Pater
René De Laet. (foto : Familie Voet)
1985 April De Band : Nieuws van Pater René De Laet
Hier volgt weer een uittreksel uit één
van zijn brieven. René is nogmaal op reis in zijn Zaïrees missiegebied :
Als
wij aangekomen waren in Murhesa (op 20 km. Van Bukavu, of 800 km. Van Bambu)
was het natuurlijk kermis gedurende vijf dagen die wij daar doorgebracht
hebben.Willi en ik bij zijn broer Godfried die het 25-jarig jubileum van zijn
priesterwijding vierde op 7 februari. Ik was eerst (voor ons vertrek) voor vier
dagen op toernée geweest; was terug thuis op woensdag 1 maart. Ik had gedacht
dat wij eerst maar vrijdagmorgen zouden
vertrokken zijn maar Willi was gepresseerd; dan maar gauw mijn valies maken,
nog t een en t ander regelen en donderdag rond tien uur waren wij de baan op
met onze jeep Toyota (korte chassis, hetgeen maakt dat men daar nog al fel in
geschokt wordt). s Middags hebben wij gedineerd in Bunia op de prokuur nadat
wij eerst nog eventjes de stad ingereden waren om t een en t ander te kopen voor
onderweg. Om kwart voor een waren wij dan terug weg, de baan naar Kisangani,
langs Irumu tot aan het groot kruispunt (dat nogal berucht was in de tijd van
de Simbas); daar sloegen wij dan links af naar het zuiden en om half vijf
kwamen wij aan in Mbau, de eerste missie van de Paters Assemptionnisten van Kapelle (dat was 250 km
van Bunia); daar zit een Pater ,helemaal alleen, die kwam juist thuis, want om
de maand gaat die voor 8 dagen bij zijn confraters op een andere missie
doorbrengen, zodat hij niet helemaal zot wordt van altijd maar alleen te
zitten. Daar zijn wij dan met open armen ontvangen geworden; s anderendaags
vrijdag terug de baan op; tegen half zes s avonds kwamen wij in het hotel van
Rwindi voor wij aan het hotel aankwamen zagen wij daar nen dikken aap zitten
op een uitstekende rotssteen; ik zei tegen Willi van te stoppen om een foto te
kunnen nemen, want dat was echt de moeite waard; als ik klaar was stond die
dikke aap op en draaide zich parmantig om en liet zijn achterste zien en verdween
dan juist tussen de bomen, dien dommerik !
Juist
voor het hotel was een barreel opgesteld en wachten maar; iedereen vraagt zich
af waarom dat dient. Omdat er niemand kwam opdagen, ging ik zelf eventjes
kijken in een kotje; daar zat een militair en ik expliceerde hem dat wij naar
het hotel moesten om er te logeren (normaal liet die vent eerst een deel
camions of autos bijeen komen aan de barrière vooraleer die te openen, kwestie
van zo weinig mogelijk moeite te doen). Ik ging dan vragen in het hotel bij de
receptie om te logeren en ik kreeg daar een soort koud stortbad; voor een kamer
(dus alleen om te slapen, zijn ogen dicht te doen gedurende acht uur) kostte
dat 2.500 Belgische frankskens; met eten erbij het dubbel; ik heb dan maar
gezegd saluut en de kost, we rijden verder, nog 60 km. Tot in Rutshuru terug
buiten het park, waar er een missie is. Dat was nogal ambetant, nog twee uur
rijden en in den donker, maar wij hadden toch nog het plezier een koppel
leeuwen tegen te komen op de grote baan, maar dat was ook alles.
Om
acht uur waren wij in Rutshuru, bij Poolse paters, die die missie een tijdje
geleden overgenomen hadden van de Witte Paters, maar daar ook zijn wij goed
ontvangen geweest, maar we waren ook nogal moe en lagen dan ook nogal rap
tussen de lakens.
s
Anderendaags waren wij om acht uur terug weg; om elf uur waren wij in Goma,
tegen de grens van de Rwanda en waar het Kivu meer begint. Monseigneur Ngabu,
de bisschop van Goma, is er ene van bij ons, maar die was zich aan t klaar
maken om te vertrekken naar België, hij had juist bericht ontvangen dat zijn
algemene econoom (de man van de centen), die naar België op verlof vertrokken
was en zich daar had laten opereren aan een long, overleden was. De bisschop
wilde absoluut naar de begrafenis. Maar hij zei : rij direct door naar Bukavu
(200 km), want de weg is nogal slecht vanaf Bobandana, op 50 km. van Goma, daar
kunt ge eten bij de abbés en dan hebt ge nog heel de namiddag om tot in Murhesa
te geraken. En wij weg
|