1536 23 februari : Gregoris Fierlants verrijkt tbv
Leliëndael het Peysmakersblokxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
bestaande uit een groot en een
klein eussel, te Leest, eigendom van de kapellanie
van priester Jan Clens in
O.L.Vrouwe O/D Dijle tussen de goederen van
Leliëndael en de Laerstraat, wegens
achterstallige cijns. (IFL, blz.103 nr.421)
1538 15 november :
DE WALE, JACOP zoon van ANTONIUS, tregelere van
Leest.
(De gekochte poorters van Mechelen,
M.Kocken. 4414/I/145)
1538 31 december :
Frans De Mil (?) verkoopt aan de kinderen van Henri van
Mockenborch 12 car. g. op zijn
hoeve met land, bos en eusel, samen 23 bunder,
de
Kleine Biest onder Leest. (MS)
1540 3 december :
HOUWS, JAN zoon van Petrus, trégelere
van Leest.
(De gekochte poorters van Mechelen,
M.Kocken. 4444/I/147)
1544 Jacob
Meyngaerts en Merten Meyngaerts, gebroeders verkopen aan Claese de
Poirtere Jans sone ende Marie
Meyngaerts zijn wyve, de twee elfte deelen ende
al heurlieden Recht van de helft
van een hoeve metten lande, groesen etc,
geheeten thof van Rendelbeke waer
af den voirs. Coopere nog een elfste deel
toebehoirt groot uit geheele
omtrent 30 buenderen gelegen onder Leest.
(GM,51 nr.168 f°175)
1544 29 januari :
Jan van Eertbrugghen verkoopt aan Leliëndael 9 kg 7-1/2 st. erfcijns
op een huis en een half bunder land
te Leest in de Hamstraat tussen het goed van
Rozendaal en Jan vanden Brande, en
ook op een dagwand te Hombeek tussen de
straat en het goed van Leliëndael,
het huis belast met 19 stuiver aan Leliëndael en
7-1/2 stuiver aan meester Lucas van
Heijst als voorcijns. (IFL,blz.106 nr.428)
1554 28 juli :
Peeter Schelkens verkoopt aan de H.-Geesttafel van O.L.V. over de Dijle
2 carolusgulden erfelijke rente op
zijn dagwand land onder Leest, op de Kouter,
en op de helft v an een ander stuk
land van 3 dagwand onder dezelfde gemeente.
(MS, nr.1852)
1556 ...derfgenamen
ende executeurs van wylen Meester Louys Claerhaghe advocaat
in den groten raedt tot Mechelen in
syne tijt hebben verzocht het Hoff van
Steynemolen metten winnende landen,
bempden,gronden... voor alsoo veele als
die gelegen syn onder de prochie
van Leest...
Meester Jan van Walem heeft gecalengiert ende vernaerdert van
bloetswegen
tvoors Hoff van Steynemolen. (AM)
1556 20 mei 1556 :
Overlijdensdatum van Joncker Jacop Schoff. (Schoff,Schooff)
Hij was in de 16e eeuw
eigenaar van het goed Ter Moortere, gelegen in de
Molenstraat.
Jacop Schoff werd in het koor van
de Leestse parochiekerk begraven.
In 1749 trof men zijn gebroken
grafsteen aan onder het Hoogaltaar en deze werd
in opdracht van zijn nazaten door
een grotere zerk vervangen.
Deze gebroken steen werd een tweede
maal herontdekt in 1977 nabij de
Sint-Apolloniakapel, in de buurt van het
vroegere goed Ter Moortere.
Op de grafsteen stond volgend
opschrift :
Hier leet begrave joncker Jacop
Schoff Heere Jacops sone ridder in syne
tyt edelman des huys van de heere
van Beveren ende guiden van zynder
benden die sterft op ten XXn dach
mey anno XVc ende LVI.
1556 28 mei : Pieter
Persoons eertijds als grootvader en voogd der wezen van zijn zoon
Antheunis Persoons X + Joanna Van
Lanckberch voor de weesmeesterskamer te
Antwerpen / Msr Adriaan
Wilderplants goudsmid te Mechelen als moederlijks
oom van vs Antheunis Persoons land
den Battelareveld en land op de Kouter te
Leest. (Notaris De Hondecoutere,
Mechelen, f°191)
1556 ...op den 5
November wirdt een Ordonnantie gepubliceert aengaende het Backen
van het broodt, ter oorsaecke der
grootte dierte, ende wirdt aen een ieder geoorloft
roggenbroodt te mogen backen.
Het was zoo grooten dieren tydt, dat de
armen menschen draf aten, daer stierven
vele menschen van armoede, en
vielen doodt op de straeten, sy aten broodt van
boonen, van eerten, van gerste van
havermeel, dit en deden niet alleen de arme
menschen : maar oock andere lieden
van Staet. (KCM)
1557 Locraens
Hendrik, priester, prochiaen van Leest overleden.
(Chron.Aenw.-Top.gehuchten)
1557 Jacob Schooffs
verkoopt aan Remi de Halut en Heilwich
Van Campvoort een
watermolen, een windmolen en een
lap grond, twee kleine beemden en een
boomgaard, onder Heffen en Leest.
(Schepenbrief van Mechelen 572/4759)
1558 April : Brief
van Antonius en Petrus, Kardinalen verlenende 100 dagen aflaat aan
St. Niklaaskerk te Leest op de
feesten van kerkwijding, Pasen en Kerstdag.
(Parochie-Archief Leest)
1561 25 november :
Katelijne Van de Venne weduwe Cornelis Matthijs sterk over
heer Gillis Papegaeys verhuren Gillis
Verertbruggen X Maria Gijsels, pachters
wonende te Leest, beemd. (Notaris
De Hondecoutere, Mechelen f°403)
1559 Door
herindeling van bestaande en oprichting van nieuwe bisdommen in de
Nederlanden (door Paulus IV)
behoorde de parochie Leest van dan af
tot het
(toen nieuwe) aartsbisdom Mechelen.
Voordien hoorde Leest tot het bisdom Kamerijk
(aartsbisdom Reims)
(Wilfried Hellemans, 2003 - Negen eeuwen Sint-Niklaasparochie)
1562 Om de
protestantse hervormingen te beletten stuurde de Spaanse koning Filips II
soldaten naar onze streken.
Mechelen kwam toen onder het bestuur van
gouverneur de Cappes. Bij het
uitblijven van soldij plunderden ze op 16 oktober
1562 Hombeek en Leest. In Leliëndael
verbleven gedurende meer dan een week
zestien ruiters, zeven voetknechten
en elf paarden. (S. De Cock)
Dit naervolgende zijn alsulcke
oncosten ende uutteeringhen als die ingesetenen
van Leest geleden hebben bij de
soldaten mons. De Cappes ter wylen dat hij
Gouverneurs was binnen de selver
stede van Mechelen ende dat inder maniere soe
hier naer volght. Den welcke Geerdt van Releghem, meyere met zijnen
gezworenen van der voirschreven buytenije, mijn heer de
Gouverneur volgende
zijnde ordonnantie mits desen
overgegevende is, bij eede van de naervolgende
persoonen gesterckt allen welcke
costen ende uytteringhe gebuert zijn zedert den
zesten octorbris XVC twee ent
zestich
LEEST
Jacob de Ceuvelere heeft de
soldaten moeten gegeven voor hure wijn XX st.
Tot Mattheeus de Kempenere hebben
de soldaten verteert de somme van IIII
gulden.
Coen van Wijngaerde heeft de
soldaten moeten geven voir haren wijn twee
gulden ende hebben aldaer noch
verteert XX st valut t samen III gulden.
Tot Joos Vereycken hebben vier
soldaten gegeven ende geteert een schaep
weerdich wesende twee gulden ende
daerenboven noch verteert 28 stuiver valut
t samen V gulden 18 stuiver.
Jan de Neve heeft gegeven drije
soldaten 20 stuiver ende hebben aldaer noch
Verteert 50 stuiver 1 ort.
Rombout Joost heeft een soldaat
moeten geven 16 stuiver ende heeft aldaer noch
Verteert 10 stuiver.
Gielis Verschueren pachter van de
hoeve van Bovenkercke schoutet alhier heeft
drije Spaansche soldaten ende
hebben verteert vier gulden ende noch drije
walsche soldaten die oic verteert hebben vier gulden.
Jan van den Brande heeft twee walen
moeten gheven 30 stuiver.
Tot Gheerdt de Moldere hebben drij
walen voir eenen nacht verteert 2 gulden.
Jan Schaerlakens heeft gehadt vier
soldaten ende hebben aldaer verteert 4 gulden.
Jan Coeckelberch heeft gehadt vijff
soldaten ende hebben aldaer verteert vier
gulden, een stuiver ende hebben
noch genomen twee hoyen (ooien) van zijne
kinderen ende een paer schoenen
weerdich wesende 26 stuiver ende hebben oic
drije stoelen ontstucken gesmeten
met noch telleoren weerdich zijnde zes stuiver
ende hebben noch mede genomen twee
hemden weerdich zijnde 10 stuiver ende
heeft daerenboven de voirs
Coeckelberch zijn huys moeten verlaten.
Manten Mettenanxte heeft van de
soldaten cost gehadt 3 gulden 8 stuivers.
Item heeft noch zes krijslieden
gehadt en t sijnen huyse grooten wille bedreven
hebben als de vrouwe iagende uuten
kinderbedde ende hebben het slot boven van
zijn voorseide huys afgeslagen ende
de vrouwe die boven woonde doer die
hofgracht doen loopen ende hebben
hem doen afgeteert 2 gulden ende heeft de
de doere moeten doen hermaken en
coste 25 stuiver.
Tot Gielis Verschuerens cnapen zijn
van de walsche soldaten genomen een paar
schoenen ende twee hemden t samen
weerdich zijnde 30 stuiver.
Tot Willem Keremans hebben drije
walen soldaten verteert 35 stuiver ende
hebben aldaer genomen een serviette
van 10 stuiver.
Tot Gillis Vereertbruggen hebben
diversche soldaten verteert 5 gulden 15 stuiver.
Tot Gillis Verschueren hebben oic
noch diversche soldaten verteert 4 gulden.
Jan Melis pachter van de voirs here
schoutet heeft de soldaten moeten geven te
gelde drije gulden ende hebben
aldaer noch verteert met zesse peerden zoe aen
hoy, haver stroo etc twee gulden 8
stuiver.
Jacob van den Wijngaerde heeft de
soldaten moeten gheven 3 gulden.
Ten huyse van den coster tot Leest
hebben die soldaten op eenen dach ende nacht
verteert 6 gulden.
Jan Verlinden heeft twee soldaten
moeten geven voir haren wijn 2 gulden 7 st.
Loyck van Eertbruggen heeft de
soldaten moeten gegeven van haren wijn 2
gulden.
Henrick de Keersmaker heeft de soldaten moeten
geven voir haren wijn 37 stuiver
ende hebben aldaer noch verteert 2
gulden.
Jacob Coekelberch heeft de soldaten
moeten vuytcoopen met 30 stuiver.
Claes de Keersmakere heeft twee
walsche soldaten moeten geven voir hare wijn
2 gulden ende hebben aldaer
verteert noch 3 gulden.
Gielis Buelens heeft twee walsche
soldaten moeten geven 23 stuiver ende hebben
aldaer noch verteert 8 stuiver.
Tot Jacobs van den Wijngaerde met Clasen
de Karsmakere hebben de soldaten
van den heren Norenberch verteert
24 stuiver.
Pieter Eyckmans heeft eenen soldaat
moeten geven 15 stuiver.
Jan Oulaert heeft een soldaat moeten
geven voir zijn wijn 20 stuiver ende heeft
Aldaer noch verteert vier stuivers
valut t samen 24 stuiver.
Somme totalis van den dorpe tot
Leest bij de soldaten uutgeteert :
XCIIII gul VII st 1 ort.
(P.Rolland : Inventaris van de
archieven der stad Mechelen, nr.22 bis
Antwerpen 1920 Rijksarchief
Antwerpen)
1564 14 januari :
Akkoord tussen Remi de Halut en de testament-uitvoerders van
Heilwich Van den Nieuwenhuyse. De
Halut behoudt de goederen onder Liezel;
de Putterie verwerft het deel onder
Leest en Heffen ; ze zal bij de dood van
Halut 4.000 carolusgulden van hem
ontvangen.
(MS,Opene brief van Philips II,
nr.4771)
1564 28 april : Testament
van Adam Persoons en Barbara Vlessentop, wettelyc man
ende wyff, hebbende geen kinderen.
(Parochie-Archief Leest)
1564 7 september :
Jan De Somer wonende te Heffen, eerst gehuwd met Ingelberte
Cloostermans tegen
Joos Gilevoorts mulder tot Leest over koop van hoeve.
Ingelken Somers kind uit eerste
huwelijk voogden Gommaer Somers tot
Katelijne Waver met Frans
Cloostermans wonende te Kalfort. Heeft hoeve
t Hoog Zagele te Heffen onlangs door eerstgenoemde
te koop gesteld bij
calengieringe gebleven op Pieder
Diedens wonende tot Leest. Aldus ten huize
In den Moor te Mechelen aan de
Grootbrug twee akten.
(Notaris De Hondecoutere Mechelen,
f° 568)
1566 Leest,
armzalige parochie. (Chron.Aenw.,reg.56 p.44)
Het dorp kreeg toen de naam van
Arm Leest omdat de parochianen de Bisschop
verzochten om hun pastoor een
fatsoenlijk inkomen te bezorgen.
Arm Leest
De ons omliggende gemeenten stonden destijds
als volgt bekend, en dat werd als een litanie afgedraaid : Kaal Muizen, Bot
Meerbeek, Poef Haacht, Plezierig Berg, Lomp Elewijt, Rijk Zemst, Hovaardig
Hombeek en Arm Leest.
Waarom Arm Leest. We hebben daarvoor de
verklaring gevonden.
Op 7 augustus 1566 doet het Mechels Magistraat
kend dat voor haar verschenen zijn de eerbare persoonen Geeraert Van Relegem,
meyere, Jan Peeters, Gielis van Ertbrugge, Gielis Verschueren, Pieter Diedens,
gesworen kerkmeesters ende eylich geestmeesters des dorps van Leest, bij
Mechelen, rexml:namespace prefix = st1 ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:smarttags" />presenterende de
notabelste deel der gemeente van de voirs dorpe die komen verklaren dat op haer
mannelijcke waerheyt ende deel hemelrijckx, niet geduborneert oft bedwongen
wesende van iemanden om mee te delen dat het prochiaenschap
ofte cure van Leest seer qualijck gedoteert es om eenen prochiaen
ende priesters met eeren daer op hem
tonderhoudene namelijck met de tienden waervan hij maer het negende deel trekt
en belopende met accidenten, offeren ende vervallen 65 gulden s jaers gemerckt
dat de meestendeel aerme end scamele lieden
sijn die in de prochie
wonen en waarom er nu binnen de 20 jaren de voors cure is bediend geweest door
zes of zeven verschillende bedienaers, bij zover dat de parochianen aldaar
menichwerf geweest zijn sonder herder tot groote pericule van haerlieden sielen
ende cleenicheyt van oversten overmidts de weynicheyt ende sober competentie
van levene, daeromme versuecken de voirs attestanten (gemerckt dat sij lieden
nu eenen goeden Pastoor hebben, die haer lieden twoordt Godts saet ende t
officie sijnder curen genoech ende wel bedienende es) hem de grote tienden die
nu opgestreken worden door het Nonnenklooster van Kortenberg in hun geheel aan
de pastoor van Leest te laten toekomen.
Het spreekt
vanzelf dat sedertdien Leest als arm moet bekend geworden zijn.
(Gazet van Mechelen-
datum onbekend)
1566 17 augustus
: Voor de Mechelse schepenen getuigden Leestse notabelen
meier Geeraert Van Relegem en twee
kerk- en twee H. Geestmeesters dat
er van 1545 tot 1566 in Leest zes
verschillende pastoors elkaar opvolgden
en datde parochianen gedurende die
twintig jaar er bovendien ook regelmatig
zonder pastoor waren :
binnen XX jaeren herwaerts de
voors(eyde) cure (of bediening) es geweest
onder ses oft zeven diversche
handen alsoo dat de voirs(eyde) attestanten
(dat zijn die Leestenaars) meenich
werf geweest zyn sonder herder tot
groote pericule (of gevaar) van
haerlieden sielen...
(Wilfried Hellemans , Pastoors
Gevraagd, t Ridderke nr.2,april-juni 2004)
1566 In augustus
breekt de Beeldenstorm los. De kerk van Leest, die van Hombeek en
het klooster van Leliëndael krijgen
bezoek.
(Waar Leestenaars samenkwamen G.
Herregods)
1568 Executeurs
testament van vrouwe Heylwych van Campvoort huysvrouw van
wylen Remy de Halut Borchgrave van
Wynoxberge... verkopen heeren Willem
van Bovekerke, ridder, heere van
Locxem, van den Broeke etc. en zijn huysvr.
Margr. Schoof eene watermolen
metten huysken ende eenen wintmolen metten
berge ende lande daer den selven
wintmolen op staet groot omtrent drij dachwand
noch een cleyn beempdeken boven
deselven watermolen met eenen bogaerde
gelegen eensdeels onder Heffene
ende eensdeels onder Leest, als weylen
Jonckheer Jacob Schoof heer van den
Broeke dat te besitten plach.
(Chron.Aenw rg57 f°83)
1568 De almanak
wees nazomer 1568 aan. Bij de veldbaan naar het Heike, thans de
Winkelstraat, stond toen een grote
hoeve. Deze werd telkens tot nog in de 19e
eeuw, volgens een al van toen oude legende,
vernoemd als die van den Duvel...
De mensen uit de omgeving vertelden dat dit erf vroeger
een somber tijdperk had
doorworsteld, met haar toen
beruchte duivelsschuur...
In die schuur stond volgende ronde
tafel : in een gekloven gat in een boomstronk,
lag met zijn dom een reuze karrewiel met tot 14
genummerde spaken, bedekt
rondom met enkele plankjes...Dit
rad deed dienst als eettafel. Dat was dood de
toenmalige pachter zo gepland, om
een van toen vele normen van bijgeloof : de
angst, met 13 aan tafel, te
omzeilen, door het aanwerven van steeds veertien
werknemers. Daarmee bevond zich op
de hoeve, soms een stel zonderling
tewerkgesteld volkje.
Bij avond gingen de lieden uit de
buurt naar huis, doch de vreemde knechten
sliepen op de hooischelft, en
sommigen zochten stiekem hun nachtrust in de
stallen.tussen paarden of koeien...
Spaanse rebellerende huurlingen
doorkruisten deze streek en plunderden de
bevolking, doch enkele nog
geregelde troepen trachtten toch de verstoorde orde
&
|