgesloten met plaats besparende rolluiken zijn onder de voeteinden ruime bergvakken.
Motie van de CDU/CSU-fractie om “caravantoerisme te bevorderen” verworpen in de Bondsdag
Een verkeerslichtcoalitie met onder meer senior campingvertegenwoordigers stemde tegen financiering voor caravans
Frankfurt in maart 2023
De uitspraken "Kamperen is meer dan caravaning" of "Kamperen is kamperen" werden gedaan in het kader van een motiedebat over "Promotie van caravantoerisme" op 2 maart 2023 in de Duitse Bondsdag. De CDU/CSU-fractie diende een motie in om “caravantoerisme te bevorderen”, die op 2 maart 2023 werd behandeld tijdens een debat in de Bondsdag. Met zoveel "expertise" lijkt het niet verwonderlijk dat de eigenlijk redelijke motie van de CDU/CSU-fractie voor een voorstel voor een resolutie door de voltallige toerismecommissie in de Duitse Bondsdag uiteindelijk werd verworpen.
Zelfs de "lachend spottende" aankondiging van het agendapunt door de voorzitter van de Bondsdag, Kubicki, aan het begin van het debat gaf de gewillige waarnemer een idee van de betekenis van de motie "Bevordering van caravaning" in de Tweede Kamer van vertegenwoordigers. Spreektijden van maximaal vijf minuten voor de vertegenwoordigers van partijen zijn een welsprekend bewijs van de nietigheid van het onderwerp. De realiteit was nog erger. De individuele sprekers van de regeringscoalitie toonden in hun emotieloze, zwakke bijdragen niet alleen inhoudelijk, maar ook retorisch het belang dat zij aan dit onderwerp hechten.
De Reisemobil Union verwijst iedereen die naar de hoorzitting wil luisteren naar https://www.bundestag.de/dokumente/textarchiv/2023/kw09-de-caravaning-tourismus-933862
Niet alleen kunnen de video's van alle toespraken daar in de mediatheek worden bekeken en beluisterd, iedereen die geïnteresseerd is, kan daar ook alle relevante Bondsdagdocumenten vinden.
De Reisemobil Union, die al tientallen jaren op de lobbylijst van de Duitse Bondsdag staat en doorgaans een van de eerste technische contacten is, is ontzet over de onwetendheid dat dit (gewichts)belang in de hele Duitse economie en toerismemix wordt gepercipieerd door de huidige generatie politici.
De RU heeft de afgelopen jaren voortdurend contact onderhouden met de vervoersbeleidswoordvoerders van de afzonderlijke fracties en hen in dialoog geïnformeerd met basiskennis en actuele ontwikkelingen - van deze mensen is in deze hoorzitting helaas niets gezien of gehoord. Of ze waren niet op de hoogte, of het was al na 20.00 uur en de plenaire zaal was nog maar door enkele parlementariërs bezet.
In haar aanvraag riep de vakbondsfractie op tot een grotere uitbreiding van de parkeerinfrastructuur voor stacaravans. Een betere infrastructuur voor overnachtingsaccommodatie zou "de regionale economische effecten van de caravan- en kampeerindustrie in Duitsland meer kunnen bevorderen", aldus het. De Bondsdag moet daarom samenwerken met de deelstaten en gemeenten om bureaucratische hindernissen bij de goedkeuring van parkeerplaatsen voor campers uit de weg te ruimen. Afwijkend van het hoofdonderwerp riepen de Kamerleden onder meer op om de bouw van e-laadstations en tankstations voor alternatieve brandstoffen te bevorderen en het openbaar vervoer in landelijke gebieden uit te breiden.
Ter onderbouwing van de aanvraag schreef de Unie dat caravantoerisme al jaren een constante groeimarkt was en door de coronapandemie en het groeiend binnenlands toerisme weer aan belang won. Volgens de Kamerfractie zijn meer dan 180.000 banen afhankelijk van caravantoerisme. Duitsland is ook een belangrijke productielocatie voor caravans met 25.000 hoogwaardige banen in ontwikkeling en productie en nog eens 11.000 banen in de detailhandel.
Het uiteindelijke, negatieve besluit was te verwachten en werd ook betreurd door een grote branchevereniging. Het is echt jammer dat een dergelijke aanvraag wordt opgestart, maar de betrokkenen krijgen geen specialistische kennis of relevante informatie van de initiatiefnemer. Duizenden banen en 14 miljard industriële verkopen bewijzen dat caravaning en kamperen zeker relevant zijn voor de toekomst van Duitsland als industriële locatie, maar helaas kan zonder verdere expertise geen positieve politieke beslissing worden verwacht van de politiek verantwoordelijken.
Hier is het proces in "officiële" vorm:
De CDU/CSU-fractie pleit in haar aanvraag onder meer voor een grotere uitbreiding van de Staanplaatsinfrastructuur voor kampeerauto’s om de regionale economische effecten van de caravan- en kampeerindustrie in Duitsland te bevorderen. De Bondsdag moet daarom samenwerken met de deelstaten en gemeenten om bureaucratische hindernissen bij de goedkeuring van parkeerplaatsen voor kampeerauto’s uit de weg te ruimen. Ter onderbouwing van de aanvraag schreef de Unie dat caravantoerisme al jaren een constante groeimarkt was en door de coronapandemie en het groeiend binnenlands toerisme weer aan belang won. Volgens de Kamerfractie zijn meer dan 180.000 banen afhankelijk van caravantoerisme. Duitsland is ook een belangrijke productielocatie voor caravans met 25.000 hoogwaardige banen in ontwikkeling en productie en nog eens 11.000 banen in de detailhandel.
Het uiteindelijke, negatieve besluit was te verwachten en werd ook betreurd door een grote branchevereniging. Het is echt jammer dat een dergelijke aanvraag wordt opgestart, maar de betrokkenen krijgen geen specialistische kennis of relevante informatie van de initiatiefnemer. Duizenden banen en 14 miljard industriële verkopen bewijzen dat caravaning en kamperen zeker relevant zijn voor de toekomst van Duitsland als industriële locatie, maar helaas kan zonder verdere expertise geen positieve politieke beslissing worden verwacht van de politiek verantwoordelijken.
