Foto :xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Frans De Decker.
1965 7 maart : Toneel
met Rust Roest
Op zondag 7 maart l.l. trad de toneelafdeling na een lange rustperiode
terug
voor
het voetlicht en ditmaal met een welgekozen stuk PATSY, een blijspel
in drie
bedrijven.
Of
het familieproblemen waren hebben de zeer talrijk opgekomenen zelf kunnen
meemaken.
Inderdaad er was een talrijk publiek opgekomen, temeer dat velen die
toch
in
het dorp waren ter gelegenheid van de inhuldiging van de nieuwe
burgemeester,het maar de moeite vonden die dag met een welgeslaagde en
genietvolle toneelavond te kunnen besluiten.
Op
een paar gekenden na waren het nieuwe elementen die opgenomen waren
in
de groep, en het moet gezegd dat het een best geheel was. (...)
Indien iets mag gevraagd worden is, dat het voorzeggen van de tekst op
minder luide wijze zou gebeuren, want dat werkt storend op dezen die in
de
zaal zitten, en wellicht ook op de
...acteurs.
(De Band, mei 1965)
1965 11 maart : Diefstal
damesfiets
Aan café De Statie, Juniorslaan
68, werd de fiets gestolen van Hendrik Karel
Leemans (°Leest 7/12/1917), wonende
Hoogstraat 146 Tisselt.
Het betrof de fiets van zijn
echtgenote, van het merk Julia en met een waarde
van 2.450 frank.
Toen Leemans s anderendaags s
morgens zijn vuilnis buitendroeg vond hij
tot zijn grote verwondering de
fiets terug aan de voordeur.
(VVH)
1965 Dinsdag 30
maart : Begrafenis van Frans De Decker. (foto)
Hij was oud-gemeenteraadslid,
voorzitter van de Oudstrijdersbond en erelid
van de Kon. Fanfare St.-Cecilia.
Frans De Decker woonde in de
Blaasveldstraat.
Fanfaresecretaris Antoon Lauwens
schreef het volgende in zijn afscheidsrede :
Beste vriend Frans, achtbare familieleden, vrienden
van de overledene,
Voor de tweede maal in minder dan een week tijd werd
onze Koninklijke fanfare pijnlijk getroffen en in een zware rouw gedompeld. (noot : enkele dagen voordien was Cyriel Van den Bergh
begraven) Wie onder ons had kunnen vermoeden dat wij vandaag hier zouden verenigd staan bij het open graf van één van
de trouwste leden van onze vereniging terwijl de natuur rondom ons een
worsteling is van de naderende lente en het nieuwe leven om zich te onttrekken
aan de dodende greep van een lange, barre winter.
Zoveel zwaarder treft ons daarom deze slag. Wij kunnen
echter niets anders dan ons eerbiedig, doch diep ontroerd buigen voor de wil
van de Meester die beschikt over leven en dood.
Beste vriend Frans, met deze lente zou er ook in uw
leven een nieuwe periode zijn aangebroken, waarin U zich als gemeenteraadslid
volledig ten dienste zoudt stellen van uw medeburgers. Als lid van de Commissie
van Openbare Onderstand hebt ge U gebogen over de noden van de minstbegoeden
onder uw medeburgers die steeds in U een bekwame en vurige beschermer en verdediger
hebben gevonden. Talrijk zijn inderdaad degenen die U hun zorgen en kommer
hebben toevertrouwd. Met volle toewijding en hardnekkigheid, met zin voor
rechtvaardigheid en objectiviteit, en vooral met de U kenmerkende liefde voor de gewone man hebt gij ze willen
helpen in alle omstandigheden.
De Koninklijke Fanfare Sint-Cecilia verliest in U een
groot en wijze voorman. Wij danken U voor alles wat Gij voor ons hebt gedaan en
zullen U in onze gebeden niet vergeten.
Duurbare familie, namens de Kon. Fanfare drukken we
onze innige christelijke deelneming uit. Vriend Frans, wij zeggen U geen
vaarwel, maar tot weerziens in het hemels paradijs.
Uw aandenken zal bewaard blijven in ons hart en gebed.
De Heer is tot U gekomen. In Hem hebt ge de eeuwige
rust gevonden.
|