1979 9 oktober - Gazet van Mechelen : Nieuwe brommer voor
de garde.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Sinds enkele dagen behoren 5 heuse snorfietsen tot de rijdende
uitrusting
van het Mechelse
politiekorps. De snorfietsen werden ingeschakeld ter
aanvulling van het
fietsenpark van de politie en werden toegewezen aan de
drie ex-veldwachters (thans
politie-inspecteurs) in de deelgemeenten Muizen,
Leest en Heffen. De overige
twee voertuigen worden gehanteerd door de
wijkagenten in twee verst
afgelegen Mechelse stadsgedeelten.
1979 12 oktober Gazet van Mechelen :
Wereldkampioen Kon. Fanf.
St.-Cecilia Leest : 80 jaar
...enige
jaren voor de eeuwwisseling kwam de tijd van de politieke emancipatie.
Er
kwam een oppositie en meteen werden er twee dorpspartijen gesticht, in de
volksmond de blekken en de sussen genoemd.
In
maart 1899 werd de tocht op de zwalpende baren begonnen, de stuurlui aan boord
en de stevige hand aan het rad. Na een tocht van 5 maanden voer men op een
klip. Dit was het einde van een proeftocht, doch ook het begin van een nieuwe
inzet.
De
statuten van de opgerichte muziekvereniging werden vastgelegd in de
bestuursvergadering van 26 augustus 1899. In
dit jaar, het eerste jaar van hun ontstaan, werd reeds een vaandel aangekocht,
de huidige standaard. Al
dit verdienstelijke werk komt in de eerste plaats toe aan wijlen de heer
Theophiel Verschueren. Zijn
kleinzoon, Vic Verschueren is de huidige voorzitter van de fanfare.
Theophiel
bleef tot zijn overlijden(29/5/1942) voorzitter. Hij was de onvermoeibare
werker die zich met hartstochtelijke ijver van zijn taak gekweten heeft en
ondertussen van 1924 tot 1927 ook nog het ambt van burgemeester aanvaardde.
Zijn
bezielende leiding werd gesterkt door twee medestichters, nl. de
ere-voorzitters Frans Beullens en Marcelinus Lemmens.
Het
was op Sint-Niklaas, maandag 6 december 1899, de tweede kermisdag, dat een
12-tal muzikanten aan het toenmalige café Het Kruispunt, gelegen aan de hoek
van de Juniorslaan en de Vinkstraat, een eerste optreden ten beste gaven.
Bijeenkomst
en vertrek werd gegeven bij de allerleerste muzikant en caféhouder Constant Van
Hoof, die naast zijn job als caféhouder ook die van veldwachter uitoefende.
Intussen
is er wel het een en ander gebeurd in de schoot van de vereniging.
Reeds
in 1900 was er een inzinking, die spoedig een publiek geheim was geworden en
even spoedig van de baan was geholpen.
In
1902 kregen de muzikanten een pet aangeboden, waarvan de kostprijs voor de
fanfare op 2,50 fr/pet beliep. Hierna kreeg men een bordje met de benaming
St.-Cecilia Leest.
Deelname
aan wedstrijden
Dit
sosjeteitje heeft zo snel mogelijk pogingen gedaan om medailles te veroveren.
In
de periode tussen 1900 en 1934 werden niet minder dan 24 medailles veroverd.
Dit alles gebeurde onder de leiding van Louis Verbeeck, later opgevolgd door
zijn zoon Ferdinand.
De
muziekchefs hadden prachtig werk geleverd en na hun afsterven werd de zware
taak toevertrouwd aan Rik De Bruyn. Dit dateert van in het jaar 1938.
Tijdens
de oorlogsjaren (1940-45) lagen de muziekactiviteiten in Leest volledig stil.
Na
de oorlog werden door ondervoorzitter Frans Piessen en met muiziekleider Rik De
Bruyn al de overgebleven muzikanten opgetrommeld om het muziekleven opnieuw
nieuw leven in te blazen.
Dit
gebeurde onder het voorzitterschap van Pieter De Prins, eveneens burgemeester.
Onder
het beleid van Rik De Bruyn werden op 20 wedstrijden uitsluitend eerste prijzen
behaald, waarvan 12 met lof van de jury.
Hij
had ook gezorgd voor de opvoeding van jonge muzikanten.
Op
23 mei 1948 werd aangevangen met een marswedstrijd in lagere en korpswedstrijd
in 3de afdeling.
In
1949 bekwamen ze in het provinciaal toernooi te Mechelen de promovering naar 2de
afdeling.
Ter
gelegenheid van hun 50-jarig bestaan werd in de maand mei 1949 een grote
nationale muziekwedstrijd uitgeschreven waaraan 39 maatschappijen deelnamen.
Dit
ging gepaard met klinkende namen of sterren van het bloeiende muziekfirmament
en was meteen de inzet van de nu ingerichte Ceciliafeesten.
Tegelijkertijd
werd ook het gouden jubileum gevierd als 50-jarig muzikant van Gaston Busschot
en Frans Robijns.
21
december 1951 was ook een heuglijke dag voor de fanfare.
Op deze dag werd door Z.M. de Koning de machtiging gegeven aan de vereniging de
naam te dragen van Koninklijke Fanfare Sint Cecilia.
In
1960, met een jaar uitstel, werd het 60-jarig bestaan gevierd met een
internationale korps- en marswedstrijd.
Naast
deze vele muziekwedstrijden werd ook wel eens gedacht aan vieringen van
personen in de vereniging.
Op
18 oktober 1953 werden de jubilarissen gevierd. Het jubelfeest op 18 april 1963
werd gevierd voor het 50-jarig trouwe dienst als muzikant Louis Alewaters en
voor het 25-jarig muziekbestuurderschap van Rik De Bruyn.
Op
11 april 1965 kwam er dan spijtig genoeg een einde aan de muzikale loopbaan van
Rik De Bruyn bij Sint Cecilia. Inderdaad, op voornoemde datum overhandigde
Rik na 27 jaar muziekleider geweest te zijn, de dirigeerstok aan Theo Fierens.
Onder zijn leiding werd het behalen van eerste prijzen voortgezet.
In
de zomerperiode van 1973 (3/7) werd hij opgevolgd door Frans Dierickx.
Deze
was solotrombonist van het Nationaal Orkest van België en leraar aan de
muziekconservatoria van Mechelen en Willebroek.
Zijn
hoofddoel : de muzikanten vooral goede eigentijdse composities laten verzorgen.
De
muzikanten die werden toegelaten tot de fanfare, werden verzocht eerst een
degelijke muziekstudie achter de rug te hebben.
Het
bestuur bleef ondertussen ook niet bij de pakken zitten. Eind november 1959
ging men over tot een verjongingskuur en werden er onder het voorzitterschap
van Pol Piessens regelmatig jongeren aangetrokken om de bestuursrangen te komen
vervoegen.
Sinds
22 maart 1965 was het de beurt aan de huidige voorzitter, Vic Verschueren, om
samen met de bestuursgroep en de leden immer bergop te gaan naar de muzikale
top van de Belgische amateurkorpsen.
Op
7 april 1968, tijdens hun jaarlijkse Palmzondagconcert, kwamen een 60-tal
muzikanten, even mooi en fijn uitgedost ten tonele met hun nieuwe uniform.
In
de maand mei 1972 werd definitief gestart met de alomgekende Ceciliafeesten met
een 3de Internationale Stapmarsenwedstrijd.
Ter
gelegenheid van het 75-jarig bestaan en mede door het succes van voorgaande
Ceciliafeesten, ging men in mei 1974 over tot de inrichting van de 4de
Internationale Stapmars- en Showwedstrijden.
In
het verleden was het steeds moeilijk voor de Belgische korpsen om jonge
muzikanten aan te werven en ze een degelijke muzikale opleiding te geven.
Langzamerhand
ging men hier en daar over tot het groeperen van koperblazers tot een
standaardbezetting van 25 a 30 muzikanten. Deze groepen kregen de benaming van
Brass bands en speelden de zo schone brass-sound.
In
mei 1975 richtte de Kon. Fanf. St.-Cecilia uit Leest het Europees
Kampioenschap voor Brass bands in.
Vanaf 2 december 1975 tot 1 september 1976 nam de vroegere dirigent Rik De
Bruyn tijdelijk de dirigeerstok over en met volle overtuiging werkte de fanfare
voort aan de intense opleiding van de jeugdspelers.
Einde
juni 1976 werd weer een topper voor de fanfare, met het inrichten van de
jaarlijkse Ceciliafeesten. Ditmaal stond het Europees kampioenschap voor
harmonieën en fanfares op de affiche. BRT-2 Antwerpen zorgde toen voor een
primeur.
Voor
de eerste maal in België werd een wedstrijd voor amateurkorpsen in stereo opgenomen.
Een 15-tal buitenlandse zenders nam deze wedstrijd over om ze op latere datum
uit te zenden.
Jan
Piet Leveugle
Met
een algemene goedkeuring werd op 1 september 1976 de dirigeerstok overgedragen
aan Jan Piet Leveugle. Onmiddellijk werd van start gegaan met een 30-tal
jeugdige mensen om als trommelaars op te leiden en tegelijkertijd de leer van
de volksmuziek (notenleer) tot in de puntjes in te studeren. Na nauwelijks een
kleine 2 maanden noeste arbeid was de dirigent bereid mede te dingen aan het Provinciaal
toernooi van Fedekam Antwerpen, dat ingericht werd te Mechelen. Dit gebeurde
op 24 oktober 1976.
Resultaat
was de titel : Kampioen van de provincie Antwerpen in 3de
afdeling.
Ondertussen
was het voor de fanfare een eer André Van Driessche te mogen begroeten als
specialist om de muzikanten op te leiden en hen een nieuwe blaastechniek aan te
leren.
De
kampioenstitel in 2de afdeling werd te Mechelen ook in de wacht
gesleept.
De
ogen werden, nooit als tevoren, naar het buitenland gericht.
Het
volgende hoofddoel was het Wereldconcours te Kerkrade.
Jan
Piet Leveugle, mede met zijn lesgevers en gesteund door het bestuur als leiders
werd er te Leest nog meer geoefend dan vroeger.
Ondertussen
werd er ook nog gewerkt an de inrichting van het Nationaal Kampioenschap van
België voor fanfares en harmonieën.
Twee
juli 1978, de grote dag, was niet ver meer af.
12.500
muzikanten, afkomstig uit 26 landen namen hieraan deel.
Voor
de wereldmuziekwedstrijd te Kerkrade, van 24 juni tot 16 juli waren 300 korpsen
ingeschreven, slechts 228 geraakten door de zeer moeilijke proeven, dit in
verschillende disciplines.
België
werd vertegenwoordigd door 19 korpsen, waarvan er 7 optraden in de afdeling
harmonie en fanfare.
Wereldkampioen
In
de fanfare afdeling uitmuntendheid werd ons land vertegenwoordigd door de
Kon. Fanf. St.-Cecilia uit Leest.
Het
korps behaalde 311 op 360 punten in de afdeling. Dit bracht hen de eerste prijs
en de gouden medaille op.
Aangezien
het 4-jaarlijkse wereldkampioenschappen betreft is de Leestse fanfare
gemachtigd de volgende vier jaar wereldkampioen fanfareafdeling
uitmuntendheid als titel te dragen.
Dirigent Leveugle en ondervoorzitter August Lauwers (die voorzitter Vic
Verschueren verving) waren niet weinig fier uit handen van de Nederlandse premier Van Agt het diploma en de gouden
medaille te mogen ontvangen.
De
voorzitter moest verstek laten gaan, aangezien 6 van zijn zoons meedongen naar
de wereldtitel en thuis de zaak ook moest doorgaan.
Dat
de werkwijze van J.P.Leveugle samen met het 15-koppig bestuur en de meer dan 50
muzikanten (allen Leestenaars tussen de 9 en 77 jaar), samen met de dirigenten
en lesgevers tot veel in staat zijn, bewees het resultaat op het jongste W.M.C.
Met
dit resultaat heeft de Leestse fanfare bewezen dat ze muzikaal en cultureel een
grote hoekpijler is geworden voor de grote muzikale toren die ons landje tot
ver in het buitenland gebouwd heeft.
80-jarig
bestaan
In
het jubileumjaar (1979) werd reeds heel wat gepresteerd en het is zeker nog
niet gedaan.
Op
17 februari werden de jubilarissen gevierd. Tijdens de Ceciliafeesten werd een
jubileumwedstrijd voor harmonieën, fanfares en jeugdorkesten gegeven.
De
beiaardconcerten van Mechelen kennen dit jaar een nog nooit gekend spetterend
begin.
In
de kranten nadien kon men lezen : het inschakelen van de Kon. Fanf. St.-Cecilia
uit Leest, onder leiding van J.P.Leveugle is een treffer van formaat geworden.
In
de komende maanden zal er te Leest ook niet stilgezeten worden.
Op
20 oktober e.k. te 20 uur zal er in zaal Sint Cecilia een huldiging doorgaan
voor Jan Segers.
Op
4 november zal men een studio-optreden geven bij de BRT en op 17 november neemt
men deel aan het Nationaal Brass Band kampioenschap te Strombeek-Bever.
Vanaf
augustus van dit jaar is men volop bezig met oefenen om alzo de titel van
wereldkampioen nog te trachten voor 4 jaar in eigen bezit te houden, ditmaal in
2de divisie fanfare, d.w.z. Ere-afdeling.
|