1983 19 mei De Mechelse Week : Een Wondervisch uit de Zenne.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
In die periode publiceerde ik sporadisch
artikels over Leest in dit Mechels weekblad. Eén van mijn collegas was Mit Van
Wauwe. Ze had Leestse roots en vertelde over een bruinvis die haar vader in de
jaren 30 in de Zenne had geschoten. Ik vond het verhaal te mooi om niet te
publiceren en Jef Verbeeck beaamde wat Mit me had verteld en wist daar nog één
en ander aan toe te voegen :
Leest
Dorp, 2de Paasdag 1932. Kom dat zien ! Kom dat zien ! Een wondervis
van onder de dertig kilo ! Toegangsprijs 1 frank ! Met die woorden trachtten
de gebroeders Verbeeck en Louis Van Wauwe publiek naar hun tentje (noot : op het
Dorpsplein) te lokken. Toeschouwers die
een vis van 130 kilogram hadden verwacht, kwamen bedrogen uit, maar hetgeen ze
te zien kregen loonde ongetwijfeld de moeite : een prachtexemplaar van de P.
Phocaena, beter bekend als bruinvis en neergeschoten in hun eigenste Zenne.
Enkele
dagen voordien had Louis Van Wauwe de bruinvis toevallig zien rondzwemmen in de
Zenne te Leest. Vliegensvlug had hij zich huiswaarts gerept (in het
Pensenstraatje) om een vuurwapen. Met
een geweer van Duitse makelij uit de
Eerste Wereldoorlog slaagde hij erin de
wondervisch neer te schieten. De bruinvis was niet onmiddellijk dood, maar
zwom nog door tot grondgebied Heffen alwaar het kadaver werd bovengehaald door
enkele plaatselijke bewoners. Die mensen dachten de vangst van hun leven te
hebben gedaan, maar Louis was niet bij de pakken blijven zitten. Zoals het goed
jager betaamt, was hij zin prooi gevolgd en eiste zijn rechten op. Na langdurig
redetwisten en met de hulp van Jules Verbeeck, slaagde hij erin het zoogdier
naar Leest te halen.
De
bruinvis werd ontdaan van alle ingewanden, volgepropt met ijs en voorlopig
bewaard in een grote diepvrieskast tot 2de Paasdag.
Op
die bewuste dag stonden Louis en de broers Verbeeck vol enthousiasme met hun
curiosum op het Leestse Dorpsplein. De bruinvis veilig weggeboren voor nieuwsgieirige
blikken in een tent. Toegangsprijs 1 frank. Jef Verbeeck vertelde dat ze toen
luidkeels riepen : Een vis van onder de dertig kilo. Kom dat zien ! Alleen
de aandachtige toehoorder trapte daar niet in, men verwachtte zich immers aan
een vis van honderddertig kilo.
Hun
expositie kende zon succes dat ze het enkele dagen later overdeden in Hofstade
aan de Putten.
Nadien
werd de bruinvis begraven in de tuin van de familie Verbeeck op de Tisseltbaan.
Louis
Van Wauwe was zo fier op zijn vangst dat hij zich met zijn prooi liet
vereeuwigen op een postkaart. Aan de achterzijde liet hij volgende tekst
afdrukken : Een Wondervisch geschoten in de Zenne te Leest bij Mechelen. Na
een hevige jacht van 5 uur velde Louis Van Wauwe deze bruinvisch of zeekalf van
1,20 m.
Nog
een woordje over deze vissoort (?). De bruinvis (P.Phocaena) is familie van de
kleine tandwalvissen. Het zijn visetende zoogdieren die nooit langer dan 2 m
worden. Ze jagen vaak in scholen (tot 150 dieren) in ondiep water en kwamen
vroeger in grote aantallen aan de Belgische en Nederlandse kust voor.
De
lezer moet zich geen illusies maken over de kwaliteit van het Zennewater in
1932. Reeds voor 1866 was de Zenne zwaar vervuild en dat jaar werd er aan de
stad Brussel een toelage van 9 miljoen verleend om haar gezond te maken.
Marcel Van Hoof
Voor-
en achterzijde van de ansichtkaart waarop Louis Van Wauwe zich liet
vereeuwigen.
|