Jan-Piet
Leveugle, reeds vijf jaar dirigent van de K.F. St.-Cecilia en wat een palmares
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
1981 7 oktober Weekblad Koerier :
Willebroekse
J.P. Leveugle dirigeert Leestse Wereldkampioenen !
De
Koninklijke Fanfare Sint-Cecilia uit Leest is veel meer dan zo maar een
dorpsfanfare. De tijd toen men het eerder smalend over de Blekken had,
waarvan verteld werd dat sommigen onder hen in de blekkeroot woonden, is
schijnbaar voorgoed voorbij, al dient eerlijkheidshalve te worden gezegd dat
diezelfde blekken hun leven lang met de idee in het achterhoofd hebben
rondgelopen, dat muziek verzacht de zeden, de enige beweegreden was...
Hoger
niveau
J.P.
Leveugle, die in 1975 dirigent van de K.F.St-Cecilia werd, wist haar op een mum
van tijd op een hoger niveau te tillen, vermits ze in 1978 in de afdeling
uitmuntendheid voor fanfares, de
wereldkroon verwierf en onlangs, in de ere-afdeling voor fanfares, voor de
tweede opeenvolgende maal, wereldkampioen wist te worden !
J.P.
Leveugle (38), die in Willebroek woont waar hij als leraar aan de Gemeentelijke
Muziekakademie bedrijvig is, is van Nossegem afkomstig.
Hij
ontdekte de liefde tot de muziek via zn vader, die een vijftal
muziekmaatschappijen onder zn leiding had. Hij kwam later, eerder toevallig,
met de K.F.St-Cecilia uit Leest in contact.
-Ik
was leraar notenleer aan de Gemeentelijke Muziekacademie van Willebroek. Ik ben
dat nu nog steeds. Een aantal jongens uit Leest kwam les bij mij volgen. Ik
kwam daardoor in contact met de fanfare van Leest. Ik heb hun drumband
opgeleerd en ik ben nadien dirigent van de K.F. Sint-Cecilia geworden.
Van
op de grond...
J.P.
Leveugle begon er van op de grond. Hij trachtte van meetafaan ook de oude
muzikanten te verbeteren.
-Verschillende
van die mensen zijn, van beginafaan, hun instrument gaan studeren. Wij hebben
ook geprobeerd de jeugd een zeer goede opleiding te geven, al ben ik darbij erg
gesteund geweest door het bestuur, dat een paar leraars van de Gemeentelijke
Muziekakademie van Willebroek heeft aangeworven, alsmede André Van Driessche,
één van de grootste pedagogen op het gebied van het bespelen van
koperblaasinstrumenten...
-Ondanks
die ommezwaai na het Leveugle-verschijnsel, had de K.F.St-Cecilia voordien
toch ook al een goeie naam ?
-Sint-Cecilia
was ook vroeger een stevige maatschappij die zeer goed bestuurd werd.
-Werd
er tijdens het optreden in Kerkrade ook met huurlingen gewerkt ?
-Wij
zijn daar tijdens het Wereld Muziek Concours opgetreden met drie mensen die
niet wekelijks de repetities hadden bijgewoond. Dat waren mijn broer, zijn zoon
en mijn beste vriend. De rest waren stuk voor stuk muzikanten van Sint-Cecilia
Leest. Laat ons zeggen mensen die voor 95% in Leest wonen.
Afwachtend
Leest
J.P.
Leveugle werd in 1975 op een gereserveerde manier in Leest onthaald.
-Ik
moet zeggen : de mensen spraken zich niet uit. Ze namen eerder een afwachtende
houding aan. Ik deed zaken die ze in Leest niet gewoon waren, maar wat meer
was, er was daar een warm menselijk contact. Ik heb me dar zeer goed kunnen
integreren. Misschien komt dat doordat er haast identiek dezelfde mentaliteit
heerste als destijds in Nossegem in de
maatschappij waar ik opgegroeid ben...
J.P.
Leveugle had nooit gedacht ooit wereldkampioen te zullen worden, ook al werd er
tweemaal gewonnen. Hij vertelde ons dat Leest het werd, doordat er na de zeer
goeie opleiding zeer veel gerepeteerd werd.
Sint-Cecilia Leest trad daar in het Hollandse Kerkrade samen met een zestal
Belgische korpsen in competitie. Als verplicht werk werd de Little Suite for
Brass van M. Arnold in een uitvoering van H. Moeckel gespeeld, waarna als
gekozen werk Canadian Impressions van Jan Segers werd vertolkt.
Voor beide werken kende de internationale jury aan de Leestse fanfare in totaal
324 punten op 360 toe, waardoor de tweede wereldtitel veroverd werd.
Driemaal
scheepsrecht ?
J.P.
Leveugle droomt hardop van de toekomst. Hij denkt dat door die zege, het
momenteel haalbare werd bereikt, ook al is er 1985...
-Het
orkest is zeer jong, wat wil zeggen dat die mensen nog een stuk vaardiger
kunnen worden. Er zijn ook tekortkomingen op technisch gebied, die enkel via de
tijd bijgeschaafd kunnen worden. Ik denk dat wij, binnen een paar jaar, aan
Kerkrade 1985 in de hoogste afdeling kunnen gaan denken. Met aangepaste
werken en goeie bewerkingen moeten we ook daar onze man kunnen staan.
De K.F. Sint-Cecilia uit Leest is intussen voor de stad Mechelen, waartoe Leest
sedert de fusies behoort, een ambassadeur van formaat geworden.
-Wanneer
ze ons voor een opluistering in het Mechelse kunnen vragen, laat het
Stadsbestuur niet na dat te doen. Ik denk dat Mechelen gelukkig is met dit
Leest, zegt J.P. Leveugle...
En
Sint-Cecilia gelukkig met dirigent J.P. Leveugle, dachten wij zo...
Karel De Decker.
Ook Toeters en Trompetten, het
socio-cultureel tijdschrift van de Kon. Fanfare St.-Cecilia
wijdde een artikel aan haar dirigent
(Jaargang 1 nr.5) :
Jan-Piet
LEVEUGLE al 5 jaar
dirigent van ons fanfarekorps.
Jan-Piet
Leveugle werd in 1943 geboren. Reeds op zesjarige leeftijd worden hem de eerste
muzikale begrippen bijgebracht door zijn vader, Paul Leveugle. Aan de
Muziekacademie te Etterbeek gaat hij
vrij vlug nadien slagwerk studeren.
Op
veertienjarige leeftijd behaalt hij een eerste prijs notenleer en slagwerk aan
het Koninklijk Muziekconservatorium te Brussel.
Van
1957 tot 1970 is hij achtereenvolgens verbonden aan het Nationaal Orkest van
België, het Groot Symphonisch Orkest van de BRT en de Philharmonie van
Antwerpen.
Als
leraar slagwerk aan de Muziekacademie te Willebroek, het Stedelijk
Conservatorium te Mechelen en de Kunsthumaniora van het Kon.
Muziekconservatorium te Brussel, kan hij prat gaan op tal van leerlingen die
hun weg maken in de Belgische muziekwereld. Naast deze activiteiten zette
Jan-Piet Leveugle zijn muzikale studiën verder. Onder leiding van Jef Alpaerts
behaalt hij in 1969 een eerste prijs voor kamermuziek.
Verder
gaat hij orkestdirectie studeren bij Fernand Terby te Antwerpen en harmonieleer
te Brussel bij Peter Cabus en André Laporte. Hij behaalt een eerste prijs in
1978.
Thans
voltooid hij zijn studiën contrapunt en fuga
bij Julien Mestdagh aan het Koninklijk Muziekconservatorium te Brussel.
Jan-Piet
Leveugle is op dit ogenblik dirigent van de volgende korpsen :
-Brass
Band Midden-Brabant.
-Kon.
Fanfare Moed en Volharding Heist-op-den-Berg.
-Socialistische
Harmonie Arbeid Adelt Puurs.
-en
Kon. Fanfare St.-Cecilia Mechelen-Leest.
Hij
kwam in Leest verzeild met de oprichting van een drumband we geloven dat het
was- in 1975. In 1976 wordt hij dan dirigent van de fanfare.
Sinds
korte tijd is Jan-Piet Leveugle samen met zijn vrouw, Ghislaine Poedts- zaakvoerder
van een muziekhandel in Willebroek. Tijdens die korte periode zijn ze er samen
in geslaagd om Muziek Center Willebroek te laten uitgroeien tot een van de
bekendste muziekzaken van ons land. Zij wisten de alleenverkoop te verwerven van een aantal wereldmerken,
o.a. Boosey and Hawkes, Mateki,
Met
de Brass Band Midden-Brabant werd hij reeds driemaal Belgisch kampioen. Op 4
oktober e.k. vertegenwoordigt hij ons land met deze band op het Europees
Kampioenschap 1981 in de Royal Albert Hall te Londen.
Met
de Kon. Fanf. St.-Cecilia Mechelen-Leest behalde hij 1 provinciale titel, 2
titels Belgisch kampioen en ook 2 wereldtitels.
Zijn
voornaamste kwaliteiten kunnen we als volgt omschrijven :
-bijzonder
grote interesse voor de muziek,
-een
grote werkkracht, zo groot dat hij soms de lichamelijke uitputting nabij is,
-hij
heeft gewerkt met de bekendste en beroemdste dirigenten ter wereld; hij heeft
hen steeds goed gevolgd op repetities en uitvoeringen, zodat hij nu daarvan ook
de vruchten plukt,
-hij
is gewoon en bescheiden gebleven ondanks zijn succes en ondanks het feit dat een van de grootste
Nederlandse muziekpedagogen J.P. Leveugle
betitelt als een muzikaal wondermens. Omdat hij zo gewoon is in de
omgang werd hij tot voor korte tijd in ons land miskend door vele zg.
muziekkenners.
|