1995 – 16 en 17 april : Posse Leest(Foto’s onderaan)
Uit de Jaarmarkt brochure : “Posse Leest ’95 moet weerom een denderend succes worden ! Alles laat voorzien dat deze 4e uitgave het even goed doet als de vorige ! En dit dankzij de inzet van sponsors, de Leestse verenigingen en het comité. Voor jong en oud kunnen we dit jaar weer een zeer gevuld en gevarieerd programma aanbieden. Als nieuwigheid hebben we deze keer de weging van ‘de vette os’ waaraan tevens een gratis wedstrijd is verbonden ! Ambachten en marktkramers zijn weerom talrijk aanwezig. Aan paarden, koeien, schapen en ander kleinvee ontbreekt het ook dit jaar niet ! Wij danken iedereen voor zijn inzet en steun en hopen u dit jaar opnieuw te mogen begroeten op het Leestse Dorpsplein en omliggende straten ! De Voorzitter, namens het Posse Leest comité, Willy De Nies.”
Gazet van Mechelen publiceerde daarover volgend verslag :
Miezerige druilregen zet geen domper op Posse Leest Wie nu nog wil beweren dat Posse Leest geen bestaansrecht heeft en op een paar jaren tijd niet is uitgegroeid tot een volwaardig gebeuren, zit fout. Zelfs een miezerige druilregen slaagde er niet in een domper te zetten op het druk bezochte gebeuren. Was het dus niet het geschikte moment om in zomerkleren rond te lopen en ging er her en der een regenscherm open, toch mogen de organisatoren met fierheid terugblikken op een geslaagd gebeuren. Kortom, Posse Leest is niet meer weg te denken en het ziet er naar uit dat het initiatief nog verder zal uitgroeien. Het begon al zondag met de Vevoc-stratenloop. Hoewel de weermaker niet zo gunstig gestemd was, was er toch een ruime opkomst en werd er fel gestreden om de hoogste eer. De muziek van de plaatselijke fanfare St.-Cecilia was het traditionele opwarmertje. Geslaagd initiatief was het klokkenwerpen, een beetje afgekeken van grote broer Mechelen, maar daarom niet minder attractief. Er werd duchtig gegraaid door de kinderen, en op bepaalde ogenblikken ging het er zelfs hard aan toe om toch maar een tennisbal met een nummertje te kunnen bemachtigen. Daar was immers een mooie prijs aan verbonden. De kinderdierenshow die nu ook al een paar jaren loopt en die dit jaar uitgebreid werd naar alle huisdieren, kreeg wel belangstelling, maar zou, mits een duidelijker promotie, nog hogere toppen kunnen scheren. De jaarmarkt van maandag heeft evenzeer bestaansrecht verworven. Zelfs van zeer vroeg in de morgen was er al een grote opkomst van marktkramers en bezoekers. De verscheidenheid was er, zodat iedereen wel zijn gading kon vinden. En dat men het slechte weer niet aan zijn hart liet komen bleek uit het feit dat voor tienen maandagmorgen de hot dog-, pensen- en alikruikenkraampjes al beste zaken deden. De ommegang voor St.-Cornelius, een heilige die aanroepen wordt tegen stuipen en andere kinderziekten, blijft nog altijd een druk bezocht gebeuren. Voor velen is het de enige keer in het jaar dat ze de kerk van de binnenkant zien. Opmerkelijk ook is dat dit gebeuren niet alleen de mensen uit eigen gemeente aanspreekt. Ook vanuit de ruime omgeving komt men naar Leest afgezakt, omdat men er de sfeer van Posse Leest wil snuiven. En of het nu dankzij St.-Cornelius was of niet, in de loop van de voormiddag, toch het hoogtepunt van het jaarmarktgebeuren, lonkte de hemel wel grijs, maar bleven de hemelsluizen dicht, zodat een nieuw succes mag genoteerd worden in de annalen van Posse Leest. – VMZ.
En het fanfareblad (juni 1995) : Posse Leest bij de fanfare “Posse Leest werd ingezet op zondag 16 april met een kioskconcert op het dorpsplein door onze fanfare. Met Pasen zelf is het nog niet de echte Posse Leest. Traditiegetrouw is dat paasmaandag. Daar lag de klemtoon voor onze vereniging. In onze zaal konden de kermisgangers tegen heel democratische prijzen zich tegoed doen aan pensen met appelmoes of aan balletjes met krieken. De verkoop hangt natuurlijk af van de opkomst. Op het Palmzondagconcert hadden we al reclame gemaakt voor Posse Leest en we hebben dan ook erg veel mensen van op dat concert teruggezien. Sommigen van hen zijn al vroeg komen eten, omdat ze dan zeker waren dat er nog zitplaatsen waren. Echter vanaf 11.30 u. zat onze zaal helemaal vol en dat bleef zo duren tot 16 u. Een record aantal balletjes en pensen werden verkocht, zoveel zelfs dat er geregeld nieuwe voorraad moest aangehaald worden. Iedereen werd zo goed als dat mogelijk was bediend, maar organisatorisch kan er in de toekomst nog wel wat worden verbeterd. We hebben op Posse Leest steeds een tekort aan personeel en dit is zeker het geval vanaf 11.30 u. Het gevolg hiervan is dat het aanwezige personeel erg hard moet werken en dat deze mensen handen te weinig hebben. Voor volgend jaar moeten we zorgen voor een bijkomende ploeg, nl. mensen die zich uitsluitend bezig houden met het opruimen en dekken van de tafels. Hierdoor kunnen de serveerders en serveersters zich volledig concentreren op hun taak.
Reeds in de namiddag vernamen we dat er door buitenstaanders schattingen werden gemaakt over de winsten die onze vereniging had gemaakt. We hoorden bedragen vernoemen die in de buurt van een half miljoen lagen, maar we stellen u nu al gerust : zo’n vaart is het niet gelopen. Om dat winstbedrag te halen, zouden we een hele week tegen dit tempo moeten doorwerken en dan zou de zaal ook de hele tijd moeten vol zitten. Maar klagen doen we zeker niet ! Volgend jaar werken we terug op dezelfde wijze mee aan Posse Leest en komt er weer een elektrisch orgel in onze zaal.”
Foto’s : -Posse Leest anno 1995. -Eén van de topevenementen op Posse Leest was de stratenloop. Meer dan 100 lopers hadden zich ingeschreven.
1995 – 15 maart : Overlijden van Louis Verschuren “de Witte van den Do”.(Foto’s onderaan) “Vrij onverwacht overleed Louis Verschuren op woensdag 15 maar ll. De meeste Leestenaars kennen hem waarschijnlijk beter onder de naam “Witte van den Do”. Reeds lang voor zijn overlijden kon hij beschouwd worden als een echte historische figuur, niet alleen voor onze vereniging (Noot : de Kon.Fanfare St.-Cecilia Leest), maar zelfs voor heel Leest. Louis Verschuren heeft zijn hele leven doorgebracht op de Leest-Heide. Toen we hem leerden kennen werkte hij bij General Motors in Antwerpen. Elke dag reed hij naar zijn werk met de bus en de trein. Als hij zich te voet verplaatste leek het steeds of hij gehaast was. Verwonderlijk was dat niet, want Louis Verschuren was in zijn jonge jaren nog lange-afstandsloper geweest. Toen deed hij mee aan wedstrijden van 100 km of meer. Zijn “trainer” was Rik De Bruyn, die met de fiets achter hem aanreed (Noot : Rik De Bruyn woonde in zijn jonge jaren in het ‘ruthuis’). Louis trainde ook dikwijls op het pad langs het treinspoor. Hij liep dan zo hard als een goederentrein destijds kon rijden.
Louis Verschuren was ere-muzikant van onze vereniging. Destijds speelde hij solo-bugel (vanaf 1920). Tijdens één van de laatste stapmarsenwedstrijden die onze vereniging heeft meegedaan, in Tisselt was het, was hij de enige solo-bugel die bleef musiceren toen het korps in een bocht kwam. Terwijl hij toeterde draaide hij zich naar zijn medespelers en keek met kwade ogen zodat alle bugelspelers terug begonnen te spelen. Later, in 1971, toen het kleine mondstuk hem moeilijkheden bezorgde, stapte hij over naar bariton. Louis is één van de trouwste muzikanten die onze vereniging ooit heeft gekend. Hij stopte als muzikant in 1984, op 78-jarige leeftijd.
Tijdens zijn vrije tijd had hij nog heel wat andere hobby’s. In zijn grote achtertuin heeft hij ooit een pretpark in ’t klein opgebouwd met een echte hoge schuifaf. Hij wou de jeugd van de Heide wat plezier laten beleven op de plaatselijke kermis. Dat duurde niet lang, want de eerste die naar beneden kwam gegleden barstte halverwege in een oorverdovend gejank los en greep naar zijn billen. De Witte was een spijker vergeten…Als gevolg van deze proefrit had de schuifaf op de Heide geen succes meer en Louis heeft dan zijn pretparkdromen definitief opgeborgen.
Later teelde hij ook groenten die hij dan op de Mechelse markt leverde. Hij was steeds fier dat hij zo’n prachtige groenten kon telen. En zijn aardbeien mochten er ook zijn ! Aan een struikje hebben zijn medemuzikanten ooit 126 bloempjes geteld. Daarbij kweekte hij konijnen. Het waren er niet zo’n beetje. Hij had er een 150-tal. In de jaren ’50 waren dat angorakonijnen, diertjes die werden gekweekt om hun lange vacht. Later schakelde hij over op Vlaamse reuzen. Zijn konijnen waren steeds tot in de puntjes verzorgd.
Louis hield bijzonder veel van plezier en van muziek maken. Haast elke dag repeteerde hij en wel zodanig tot hij de stukken zo goed als van buiten kon spelen. Jaren aan een stuk was hij aanwezig op de repetities en optredens : waarschijnlijk heeft niemand in de Leestse fanfare dit ooit gerealiseerd. Zelfs als hij op een trouwfeest was uitgenodigd, kwam hij nog voor een drietal uren naar de repetitie. Ook met het opzetten van de feesttent ter gelegenheid van de vroegere Ceciliafeesten hielp hij… Louis Verschuren is één van de meest markante figuren uit de Leestse fanfare geweest : 65 jaar muzikant en 75 jaar erelid !” (“T&T”, juni ’95 en “Leest in Feest”, Stan Gobien)
Louis Verschuren was te Leest geboren op 24 mei 1906 en overleed in het A.Z. “Imelda” te Bonheiden op 15 maart 1995. Hij was gehuwd met Josephine Van Lierde die te Mechelen geboren was op 8 januari 1908 en te Leest overleed op 21 maart 1987.
1995 – 25 maart – G.v.M. : Dieven op school Uit de stedelijke basisschool, Ten Moortele, hebben inbrekers een kleine som geld gestolen. Ook in het oud gemeentehuis te Leest werden inbrekers gesignaleerd. Of daar iets werd gestolen moet nog worden uitgemaakt.
1995 – 3 april : Installering OCMW-raad(Foto onderaan) In handen van burgemeester Geert Bervoets legden de nieuwe voorzitter Lieve Keuleers en de 12 overige OCMW-leden de eed af. Voor het eerst in de geschiedenis van Mechelen nam een dame het voorzitterschap van het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn in Mechelen waar. Onder de leden ook iemand van Leest : Mariette De Bont uit de Dorpstraat, echtgenote van Armand De Bleser, die zetelde namens de SP.
1995 – 9 april : Palmzondag Jubileumconcert K.F. Sint-Cecilia Omdat het de 50ste keer was van het bestaan van dit concert kreeg het, het statuut van jubileumconcert. De fanfare die dit eerste exploot volbracht, bestond net na WO-II uit een 15-tal muzikanten die werden gedirigeerd door Rik De Bruyn.Hij is niet toevallig de grootvader van de huidige dirigent Johan De Win. De cirkel van 50 jaar palmzondagconcert is hiermee gesloten. Johan De Win is als leraar actief in Boom, Willebroek en Sint-Niklaas. Zelf studeert hij nog contrapunt, fuga, althoorn en hafabra-directie aan het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen. Verder is hij nog dirigent van de K.Harmonie De Rupelzonen in Boom en muzikant bij Brassband Willebroek. Dit 50ste palmzondagconcert vond plaats in de zaal St.-Cecilia. Toegangsprijs aan de kassa : 150 frank, in voorverkoop : 100 frank.
In “T&T” van december 1994 was volgende aankondiging verschenen :
“Vijftig jaar geleden, in 1945, werd door onze vereniging het eerste echte palmzondagconcert gegeven in de zaal ‘St.-Cecilia’ aan de Dorpstraat. Dat gebeurde in heel andere omstandigheden van vandaag. Onze vereniging telde toen, vlak na afloop van de tweede wereldoorlog, bijna twintig muzikanten. Dit concert werd geleid door Rik De Bruyn die daarmee een traditie in gang zette.Een tiental jaren later was de fanfare uitgegroeid tot een korps van ruim zestig muzikanten, de beroemde ‘tijd van de zestien solo-bugels’. We zijn nu 50 jaar later en daarom wordt het een speciaal jubileumprogramma. De fanfare zal de prachtigste gedeelten uitvoeren van de successen die in de loop van de voorbije 50 jaar op het programma stonden. We maken er een soort opvoedkundige concertavond van waarbij de evolutie in de fanfaremuziek duidelijk zal worden. We richten ons vooral op goed in het oor liggende stukken waarvan elke liefhebber zal kunnen genieten. Voor onze dirigent en muzikanten wordt het daarbij een hele uitdaging omdat heel wat van deze stukken niet geschreven zijn voor de huidige bezetting van ons korps. Maar dat zal wel geen al te grote problemen met zich brengen. Het concert wordt opgedeeld in verschillende delen. Er is een gedeelte met muziek van juist na de oorlog, de tijd van Rik De Bruyn. Daarna komen werken uit de tijd van Theo Fierens, Frans Dierckx, Jan-Piet Leveugle en Frans Violet. Ook een aantal nieuwe composities, aangeleerd door Johan De Win, onze huidige dirigent, worden voorgesteld.
Op dit concert zullen de muzikanten vermoedelijk verschijnen in een nieuw uniform. De grijze broeken en rokken zijn zo goed als versleten en de stof waarvan ze gemaakt werden, is niet meer te verkrijgen. Dat dit gedeelte van het uniform wordt vernieuwd staat al vast. Nu kunnen de onderhandelingen beginnen met de ateliers die hun voorstellen en prijzen hebben ingestuurd.”
In het fanfareblad van maart ’95 stond dat de vereniging de vroegere dirigenten en de oud-muzikanten had uitgenodigd, althans zij die nog terug te vinden waren. Ook dat de fanfare gedeeltelijk in een nieuw kleedje zou verschijnen : de grijze, versleten broeken en rokken zouden worden vervangen door gloednieuwe donkerblauwe exemplaren.
Het verslag zelf verscheen in “T&T” van juni ’95 :
“Naar het 50ste Palmzondagconcert had het hele korps zowat een tweetal maanden toe geleefd. Er werd veel van verwacht, niet alleen door de dirigent en de muzikanten zelf, maar ook door het bestuur. Velen vroegen zich af of het deze keer wel zou lukken, met andere woorden : “Zouden er wel zoveel luisteraars komen opdagen als in de goede oude tijd ?” En inderdaad, ze kwamen opdagen en nog wel vrij vroeg ook…Zo vroeg zelfs dat er omstreeks 19.15 u. al geen plaatsje meer vrij was. Bijkomende stoelen werden aangehaald en toen die er niet meer bij konden, moesten de luisteraars kiezen : rechtstaan of zich in het café terugtrekken. Een aantal verkozen zelfs terug te keren naar huis. We moeten eerlijk toegeven dat we niet zoveel volk verwacht hadden. We hadden wel gehoopt op een volle zaal, maar dat we er in totaal (met inbegrip van de muzikanten) ruim 400 mensen in konden onderbrengen hadden we nooit gedacht. Vooraf was er een eenvoudige receptie georganiseerd voor de oud-dirigenten en voor de componisten die ooit wat met onze vereniging te maken hadden. Deze receptie had plaats bij onze dirigent thuis, dicht in de buurt van het huis waar ooit Rik De Bruyn leefde en werkte. Om halfacht begon dan het jubileumconcert. In zijn welkomstwoord gaf de secretaris een kort overzicht van 50 jaar Palmzondagconcerten en stelde hij de aanwezige oud-dirigenten en de oud-muzikanten die het concert in 1945 hadden gespeeld voor aan het publiek. Ook de aanwezige componisten werden niet vergeten. Daarna gaf hij het woord aan presentator Bart Lauwens, die alle werken op een humoristische en gepaste wijze inleidde. De gebrachte muziek kon iedereen aanspreken. Er waren stukjes en stukken bij van heel lang geleden, o.a. ‘Spontin’ en ‘Dichter en Boer’. Andere waren van meer recente datum, o.a. ‘Fragments for Band’. Zelfs gewezen tophits ontbraken niet met ‘A whiter shade of pale’ en ‘Abba Gold’. Later hebben we vernomen dat de gewone mensen bijzonder hebben genoten van de gebrachte muziek en velen zijn –zoals in vroegere tijden- met een of ander melodietje in het achterhoofd naar huis getrokken. En dat is wat we wilden bereiken met ons Palmzondagconcert. Het hoeft niet altijd hedendaagse en authentieke fanfaremuziek te zijn, die slechts door weinig mensen, de muziekkenners, naar waarde wordt geschat maar die de gewone luisteraars moeilijk kunnen begrijpen. De muzikale prestatie van onze fanfare werd evenzeer naar waarde geschat. Iedereen was vol lof over de muzikanten en over het werk van onze dirigent. Hier en daar werd wellicht een foutje gemaakt, maar dat is wel het geval bij elke uitvoering, zelfs bij beroepsorkesten en zelfs bij virtuozen die in b.v. de Koningin Elisabethwedstrijd de finale halen. Aan het einde van het concert kregen de dames die de zaal hadden versierd een welgemeend en oorverdovend applaus ! Zij hadden het inderdaad verdiend ! De dirigent, de oud-dirigenten en de presentator werden daarna bedacht met een bos lentebloemen en de muzikanten kregen een vroeg paasei. Tot laat in de avond werd er nog tussen pot en pint druk nagepraat over dit concert en over de herboren Leestse fanfare. Muzikanten die ooit nog voorheen in de fanfare hadden meegespeeld, vonden het fijn dat er terug leven zit in ‘hun fanfare’ en maakten al afspraken voor Posse Leest en voor het volgende concert… Onder andere door de voorverkoop van inkomkaarten, waaraan ook alle muzikanten hebben meegewerkt, is het 50ste Palmzondagconcert een groot succes geworden !”
Foto’s : -Louis Verschuren. -Met zijn echtgenote Josephine Van Lierde. -De nieuwe Mechelse OCMW-raad. Als vierde van rechts de Leestse Mariette De Bont.