De
leerlingen van het zesde jaar van demeisjesschool van Leest deden voor aanvang van de grote vacantie mee aan
een prijskamp die door het Ministerie was uitgeschreven. Het kwam er op neer,
in samenwerking met heel de klas, een studie te maken over de evolutie van hun
dorp de laatste 25 jaar. De meisjes van Leest stuurden hun gemeenschappelijk
werk over Leest binnen en behaalden met glans de eerste prijs.
Dit
gezamenlijk werk verscheen in december in De Band.
Inleiding
Leest is een dorpje in de provincie Antwerpen,
nabij de stad Mechelen. Met zijn 931 ha. oppervlakte en een goede 2000 inwoners
heeft Leest het uitzicht van een typische plattelandsgemeente. De rivier, de
Zenne, zorgt langsheen haar loop voor mooie natuurplekjes. Buiten het kasteel
de Mot heeft Leest een stemmige kerk uit de 18e eeuw met Romaanse
sporen in de toren en in het koor. Hier en daar zijn nog een paar oude
boerderijen. Zoals gelukkige mensen
heeft Leest geen geschiedenis. Alles verloopt er zo rustig dat ons dorpje nooit
in het T.V.-nieuws komt en ook bijna nooit een krantenkop haalt. Toch mag men
hieruit niet afleiden dat de tijdin
Leest stilstaat. Wanneer men na 25 jaar opnieuw in ons dorp zou terugkeren zou
men er wel wat veranderd vinden. Maar daarover meer op volgende bladzijden.
Wijziging in het uitzicht
Natuurlijk ziet ons dorp er niet meer uit zoals 25
jaar geleden. Jaren lang keek slechts de toren van onze dorpskerk uit over het
rustige vlakke landschap. In 1964 echter werd aan de Juniorslaan door de
P.I.D.P.A. een 44 meter hoge watertoren opgericht. Die zal een zeer belangrijke
rol spelen in de waterbedeling van Leest en de omliggende gemeenten. Hoewel er
hier en daar nog een waterpomp staat, (meestal is het dan toch een elektrische)
zijn toch praktisch alle inwoners van ons dorp aangesloten op het drinkwaternet.
In de Kouter werd door een dankbare inwoner een
Lourdesgrot opgericht in 1961. Aan het kruispunt van Tiendeschuurstraat,
Elleboogstraat en Winkelstraat wijdde Monseigneur Suenens in 1955 een
Maria-kapel in onder massale belangstelling.
Niet alleen de devotie maar ook de nood aan gezonde en goedkope woningen
veranderde Leest. In 1967-68 verrees in de Kouter een nieuwe wijk van 34 mooie,
moderne woningen.
Later in 1974 zal deze wijk nog uitgebreid worden
met 18 woningen. Terwijl tot dan toe Leest hoofdzakelijk bewoond werd door
Leestse afstammelingen kwamen er nu een heleboel inwijkelingen.
Er verdwenen vanzelfsprekend oude typische
boerderijen zoals die mooie romantische boerderij op het dorpsplein. De
dorpskom is wel het meest veranderd. Buiten die mooie boerderij die plaats
maakte voor een basketplein werd heelde
Dorpsplaats geasfalteerd en als parking uitgerust. Ook de kerk kreeg een beurt.
De muren werden afgekapt en zijn nu rood. De ingang naar de kerk werd verlaagd
en verbreed.
De landbouw
Zon kwarteeuw geleden waren de meeste inwoners
van ons dorp landbouwers. Hun inkomsten kwamen voort van rundveeteelt, graan,
aardappelen en wat groenten. In 1951 zag men vanzelfsprekend veel mensen, met
veel minder materiaal, op het veld. De boer en zijn paard waren ook
onafscheidelijk. Maar de boer werd verplicht zich aan te passen. Ofwel ging hij
over naar een groot melkveebedrijf met uitgestrekte velden en weiden en rustte
hij zich uit met moderne machines ofwel legde hij zich toe op tuinbouw wat wel
het meest voorkwam. Op vele plaatsen werden serres opgericht en groenten onder
glas gekweekt. De landbouwers en tuinders werden meer en meer welvarend.
Spruiten, bloemkolen, prei en witloof zijn wel de bijzonderste groenten die ons
dorp zoveel welvaart bezorgen. Men kan nu terecht fier zeggen : ik ben van den
buiten, ik ben van de boer.
In de meisjesschool
Wie in 1951 eens binnenloerde in de klassen zou er
naast twee juffrouwen, vier zusters in echte nonnenkleren, die daardoor alleen
al waardigheid uitstraalden, als onderwijzeressen vinden.
Zuster Annontiata had de eerste kleuterklas,
terwijl zuster Gonzaga de strenge hand hield in de tweede kleuterklas. De lieve
zuster Alberica zal jarenlang met veel geduld de kinderen de eerste beginselen
van de lees-, schrijf- en rekenkunst bijbrengen. Juffrouw De Boeck en Juffrouw
Maria werkten verder aan de opvoeding en de vorming van de Leestse vrouwelijke
jeugd. De laatste hand werd toch gelegd door de strenge Zuster Virginie.
Jarenlang bleven zij de opvoeders van onze moeders tot in 1957 de zieke
Juffrouw Rheinhard op rust ging. De één na de andere verliet de school om uit
te rusten en jonge krachten namen hun plaats in.
In 1951 kwamen alle kinderen te voet of per fiets
naar school. Nu worden wij afgehaald en weer thuis bezorgd door de autobus. Ook
in de manier van onderwijzen veranderde wel wat. Alles gaat nu veel
gemoedelijker. Gedaan met de schoolfeesten waaraan maandenlang ernstig geoefend
werd.
Ieder trimester houden we in onze klas een
open-deur en nodigen de andere klassen uit op een gezellig feestje met :
toneel, muziek en dans. Wij organiseren en verzorgen alles zelf.
Onze onderwijzeressen komen als toeschouwer en één enkel keertje spelen ze
mee.In 1974 vertrok voor de eerste maal
een klas op ski-vacantie. U ziet het Leest blijft bij !...
In de jongensschool
Ook in de jongensschool stond de tijd niet stil.
In 1951 waren er net als nu vijf meesters die met alle mogelijke middelen orde
en tucht afdwongen. Meester De Leers was schoolhoofd en titularis van de 1ste
graad. Van hem onthouden we dat eerste-klassertjes reeds alle gebeden konden
opzeggen in het Frans.
In de tweede graad stond meester Selleslagh.
Meester Meyers nam de derde graad voor zijn rekening en het opvoedingswerk werd
voltooid in de vierde graad door meester Huysmans.
Zoals overal elders verdween de vierde graad en
één na één werd het personeel vervangen. Op dit ogenblik zijn er vier
leerkrachten : Juffrouw Monique voor het eerste jaar, meester Teughels voor het
2de jaar, meester Hendrickx voor het 3de en 4de
jaar en meester Gobien voor het 5de en 6de jaar en tevens
schoolhoofd.
Vanaf 1975 zitten de jongens in nieuwe ruime
lokalen en beschikken over al het mogelijke comfort. Zo te zien een feest om
naar school te gaan.
Wijziging op kerkelijk gebied
Als je op een zondagmorgen het kerkhofpleintje
opwandelt zie je voor je een schilderachtige kerk uit de jaren 1776. Vroeger
was het er wel wat drukker op zondagmorgen. Om zes uur luidde de klok en riep
de mensen naar de mis van half zeven. Langs de linkerkant zag je de
veelkleurige hoedjes van de vrouwen, terwijl de rechterkant benomen was door de
stoere mannen. Het missaal, vol Latijnse gebeden, was toen nog erg bruikbaar.
Met de rug naar de menigte toe prevelde de pastoor Latijnse gebeden en gezangen.
De prachtige preekstoel, versierd met houten beelden deed toen werkelijk nog
dienst. Twee tot driemaal per jaar trok de processie plechig door de straten.
De kerkelijke overheid werd gewijzigd. Vele
onderpastoors kwamen en gingen en in 1966 werd E.H. Coosemans door E.H. Lornoy
opgevolgd. Er is geen echte onder-pastoor meer maar bij de kerkdienst wordt Mijnheer
pastoor bijgestaan door Pater Damiaan en legeraalmoezenier Herregods.
Volksleven
Het verenigings- en volksleven kreeg steeds een
grote belangstelling in ons dorp. Toch kende iedere organisatie ook periodes
van achteruitgang. De laatste tijd echter is er in bijna alle verenigingen een
heropleving. Het ontspanningsleven was nooit zo bloeiend. Is het omdat we ons
bedreigd voelen in onze iegen aard maar er is ook een groeiende interesse voor
al wat Leest, zijn geschiedenis en zijn eigen volksaard betreft.
Het Davidsfonds richt op 2de Paasdag
een tentoonstelling in, waarop een of ander aspect van het volksleven belicht
wordt. Onder de bezielende leiding van aalmoezenier Herregods, die zijn
veelzijdig kunstenaarstalent volledig ten dienste stelt, kent deze
tentoonstelling ieder jaar een stijgend succes.
Bevolking
Al zijn er in 1976 slechts 219 inwoners meer dan
in 1951, er kwamen toch 106 woningen bij. Het aantal geboortes en overlijdens
blijft ongeveer hetzelfde : geboortes in 1951 : 30. Geboortes in 1975 : 27.
Overlijdens in 1951 : 13, overlijdens in 1975 : 14.
Jangske Den Bakker
Een paar jaartjes geleden leefde er in ons dorpje
een zeer gekende volksfiguur. Jangske Den Bakker, zo werd hij door de mensen
genoemd, was vanaf zijn prille jeugd al een echte Tijl Uilenspiegel. In gekke
streken kon hij gemakkelijk een tien halen, want dat deed hij goed. Op een
mooie zonnige dag had Jangske Den Bakker geen lust meer om te leren en hij beet
een groot stuk uit zijn schoolboeken. De meester stond er streng naar te kijken
maar Jan was hem te vlug af en de muizen in de klas moesten het gedaan hebben.
Een muizenval stond er vlug maar de muizen waren er ook want de jongens van de
hele klas brachten de volgende dag allemaal muizen mee. Ook de muizenval deed
erg goed dienst. Maar toen er op een dag een platgereden muisje op de houten
lessenaar lag had de meester het spelletje door. Jangske was er niet graag bij
want hij kreeg van de stok en dat voelde je een week later nog. Jan werd ouder
en ging steeds meer van kinderen houden. Hun iets moois beloven was zijn grote
vreugd. Paardjes, koetjes en konijntjes werden allemaal beloofd, maar geen
enkel kind heeft ze ooit gekregen want t was dan plots gestorven of t had
maar drie pootjes meer. Jaren en jaren gingen zo voorbij en op een mooie dag
ging Jangske met zijn konijntjes, koetjes en paardjes naar de hemel toe. Maar
bij de kindertjes blijft hij nog altijd bestaan.
Het dialect
Zoals overal elders in Vlaanderen beginnen meer en
meer mensenhet nut van een verzorgde
omgangstaal te beseffen. Sommigen leren daarom hun kinderen vanaf hun jeugd
algemeen Nederlands praten. Toch is ons dialect zeer goed bewaard gebleven. Het
bleef gespaard van vreemde invloeden. Hier, een lijstje van enkele woorden of
uitdrukkingen op zijn Leests : een jeat = een kopje, een taloeër : een bord,
een bouche = een schommel, een bees : een snoepje, oep daa : op de heide,
diëvan ons : mijn man, een gritsel : een hark, ons soot : onze kinderen, een
bijk : een beek
Wijziging op politiek gebied
Zoals in elke andere gemeente worden om de zes
jaar gemeenteraadsverkiezingen gehouden. In een klein dorpje waar iedereen
iedereen kent is zon verkiezing de gebeurtenis. Sedert jaren waren er slechts
twee belangrijke partijen : de Sussen en de Blekken. Beiden ontstonden uit
een fanfare. Hoewel de mensen in ons dorp vredelievend van aard zijngingen zij omstreeks de verkiezing op
oorlogspad.
Gemeentebelangen
hebben daar op verre na niets mee te maken : alleen de eisen voor eigenbelang
van deze persoon, waaraan onze andere mensen niet konden tegemoet komen,
hebben hier in een rol gespeeld.
Wie draagt
de schuld ? De Blekken !
Wie heeft
dan de rolluiken van het huis van onze muziekbestuurder en het huis van zijn
gebuur bevuild ? Waren dat misschien ook mensen van ons ?
zoals ten
tijde van de Brugse metten, iedereen die in hun kraam niet past en die op hun
vraag : stemt ge 2 of 3, de eerlijkheid aan den dag legt en durft uitkomen voor
zijn overtuiging, in dit geval nr 3, zonder meer af te ranselen en buiten te
smijten
Er vielen soms harde woorden en men ging ook al
eens op de vuist zoals men kan opmaken uit de knipsels van
verkiezingspamfletten. Maar de tijden veranderden. Er komen nationale partijen.
De strijd speelt zich meer af op papier. Na een half jaar zijn de gemoederen
weer bedaard en wordt door gans de gemeente plechtig de burgemeester ingehaald.
Ons dorp had slechts drie burgemeesters in de laatste 25 jaar : E. Verschueren,
P. De Prins en A. Lauwers die onze laatste burgemeester zal zijn.
Leest geweest
Zoals zovele andere kleine dorpjes zal Leest vanaf
1977 ophouden te bestaan. Wij hopen dat wij niet verstedelijkt zullen worden.
Dat wij onze eigen aard nooit zullen verloochenen. Al behoren wij vanaf 1
januari 1977 bij de 81.000 Mechelaars, in ons hart blijft LEEST toch altijd
LEEST.
Dit album werd samengesteld door : Linda
Bruggemans, Erica Ceuppens, Christel De Bleser, Gerda De Prins, Katelijne
Duysburgh, Karine Fierens, Krista Lefever, Nancy Selleslagh, Ann Solie, Gonda
Van den Bergh, Els Verbruggen, Krista Verschuren. Leerlingen van het 6e
jaar van de vrije meisjesschool te Leest, Dorp 10.
Bijgevoegd
:
-25 jaar Leest Geweest
-Jangske Den Bakker, tekening van Georges
Herregods.
1976 De Alemstraat te Leest werd verbeterd. Meteen verdwenen de laatste kinderkopjes
van de Leestse wegen.
1976 Fusie der
Gemeenten
Op 23 oktober 1975 heeft men een voornaam persoon
voor het TV-scherm kunnen beluisteren die ons wou diets maken dat aangaande de
fusies een averechts beeld wordt opgehangen.
Dat was nonsens : immers door de samenvoeging van
gemeenten zou men tot een grotere communauteit komen, gemeentehuizen blijven,
het sociaal en cultureel leven zou daardoor bevorderd worden, nonsens dat men
kilometers ver zou moeten gaan om bepaalde zaken te regelen.
Als men dat alles hoort, dan kan men niet anders dan
zich voorstellen dat de nieuwe gemeente als een troetelkind te zullen behandeld
worden. Wij hoeven geen verwenningskuur, maar eenvoudig te blijven en te zijn
in een eigen gemeente, de onze aan de Zenne.
Een beslissing is reeds gevallen. De fusie of het
terugbrengen van de 2359 bestaande gemeenten tot 589 is daardoor in een
beslissende fase getreden. Met de Vox Populi werd eenvoudig geen rekening
gehouden, het klonk verloren in de woestijn.
Men mag het nu draaien of keren lijk men wil, zelfs
het doen doorgaan alsof de fusie van gemeenten de ideale oplossing is met al de
daaraan verbonden voordelen, het blijft een aanslag op de eigenheid van de
gemeenten. Er werd zelfs verklaard dat gemeenten werdengeraadpleegd, m.a.w. niet alle gemeenten werden om advies gevraagd, wat weer
tot nadenken stemt. Inderdaad wat moet men daaruit concluderen ?
Het zou wel eens van belang kunnen zijn de nadelen
opgesomd te zien die ons door de fusie worden aangeboden; en wie vraagt zich
niet af, zijn er geen ernstiger zaken die naar een zinvolle oplossing wachten
dan zich te amuseren met het pesten van gemeenten ? De stille hoop die nog
mocht gekoesterd worden, werd evenwel op korte spanne tijds vernietigd. Immers
de fusie der gemeenten is een definitief feit geworden.
Men kon beter besluiten met de woorden : juicht Belgen juicht, in vreugde vol
akkoorden ! Hou vast aan de Inspraak, aan de democratie ! Allen zegden met de
gemeentelijke Overheid : Weg met de dwang fusies ! Herhalen wij dit ook voor
onze Zennevallei ! Geen verdwijning onder dwang !
Snuffelaar. (DB, 1976- enkel
jaartal gekend)
In een ander nummer
van dat jaar publiceerde Snuffelaar :
We hebben met genoegen mogen vaststellen dat de
regelmatig verschenen bijdragen omtrent de fusie van gemeenten, met aandacht
werden gelezen en bijgetreden.
Een bijeenkomst van gemeentevaderen (te Mechelen
gehouden) voor kennismaking, bracht voor de gewone sterveling geen wijsheid
meer op. Hoe zal men uit de geschapen chaos geraken ?
Hoe onbesuisd gewerkt is geworden, blijkt uit een
verschenen bericht aangaande de fusie te Rijmenam :
Rijmenam na de fusie : de eeuwenoude leefgemeenschap
wordt erg verminkt. Naar Putte gaan ruim 700 inwoners, de overige bijna 4000
gaan naar Bonheiden. Men spreekt ook over de nadelen en die werden aangestipt
door de heer De Keersmaeker uit Eppegem : een grote gemeente zal meer geld
kosten omdat zij relatief meer diensten organiseert, dus verhoging van
belastingen. Het bestaan van verenigingen en hun subsidiëring kan in t gedrang
komen. Sommige wijken kunnen verwaarloosd worden wat onderhoud betreft en
bepaalde gemeentediensten zullen worden afgeschaft, waardoor ouders en andere
personen zich naar de pilootgemeenschap zullen moeten begeven !
Wij hebben ook ons licht gaan opsteken in
West-Vlaanderen en daar kwam de volgende toestand na de fusie tot stand :
De gemeente K , bestaande uit 5 samengesmolten
gemeenten. Daarvoor bestaat slechts één gemeentehuis waar alle dossiers
aanwezig zijn voor het bekomen van inlichtingen. Er is maar voor één zaak
onderscheid gemaakt : de werklozen moeten niet naar de moedergemeente gaan
stempelen, maar wel in de eigen gemeente.
En het systeem van Pontius-Pilatus is reeds aan bod
gekomen. Inderdaad, de enen hebben het precies zo niet gewild, anderen zeggen,
vanaf 1977 willens-nillens te zullen behoren bij de nieuwe gemeente, en
nog anderen zeggen dat er in ieder geval moet overgegaan worden tot het
oprichten van dorps- en wijkraden.
Zal men de voorgeschotelde onduidelijkheden, de burger
voorgehouden, kunnen wegmoffelen om het eigen gezicht niet te schenden.
Men heeft ook belangstelling voor de straatnamen, waarom
geen namen van bloemen gegeven, zoals reeds werd voorgesteld ?
Bij het napluizen van gelijklopende benamingen komen
we tot een viertal straten : Kapellestraat, Molenstraat, Scheerstraat en
Vinkstraat.
Wat aan dat alles ontbreekt is : 1° het ontbreken van
degelijke voorlichting. 2° de verkrachting van het begrip inspraak.
Het spreekt vanzelf dat de bevolking, inzonderheid van
de landelijke gemeenten niet te spreken zijn over deze fusies van gemeenten.
Waarom niet zal men vragen, maar dan van bepaalde zijde ?
Is het nodig nogmaals klaar en duidelijk te zeggen,
dat het een greep is naar meerderheid van de ene of de andere, en niet zoals
men het wil presenteren, ten nutte van de bevolking.
1976 Leest telde 2064 inwoners.
(Wikipedia)
1976 Het Bouwspook Slaap op
beide oren, de Zennevallei is verloren.
Onlangs
wandelden we door de Zennevallei, een stukje natuurschoon in het lieflijk
Leestse dorpje. We kuierden langs het Chiroplein naar de Kerkenblokweg en
verder door t privaat goed van Van den Bergh naar de Bleukens. Mooie streek,
vonden we. Dat is het inderdaad, zei een stem van ergens tussen de hoge
populieren. Ik heb dit gebied met zorg bewaard en nu de prijzen van bouwgrond
zo erg gestegen zijn ligt het hier als een rijpe appel klaar om er de
bulldozers in te zetten. In plaats van distels en brandnetels zullen vlug
tientallen woningen als paddestoelen uit de grond schieten.
-Hm,
zeiden we, je bent zeker het bouwspook.
-Zeker,
zei de stem, maar laten we niet afdwalen. Wat zou jij de dag van vandaag doen
om hier heer en meester te blijven ? Om miljoenen gaat het hier. En die zouden
we zo maar laten voor een hoopje distels ? Kijk, we maken het fijn. Eerst
ruimen we het schijtbos van de Chiro op ; hard(t) nodig of niet. De kinderen
krijgen langsheen en op de kerkhofmuur plaats genoeg om alles kwijt te geraken.
Zo zullen de bewoners verlost zijn van die zware reuk.
-Je
vergeet Ruisbroek, zeiden we.
-Zwijg,
we hebben aan alles gedacht. Gaven we geen vijfentwintig meter grond cadeau
voor een tweede dijk met wandelweg. Uitheemse struiken en heesters maken dan
het uitzicht op de schilderachtige rivier nog veel mooier.
-Maar
die waterzieke gronden, die ongezonde mist in het najaar ? Geen enkel mens wil
hier wonen. De mensen van hoger den de Kerkenblokweg klagen over water in de
kelder, stinkende beerputten en behangselpapieren die lossen van de
vochtigheid.
-Vergeet
niet : - een wijkcomité heeft hier gewerkt voor een speelplein met recreatie.
-Bezwaren
tegen woonwijkuitbreiding werden ingediend bij het Schepencollege, bij de
Ministers en zelfs bij de Koning.
-Daarbij
heeft het Leestse Leefmilieu uitvoerig het ontwerp-gewestplan besproken en de
bezwaren overgemaakt aan de Gouverneur.
-Perfect
! Zo mag ik het horen. Maar niet overdrijven anders ga je spoken zien.
Werd
het plan voor het speelplein niet verwezen naar het kerkhof ? En het behoud van
de Zennevallei werd gekelderd met een pijpekop ; een ontwerpplan voor 43 huizen
in de beemden.
En
Leefmilieu Leest, zag die niet als dank voor haar werk de gemeentesubsidiëring
gehalveerd.
En
toen de makers van t gewestplan ineens zo weinig landelijk natuurschoon zagen
te Leest hebben ze maar vlug een stukje Dorpelpoel groen geschilderd, om je
te sussen.
En
vergeet niet, lachte het bouwspook, vorige maand kocht een bouwmaatschappij de
gronden aan. Een fontein van geld spoot in de zakken van de eigenaar en ik, ik
krijg mijn zin, je zult het zien.
-En
toch laten we de vallei niet los, zeiden we.
De Distel.
(De Band, 1976)
Dezelfde auteur schreef datzelfde jaar :
De Zennevallei : tehuis en jachtgebied
van de TORENVALK.
In
de vorige nummers van De Band vertelden we reeds dat de torenvalk een trouwe
inwoner is van onze Zennevallei. Ons zijn er enkele broedgevallen van de torenvalk
bekend. Enkele leden van de Wielewaal hebben deze zomer verschillende jongen
geringd. Ze vertelden me : de torenvalken bezetten één kunstmatig nestkastje
in de Bleukens. De jonge torenvalken, zes in aantal, waren al zo volgroeid dat
op het ogenblik van het ringen, ze hun heil zochten in de vlucht. Drie anderen
werden geringd.
1976 Afbraak
van de oude herberg In de groene linde
Op de Dorpplaats werd dat jaar het
bouwvallig huisje, op de hoek van de
Scheerstraat (Ten Moortele) en de
Dorpsstraat, afgebroken.
Het was oorspronkelijk een
tweewoonst. In 1723 waren dat de huisjes
van Bertel Vermijlen en Jan Ditens.
Later stond de woning op naam van
het echtpaar Jan Baptist Van Hoof-Serafina
Coeckelbergh. Ze waren te Leest
getrouwd in 1852.
Jan Baptist was te Leest geboren op
21 september 1822 als zoon van Frans en
Elizabet Van Hoof. Hij zou op 4
april 1874 overlijden aan de gevolgen van
typhus. Het echtpaar kreeg 7 kinderen :
5 dochters die allen zeer jong stierven
en 2 zonen : Isidoor Constant (de
latere garde en de grootvader van de allerlaatste
garde van Leest Victor) en Frans
Eduard Sooi (°8/7/1854, +17/10/1929).
Deze laatste bleef in de woning en
baatte er jarenlang met zijn echtgenote Louise
Wiske Huys (°Leest 3/12/1860) de
herberg In de groene linde uit.
Er stond trouwens een mooie linde
voor de deur, evenals een mestput, zoals dat
vroeger algemeen de mode was. Sooi
Van Hoof was immers ook boer.
Het echtpaar Van Hoof-Huys kreeg 12
kinderen. Twee onder hen zouden
overlijden aan de gevolgen van de
eerste wereldoorlog : Theofiel sneuvelde te
Diksmuide in 1917 en Alfons kwam
als invalide terug uit die oorlog, hij was een
slachtoffer van een gasaanval en
zou aan de gevolgen daarvan overlijden in 1921.
Een andere zoon, Jozef Jef, was
medestichter van de toneelkring Rust Roest
en te Leest en omgeving zeer
populair als komisch acteur.
Prosper Goovaerts uit Heffen was de
laatste eigenaar van het huisje.
Fotos :
-De Alemstraat
-De dorpskom zou een heel ander aanzicht krijgen
na de afbraak van de tweewoonst.
Een
paar jaar geleden heb ik met geestdrift geschreven over het Chirofeest.
Het
laatste Chirofeest heeft mij minder enthousiast gemaakt. Het gaf mij een
algemene indruk van slordigheid en banaliteit.
Nochtans was er heel wat waardevols.
Goed
was : de misviering waaraan aandacht werd besteed, de organisatie van het
feest zelf, zodat de gebeurtenissen elkaar vlot opvolgden...
(...)
Deze
keuzeen overzicht is beperkt en
subjectief. Bedoeling is te wijzen op de
manier van overkomen bij de ouders. Weinig gunstige reacties heb ik
gehoord,
wat
niet beduidt dat men blind is voor het goede.
Maar
waarom niet ernstig gewerkt aan het uitbeelden van het jaarthema, of een
choreografisch
nummer, of een poëtische evocatie, of gewoon een mooi lied, enz..
Het
zal een inspanning vragen, maar wellicht zal ook de vreugde groter zijn.
Men
vraagt geen kunstmatig gedoe, maar ook geen brutaliteit.
Ik
vraag mij t volgende af : de chiro zou een buitenschoolse vormingswereld
moeten creëren. Hoe kan een kwetsbare scheut die een prutske of
speelclubber
is,
ongebruskeerd uit dergelijke esbattementen komen ?
Of anders, hoe kan zon kind zijn innerlijke
tere rijkdom ontplooien ?
Mijn
bede is deze : dat gans de leidersploeg van jongens en meisjes zich eens
terdege afvraagt hoe het moet, zonder mij a priori gelijk te geven.
Misschien
als inspiratiebron een uitspraak van de stoere Stijn Streuvels, die men
moeilijk van sentimentaliteit kan verdenken :
Hoe
vreselijk ongelukkig moeten kinderen zijn wiens tere kinderziel door
volwassenen zo brutaal met de voeten wordt getreden...
Ik
wens u goed heil, en volgend jaar een beter (=fijner) chirofeest.
Guido Hellemans
(De Band, December 1975)
Een jaar later kregen ze van hun criticaster
indezelfde periodiek positieve
commentaar. Hij besloot toen met :
...niemand wordt graag berispt, maar de ervaring leert dat men beter in
rechtzinnigheid vaderlijk streng en moederlijk teder (of omgedraaid)
iemand terechtwijst dan vleiende
onbenulligheden te zeggen die men trouwens
toch
niet gelooft. De jonge mensen van de Leestse chiro hebben op een ridddelijke
en
doeltreffende wijze het antwoord gegeven op een aantal onaangename
aanmerkingen. Dat vinden we fijn. (Sommige ouderen bleken er minder
gemakkelijk overheen te kunnen). We hopen dat het zo blijft en verlangen
in die
geest naar volgend jaar...
1975 28 november : Drie percelen bouwland te Leest
Om uit
onverdeeldheid te treden Vrijwillige Openbare Verkoping van
drie
percelen BOUWLAND te Leest.
Notaris Frans Loncin te Puurs zal op navermelde zitdagen, met winst van
verdieren voor de inmijners, openbaar verkopen, volgende onroerende
goederen :
Gemeente
Leest
KOOP
I : een perceel bouwland gelegen ter plaats De Renne Cauter,
gekadastreerd sectie A nr 437/a voor een grootte van 26 a 55 ca. palende
noord-oost : De Borgher-Huysmans Hubert te Leest, zuid-oost : Lienart
Albert te
Aalst, zuid-west : de Jamblinne-de Heux Roland en deelhebbers te
Brussel, noord
Van
de Kerkhove de Sejournet de Rameignies Ghislain de weduwe te Nossegem.
In
huur bij de heer Marcel Somers te Leest.
Koop
I : ingesteld op 42.000 f.
KOOP
II : Een perceel bouwland gelegen ter plaats Het Hertsveld,
gekadastreerd Sektie A nr 388/c/deel groot vlg. Meting 17a 26 ca, palend ten N.
aan Jacobs-De Boey Jan de weduwe en
kinderen te Leest en Verelst Jules de
erven te Zemst; ten O. aan koop III, ten Z. aan de Malingreau dHembise
van
Langenhove de Bouwekerke Christiaan te Antaisnes en ten W. aan dezelfde.
In
huur bij de heer Marcel Geerts te Leest.
Ingesteld 25.000 fr.
KOOP
III : Een perceel bouwland gelegen naast voorgaand, gekadastreerd
Sektie A nr 388/c/deel, groot vlg meting 17 a 82ca,palend ten N aan
Verelst
Jules, de erven voornoemd; en Van Meerbeeck-De Boeck Jean te Leest;
ten
O aan De Wit-Goovaerts Désiré te Leest; ten Z aan de Malingreau
dHembise voornoemd en ten W aan koop II.
In
huur bij de heer Désiré De Wit te Leest.
Ingesteld : 25.000 f.
De
goederen worden verkocht voor vrij en onbelast. Genot en gebruik bij
de
veilvoorwaarden te bepalen.
ZITDAGEN
Instel maandag 24 november 1975, toewijs maandag 1 december 1975 telkens
om 3
u.namiddag, ter herberg Café Liliane
te Leest, Juniorslaan.
Voor
verdere inlichtingen wende men zich ten kantore van de verkoophoudende
notaris Frans Loncin te Puurs, Palingstraat 1.
(Bericht in
onbekende- krant 28/11/1975)
1975 Maandag 29
december : Knipsel van onbekende krant (zie fotos) : Over het ongeval dat zich zaterdagnamiddag voordeed te Leest aan de
onbewaakte spooroverweg leest men op een andere plaats in
ons blad. Hier nog enkele beelden van de ravage die werd aangericht. De
aangereden trein sleurde de vrachtwagen nog driehonderd meter mee vooraleer
deze in een belendende weide tot stilstand kwam. Balans van dit tragisch ongeval : één dode, één zwaar- en één
lichtgewonde.
1975 VEVOC
JAARVERSLAG
Dames, Mijne Heren, Pater of zal ik maar beter zeggen
proost, Vevocers allen hier samen, er werd mij in naam van het ganse bestuur
gevraagd het Vevoc-jaar 1975 bij jullie door woorden terug in beeld te brengen.
Zowaar een niet zo eenvoudige taak, daar jullie
evenzeer weten als ik dat het een uitgebreid en vrij druk jaar geweest is.
Inderdaad na een aarzelende start in de jaren 72 en 73, toen we nog in onze
kinderschoenen stonden en het jaar 74, een jaar van een stilaan toenemende
activiteit, mag het jaar 75 reeds vrij druk genoemd worden.
Het jaar 75 werd ingezet met ons ledenfeest in de
maand januari. In een echte Breughelsfeer en met een enthousiasteeensgezinde Vevoc-familie waren we met 110
leden samengekomen om te dansenen zeg
maar in goed Leests, om een sneeke te eten. Weet je nog, dat we toen bij een
lustig pintje tegen elkaar gefluisterd hebben : Louis of Charel, weet ge het
nog, vriend van toen op bivak. Wat hebben we leute gehad hé, maar ja, men
blijft niet eeuwig achttien jaar, we groeiden wij feitelijk te rap uit onze
korte broek hé jong !
Het jaar 75 was een jaar van ontspanningsavonden en
sport. Vooreerst werd door onze voetbalploeg het Pinkstervoetbaltornooi van FC
Telstar in een echte cupsfeer gewonnen. Niemand had het voor mogelijk gehouden,
maar iedereen had het toch stilletjes gehoopt. Onze tweede Vevoc-ploeg deed het
met een zesde plaats ook verre van slecht.
Vevoc speelde 17 matchen, won er daarvan 10, speelde 3
maal gelijk en verloor 4 keer. In totaal maakte men 45 doelpunten en kreeg men
er 13 tegen.
Onze volgende stap naar sportief succes werd door onze
volleybalploeg gezet, die erin slaagde haar eigen volleybaltornooi te winnen op
25 mei door de deelnemende ploegen KWB, SVK Heverlee, Fanfare St.-Cecilia,
Telstar en Chiro de baas te blijven. Nochtans kon onze volleybalploeg in het
tornooi te Heverlee niet bevestigen. Een gebrek aan training en vooral aan
speelgelegenheid zijn hier zeker de oorzaken van.
Vervolgens werd op 20 september te Kapelle-op-den-Bos
nog eens aangetoond dat Vevoc kan voetballen, want daar werd voor de tweede
maal een voetbaltornooi gewonnen, waarbij we als enige niet-Kapelse vereniging
onder de deelnemers, met de beker huiswaarts konden keren.
Vevoc haalde in 75 ook verscheidene malen de
krantenkoppen. Een eerste maal gebeurde dit bij onze fietsenrally die doorging
op 29 juni. Niettegenstaande er voor die dag niet al te veel reclame gemaakt
werd, kwamen er toch twee kranten, nl. Gazet van Mechelen en Het Volk opdagen
om deze fietsrally te verslaan, die tevens een succes mag worden genoemd, niet
alleen om zijn 250 deelnemers, maar ook om zijn organisatie.
De tweede maal dat we gunstig in het nieuws kwamen was
met onze derde uitgave van de jeugdcross op 5 oktober. Reeds van maanden te
voren waren grote inspanningen gedaan om deze veldloop in de beste voorwaarden
te doen verlopen. De beloning was des te groter. Niet minder dan 800 deelnemers
werden opgetekend.
In dezelfde maand oktober schrijft Gazet van Mechelen
dat Vevoc het nu maar eens over een andere boeg gooit en met woorden gaat
spelen. Inderdaad op 31 oktober kwamen niemand minder dan Nand Baert naar Leest
om onze plaatselijke verenigingen Wachtwoord te spelen. Vooreerst was er op
onze ontspanningsavond van 13 juni, waar we onze overwinningen van voetbal- en
volleybaltornooien met een hartig etentje kruidden, een schifting tussen 32
Vevoc-ers nodig om Mariette Verbeeck en Marcel Van Medegael als besten naar
voor te doen komen. Op een nieuwe voorselectie op 12 september moesten
jongensschool, FC Telstar en Davidsfonds afvallen. Op de avond van Wachtwoord
toonde onze plaatselijke meisjesschool zich sterker dan Leefmilieu, Rust Roest,
St-Cecilia, KLJ-meisjes, KVLV, Chirojongens en meisjes en Vevoc.
Inmiddels kunnen we jullie ook vertellen dat het
Vevoc-bal een kassucces is geweest en Vevoc in 76 geen al te grote financiële
moeilijkheden zal kennen. De kassier mag gerust zijn dat we dit jaar niet in
debet zullen komen.
Nationaal was 75 het jaar van de vrouw. Ondanks het
feit dat onze Vevoc-vrouwen, verloofden of juffrouwen telkens sterk op komen
bij elke activiteit, vragen we ons toch af, of het niet mogelijk is een typisch
vrouwelijke activiteit te creeëren. Tips kunnen steeds bij het bestuur gegeven
worden.
Als bestuur willen we ook grote dank zeggen aan Mr
Pastoor, met wie we het ganse jaar een goede verstandhouding gehad hebben wat
betreft ons parochiecentrum. Evenzo willen we nogmaals de aandacht vestigen op
de grote steun van ons gemeentebestuur. Niet zozeer omwille van de subsidie,
maar wel om het schenken van prachtige trofeeën voor ons voetbaltornooi en
jeugdveldloop.
Ook een welgemeend woord van dank aan ons trouwste
Vevoc-lid en proost, pater Damiaan, want ik geloof dat hij nog geen enkele
vergadering gemist heeft. Maar onze grootste dank gaat naar alle Vevoc-leden
die door hun grote aanwezigheid op alle activiteiten het bestuur het moreel
geven om alsmaar verder te doen.
Ook verzocht bestuurslid Jef Van den Heuvel ons te
willen meedelen dat er tussen een groepje Vevoc-ers ergens de idee gerijpt is
om in de maand juni (1976) deel te nemen aan de Mars van het leger, beter
bekend onder de naam Mars van de Vriendschap. Deze mars gaat door in het
prachtig landschap van de Ardennen in de omgeving van Vielsalm.
We hopen ook, dat ons nieuw vaandel, dat vandaag
ingewijd werd in onze parochiekerk, nog vele jaren alle winden mag trotseren (De Band, januari 1976)
1975 31 oktober : WACHTWOORD
met TV-presentator Nand Baert
In de parochiezaal
werd het populaire spel Wachtwoord gespeeld. Dit spel werd op deskundige
wijze geleid door de televisiepresentator Nand Baert en was georganiseerd door
Vevoc.
In een nokvolle zaal
met een prachtig decor hield de voorzitter van de organiserende vereniging
Louis Vloebergh een toespraak. Hij verwelkomde alle aanwezigen en vond het
spijtig dat er op de voorselectie van 12 september 4 verenigingen moesten
afvallen.
Hierna nam Nand
Baert het woord : ik vind het steeds een hele belevenis als ik ergens
Wachtwoord mag leiden en dan alle aanwezigen in de ogen kijken. Dat is nog
nooit het geval geweest in de zes jaren, die ik het spel op TV leidde. Daar kon
ik alleen maar in de lens kijken.
De jury bestond uit
Alfons Huysmans, Karel Duysburg, Godelieve Van de Herdt en Stan Gobien terwijl
de klank verzorgd werd door George Meysken.
De deelnemende
ploegen :
Chiro jongens : Emiel
Peeters en Paul Lefever
Leefmilieu : Chris
Bauwens en Vik Casteels
Fanfare St.-Cecilia
: Monique Verschueren en Willy Lauwers.
Meisjesschool :
Diane Vanmedegael en Bertha Verbruggen
K.V.L.V. : Paul
Bradt en Hilda Silverans
Vevoc : Mariette
Verbeeck en Marcel Van Medegael
V.V. Leest : Silvain
Teughels en Ferdinand Van der Hasselt
Chiro meisjes : Ann
Verbeeck en Nelly Verbeeck
Rust Roest : Renilda
Polfliet en Willy Lauwers
K.L.J. Meisjes :
Maria Daelemans en Lilian Van Praet.
Vooraleer aan de
finale te beginnen dankte Louis Vloebergh alle aanwezigen, alle werkers, de
juryleden, de pastoor en in het biezonder Nand Baert voor de medewerking en
liet het woord aan de kwismaster.
In die finale kwamen
Meisjesschool en Leefmilieu tegen elkaar uit en na een spannende eindstrijd
trokken Diane Vanmedegael en Bertha Verbruggen aan het langste eind.
Alle deelnemers
werden vervolgens bedacht met herinnerinswimpels, fonoplaten en vele boeken
Nand Baert dankte op
zijn beurt iedereen : jullie waren een prima publiek, schitterende, schattige
mensen. Ik ben een gelukkig tuinkaboutertje (De Band- december 1975, Gazet van Mechelen, Het Laatste Nieuws)
Ferdinand Nand
Baert(°Gent 16/2/1932, +Gent 28/4/1985)
was een gewaardeerd Vlaams radio- en televisiepresentator. Tijdens Expo 58 was
hiij samen met o.a. Pros Verbruggen één van de stemmen die voor de Belgische
radio vanuit de paviljoenen voor sfeer en intervieuws zorgde. Hij werd bekend
als één van de Nederlandstalige djs bij Radio Luxemburg en in 56 verzorgde
hij de allereerste Vlaamse commentaren voor het Eurovisiesongfestival. Op de
Nederlandse televisie was hij bij de AVRO van 1963 tot 1967 de eerste
presentator van Wie van de drie. Van 1969 presenteerde hij op de Belgische
televisie Wachtwoord, een quiz gebaseerd op een eenvoudig woordspelletje. Van
1977 tot zijn overlijden was hij de presentator van de populaire televisiequiz
Van pool tot evenaar, die door de BRT werd uitgezonden.
1975 Zondag 2
november : Verbroederingsconcert van Sint-Cecilia
Weer eens een echte muziekdag in onze gemeente.
Inderdaad, op deze dag organiseerde de Kon.Fanfare St.-Cecilia een
verbroederingsconcert met een viertal bekende muziekkorpsen.
Om 18 uur stipt werd het concert geopend door de
inrichtende vereniging olv de heer Frans Dierickx. Ze brachten een paar marsen
en de nieuw ingestudeerde stukken Scherzo van J. Jourquin en een selectie uit
de Lustige Weduwe van Lehar in een bewerking van Mellema. Als derde werk werd
Espana Cani van Marquina uitgevoerd. Al bij al een prachtige uitvoering.
Hierna was het de beurt aan de harmonie Concordia
uit Kalfort-Puurs olv de heer Jozef Aerts. Wat direct opviel is de andere stijl
en tonaliteit van een harmonie t.o.v. een fanfare. De harmonie is volgens de
meesten minder krachtig dan een fanfare maar aan de andere kant heeft het meer
technische mogelijkheden.
De harmonie Concordia kreeg een verdiend applaus
voor o.m Passe-Partout en Huldelied, beide composities van de dirigent.
Een van de blikvangers van de avond werd ongetwijfeld
de Kon.Fanfare Concordia uit Tisselt, olv de heer Jan Segers,
dirigent-componist-muziekregisseur. Wat betreft de stemming en het balanceren
van de verschillende partijen benadert dit korps de perfectie, zonder meer. Ze
brachten verschillende solo-stukken voor trompet en tuba samen met het bekende
wedstrijdstuk the Explorers van Peter Yorke. Van de dirigent werden twee
marsen gespeeld, nl. Mozes en Cowboy Parade. Het optreden van dit korps was
gewoon fantastisch.
Een groot gedeelte van de bijzonder talrijke
aanwezigen was gekomen om de jeugdfanfareSt.-Cecilia Leest aan t werk te horen. Dit jeugdkorps werd in
september opgericht om de muzikanten-leerlingen de kans te geven in een
samenspeelgroep te musiceren. In het korps zijn alleen muzikanten beneden de 30
jaar toegelaten. Dit betekent niet dat er geen ouderen bijzitten, zo o.a.
Eugeen Vloeberghen, de oudste muzikant van St.-Cecilia die de tuba-partij
speelt.
Zenuwen of plankenkoorts zullen er de oorzaak van
geweest zijn dat de eerste maten van de openingsmars nogal verward klonken,
maar daarna ging alles uitstekend. Eveneens ging het met Ik zie een ster, het
Eurovisielied 1974 van Hans van Hemert, Instant Concert en Prager
Muzikanten, dat laatste van R. Beck.
De jeugdfanfaredirigent, de heer Edward De Maeyer, en
zijn jonge muzikanten kregen telkens een daverend en verdiend applaus.
Ter gelegenheid van dit eerste optreden werd aan de
muzikanten een zakje suikerbonen overhandigd door Mw. Verschueren en
Mw.Dierickx. Daarmee is de jeugdfanfare dan ook weer gedoopt !
Na de jeugdigen was het dan de beurt aan de meer
geperfectioneerde brass band St.-Cecilia uit Nossegem, deelnemers aan het
Europees Kampioenschap voor Brass Bands 75. Deze band staat onder leiding van
J.P.Leveugle.
Hun optreden was uiterst geslaagd met alle genres
muziek, zowel klassiek als Latijns-Amerikaans als modern. Daarbij waren de
solos voor cornet, alto en euphonium echt om van te snoepen. Meer dan
waarschijnlijk is dit korps een van de beste ensembles van het land, dankzij hun
stuk voor stuk individuele kwaliteiten.
Tenslotte kregen we dan nog de Kon. Fanfare
St.-Ceciliaolv de heer Alfons Van
Eeckhoudt. Na die brass band muziek een stuk fanfaremuziek om te eindigen.
Werken van J.P.Sousa, de bekende Amerikaanse
marsencomponist met de Slavische Rhapsodie nr. 1 van Friedemann en het moderne
Jezus Superstar werden nog steeds uitgevoerd voor een nokvolle zaal waar het
ondertussen reeds 11 uur was geworden. Alzo werd deze avond op passende wijze
besloten.
Dit verbroederingsconcert was er in de eerste plaats
eentje met parels van goede muziek. Het geheel werd keurig gepresenteerd door
Mej. Marleen Lauwers en het personeel zorgde voor een fijne service.
Er was een bijzonder talrijk en aandachtig publiek en dat bewees dat de
volksmuziek te Leest nog bijlange niet dood is ! (De Band- oktober 1975)
11 uur : Ontvangst op het
gemeentehuis en receptie
15 uur : Poppentheater Wonderlans
in het Parochiehuis met gratis kleurwedstrijd.
20 uur : Avondfeest met het Leestse
zangkoor. De feestrede werd
uitgesproken door Herman Mertens uit Tisselt betekenis van het Davidsfonds nu. Optreden van Rust
Roest met de eenakter De winkel van Simpel eenlyrische fantasie van Tenessee Williams , in
een vertaling van Niek van den Boezem.
Vijftig jaar viering Davidsfonds Leest
Met een plechtige Eucharistieviering in de Sint
Niklaaskerk begon Davidsfonds een dag om nooit te vergeten. Diegenen die
beweren dat Davidsfonds alleen papieren leden kent, werden lelijk bij de neus
genomen.
Anderen die beweren dat Davidsfonds het alleen omwille
van de centen doet, hebben het eveneens mis. Wie dit feest heeft meegemaakt zal
dat ten volle toegeven : 19 oktober was een dag voor al de kleine en grote
mensen van Leest. En daar hebben niet alleen de Davidsfonds-bestuursleden voor
gezorgd Dank u wel daarom Het gemengd zangkoor van Leest, Rust Roest,
Davidsfondsleden, de Parochiegemeenschap, het Gemeentebestuur
Bij de ontvangst op het gemeentehuis moest voorzitter
Verbruggen vlakaf toegeven dat hij nooit zoveel volk had verwacht. Het werd dan
ook een gezellig samenzijn.Schepene
Polspoel en voorzitter Verbruggen hadden het beiden over Conscience en
Meester Hellemans. Ze hadden zeker bij elkaar afgekeken bij het opstellen van
hun feestrede. Meester Hellemans zat er bij te stralen en het ereteken dat
traditiegetrouw steeds in Leest te laat aankomt kon hij gerust missen hij had
al zoveel medailles
Wij hadden allen spijt dat het onderonsje voorbij was.
s Namiddags om 15 uur stormden 270 kinderen met
glunderende gezichtjes de parochiezaal binnen. Het was een bezetting van
jewelste. Ze deden het parochiehuis daveren, totdat eindelijk Fikske en Rikske
werden vrijgelaten. Oef : een kerkhof van chipszakjes en colaflesjes was alles
wat er overbleef toen de tijd verstreken was.
s Avonds volgde het hoogtepunt van de 50-jarige
viering. Op het knap uitgebouwd en tot in de puntjes verzorgd programma stond
naast een toespraak van de heer Herman Mertens een evocatie van 50 jaar
Davidsfonds, het optreden van de toneelvereniging Rust Roest en het gemengd
zangkoor Leest. Voorzitter Verbruggen sprak het welkomwoord en de feestrede.
Hij had het vooral over de bijdrage die meester Hellemans geleverd heeft bij 50
jaar extra werking in Leest. Daarvoor werd de meester dan ook samen met zijn
vrouw in de bloemen gezet. Ook de heer Crauwels uit Duffel, die voor de
Leestenaars geen onbekende is, kwam namens het hoofdbestuur meester Hellemans
danken voor zoveel werklust. Ontroerd maar gelukkig nam de gevierde zijn
geschenken in ontvangst en dankte voor zoveel eerbewijzen.
Ook de Vlaamse strijdrede van Herman Mertens viel op.
Hij eiste dat de Vlamingen in Brussel met open armen zouden worden ontvangen en
dat in het jaar van de verzoening het stilaan tijd wordt dat er amnestie wordt
verleend aan alle politieke gevangenen en anderen bij wie de oorlog thans nog
wrange littekens naliet.
De avond sloot dan ook met een overtuigde Vlaamse
Leeuw.
(De Band november
1975)
De erkentelijkheid
van het Davidsfonds voor meester Hellemans kwam dat jaar ook tot uiting in
volgende publicatie in De Band :
Hij leerde zijn volk
Ieder onder u kent meester Hellemans, maar misschien
beseffen we toch onvoldoende wat hij voor Leest, speciaal voor het culturele
leven, in onze gemeente betekende en nog steeds betekent.
Hij werd geboren op 28 juli 1901. Zijn geboortehuis
staat er verlaten bij op de Dorpsplaats en wacht op een koper (of sloper).
Naast zijn diploma van onderwijzer verwierf hij er ook
een van opvoedkundige studies en van bibliothecaris. Met Eerwaarde Heer De
Groef stichtte hij in 1921 de studiekring Volksboekerij en datzelfde jaar de
toneelkring Rust Roest. Hij was er tegelijkertijd secretaris, acteur en
regisseur van.
Vijftig jaar geleden, in 1925, stichtte hij onder impuls
van de toenmalige onderpastoor J. Cleeren en J. Verhavert
(Davidsfonds-propagandist voor het gewest Mechelen) de afdeling Davidsfonds te
Leest.
Als eerste bestuursleden had men : voorzitter Alfons
Hellemans, penningmeester Lod. Verbruggen, secretaresse Maria Rheinhard en als
bestuursleden Victor Selleslagh, Flor Meyers, August Verlinden en Victor De
Laet.
Oorspronkelijk waren de aangeslotenen inwoners van
Leest en Hombeek, tot enkele jaren nadien ook in Hombeek een afdeling van het
Davidsfonds werd gesticht.
Onder de kenspreuk Voor godsdienst, taal en
vaderland werkte dit eerste bestuur zeer hard. Het richtte voordrachten in,
11-julistoeten met medewerking van beide muziekmaatschappijen, gevolgd door
spreekbeurten in open lucht of in één van de dorpszalen, opstel- en
voordrachtwedstrijden voor de leerlingen van de lagere scholen,
Boerenkrijgherdenkingen te Leest en te Mechelen, goochelavonden, zangavonden,
bedevaarten naar de IJzer, ballonwedstrijd (1933), enz..
Gedurende de oorlog lag de D.F.-werking stil en ook
tijdens de naoorlogse jaren was het bestuur weinig actief en herleid tot een
kleine groep. Buiten de uitdeling der boeken werden weinig initiatieven
genomen. Tot in 1956 een nieuw bestuur geboren werd, weerom met Alfons
Hellemans als voorzitter. Bestuursleden waren : Alfons Verbruggen, Cyriel
Verbruggen, Maria Rheinhard, Albert Van Rompaey, Hugo Stuyck, Frans Van Nick,
Hugo Verlinden, Juul De Smet, Mariette De Prins, Madeleine Verbruggen en M. De
Boeck Dit bestuur bracht een lichte opflakkering, avonden werden ingericht en
het ledenaantal steeg, maar de grote jaren kwamen niet terug.
In 1969 kwam, vooral onder impuls van Toon Lamberts
het D.F. weer aan zn trekken. De beweging scheen terug herboren en zag haar
ledenaantal de hoogte in gaan.
Steeds zien we Alfons Hellemans, thans als
ere-voorzitter, trouw de bestuursvergadringen bijwonen. Stil, maar bewogen,
volgt hij de discussies. Hij dringt zich nooit op. Alleen als je zijn mening
vraagt, geeft hij die duidelijk te verstaan. Met een kritisch oog beschouwt hij
de werking van een jonge bestuursgroep. Bij elk optreden, bij elke activiteit
is hij de stille aanwezige.
Dank u wel ! Dat is het oprecht gemeend slotwoord van
al de medewerkers en van Davidsfonds Leest.
1975 Zaterdag 20
september : Bal van de Burgemeester
Dansavond ten voordele van de
gehandicapten in de zaal Sint Cecilia.
Deuren 19u30, eerste dans om 20u30.
Het orkest van Marcel Sterckx
zorgde voor de muzikale omlijsting.
1975 21 september
: Feestvergadering KVLV
De vergadering was een feestvergadering en om die
reden was er geen spreker voorzien, wat anders een verplichting is, waarom mag
Joost weten !
De voorzitster, terug uit Lourdes, opende de
bijeenkomst. De Proost handelde over de voorgenomen kinderverzorging, wat heel
wat moeite en geloop heeft gekost om daarvoor toelating vanwege het ministerie
te bekomen.
Het etentje (o.m. een halve kip) werd er niet
vergeten, dat hoorde trouwens bij een feeststemming.
Door het aanschaffen van een loterijbriefje kon
meegedaan worden aan Wachtwoord en of er gelachen werd !
De meegebrachte geschenken door de Lourdestrippers
werden verloot, wat meteen de eigenlijke feestvergadering besloot. (De Band- oktober 1975)
1975 28 september
: Diefstal in chalet FC Telstar
Willy Van Hoof, schatbewaarder van
voetbalclub FC Telstar, deed aangifte van
een diefstal in de verbruikzaal van
de vereniging; Uit een geldlawerd naar
schatting voor 90 frank, in stukken
van één frank, gestolen.
De veldwachter stelde vast dat het
grendelslot van de ingangsdeur
opengewrongen was.
Hetzelfde jaar in mei werd op
dezelfde manier in dit gebouw ingebroken.
(VVH)
1975 5 oktober : Derde
Grote Vevoc-Cross Wedstrijd
In samenwerking met de Chiro. De
cross ging door op het Chiro-terrein.
Meisjes en jongens van 8 tot 99
jaar waren welkom en de start was voorzien om
14 uur. Na de cross werd te tombola
getrokken in de parochiezaal.
Beste Leestenaar,
Op zondag 5 oktober raden we je aan je
televisietoestel en je luie zeteltje eens rustig te laten staan om naar de 3de
editie van de jeugdveldloop te komen, ingericht door Vevoc in samenwerking met
de plaatselijke chirogroepen. De vorige jaren mochten we respectievelijk 500 en
600 deelnemers begroeten. Verleden jaar kregen we dus meer lopers aan de start,
maar de publieke belangstelling bleek dezelfde te zijn. Nochtans zijn we ervan
overtuigd dat iedere Leestenaar de weg naar de Leestse Kouter goed kent. We
verwachten dan ook dat Jan Publiek voor deze 3de veldloop in nog
grotere getale zal opdagen om de plaatselijke jongens en meisjes naar een
mogelijke overwinning te schreeuwen. En dat ze kunnen lopen hebben ze de vorige
malen al bewezen.
Het parcours doorheen het prachtige panorama van de
zennevallei biedt de toeschouwers trouwens de gelegenheid om de lopers
gedurende gans de omloop te volgen. Aan spektakel zal het dus zeker niet
ontbreken.
Bij slecht weer kan je altijd terecht in de kantines
(2 tenten van 48 m2) die een overzicht geven op de gehele omloop. Dus weer of
geen weer zoals men in Leest placht te zeggen, op 5 oktober mag je zeker niet
ontbreken op deze sportmanifestatie.
Langs deze weg willen we ook het gemeentebestuur
bedanken die haar sportieve steun leende, enerzijds door hun belangstelling en
anderzijds door het ter beschikking stellen van talrijke trofeeën. Grote dank
ook aan alle handelaars die door hun geldelijke steun in natura deze veldloop
hielpen financieren.
Handelaars van Leest of omliggende kunnen echter nog
hun steun verlenen door publiciteit te voeren op de vele reclameborden die op
de omloop zullen aangebracht worden of hun giften in natura over te maken aan :
Vloebergh Louis, Winkelstraat, en dit voor zaterdag 4 oktober te 10 uur. Tot
kijk. (flyer van Vevoc)
Uiteindelijk zouden
niet minder dan 800 lopers deelnemen en het aantal toeschouwers werd geschat op
ruim 700.
Opvallend was het
aantal deelnemers bij de pupillen jongens, die traden aan met maar liefst 154.
Bij al deze atleten toch één Leestse hoop, namelijk
Maggy Van Hoof die beslag legde op een meer dan eervolle 2de plaats.
Met meer training en een beetje meer geloof in eigen kunne moet ze volgend jaar
bekwaam geacht worden om zegevierend over de streep te komen (Jan Van Den
Heuvel in DB, november 1975)
Uitslagen van dorpsgenoten
:
Pupillen meisjes (78
deelnemers) : 4. Bea Van Praet, 7. Macheld Verbruggen, 8. An Muyssons, 12.
Hilde Van Dam.
Pupillen jongens
(154 deelnemers) : 5. Danny Fierens, 12. Chris De Nijn, 16. Aluris Mertens, 17.
Koen Verbruggen.
Miniemen meisjes (40
deelnemers) : 6. An Selleslagh, 7. Karin De Bleser, 13. Els Duysburgh, 15.
Gonda Van den Bergh.
Miniemen jongens
(110 deelnemers) : 18. Jan Verschueren, 22. Frans Lamberts.
Kadetten meisjes (44
deelnemers) : 2. Maggy Van Hoof, 13. Lieve Lamberts, 15. Ingrid Vets.
Kadetten jongens
(146 deelnemers) : 13. Frank De Prins, 20. Marc De Prins, 26. Bart Lauwens.
Scholieren meisjes
(26 deelnemers) : 13. Van Nobelen, 16. Rita De Smet.