Inhoud blog
  • Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Kronieken van Leest
    bij Mechelen
    08-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    1975 – 11 augustus : Soloslim bij Gepensioneerden

                Tijdens de maandelijkse bijeenkomst van de Leestse gepensioneerden werd

                door mevrouw Diddens een “Soloslim” gespeeld.

                Haar medekaarters waren de dames Daelemans, De Prins en Lamberts.

                De inzet was 5 fr per persoon.

                Ze speelde uit met twaalf ruiten (uitgezonderd de koning) en de haas van

                klaveren. 

                “…mevrouw Diddens is steeds zeer actief geweest in de KVLV en ze was
                 daarvan bestuurslid van  1
    929 tot 1974, of 45 lange jaren, wat totnogtoe onachtzaam
                 is voorbijgegaan…”
    (DB, september 1975)           

     

    1975 – 24 augustus : Open deur te Leest

    “De helft van Leest was weer eens op wandel : drie interessante boerenbedrijven zetten hun deuren open voor het geacht publiek.

    Het eeuwenoude Hof ter Halen, het piepjonge (15 jaar) glasbedrijf van Juul De Smet en de eveneens oeroude Rendelbeekhoeve.

    De presentatie en de ontvangst waren aantrekkelijk gemaakt, zowel voor boeren als voor leken.

    Eerst kwam het Hof ter Halen aan de beurt, bewoond door de familie Vic Verschueren : een mooie oude schuur, waar enkele jonge kalveren achter een afsluiting door de bezoekers werden gekeurd.

    De schuur was voor de gelegenheid gedeeltelijk herschapen in een expositiezaal waar met behulp van schilderijen, oude kaarten en foto’s van oude documenten de geschiedenis van de leenhoeve “Van Halen” werd uitgebeeld. Aan de uitgang van de schuur trof de bezoeker een openluchtmuseum aan, volgestouwd met landbouwmateriaal. Op de binnenkoer werd aan volksdansen gedaan.

    Tweede bedrijf : Juul De Smet. ’s Zomers komkommers, ’s winters tomaten...Tentoonstelling van tomaten in categorieën, sorteermachines en zandpotmachine...

    Buiten vendelzwaaiers in volle zwier. Naast het woonhuis was een gelagzaal geimproviseerd, waar men moest aanschuiven om een plaatske te bemachtigen.

    Zo kwamen we een eindeke verder terecht in de Rendelbeekhoeve, bewoond door Frans De Prins. Sympathiek gelegen aan het water maar de vijver stond bijna droog.

    Binnen was het minder droog. Het afdak was in een openluchtcafé herschapen en de tappers hadden hun handen vol. In de ambiance van de feestelijke lampionnekes werd er gedanst op de binnenkoer met het orkest geinstalleerd op een groentenwagen. Chiromeisjes zorgden voor reidansen en duozang.

    De grote attractie op de Rendelbeekhoeve was echter het melksysteem met de vrije loopstal voor 60 koeien en de visgraathistorie. Vooral op het uur dat er gemolken werd, kon de installatie het volk niet slikken.

    Echt een mooie namiddag die feestelijk uitstierf op de knallen van de vuurwerkfusees.”

    (E.K. in De Band, september 1975)

     

    1975 – 11 september : Voorlichtingsvergadering ‘Zennevallei’.

     

    In de parochiezaal van Heffen vond om 20 uur een vergadering plaats van het actiecomité ‘Zennevallei’ : “…stortplaatsen mogen niet zomaar landschappen stuksnijden of waterlopen verpesten. Er moet gewerkt worden aan nieuwe en betere methodes om het vuil waarmee we zitten te vernietigen. Stemmen uit Eppegem, Weerde en Zemst brachten daarna in bandopname hun indrukken over hun stort. Een greep uit de intervieuws : een stank iets onbeschrijfelijk ! –Meneer, sommige nachten moeten we de ramen sluiten van de stank en de rook !  - zoutzuur – men verpest de hele streek – men loost het water in de beek geniepig – vroeger zaten hier visjes, nu is het een stinkende brij om hoofdpijn van te krijgen – wij hebben alles gedaan om de stortplaats te sluiten, toch stort men voort, ook zonder vergunning.

    Deze geslaagde avond sloot met een gesprek met de eigenaars van het bewuste stort te Eppegem. Uit dit gesprek konden we opmaken dat deze mensen alleen hun werk doen. Ze zouden er een zuiveringsstation aan over hebben om in de Zennevallei te storten.

    Het landschap zou in z’n oorspronkelijke staat teruggebracht worden. Dat het niveau vijf meter hoger zou liggen dan voordien, dat zou onvermijdelijk zijn. Op de vraag of het terrein dan niet rijp was voor industriegrond kwam geen antwoord.

    Ons standpunt blijft : een stortplaats voor industriële afval hoort niet thuis zo dicht bij de dorpskom, in een gebied dat volgens het geweestplan geklasseerd werd als natuurgebied.

           De Distel”. (De Band – oktober 1975)

     

    Datzelfde jaar in De Band (enkel jaartal bekend) wat er aan voorafging :

     

    “Tussen ‘Vrijbroek Mechelen’ en ‘het Broek’ van Blaasveld ligt als een natuurlijke schakel de Zennevallei. Bijzonder belangrijk als natuurgebied, landschappelijke rust en stille recreatie ! Daarom ijveren actiegroepen er voor natuurbehoud.

    Ditmaal is het in Heffen dat de vallei in ’t nieuws komt. Een zekere PVBA wil dit natuurgebied verfraaien met een groot stort voor industriële afval. De stortplaats zou komen tegen de Zennedijk op een 300-tal meter van de dorpskom, aan de monding van de Stenebeek. Actiecomité Zennevallei formuleerde in een open brief aan de bevolking van Heffen haar bezwaren tegen dit stort. Zwarte vlaggen werden gehesen, bezwaarschriften werden aangelegd in café’s en winkels. Op twee dagen werden meer dan 500 handtekeningen verzameld. De burgemeester, verrast door zovele reacties, beloofde een negatief advies uit te brengen met het onderzoek commodo-incommodo, maar het is uiteindelijk de ‘Bestendige Deputatie’ die beslist.

    Het actiecomité ‘Zennevallei’ zal het daarbij niet laten. Ze werkt aan een volksvergadering voorzien in september te Heffen, en zoekt contact met andere verenigingen uit verscheidene gemeenten om tot een gezamelijke actie te komen. Wij willen vrijwaren dat dit mooie landschap in een woonkazerne herschapen wordt of dat een van die schoonste hoekjes, te Heffen ditmaal, door een stort van 9 Ha teloor zou gaan.

         De Distel”.

     

    “Voor allen die zich actief bezighouden met de bescherming van het leefmilieu, is een nieuwe fase aangebroken : die van de daad. Groen- en actiecomité’s, werkgroepen leefmilieu en plaatselijke afdelingen van culturele organisaties  staan dikwijls voor moeilijke opdrachten wanneer ze in hun gemeente een mooi landschap, een bos of een waardevol gebouw willen beschemen en zinvol helpen beheren.

    Hun streven naar inspraak op gebied van ruimtelijke ordening wordt meestal niet of slechts sporadisch aangemoedigd.

    Toch werden de jongste jaren zinvolle maatregelen afgedwongen, denk maar aan de ingangspoort tot het kerkhof, het vellen van bomen op het kerkhof. De vestiging van hinderlijke bedrijven langs het kanaal. De waterverontreiniging in de Molenbeek. Het verwijderen van autowrakken in het landschap. Laatst kwam er een actie tot stand om de mooie zennevallei te beschermen. Dit is in het belang van alle Leestenaars.

    De K.V.L.V. kwam op haar vergadering over het Landelijk milieu ‘tot de vaststelling dat het onoordeelkundig uitbreiden van woonzones nadelig is voor de eigenheid van de plaatselijke bevolking en het landschappelijk schoon.

    De actie ‘Zennevallei’ werd een succes. Meer dan 20 culturele verenigingen verspreid over Leest, Heffen en Hombeek hebben in hun petitie gevraagd dat er niet zou geroerd worden aan de Zennevallei.

    Ze moet (in) haar huidige bestemming als beschermend gebied behouden. Leest zegt NEEN aan de systematische verwoesting van zijn natuurschoon ; JA aan de bescherming van de landschappelijke waardevolle gebieden. Die groeiende groep van milieubewuste mensen vragen zich af : wat nu ?

    Hierop moet Leest zelf een klaar en haalbaar antwoord geven. Want de bronnen van ons bestaan staan inderdaad op het spel. Aan de hand van een weloverwogen milieuprobleem, enkele hoopvolle initiatieven en nieuwe opdrachten zal worden gepoogd richtinggevend te zijn voor de toekomst.

    De zinvolle maatregelen die de jongste jaren werden afgedwongen, mogen voor de anderen een aansporing zijn. ‘LEEF MILIEUBEWUST’. 

     

     

    08-07-2012 om 08:40 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1975 – 25 mei : Vevoc Volleybaltornooi

    Acht ploegen hadden zich ingeschreven voor dit tornooi dat plaatsvond op de speelplaats van de meisjesschool. Het plakket van de gemeente werd in de wacht gesleept door Vevoc 2.

    Op de tweede plaats eindigde KWB, gevolgd door Oud-Heverlee, Chiro 2, Fanfare St.-Cecilia, Vevoc 1, Chiro 1 en FC Telstar dat als laatste eindigde.

     

    1975 – 30, 31 mei en 1 juni : Lustrum : 5de Leestse Volksfeesten

                Programma:

                Vrijdag 30 mei : ter gelegenheid van het lustrum werd een mini-handelsbeurs

                gehouden (een 20-tal exposanten vulden zo’n 800 m2).

                ’s Avonds : optreden van Marva.

                Zaterdag 31 mei : voor de eerste maal een programma voor groot en klein met

                “Tante Terry” (Van Ginderen), om 20 uur Oberbayern Bierfeest met de Emiz

                Maeyerhofen Blaas en Danzkapelle.

                Animator en ook zanger : Rikske Samyn.

                Zondag 1 juni : Freddy Breck met orkest Aldila en zangeres Vivi.

     

    1975 – 20 juni 1975 - Klein-Brabant – Vaartland : (zie foto's)

                Wielrijden-Juniores te Bornem

                “40 juniores boden zich aan om van de Bornemse wedstrijd een levendige koers

                te maken. Na de klassieke vroege pogingen ontstond er half wedstrijd een ontsnapping

                van 9 renners. Onder hen plaatselijk renner Willem Thomas en Leestenaar Rudy Van Hoof.

                Tijdens de zevende ronde slonk de voorsprong van 35 naar 15 seconden.

                Toen iedereen zich aan een spurt met negen verwachtte kwam Rudy Van Hoof

                afgescheiden toe, evenals Willem Thomas die op de tweede plaats eindigde.”

     

    1975 – 29 juni : Vevoc-Fietsrally – Vertrek vanaf 11 tot 14u.

     

    1975 – 21 juli : Start Bivak chirojongens  te Langdorp.

               

    “Weet je wel, beste mensen, waarom zo’n Chirojongen voor niets ter wereld die tien heerlijke dagen bivak zou willen ruilen met een ganse vacantie in Mallorca, Nice, Pisa of aan de Noordzee ?

    Omdat we met gans de chirogroep daar zo’n heerlijke momenten vol vreugde, kleur en samenspel kunnen beleven. Zodat we al de zijden van ons eigen ikske aan al die tintelende bivakkers durven tonen.

    Ja, beste mensen, tien reuzedagen leefden we samen met ons chirovolkje.

    Na die woelige, slapeloze nacht fietsten we in de morgen naar het hoogtepunt van het chirojaar. Met onze keurig in orde gebrachte fietsen, onze extra gemasseerde spieren en onderweg een stevige hap, kregen we het voor ons onvergetelijke Langdorp in zicht. In de namiddag zouden dan al die fietsers : Aspis, Kerels, Toppers hun kleinere chirobroertjes opwachten in ons kamp ‘De Trekvogel’. Na de aankomst van de Rakkers en de kookfamilie, verkenden we als echte bivakkers de Langdorpse dennebossen. Die eerste avond moesten we dan al even dat fantastisch chiroenthousiasme kwijt in een zangstonde, waarbij misschien wel enkele kreten in Leest hoorbaar waren.

    De volgende eerste dagen, weliswaar zonder de allerkleinsten, die toffe Speelclupers, waren buitengewoon ! We leverden prachtige sportprestaties. We deden een reuze tof bosspel, een keuzeruimte was ook van de partij. We genoten van de warme zon en vergeten ook niet de ontelbare plezante activiteiten in onze afdelingen. Op vrijdag kwamen dan die toffe lolbroeken aan. Met de Speelclub erbij was onze familie volledig. We telden samen 75 kranige bivakkers.

    Dezelfde dag trokken de Aspis, Kerels en Toppers met pak en zak de natuur in, voor twee dagen.

    De Aspiranten verkenden de streek in een grote boog om ons bivakkamp. Ze sjorden een pracht van een hut om daarin te overnachten en leerden de padvinderstechnieken kennen.

    De Kerels maakten er een kompastocht van. Ze trokken van het ene coördinaat naar het andere, ze kozen een verlaten hoeve als onderdak.

    De Toppers gingen op overlevingstocht. Ze sloegen hun tenten op aan een klein poeltje. In die omgeving kwamen dan ook al hun jagerstalenten naar voor.

    De Rakkers ondernamen een ééndaagse trektocht naar Scherpenheuvel, waar ze echte verkoopstechnieken leerden, die hun naklank vonden in het verkopen van de bovenste étages van de bedden op hun slaapkamer.

    Op zaterdag trokken de Speelclub naar het domein de Vijvers in Averbode, waar ze hun hartje eens dapper ophaalden. Ze stoeiden in het water, reden op pony’s, met een klein treintje, speelden in de speeltuin, kortom een dag vol variatie.

    Die avond waren de tweedaagsen en de trektochten achter de rug. Heel duidelijk had ieder er een grote honger van gekregen. Het record frietten eten werd gebroken (tien emmers).

    Op de bezoekdag lieten we de aangekomen Leestenaars (nog nooit tevoren zovelen gezien) van onze afdelingswerking genieten. Het was een heerlijke dag met als bekroning een tof avondspel.

    De daaropvolgende dagen bewezen nogmaals dat er inzet aan te pas komt. Tussen spel, zandbergen, zandstormen, waterspelen en heerlijke zwempartijen door zorgden de Aspiranten voor een steengoed estafettespel. We vergeten ook niet de heerlijke canzonissimaavond van maandag.

    Het werd kampvuur zonder dat we het wisten. Na een laatste groepsmis en een zoveelste bezinningsmoment schaarden we ons allen rond het gezellige vuur, waar stoere kerels zoals wij een stille traan wegpinkten tezamen met onze kookfamilie, onze pater die dit jaar zijn tiende bivak achter de rug had, zongen we stil onze liedjes en voerden we onze stukjes op. Het was een bewijs dat een kampvuur een mooi maar ook een degelijk einde was voor die Reuze Tof Bivak.

    Stilletjes gingen we slapen, hopend dat het altijd nacht zou blijven, dromend dat Leest duizenden kilometers verder lag.

    Nogmaals dank aan alle Leestenaars die ons geholpen hebben dit tof bivak te mogen meemaken. We danken ook onze kookploeg, de pater in het bijzonder, ook de leiding die dank zij hun voorbereiding het bivak tot een welgeslaagd einde brachten. Ook dank aan alle Chirojongens voor dit tof samenspel.” (De Band – september 1975)   

     

    1975 – Van 7 tot 17 augustus : Bivak Chiromeisjes te St Joris-Weert

     

    “Beladen met de zon en ons fietske lieten we op 7 augustus Leest achter ons om de tot dan toe nog rustige Kluis onveilig te maken.

    Na een afmattende verkenningstocht per afdeling kroop ieder in zijn slaapzak, dit betekende dan ook het einde van onze eerste dag in ons nieuw tehuis.

    De volgende dagen amuseerden we ons reuze, zodat het veel te vroeg naar onze zin bezoekdag was. Alhoewel de zon niet van de partij was, waren de chirofans dit wel. Er werd gevolksdanst door de grootsten en de kleinsten haalden allerlei apentoeren uit.

    Maandagmorgen brachten de kleinsten al heel vroeg leute in onze nog slaperige koppen, het was immers hun eerste bivakdag.

    Dinsdag veranderden wij de Kluis in een circus. De volgende dag trok elke afdeling er op uit. De kleinsten gingen te voet, de grootsten waagden zich wat verder met de fiets. Ondanks onze vermoeidheid door de beklimming naar de Leeuw van Waterloo konden wij, aspiranten, toch nog smullen van het –naar gewoonte- lekkere eten.

    De laatste dagen vlogen voorbij zodat we, zonder het goed te beseffen, reeds hout aanhaalden voor onze laatste avond : het kampvuur. Dank zij de opkomst van talrijke chirosympathisanten en de inzet van ons allen werd het een zeer toffe en gezellige avond.

    Zondagmiddag 17 augustus vertrokken we dan in de pletssende regen (Sint-Joris-Weert weende immers om ons vertrek) naar Leest.

    Deze tien dagen leerden ons weer dat het mogelijk is om met verschillende leeftijden en uiteenlopende karakters een tof bivak op te bouwen.

    Dank aan allen die zich hiervoor inzetten !” (De Band – september 1975)

     

    1975 – 1 augustus 1975 – Klein-Brabant Vaartland : Beroepsrenners te Tisselt : Eddy Van Hoof werd tweede.

    Dit jaar kreeg Eddy Van Hoof een contract bij het Molteni-team van Eddy Merckx.

    “Wie onlangs ‘Sporttribune’ gevolgd heeft, kon maar alleen concluderen dat het voor vele renners een uitzichtloze toestand geworden is.

    Velen vinden geen plaats meer bij de ene of de andere groep of merk, anderen beklagen zich over de onderbetaalde te leveren prestaties, t.t.z. mindere prestaties en het driedubbel als te betalen vergoeding, en dan nog anderen komen er resoluut voor uit dat allerlei middeltjes

    worden gebruikt om opgepept te worden enz.

    Er was dus misnoegen vast te stellen, en er zijn er dan ook die eenvoudig de fiets aan de haak gehangen hebben, ofwel zinnens zijn er mee te stoppen.

    Het is dan ook verheugend te mogen vaststellen dat Eddy Van Hoof niet op het gladde ijs is terecht gekomen, maar opgenomen werd in de ploeg Molteni, met kopman Eddy Merckx.

    Wat bewijst zulks : eenvoudig dat diegenen die wel negatieve kritiek wisten uit te brengen op zijn prestaties –ten onrechte trouwens- de domper  op hun neus krijgen, en anderzijds dat zijn verrichtingen naar waarde werden geschat.

    Terloops moge aangestipt, dat reeds verschillende Leestenaren aan wielrennen hebben gedaan, maar het zware labeur niet hebben kunnen blijven torsen en stopten.

    Het is in feite de eerste Leestse wielrenner die de respectievelijke categorieën heeft doorlopen, steeds met dezelfde betrachting ‘volhouden en niet versagen’, en  die wil wordt thans bekroond. Dit feit zal met zich brengen dat de esbattementen nu meer naar buitenuit zullen kunnen gevolgd worden.

    Wij sturen langs deze weg aan Eddy Van Hoof onze beste wensen voor het bereikte resultaat, en daarbij een mooie toekomst.”

    (De Band – enkel jaartal bekend)

    In 1974 reed Eddy voor MIC-Ludo- De Gribaldy, in ’75 voor Molteni (met kopman Eddy Merckx), in ’76 voor Zoppas-Splendor-Sinalco (met als kopman Eric Leman) , in ’77 voor Flandria-Velda, in ’78 voor Avia-Groene Leeuw en in 1979 voor Fangio-Iso-Bel.

    In 1973 won hij te Welkenraedt de 3de rit in de Ronde van Luik en eindigde hij tweede in het eindklassement. Datzelfde jaar werd hij ook tweede in het eindklassement van de Ronde van de Provincie Namen.

    In ’75 werd hij 3de in de Omloop Schelde-Durme en behaalde dezelfde plaats in de Omloop van het Zuidwesten (Hulste/Ingelmunster). In 1976 werd hij 2de in  Ekeren en in 1977 zou de Leestse wielrenner de ‘Grote Prijs van Mechelen’ op zijn palmares schrijven. Achttien jaar nadat een andere Mechelaar, Louis Van Huyck, hem dat had voorgedaan.

    (Siteducyclisme.net)

     

    Foto’s :

    -Spurter Rudy Van Hoof kwam te Bornem afgescheiden toe en veroverde meteen zijn achtste palm.

    -Rudy Van Hoof naast streekrenner Thomas temidden van hun supporters.

    -Broer Eddy werd te Tisselt in een millimeterspurt verslagen door K. Loysch.

     







    08-07-2012 om 08:21 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    05-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    1975 – 11 mei : Diefstal in chalet F.C. Telstar

                Toen schatbewaarder Willy Van Hoof het chalet van de oudste Leestse

                Voetbalvereniging wilde openen stelde hij vast dat de deur openstond.

                Met geweld opengebroken, evenals de lade van de toog.

                Er ontbrak ongeveer 300 frank in muntgeld.

                Chips en sigaretten bleven onaangeroerd.

                (VVH)

     

    1975 – Zondag 11 mei : Rust Roest bracht ‘In geweten niet belast’. (advertentie uit ‘De Band’ bovenaan)

     

    Deze vertoning stond in het teken van de tiende verjaardag van het overlijden van Staf Bruggen, een pionier van de Vlaamse toneelkunsten. Het toneelseizoen 1974-75 werd door de Vlaamse

    amateurgezelschappen het ‘Staf Bruggen-jaar’ genoemd.

     

    De recensent van ‘De Band’ hierover :

    “Ter herdenking van het 10-jarig jubileum van het overlijden van Staf Bruggen, één der meest veelzijdige en bekende Vlaamse acteurs, heeft het Staf Bruggen-comité dit seizoen in het teken gesteld van S. Bruggen.

    Om hieraan gevolg te kunnen geven heeft de toneelvereniging ‘Rust Roest’ het passend gevonden om een stuk te kiezen van een Vlaams schrijver, nl : ‘In geweten niet belast’ van Frans Cools. De enige opvoering had plaats op zondag 11 mei in de Parochiezaal te Leest.

    We kregen een lichtblauwe huiskamer voor ons met klassieke meubeltjes die de firma ‘Bel Meubel’ uit Kapelle-op-den-Bos even voor hen uitgeleend had. Rechts was er een eethoek die in het 1ste en 2de bedrijf feestelijk gedekt was en links een salonnetje met kas. Het decor was uitstekend verzorgd, behalve dan een flesje bier dat achter één van de tafelpoten vergeten was na de pauze.

    Het was een spel in vier bedrijven. Op de vooravond van Erika’s verjaardag, dochter van Sex en Dr. Werner Krauz krijgen ze onverwacht bezoek van Dr. Frans Neurath, een collega van Dr. Krauz, die tijdens de oorlog met hem heeft gewerkt in de gevangenkampen, waar zij proeven deden op Joodse gevangenen. Werner Krauz wil die tijd vergeten, daarom heeft hij er zijn familie nooit over verteld. Terwijl Dr. Neurath dit onrecht nooit heeft kunnen vergeten en daardoor aan de drank is geraakt. Ben Fisher, een jood  en verloofde van Erika, die ook is uitgenodigd op het verjaardagsfeest, ziet dat Dr. Krauz iets verborgen houdt. Dit maakt hem zo nieuwsgierig en hij komt, langs Dr. Neurath, te weten van de proeven op de weerstand van de mens aan luchtdruk. Krauz wil vermijden dat er verder nog iets uitlekt over zijn verleden en weet handig een natuurlijke dood aan Neurath te suggereren. Ben Fisher drijft Dr. Krauz in het nauw zodat deze moet bekennen.

    Hier rijst de verantwoordelijkheid van het individu tijdens de oorlog. Is men verantwoordelijk voor de daden die men onder dwang verricht, of is hiervoor eerder een ganse gemeenschap verantwoordelijk ?

    Daarom herhaalt Dr. Krauz steeds dat ‘hij in geweten niet is belast’. Deze schijnwaarheid moet hij uiteindelijk afleggen en bekennen dat hij fout is geweest.

    In de hoofdrol van Kreuz zagen we een uitstekende Guido Hellemans, zijn kunde kennende hoeft hier niets meer aan toegevoegd worden.

    Er kan alvast onderschreven worden dat de medespelers Renilde Polfliet, zijn vrouw, Mariette Verbeeck en Eddy Moortgat (als hun dochter en zoon), Pierre De Wit als Dr. Frans Neurath en Wilfried Hellemans als Ben Fisher, een mooie krachtinspanning hebben geleverd om dit zware stuk tot een goed einde te brengen, en daarin zijn zij dan ook gelukt.

    ‘’t Was wel degelijk gewaagd, maar degelijk geslaagd !’

    De regie was in handen van Alfons Hellemans, die we evenzeer prijzen voor zijn werk. In elk geval zal niemand zich die avond verveeld hebben, want het gevaar schuilde er altijd in, wanneer met liefhebbers een tragedie gespeeld wordt.”

     

    In het volgende nummer van ‘De Band’ schreef H.G. daarover onder de titel  ‘Even nakauwen op Rust Roest’ :

     

    “Wij gaan akkoord met V.M. waar zij in het vorige nummer van De Band proficiat wenst aan de acteurs van ‘In geweten niet belast’ (amaai wat een titel) om de krachtinspanning die zij geleverd hebben om het zware stuk tot een goed einde te brengen. Wij waarderen het trouwens ten volle dat er nog mensen zijn te Leest die van hun vrije uren wat kunnen afknijpen om aan toneel te doen en wij verwachten hen nog op de planken.

    Toch hadden wij liever een ander stuk gezien, dat minder kwam aandraven met zware gewetensconflicten  en met een thema dat door de werkelijkheid en de T.V. afgesleten en achterhaald is. Ik betwijfel trouwens of één van de kijkers uit de zaal in dat gewetensproces werd ‘meegesleept’ (wat tenslotte de bedoeling van toneel is, dunkt me). Hun interesse ging veel meer naar de spelers zelf dan naar de figuur die zij vertolkten.

    Daarom hadden wij liever een goeie klucht gezien die ons op zondagavond eens hartelijk liet lachen en ons voor een paar uren onze wekendaagse stress en problemen liet vergeten. Een stuk op het niveau van onze volksmensen en onze spelers.”

     

    05-07-2012 om 09:38 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1975 – Donderdag 1, vrijdag 2 en zaterdag 3 mei :

    CECILIAFEESTEN met Europees Kampioenschap voor Brass Bands te Leest

    De inzet van deze feesten, die plaatshadden in een reuzentent in de Kouter, werd gegeven op donderdag 1 mei met de DOLLE NACHT.

    De Nederlandse succesgroep ‘The Rockets’ trad op samen met Peter West en orkest.

    Inkom 100 frank (80 frank in voorverkoop).

    Op vrijdag 2 mei werd er overgestapt naar de GEKKE NACHT . Een avond met vijf vedetten : het bekende komisch duo Gaston Berghmans-Leo Martin, animator Carlo Bertels, Ann Desender (bekend als winnares van ‘Ontdek de Ster’) met orkest en de Nederlandse popgroep ‘Bien Servi’ met Raymond van het Groenewoud.

    De daaropvolgende zaterdag besloot men met de PLEZANTE NACHT ,met de bekende BRT-presentator Jos Baudewijn, met zangeres Ingriani en haar orkest en als ‘clou’ van de avond ‘The Strangers’, de vier Antwerpse spuiters.

    Stan Gobien schreef daarover het volgende :

    “In 1975 kregen de Ceciliafeesten een ander uitzicht. Omdat de bal- en showavonden zo goed waren meegevallen, werd gehoopt dat de feesttent de

    eerste drie dagen van mei zou vollopen. Een heel pak vedetten en pseudo-vedetten was geprogrammeerd : The Rockets of het orkest van Peter

    Koelewijn, een zekere Peter West, Leo Martin en Gaston Berghmans, Anneke Desender, Raymond van ’t Groenewoud, Ingriani en nog eens een keer De

    Strangers. Jos Baudewijn, de bekende BRT2-producer was een van de presentatoren die tijdens deze ontspanningsavonden optrad.

    In een van zijn bekende liedjes zingt Raymond van ’t Groenewoud : ‘Ik heb zalen doen vollopen, ik heb zalen doen leeglopen…’ Naar verluidt heeft de zanger

    voor het laatste deel van deze tekstregel voroal inspiratie opgedaan in de feesttent te Leest in 1975. Maar ruim een jaar later wordt hij een enorme

    publiekstrekker en onbetaalbaar voor St.-Cecilia Leest…”

     

    Het allereerste ‘Europees Kampioenschap voor brassband vond plaats in Leest

    “Op de Ceciliafeesten 1975 werd het eerste Europees Kampioenschap voor Brassbands georganiseerd. Omdat deze orkestvorm op het vasteland, vooral in Nederland en Vlaanderen, ondertussen vrij bekend was geworden, werd besloten een muziekwedstrijd te organiseren waaraan uitsluitend brassbands konden deelnemen.

    Stan Gobien had in 1974 voldoende internationale contacten opgebouwd zodat een wedstrijd tot de mogelijkheden behoorde. Het werd vooral op muzikaal gebied een succes en de brassbandbeweging in Vlaanderen kwam door deze muziekwedstrijd in een stroomversnelling.

    Een paar maanden na afloop van de Ceciliafeesten ’75 kon een dertigtal leerling-muzikanten worden ingeschreven. Omdat er met plezier werd teruggedacht aan de show- en

    drumbandwedstrijd van ’74 besloot de fanfare te starten met een trommelkorps. Voor de opleiding van deze jongeren zou niemand minder dan Jean-Piet Leveugle zorgen.

    De meisjes en jongens kregen eveneens lessen notenleer en velen onder hen zouden later naar de muziekacademie of naar het conservatorium gaan.

    Na ruim twee jaar, op 2 december 1975, liepen de wegen van dirigent Frans Dierickx en St.-Cecilia Leest uit elkaar. Het ongenoegen bij sommige bestuursleden was al beginnen groeien na de concertwedstrijd van 11 mei te Tisselt, waar 85% en een eerste prijs met grote onderscheiding werd behaald. Gezien de omstandigheden, slechts één week na de organisatie van de Ceciliafeesten, was dit echter niet zo’n slecht resultaat. De sfeer werd nadien negatief beïnvloed omdat sommige Cecilianen langs de neus weg opperden dat de jeugdfanfare beter misiceerde dan de grote fanfare…

    Net als bij de vorige dirigentenwisseling had deze evenzeer consequenties voor de samenstelling van de fanfare. Weer verlieten er muzikanten St.-Cecilia Leest om het elders te proberen. Het bestuur drong bij Rik De Bruyn aan om terug de dirigeerstok in handen te nemen. Veeleer met enige tegenzin nam hij de opdracht aan. Hij besefde dat hij nog nuttig werk kon verrichten door op zijn gekende manier te werken aan de eensgezindheid bij de muzikanten. Ook deze keer lukte het. De beroering en de deining na de dirigentenwissel ging stilaan over in rust en vernieuwde eendracht.

    Op 1 september 1976 werd Jan-Piet Leveugle dirigent…” (zie verder 1976 – 1 september)

     

    In De Band van juni 1975 vonden we ook een definitie van een Brassband :

    “Brass-Bands zijn volksmuziekverenigingen die noch fanfare, noch harmonie zijn. De samenstelling bestaat uit een groep koperblazers met een gewone bezetting van ongeveer 30 muzikanten. Samengesteld uit 5 eerste cornetten, een repianocornet, een bugel, 2 tweede en 2 derde cornetten, 3 althoorns, 2 baritonhoorns, 2 tuba’s, 3 trombonen, 2 es-bassen, 2 bes-bassen en tot 4 slagwerkers. Dit alles geeft een typische klankkleur, de ‘brass-sound’. “

     

    05-07-2012 om 09:21 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Wilfried Hellemans over Sint-Cornelis (Korneel) en zijn begankenis :

    “Ook deze heilige is geen parochiepatroon maar al sinds halfweg de negentiende eeuw is hem in Leest de opmerkelijkste verering toebedeeld. Hij kreeg er een beeld, een begankenis op Tweede Paasdag en een altaar in de zuidelijke zijbeuk.

    Sint-Cornelis of Korneel (°?, +253), bisschop en eenentwintigste paus (251-253), stierf in ballingschap te Civita Vecchia (Italië).

    Zoals elders werd (en wordt) hij in Leest aanroepen tegen de ‘stuipen, de vallende ziekte, de lammigheden en geraaktheden’ of tegen de ‘stuipen, jichtigheden en  vallende ziekten’.

    In een anoniem negentiende-eeuws brochuurtje wordt zijn litanie zo aangekondigd : ‘Litanie ter eere van den Heiligen Paus en Martelaar Cornelius. Bijzonderen Patroon tegen de Stuipen, Jichtigheden en vallende ziekten; wiens H. Relikwieën met grooten toeloop en devotie geëerd worden, en wiens bijstand vuriglijk aanroepen wordt in de parochiale kerk van den H. Nicolaus te Leest.’

    Zijn in Leest vereerde beeld, gemaakt door de Mechelse beeldhouwer P.J.Tambuyser en gepolychromeerd door Loos, werd aangekocht in 1840. De heilige draagt boven zijn albe een cingel, een stool en koormantel; hij wordt voorgesteld als paus met staf in de rechterhand en een tiara op het hoofd. In zijn linkerhand houdt hij een hoorn.

    Het broederschap van de heilige kwam er twintig jaar later onder pastoor A. Joris.

    Tien jaar later, in 1870, werd het nieuwe altaar geplaatst. Op deze creatie van de gebroeders Vijt uit Niel staan fragmenten uit het leven van de heilige en ook de zegening met de relikwie wordt er voorgesteld zoals die in Leest nog steeds gebeurt. Dat dit altaar er dat van St-Niklaas ‘verstootte’ zegt veel.

    Zijn jaarlijkse begankenis op Tweede Paasdag begon een honderdvijftig jaar geleden. In 1855 bestond ze zeker : op 13 juni 1855 verleent aartsbisschop Engelbertus kardinaal Sterckx ’40 dagen Aflaat aan alle Christen Geloovigen, die met devotie zullen lezen de (…) Litanie ter eere van den voorschreven Heiligen Cornelius’. Dat staat te lezen in het eerder genoemde brochuurtje.

    …

    Ca. 1900 en mogelijk al eerder waren de ‘goddelijke diensten’ op paasmaandag te 6, 7, 8 en 9 uur. De ‘plechtige Hoogmis’ was om 10 uur en het lof om 15 uur. ‘Na de Goddelijke diensten vereering der kostbare relikwie van den H. Cornelius.’

    Is er sedertdien veel veranderd ? Wel, al meer dan een halve eeuw verloopt de begankenis –naar eigen getuigenis- als volgt.

    Van paasmaandag tot Beloken Pasen staat het met bloemen en kaarsen versierde beeld van de heilige net voor het midden van het kerkschip binnen een stevige houten afsluiting (met deurtje) op zijn voetstuk. Op paasmaandag zelf ordende tot voor twintig jaar een houten, hoog en doorzichtig staketsel voor de kerkpoort het vlot binnen-en buitengaan van de kerk.

    Nog steeds wonen een respectabel aantal bedevaarders de eucharistie bij. Onder pastoor F. Beuckelaers (1911-1946) waren die te 6, 7, 8, 9 en 10 uur; onder zijn opvolger J.B. Coosemans (1946-1966) om 6, 7, 8, 9 en 10 uur plus de hoogmis om 11 uur. Veel jaren werd die laatste opgedragen door Leestenaar pater K. Emmeregs, alias Sinjoorke. Een plechtig lof met kinderzegen was er op paasmaandag en op Beloken Pasen om 15 uur. Dat alles stond én in de krant én in zwarte en rode inkt op witte affiches. Later verminderde natuurlijk het aantal vieringen : in 1985 bv. vonden ze plaats om 8, 9, 10 en 11 uur en in 2001 nog om 9, 10 en 11 uur en in 2007 om 10 en 11 uur. Voor de plechtige en muzikaal goed verzorgde eucharistieviering om 10 uur zat (en zit) de kerk goed vol. Een plechtig ‘lof met kinderzegen’ bleef behouden op Tweede paasdag om 15 uur.

    Voor en na de eucharistie en het lof staan de bedevaarders omheen de afsluiting, kussen de relikwie die de rondgaande priester hun aanbiedt en gooien offergeld op de vloer binnen de omheining. Daarna kan men driemaal biddend rond het beeld en/of rond de kerk stappen. Wat een beperkte groep bedevaarders nog altijd doet.

    …

    Blijkbaar ‘beeweegden’ sommige mensen af en toe ook in de loop van het jaar. Ze ‘gaan op de pastorij vragen welke boete ze moeten onderhouden. Er wordt dan een boete opgelegd naargelang ieders devotie.’

    Maar ze zijn nog meer blijken van verering.

    Zo liet pastoor Beuckelaers door E. Steyaert in 1924 een glasraam plaatsen op het koor met deze voor Leest belangrijke heilige. Het werd aangebracht langs de epistelkant tegenover dat van Sint-Niklaas.

    Behalve affiches (minstens twee verschillende) bestaan er ook drie soorten medailles, geslagen op last van de broederschap en/of de kerkfabriek : de kleinste is een zilveren en de twee andere zijn in nikkel.

    Eénmalig werd een prentje uitgegeven : ‘Een steentje voor het Parochiehuis van Leest’ met vooraan het beeld van de heilige. Achteraan stond een gebed en informatie over het broederschap. Het was gedrukt in bruine inkt en kostte vijf frank.

    Het Davidsfonds gaf in 1975 een sepiakleurig vaantje uit, het eerste en tot nog toe enige. Voor 20 frank ontving men een unieke lino van kunstenaar G. Herregods.

    Vijftien jaar later kon men witte kaarsen kopen met een Korneeltekening erop van weer G. Herregods met de tekst : ‘150 j./Begankenis/ h. Cornelius/ 1840 – Leest 1990’.

    Dat het Davidsfonds in 1990 een Korneelbier en het ‘Posse-Leest-Comité in 2001 een witte vaan met een voorstelling van de heilige verkocht, mag aanvullend vermeld worden : het bewijst de populariteit van de heilige in het dorp.

    Wat in dit boek uiteraard niet besproken wordt is het kermis- en jaarmarktgebeuren. Vooral dit laatste is, onder impuls van de VZW ‘Posse Leest’, uitgegroeid tot een fenomeen waar een massa volk op afkomt. Waar de jaarmarkt tot 1990 rond 13.00 uur afgelopen was en op sterven na dood was, duurt ze sinds 1992 een volle dag en bestrijkt het hele centrum. Op paasmaandagen met zonnig en warm weer kwamen de jongste jaren vijfentwintig à dertigduizend mensen –in 2007 sprak men van veertigduizend- naar Leest-Dorp. ‘Posse Leest’ haalt dan ook jaarlijks de media, tot en met het regionale T.V.-station voor Mechelen-Turnhout (RTV).

     

    Het broederschap van de heilige Cornelius (1860)

    Oprichter was pastoor Joris (1854-1864). In het parochiearchief berust een dun schoolschrift waarop geschreven staat ‘Broederschap van den Heiligen Cornelius in de Parochiale Kerk van den H. Nocolaus te Leest’. De eerste persoon werd erin genoteerd in 1860. Tot voor kort liet nog haast jaarlijks een enkel iemand zich inschrijven in het broederschap.

    Uiterst zelden werd dit broederschap door de deken opgeschreven en voor het eerst na meer dan vijftig jaar (1913). Van dan af (tot 1931) wel meer en geregeld met het ledenaantal. Zo telde het in 1918 vijfhonderddertig leden, aantal dat zachtjes steeg tot vijfhonderdvierennegentig (in 1927).

    Op het prentje (zie afbeelding) met het Leestse Corneliusbeeld, verkocht (in 1950) om de bouw te steunen van de Leestse parochiezaal, staat :  ‘Inschrijving in de Broederschap van de sakristij. Jaarlijkse bijdrage 5 fr. Talrijke Missen worden opgedragen tot de inzichten van de leden’. En nog een verwijzing naar de concrete verering van de heilige in Leest.”

    (‘De Sint-Niklaasparochie in Leest’, 2009, Wilfried Hellemans) 

     

    Afbeeldingen :

    -De Gotische kevie waarin dieren werden geofferd.

    -Het prentje uit 1950.

     





    04-07-2012 om 07:02 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1975 -  31 maart : Tweede Paasdag – Het Davidsfonds pakte uit met een tentoonstelling met als thema “Leest.” In het maandblad van Milac was voordien een oproep verschenen om memorabilia :

    “Misschien had u er totaal niet aan gedacht. Doch, in de loop van het jaar 1925 werden te Leest de eerste stenen gelegd voor een plaatselijke Davidsonderafdeling. Ook al zijn de prestaties van deze vereniging op het ogenblik erg gering, tot voor wereldoorlog twee was Davidsfonds Leest één der meest bloeiende verenigingen in de gemeente.

    Herinneren we gewoon aan de formidabele 11 juli vieringen die in onze gemeente plaats hadden.

    …

    Ondertussen willen we u voorbereiden op de jaarlijkse tentoonstelling op tweede paasdag, die naar we hopen het reusachtige succes van verleden jaar nog zal overschrijden. Als onderwerp kreeg deze zesde paasmaandag tentoonstelling mee : ‘EEN LAATSTE KEER LEEST !!’

    Inderdaad in de loop van dit jaar of begin volgend jaar zal Leest als gemeente ophouden te bestaan. Hieraan willen de bestuursleden van uw Davidsfondsafdeling ruchtbaarheid geven.

    Doch, voor de zesde keer, vragen wij u medewerking. Wij zoeken: foto’s, afbeeldingen, platen, oude voorwerpen, kortom van alles dat met Leest verband houdt.

    Wij zoeken merkwaardige feiten, verhaaltjes van Leest en allerlei merkwaardigheden waaraan wij kunnen bouwen.

    Wist u b.v. dat in 1907 Leest 51 café’s kende en nu nog 10 ?  Zou het niet aangenaam zijn van elk van deze zaken foto’s of aandenkens te zien.

    Doch, voor de zoveelste  maal moeten wij het herhalen, wij vragen uw medewerking. Wij zijn ervan overtuigd dat deze oude zaken voor u een grote waarde hebben en je ze niet graag zou kwijtgeraken bij een tentoonstelling, daarom garandeert het Davidsfonds u een speciale verzekering voor al wat u in hun handen, voor 1 dag, geeft.

    En, wees niet egoïstisch, iedereen ziet graag zijn eigen op iets oud eens terug. Mogen wij er dus op rekenen dat u, die bepaalde merkwaardige zaken over Leest weet, of in uw bezit hebt, contact opneemt met de bestuursleden van het Davidsfonds.

    Wij danken u bij voorbaat en beloven u, met uw hulp, een beeld van wat Leest voor ons betekende.

          Verbruggen Tom, Soors Karel, Mollemans Martin.”

     

    In de 1ste jaargang van ‘het Vaartland’ (1975) publiceerde Jos De Keersmaecker “Paasmaandag te Leest – Volksdevotie tot de H. Cornelius.”

     

    “Eén van de populairste heiligen in het Vlaamse land is wel de H. Cornelius, paus en martelaar. Hij werd afgebeeld met een staf in de ene en een koehoorn in de andere hand. Hij is één der vier Maarschalken, beschermheilige en noodpatroon tegen koorts, kinkhoest, draaiïngen in het hoofd, verlamming, cholera, en het hele gamma van demonische ziekten, zowel van mens als dier.

    ‘H. Cornelius, paus ende martelaer, bidt voor ons, besondere patroon teghen de stuypen, alle vallende sieckten, draeyinghen van hoofde en gevaerlyck vaeren en meer andere diergelycke sieckten en plaeghen soo menschen als van beesten’, zegt het bedevaartvaantje van Doel.

    K. van Nyen ‘H. Cornelius, een volksheilige in ’t Vlaamse land’, vermeldt 99 begankenisplaatsen. Het zijn ze echter nog niet allemaal. Wie bedenkt hoe groot en geducht in vroeger tijden deze kwalen waren –de kindersterften schrikwekkend hoog, toen er nog geen medische wetenschap kon tegenovergesteld worden- en de dood daarom meestal als fatale afloop had, verklaart maar al te wel de grote verspreiding van al die devotieplaatsen en toevluchtsoorden tot Sint Cornelius.

    ‘Comt tot Cornelius al met een vast betrouwen

    Hier is medecyn voor kinders, mans en vrouwen.

    Ook alle soort van vee dat ergens is besmet

    Wordt door Cornelis, door kracht van syn gebet

    door ’t hoogste Majesteyt bevrijd ofte genesen.

    Hoopt en betrouwt in hem : hy sal u trooster wesen.’

    Reeds van in de 12e eeuw vindt men ten onzent sporen van de devotie tot St. Cornelius en dan vnl. te Ninove. Dat blijkt uit een verklaring van Nicolaus, bisschop van Kamerijk in 1139. De relieken zijn van uit Rome overgebracht naar Lyon, Compiègne (in 857) en Cornelimünster op de Inde bij Aken. Deze abdij werd het grote uitstralingscentrum dezer verering en waar met bijzondere zorg ook de drinkhoorn van de heilige bewaard werd en waaruit destijds de bedevaarders gewijd water konden drinken. Volgens Mathias Zender zou Ninove en Ronse het vertrekpunt van de Corneliusviering in Vlaanderen zijn geweest. Er bestond ook een Liber Miraculorium S. Cornelii Ninivensis, een mirakelboek. Het is bekend dat de abdij van Cornelimünster hier in Brabant en Vlaanderen belangrijke keizerlijke domeinen bezat, o.a. te Nijvel, Puurs en vnl. Ronse. Volgens de Acta Sanctorum van de Bollandisten schonk zij aan het Kapittel van Ronse een deel der relikwieën van de H. Cornelius. Het is tijdens de tocht met die relikwieën voorbij Ninove dat de Norbertijnen aldaar enkele daarvan bekwamen.

    Het bezit van relikwieën was de eerste vereiste voor het ontstaan en de bloei van bedevaarten. Het was ook een lucratieve bron van inkomsten. Een echte handel werd er gedurende de Middeleeuwen in gedreven –zelfs hardhandige strijd werd er voor geleverd. Relikwieën werden ook verhuurd. Zo werd het relikwieschrijn van Ninove tot in het land van Waas processiegewijs gedragen.

    Van hieruit verspreidde zich de cultus door heel Vlaanderen, vooral in de parochies die van de abdij afhingen.

    Eigenaardige gebruiken kenmerkten de begankenissen tot de H. Cornelius : de tempelslaap (incubatio). Zelfs reeds gekend bij de oude volken. Het opwegen van het eigen lichaamsgewicht in graan, was en vlas, dat moest bijeengebedeld zijn. Dit berust op de primitieve opvattingen dat aan gevonden, gebedelde of gestolen voorwerpen, bijzondere kracht wordt toegeschreven. ‘Soe wat menschen die besmet zijn met Sente Cornelis sieckte, sy moeten hem lieden weghen ende gheven alzoe vele Coorens als sy swaer weghen met wasse, vlasse, goud ende seluere’. Alzo te Ninove, Lier, Aalter, Adinkerke. Zoals dit ook nog elders gebeurde te Brugge voor St. Godelieve ; te Geel bij Sinte Dymfna eveneens was voorgeschreven. De overal voorkomende geplogenheid –ook te LEEST- van het offer van dieren, als konijnen, duiven, kippen, of van vlas en graan, vindt wel zijn oorsprong in de middeleeuwen, toen de cynzen en offers in ‘natura’ betaald of opgedragen werden. Geld was in die tijd schaars en praktisch niet in omloop bij de gewone man. Het paste in dat agrarisch domaniale stelsel.  Ook het vroegere volksgeloof dat stuipen en vallende ziekten aan toverij of aan duivelse machten toeschreef, verklaart het oeroude offer van een ‘Zwarte hen’, het gewone duivelsoffer.

    Elders nog kent men de ‘pelgrimshen’ –de geofferde hen die terug mee naar huis genomen wordt- en de ziekten van het hof zal weren. Men kent nog verder ‘het levende hert’.

    In de meeste begankenisplaatsen heerste nog tot voor korte tijd het volksgebruik en het offeren van dieren.

     

    Devotie en begankenis tot Sint Cornelius te Leest

    In Klein-Brabant en het vaartland waren vooral Leest en Sint Amands bekend als de bijzonderste begankenissen tot Sint Cornelius. Buiten de ‘seskens’ waren deze plaatsen in het bijzonder bekend voor ‘vallende ziekte’. Kleine beewegen, maar minder bekend waren ook : Eikevliet, Ruisbroek, Mechelen, Hellegat.

    Evenals te Diegem werd te Leest de H. Cornelius bijzonder aangeroepen tegen de stuipen en de vallende ziekte. De 2de Paasdag is de grote begankenisdag. Vanaf 5 uur ’s morgens stroomde het volk reeds toe. De Hoogmis is om 10 uur. Eerst gaat men bidden voor het beeld van de heilige – dat bij die gelegenheid midden in de kerk ter verering opgesteld wordt.

    Zoals op vele andere plaatsen deed men hierna drie maal al biddend de ommegang rond de kerk, dan driemaal rond het kerkhof. Daarna ging men te zegenen in de kerk. Rond het beeld stond er een ijzeren grille. Binnenin bevond zich de pastoor en die bood de relikwie ter verering aan. Het volk werpt de blauwe briefjes binnen in de afsluiting en deed zelfs de nikkeltjes boven het hoofd van de priester rinkelen.  Ex-voto’s werden niet geofferd, wel levende kippen en duiven, evenals varkenskoppen en hespen. Gedurende de hoogmis werden de offergiften achteraan in ’t gestoelte van de kerkmeesters geplaatst : de dieren in de houten kevie, die nog te zien is.

    Op 2de Paasdag 1935 werden slechts 2 kiekens en een koppel duiven geofferd, vertelt J. Geussens. Na de mis bracht de koster de geofferde kippen en duiven buiten het kerkportaal en vroeg : ‘Zijn er nog liefhebbers voor den offer ?’ Een boer gaf 5 fr., kreeg de kip of de duif even in de hand en gaf ze terug. Hij offerde op die manier.  En vijf boeren offerden op dezelfde wijze achtereenvolgens dezelfde kip tot dat de boer die ze eerst geofferd had, er 20 fr. voor bood  en de kip terug mee naar huis nam, waar ze, zoals hij later vertelde al de andere tegen de kwaal moest vrijwaren. Al drie jaar offerde hij dezelfde kip.

    Een zeer oud en merkwaardig gebruik dat nog in onze kinderjaren bestond was het volgende. Kreeg een kind de stuipen, dan liep men, terwijl de kleine in een bad gestoken werd (gewoonlijk de marmit), en zijn voetjes vol mosterd omwikkeld, vliegensvlug naar een beroepsbedevaardster, die daarvoor bekend stond. Bij ons was dat o.a. Mie van Leires. Men huurde er langs de straat of in de dorpsschool negen kleine jongens die de beeweg moesten  meemaken (er waren ook 9 soorten seskens). In de school zaten er in die tijd soms wel veertig en meer in één klas, daarom was men wel eens content er van enkele af te zijn, en men merkte dat zo niet. Onder geleide van het vrouwmens trok de bende op –in de zomer gewoonlijk barvoets. Wellicht berustte deze geplogenheid op de opvatting dat er van onschuldige kinderen een grotere heilkracht uitgaat dan van volwassenen. Bij de terugkeer kregen de kleine mannen dan gewoonlijk een paar koperen centen. Boeten en beloften doen, behoorden eveneens tot een der geplogenheden. Met Paasmaandag eveneens begint de novene en kan men speciaal gewijd water bekomen.

    Over de oorsprong in de oudheid van de Cornelius-devotie te Leest hebben we weinig bijzonderheden. Wel vonden we op de pastorij nog een resterend exemplaar van de ‘Litanie ter eere van den Heiligen Paus en Martelaar Cornelius, bijzonderen patroon tegen de stuipen, jichtigheden en vallende ziekte, wiens H. Relikwieën met grooten toeloop en devotie geeërd worden en wiens bijstand vuriglijk aanroepen wordt in de parochiale kerk van de H. Nicolaus te Leest.’

    ‘Tot troost van degene die aan de stuipen zijn onderworpen en bevangen met lammigheid of vallende ziekte en voor eeneigelijk om door de voorspraak van den Heiligen Cornelius geholpen en behoed te worden.’

    Het stuk is van 13 Junius 1855, goedgekeurd en aanbevolen en met 40 dagen aflaat begunstigd door de Kardinaal-Aartsbisschop van Mechelen. Het spreekt vanzelf echter dat die devotie en de toeloop heel wat ouder is. Dat de toeloop tijdens de jaarlijkse begankenis de 2de Paasdag inderdaad zeer groot was, blijkt uit een brief van 21 maart 1905 van een jaarlijkse Mechelse bedevaarder. Hij heeft het nl. over die grote toeloop van gelovigen, die problemen schiep voor het drukke verkeer op de dorpsplaats. Maar vooral aan de ingang van de kerk, die te nauw was om die massa ineens door te laten in het begin of bij het eindigen der goddelijke diensten. Er moet daar telkens zulk ‘onmenschelyk’ gedrang geheerst hebben, dat er ongelukken moesten van komen. Het was evenmin stichtend met het ‘geschreeuw der kinderen en gehuil van groote menschen, ja zelfs grove woorden en verwenschingen, welke niet stichtend zijn in het portaal eener kerk’.

     

    De volksbeewegen met hun begankenissen, met hun tradities en gebruiken waren eens een stuk kleurrijk en onvervalst volksleven en een kapitaal element in onze cultuurgeschiedenis. En het volksgeloof dat wortelt in eeuwenoude tradities –een bron om de ware volkspsyche te leren kennen. Het traditionele volksgeloof is een van de belangrijkste elementen van de volksmentaliteit en de volksbedevaarten voor ziekten van mens en dier, één van de meest karakteristieke uitingen van het volksgeloof in ons land, zegt M. de Meyer.

    Vele begankenissen, bedevaarten en beewegen zijn te niet gegaan omdat ‘het lijdend voorwerp verdwenen is, en het onderwijs de mens ontwikkeld heeft’. Er is een uitgebouwde medische voorziening. Er is ook het teloorgaan van de algemene godsdienstzin en vele geestelijken hebben geen oog meer voor deze devote volkspraktijken. De tijden liggen nu anders, besloten gemeenschappen –zowel socio- als religocultureel zijn in volle afbouw. Het past ook niet meer in het kerkelijk cultus-patroon sinds Vaticanum II, die een Beeldenstorm heeft teweeggebracht waar de Geuzentijd slechts kinderspel bij was. Een onvervangbaar cultuurpatrimonium is verkwanseld, soms voor een bord linzensoep, en jammerlijk teloor gegaan. Zovele kleinodiën van veldkapellekens –die spijts afbraakwoede en rampspoedige tijden nog zo talrijk het sacraal landschap sieren- en waaromheen eeuwen van rust en vrede wieroken, leiden een verkommerd en vereenzaamd bestaan.

    Doch de impuls tot de bedevaarten, zegt Prof. De Keyser, komt uit de diepten van de algemene menselijke geest. En zoals het ook in de aard ligt van het Vlaamse volk en de beewegen niet alleen vergezeld zijn van boeten, maar ook van feesten en plezier ; nu ook is het toerisme ingeschakeld, ziet men vele van die vroegere begankenissen herleven. We noemen slechts Beerse, Edegem, Aalter, enz. Alle St. Corneliusbegankenissen met de aloude geplogenheid van het dierenoffer, en het openbaar bij opbod verkopen dezer dieren en andere offeranden.

    Het is in die zin dat het Vaartland met enkele enthousiaste lieden van Leest het initiatief genomen heeft om de gekende St. Corneliusviering met zijn religo-volksgeplogenheden terug nieuw leven in te blazen.

    Inderdaad op 2de Paasdag gaat Leest weer zijn Cornelius vieren. De kiekens, duiven en konijnen en varkenskoppen zullen terug in de oude kevie van de kerk kunnen geofferd worden. Het beeld van de heilige zal terug al monkelend zijn ereplaats krijgen. Er zal weerom grote toeloop zijn tijdens de Hoogmis om 10 uur.

    Bovendien wordt een tentoonstelling gepland over de geschiedenis en de iconografie der gemeente ‘een spieghel van Leest in ’t verleden’, alsmede een uitbeelding van de devotie tot St. Cornelius.

    Tot slot wordt een St.-Corneliusbedevaartvaantje ontworpen, dat zal te verkrijgen zijn.”

     

    Afbeeldingen :

    -Ongedateerde affiche van ‘Posse Leest’.

    -De Heilige Cornelius.  





    04-07-2012 om 06:56 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 11/03-17/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 15/05-21/05 2023
  • 08/05-14/05 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 24/04-30/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 26/12-01/01 2023
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 03/10-09/10 2022
  • 26/09-02/10 2022
  • 19/09-25/09 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 22/08-28/08 2022
  • 15/08-21/08 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 17/08-23/08 2020
  • 10/08-16/08 2020
  • 03/08-09/08 2020
  • 20/07-26/07 2020
  • 06/07-12/07 2020
  • 29/06-05/07 2020
  • 22/06-28/06 2020
  • 15/06-21/06 2020
  • 01/06-07/06 2020
  • 25/05-31/05 2020
  • 18/05-24/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 16/12-22/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 17/09-23/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 26/12-01/01 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!